PZC kruilebak Laat op straat, vergeet 't maar Helm redt levens, Vis wordt gelokt met lekker hapje 18e JAARGANG-NUMMER 9- DINSDAG 13 OKTOBER 1998 DEN HAAG - Een avond klok voor kinderen. Stel je eens voor: het is vakan tie, je hoeft eindelijk eens niet vroeg naar je bed. Geen gezeur van je moeder 'dat je toch nu echt naar binnen moet komen want morgen moet je weer naar school'. Je speelt lekker lang bui ten, 't is na negen uur. Dan staat daar ineens een agent voor je neus die je mee neemt naar het bureau waar je ouders je op mogen komen halen. Waarom? Kinderen onder de tien mogen na nege nen niet meer zonder be geleiding op straat. Vriendin Hoe vreemd je dit ook in de oren mag klinken, voor kinderen in verscheidene grote steden in Groot.- Brittannië en Amerika is het werkelijkheid. Die avondklok geldt voor jongeren tot zeventien jaar, In Frankrijk geldt het zelfde, maar daar geven ze er een andere naam aan: beschermingsmaatre gel- „Ik ben het daar hele maal niet mee eens," zegt Karin (15). „Dan kan ik 's avonds niet eens meer naar mijn vriendin toe en hoe moet dat als ik uit wil gaan? Wij gaan pas na tien uur op stap". Mike (9) ziet het ook niet zo zitten: „Ilc vind het juist zo leuk om in de vakantie lekker lang buiten te spelen." Ziek In Amerika gaan ze nog verder: jongeren mogen zich tijdens schooltijden niet op de openbare weg bevinden. „Wat stom, als ik dan een uur eerder vrij ben, mag ik dan niet naar huis?" vraagt Nathalie (13) zich af. „En hoe moet dat als ik ziek word op school? Peter (11) gaat verder: „Niet elke school gaat op dezelfde tijd uit, en soms heeft een school een vrije dag en andere scholen nog niet. Zoiets kan hier helemaal niet." De maatregelen zijn genomen om de.jeugdmis- dadigheid omlaag te brengen. Vooral in de gróte steden van die landen zijn er wijken waar veel lastige jonge ren wonen. Sinds de uit gaansverboden is de jeugdcriminaliteit veel gedaald. Karin: „Zo snap ik het wel dat ze daar die regels hebben. Toch zie ik het. voor hier niet zitten. Bij ons op het dorp heb je helemaal geen lastige jongeren!" VLISSINGEN - In Drente en straks ook in Friesland, rijden binnenkort meer dan tienduizend kinderen met een fietshelm op. Veilig Verkeer Nederland probeert op allerlei manieren om het gebruik van de fietshelm te stimuleren.Daar is ook alle reden toe, omdat in ons land elk jaar zo'n vijfendertig kinderen on der de dertien jaar overlijden aan de gevolgen van een fietsongeluk; de meesten sterven aan hersenletsel. Verder komen er per jaar rond de duizend kinderen door een fietsonge- val in het ziekenhuis terecht. De helft van deze groep heeft ernstige verwondingen aan het hoofd. Vaak houden deze kinderen blijvende gevolgen aan het ongeluk over, zoals bijvoorbeeld hoofdpijn of geheugen- en leerstoornissen. Verwondingen De negenjarige Elise Toonen uit Vlissingen heeft een aantal maanden met een fietshelm op gereden. Elise: „Nadat ik een TV-uitzending van nine-one-one had gezien, waarin iemand door een ongeluk met de fiets heel erge verwondingen opliep, kocht ik een fietshelm." In Nederland is het dragen van een fietshelm geen normaal straatbeeld. Elise Toonen: op school gepest. foto Lex de Meester In landen als Canada, Duitsland, Japan, Noorwegen en Zweden is het heel gewoon. Elise: „In sommige delen van Amerika en in Australië is het zelfs verplicht." Uit proefprojecten in het land, waar bij kinderen met behulp van een dag boek bijhielden wat ze van de helm vonden, hebben de makers van het hoofddeksel veel geleerd. De moderne helmen zien er flitsend uit en beschikken over ventilatie- gaten. De helmen zijn zelfs zo aan gepast dat ook kinderen met een paardenstaart in het haar de helm kunnen dragen. Al ogen de helmpjes wat log, zwaar zijn ze echter niet.. Elise: „Een fiets helm weegt ongeveer 250 gram." Hoewel vele onderzoeken hebben aangetoond, dat het dragen van een helm levens kan redden, wil men er in Nederland niet aan. Veel kinderen durven er niet eens aan te beginnen, want wie een fietshelm draagt, krijgt ineens heel wat naar z'n hoofd gesmeten. Elise was wel moedig genoeg. De rekening kreeg ze al snel gepresenteerd. „Ik werd er op school zo mee gepest, dat ik de helm nu niet meer op zet." VLISSINGEN - Veilig zwemmen. Kwestie van je A-diploma halen en dan ben je er toch? Mis, zo was het tot voor kort wel. Maar diploma's zeggen niet alles. „Vertrouwd zijn met water in alle omstandigheden," zegt badjuf Leny Pleijte. Onder alle omstandigheden. Daar draait het om. En daar mankeerde het wel eens aan in de praktijk. Sinds kort is de opleiding in heel het land totaal veranderd. Ook in het Sport- fondsenbad in Vlissingen waar Leny en haar collega's werken. „De drijfmiddelen worden niet meer gebruikt," legt ze uit. „Geen bandjes en kurken meer. We leren de kinderen op een speelse manier drijven, zweven en zinken. We gebruiken daar bij allerlei materialen, zoals hoepels, ballen en matten." Spetteren Spetteren en spartelen. Bellen blazen onder water. Leren de kinderen dan toch nog wel zwemmen? „Ho, ho," lacht Leny. „Natuurlijk beginnen we ook op een bepaalde moment met het overbekende Spreid-sluit. Maar behalve de schoolslag en enkelvoudi ge rugslag wordt de kinde ren ook al de beginners- borst- en rugcrawl geleerd. Voor het nieuwe zwem ABC moeten ze bovendien ook rechtop in het water een hele en een halve draai kunnen maken. En drie meter onder water zwem men is nu ook vaste prik, net zoals één minuutje watertrappelen." Het lesgeven is een stuk leu ker geworden vindt Leny. „Lekker samen met de kinderen bezig zijn in het water op een ontspannen manier. Dan durven ze zich net zo vrij in het water te bewegen als op de kant. En daar gaat. het tenslotte om, als het gaat om zwemveilig- heid onder alle omstandig heden." Na gemiddeld zo'n honderd lessen kan een kind het nieuwe ABC-diploma in z'n zwemtas hebben. En dan maar lekker spartelen, plonzen en duiken. Vertrouwd en veilig! foto Dirk-Jan Gjeltema Juf Leny Pleijte: lekker vrij in het water.

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant katern Krullebak (1981-1999) | 1998 | | pagina 1