Je staat soms lang op je tenen Weg met dat stuk lijk TENT Faxen tegen heimwee Als ik mama roep komen ze allebei DINSDAG 9 DECEMBER 1997 „Moeder en kind slapen tussen twaalf en twee uur. Kraamvi site is na deze tijd van harte welkom." Het zou een tekst van Johannes Reijnhoudt (13) kunnen zijn. Teksten schrijven en opmaken. De jonge zakenman uit Westkapelle timmert driftig aan de weg met zijn eigen bedrijfje. Het begon allemaal met de computer op het werk van zijn vader. „Toen was ik al ver kocht," zegt hij. Het computervirus sloeg helemaal toe, toen er thuis een computer kwam te staan. „Met het programma Print Shop de Luxe kon ik aardig uit de voeten," vertelt Johannes. „Het begon met een ontwerp van een eigen visitekaartje. Tekst, kleurkeuze, vormgeving. Daar stoei je dan wat mee. Je laat het eens aan anderen zien en die reageerden enthousiast. Van het één kwam het ander." De dirigent van het muziekkorps wilde wel een eigen kaartje en ook collega's van zijn vader deden een bestelling. Zo begon het balletje te rollen. „Via mondreclame kreeg ik steeds meer reacties. Voor de zondagsschool ontwierp ik een folder. Een familielid vroeg om een bijlage voor een geboortekaartje. En voor de vrouwenbond van mijn moeder maakte ik de agenda." Het bedrijfje van Johannes draait nu een dik jaar. „Het gaat prima," lacht hij. „Ik verdien er op deze manier aardig wat bij. Een gedeelte van het geld wordt besteed aan apparatuur voor de computer. Een modem, een fax, internet. Alle toeters en bellen zitten er op. Surfers op het internet kunnen Johannes ook vinden op zijn eigen sitepagina: JoRé office. Wie een bestelling wil plaatsen stuurt even een E-mailtje. 's Morgens om zes uur zit hij al achter het scherm om zijn postbox te legen. Alles kan bij Johannes. „De klant is koning," zegt hij slim. „De mensen kunnen bij mij aan huis komen en zelf aangeven wat en hoe ze het willen." Vaste tarieven kent hij niet. „Elke opdracht is anders. Elk ontwerp is anders. Soms kost het veel tijd en soms gaat het vlug. Ook de materiaalkosten lopen uiteen." Voorlopig kan hij het nog in zijn eentje. Wordt het te druk, tsja dan moet er een mannetje bij. Solliciteren via internet! Danser Paul Sparreboom: het gaat om de beheersing van het lichaam. foto Dirk-Jan Gjeltema Dansen, dat is het helemaal voor Paul Sparreboom (12) uit Goes. Zijn ouders hebben het echt wel gepro beerd. Op voetbal, tennis en nog zo een paar sporten. Paul: „Dat vond ik altijd wel even leuk, maar nooit voor lang." Als kleuter wist hij het al, op ballet dat wilde hij „Ik ging toen naar de balletschool hier in de buurt. Na een jaar ongeveer mocht ik daar niet meer komen. De juf vond mij te druk." Op zijn huidige balletschool heeft hij die problemen niet: ,,'t Is er hartstikke leuk. Ik zit nu drie jaar op klassiek ballet en sinds kort ook op jazzballet." Het verschil? Paul: „Jazzballet is swingender en moderner. Bij klas siek ballet gaat het langzamer, maar je kunt de dansjes makkelij ker leren." Voor meisjes „Er zijn altijd wel van die kinderen die zeggen: ballet is voor meisjes," vertelt Paul. „Maar ben ik het hele maal niet mee eens. Ze denken dat ballet alleen maar bestaat uit „Laatst hielden ze een frikadel voor m'n neus. Ze hopen dan dat ik er een stukje afbijt. Dat doe ik na tuurlijk niet. Ik zeg dan ga even een verderop staan met dat stuk lijk!" Zo'n anderhalfjaar geleden koos de vijftienjarige Sylvia Pop ervoor om geen vlees meer te eten. „Ik vind het echt vreselijk dat kalf jes in kisten vetgemest worden, omdat wij zo nodig vlees moeten eten. Omdat de mensen melk wil len drinken, worden kalveren snel bij hun moeder weggehaald. Zo wil len ze de melkproductie verhogen. Met de varkens is het al niet veel beter gesteld. Ze zitten op elkaar gepakt in stallen en zien net als de legbatterijkippen nauwelijks het daglicht. Zoals de dieren in de bio- industrie behandeld worden, dat vind ik echt verkeerd. Ik word er niet goed van". pirouettes en stomme muziek. Nou, de muziek is vrolijk, dansen is leuk, en goed voor je lijf. Het gaat om de beheersing van je lichaam, en je wordt er heel lenig van." Het is niet altijd makkelijk. Paul: „Je moet soms heel lang op je te nen staan, en de spagaat kan ik nog niet." Of Paul later balletdanser wil wor den weet hij nog niet: „Acteur lijkt mij ook heel leuk. Of dansen op schaatsen in zo'n grote show". Een stuk vlees van de scharrel slager eet ze ook niet op. Niet vies Sylvia: „Als je denkt dat die dieren het zoveel beter hebben, heb je het volgens mij mis. Die paar vierkan te meter meer is natuurlijk wel prettig maar nog steeds veel te weinig." Sylvia vindt vlees niet vies. „Ik heb vlees altijd wel lekker gevonden. Vorig jaar heeft Paul tijdens de na tionale dansweek in Utrecht opge treden: „Wij deden een optreden met skippyballen." Zo mooi Daar is hij ook voor het eerst naar een echte balletvoorstelling geweest. „Ik had nooit gedacht dat het zo mooi zou zijn. Die jongens kunnen zo goed dansen, als ik dat ook nog eens zou kunnen Knakworsten vond ik altijd erg lekker en ook een frikadel lustte ik graag. Vissticks en ja, saucijzen broodjes vond ik ook smakelijk, hmm. Echt missen doe ik het niet." Emotioneel Af en toe moet de VHssingse haar keuze verdedigen. „Bij biologie hadden we het er een keer over. De leraar had zo'n houding van daar heb je haar weer. Hij noemde het, „Dat het zo koud is, daar moesten we aan wennen," zegt Jessica Heijneman (12). „En alles is zo schoon," vult haar tweelingzus Cynthia aan. Sinds september wonen Jessi ca en Cynthia weer in Neder land. Hun ouders wonen en werken in Maleisië. De ouders van Eline van der Tol (13) wonen in Oman. Samen met nog zo'n veertig kinderen wonen zij op De Vliet- hoeve in Kortgene. De Vliet- hoeve is een internaat voor kinderen van wie de ouders in het buiteland wonen en wer ken. Cynthia: „Vorig jaar zijn we eerst gaan kijken bij De Vliet- hoeve en nog een ander internaat. We hebben gekozen voor De Vliethoeve. Dat andere internaat leek zo deftig en net jes. Hier zijn lekker veel die ren, en ook meer kinderen." De kinderen van De Vliethoeve verzorgen de dieren zelf. Jessi ca: „Ik zorg voor Flip en Flap, de honden bij de manege, en samen met een ander meisje voer ik de paarden." Heimwee Hoe gezellig het ook is op De Vliethoeve af en toe slaat het heimwee toe. Eline: „Toen ik hier vorig jaar voor het eerst was had ik het best moeilijk. Gelukkig kon ik goed praten met Lidie van de leiding. Die hielp me er dan weer boven op." Jessica en Cynthia vechten tegen hun heimwee door te telefoneren en te faxen. Jessica: „Samen faxen we twee of drie maal in de week en papa belt ons een of twee maal. We schrijven geen brieven want die doen er wel twee weken over om aan te komen!" In de kerstvakantie gaan alle kinderen van De Vliethoeve naar huis. Omdat de kinderen ver weg wonen krijgen ze een week eerder vakantie. Voordat De Vliethoeve leeg loopt vieren ze eerst nog samen Kerst en Oud en Nieuw. Eline: „Dat is hartstikke gezellig. Eerst wat drinken. De jongens in pak en wij ook netjes aangekleed. Dan eten aan mooi gedekte tafels. We krijgen ook cadeautjes. Met z'n allen op de foto, en als afslui ting een groot vuurwerk om het nieuwe jaar te vieren. Echt leuk!" geloof ik, overemotioneel-gedoe of zo. Hij gebruikte in ieder geval een heleboel moeilijke woorden. Eerst vragen ze naar je mening en als je die dan geeft, beginnen ze zo!" „Wat ik ook vaak hoor is goh, eet je nu nog geen vlees? Of, dat mag jij niet, he'?. Ik moet dan elke keer weer zeggen dat ik het gewoon niet meer eet en ook niet wil eten." Toch zijn er ook een heleboel mensen die wel positief over haar keuze denken en er rekening mee houden. Sylvia: „Mijn beste vriendin eet vegetarisch. Mijn vader en moeder doen er ook absoluut niet moeilijk over. Alleen die groenteburgers, die ik trouwens helemaal niet zo lek ker vind, haalt mijn vader bij de slager. Maar ja, dan hoef ik ze eigenlijk al niet meer." „Waar is je vader, die is zeker dood gegaan," werd er wel eens tegen Babbe Noya (10) uit Rilland gezegd. Babbe heeft namelijk twee moeders en geen vader. „Toen ik een jaar of vijf was vond ik het wel vreemd," ver telt Babbe. „Toen begreep ik dat er meestal een vader en een moeder was. Ik werd toen ook uitgescholden voor lesbi- kind of lesbi-dochter. Ik deed net alsof ik niks hoorde en toen hield het gewoon op." Prikjes „Ze vroegen ook wel eens hoe ik dan geboren kon zijn zonder vader. M'n moeder ging heel vaak naar Barendrecht waar ze prikjes kreeg. En toen ben ik gekomen." Nu vindt niemand het nog gek en Babbe zelf natuurlijk ook niet. Ze groeit gewoon op in een gezin zoals zoveel gezin nen. Ze heeft nog een broertje en een zusje, de ene moeder werkt en de andere is thuis om voor hen te zorgen. „En om te timmeren," vult Babbe aan. „Want daar is ze goed in". Babbe noemt haar moeders bij de voornaam. „Want als ik mama zeg komen ze allebei te voorschijn". Het maakt voor haar ook geen verschil uit welke moeder ze geboren is. „Kinderen vragen dat wel vaak, wie nou m'n echte moe der is. Ik vind dat een rare vraag. En als ik zeg dat Sonja m'n echte moeder is, zeggen ze dat Mieke m'n vader moet zijn. Ik zeg dan hoe kan dat nou, dat is een vrouw!" Strenge vader Babbe ziet wel voordelen aan het hebben van twee moeders. „Soms hoor ik kinderen praten over een strenge vader. Dan ben ik blij dat ik dat niet heb!" Babbe zou later ook wel met een vrouw willen wonen. „Dat vind ik erg gezellig, vrouwen praten veel. Ik hou van praten en lange verhalen schrijven". Op t.v. was een meisje die woont in een tent daarvoor in een kraakpand dus ze was wat gewend Haar kast is een kistje een gat de wc. gehakt ijs op een vuurtje werd water voor de thee. Het leek wel kamperen maar dan 't hele jaar. Vooral bij de kachel denk ik vaak weer aan haar. Marina van den Boogaart

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant katern Krullebak (1981-1999) | 1997 | | pagina 2