kind zou belasten, met vergunning om hetzel ve zoo dikwijls te komen zien, afs zij begeer de. De vrouw liet zich overhalen, en volg de Cecilewelke haar naar de woning der da me zou brengen. Onder weg, nam zij het kind (ongeveer zeven of acht maanden oud) van de moeder over, onder voorwendfel van liaar te willen verligten. Gekomen ter plaat- Je waar de dame zou wonen, gaf Cecile aan het zevenjarige meisjen eene kaars, om die bij den noortier te gaan aanlleken, ten einde door eenen gang naar die woning te komen. Terwijl de moeder rr.et iets anders bezig was, verdween Cecileen begaf zich nüar haar huis. Zij legde zich dadelijk te bed, en toen Petit van zijn werk thuis kwam, wees zij hem het kind, terwijl zij verder al de eene nieuwe kraamvrouw maakte. Petitniet weinig trocsch over zijn vader- fchap, maakte daarmede fpoedig zijne buren bekend, en ieder fchreeuwde over het buiten gewone kind, naar deszelfs ouderdom; doch tevens nam men eene fprekende gelijkenis op den vader waar Cecileom te beter hare ro! te fpelen, deed als of zij het kind zoog, en gaf hetzelve fiechts in het geheim gefchikt voedfel Atidererwiogtansen daaronder eene vroedvrouw., vatten argwaan op, en het ge rucht dezer wonderbare verlosfing kwam Zelfs den coronusfaris van politie ter oore. Ook de moeder des kinds hoorde daarvan ging naar het huis, waar dit, om zijne dikte, monfterachtige kind gezegd werd, zich te be vinden, en erkende het dadelijk voor het ha re. Cecile wilde eerst nog volhouden, dat het van haar was, doch toen deskundigen het bedrog klaar aanwezen, gaf zij het op. De misdaad ten haren laste is voorzien bij art 345 van het firafvvethoeken wordt met de kaak en gevangenis geilraft. N E D E R L A IN D E N. Züti'hbn, den 24 junij. In weerwil vati alle pogingen der regteriijke politie, om op het fpoor te geraken der boosdoeners, welke, federt December tÜio, een gedeelte van dit arrondisfement, bijzonder de kantors Terborgh en Doetinchem, door herhaalde brandftichtin- gen Ontrust hebben, blijven dezelve in bunnen euvelmoed ftout voortgaan Zoo zijn weder, in den nacht van den 19 op den co dezer, twee naburige boerenwoningen, beiden gelegen in de buurfchap Oorfelc, fchoutambt Doetinchem, naar alle waarfchijniijkheid aangeftoken gewor den, met het gevolg, dat de-eene woni-rg ge heel in de asfehe is gelegd, terwijl de andere» onder welker dak eene brandende lont is ont dekt, duor fpoecig aangebiagte hulp, nog is behouden gebleven IVjen heeft tot dus verre geene de minfte rerfeignementen ter ontdekking der f(.huldigen, lutusfchvn verue&iut me», dar

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Courant | 1820 | | pagina 1