«OW O R 3 3 O n> O rö T3 77 P3 5 n X? a s p. T O- S3 e 3 «7» -*•«- ?f5 T s; 3 reorganifsue der armée bevolen wordt, doen dienen, om de wapenen aan alle moedige verdedigers van den tgroon.uit de handen te hemen. Vervolgens zouden zij zorgendat de nieuw te organiferen armée zooda nig znmerigeiïeld. wier idat zij wederom op dezelve rekenenki ndende Vendéers, en allen die het met den Koning wel meenden, moesten daarvan ubgeilo- ten blijven, en alleen aan eenige chefs, om dezelve te paaiien, civile bedieningen gegeven worden, die men hun daarna wederom gemakkelijk ontnemen kon. Deze iuit'ruétie, huiren dat zoo beledigend voor die brave verdedigers van den regimaiigeu tliFoon, heeft de nngen der/elven, en van alle vveidenkenden vol komen gerend, eu aanleiding gegeven-, dat men met te meer na'ruk- gewerkt- heeft-ooi den laatlleu ilag aait de revolutie tot te brengen. Men wil hier,, dzt binnen kort Wellington zijn hoofdkwartier naar Brusfel zal overbrengen, terwijl zi'ne armée op Franfchen bodem blijven zal; maar dat Blackerals op de voorposten., met zijn hoofdkwar tier te Verfailles zal blijven. Parijs, den. 24 September. Een groot gedeelte der Pruisfifche arn ée vereenigd zich thans in de na bijheid van Parijs, en zal, binnen weinige, dagen door de Souvereinen ii: oogenfehouw genomen worden. Heden zijn door den Koning definitief benoemd, te weten: de hertog tie Richelieutot minister van buitenlandfche zaken; de heitog tie Fcltretot mi nister van oorlog;, de burggraaf Dubouchagc, tot minister der marine en der color.ien; de graaf de Vanblatictot minister v3ii binnenlandfche zaken; de heer de Canes, tot minister der politie. Over de ministerien van jufliiie, en van fiitiatuien is nog niet door een Koning befchikt. Een onzer dagbladen, 't welk het meest aan het afgetredene ministerie gehecht fcheen, laat zich dezer dagen onder anderen op de volgende wijze omtrent den (laat van zaken uit: De (taalkundige gezigteinder is bewolkt, en wordt dagelijks zwarter. De uilgeftrekt- heid van onze bekende ongelukkende vrees nopens het lot van ons vaderland, de verbittering der gemoe deren in fommigen gedeelten van het rijk, alles loopt te zamen, om over dit oogenblik eene duistere kleur te verfpreiden. Daar is geen Franschman, dezen naam vvaaadig, weike zijne ongerustheid niet van oogenblik tot oogenblik voelt vermeerderen. De ver andering van het ministerie, geheel aan de conititu- lionele regeering gehecht, cu hetwelk nog en voot- zigtigheid en moed getoond heeft, vermeerdert de algemeens vrees. Men vraagr elk'anderen de rede van' den eenltemmigen afsrand der tegenwoordige ministers. Zonden dezeive hunne krachten gewantrouwd hebhen' in het verdedigen van da conftituiioneele afte tegen de aanvallen van de bi inde voorlhnders der oudé regeering? Zij moesten immers vertrouwen op den bijiland des Konings, welke liet werk zijner wijsheid'- fieeds zal befchermen-, en welke, gewapend met het conllitutioneele voorbehoudene regt, met één woord het geweldigfte onvveder kan doen verdwijnen. Zou.; den zij geweken zijn voor de hoovaardige eisfeh van eene partij, welke ons poogt te verft li ril; ken dq eene overmaat van (loutmoedigheid jrfaar dèzi£jyni| imiliers federt 55 jaren gedurig vp^wrfjjjidft Q liet vervolg op

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Courant | 1815 | | pagina 1