Pijp moet weg voor skatebaan Negen noten uit de zak Pesten doet wel zeer Jeugd uit Borsele praat mee over beleid gemeente Jongeren uit Tsjernobyl laden zich op aan zee PZC'krullebak' 17e JAARGANG-NUMMER 9- DINSDAG 7 OKTOBER 1997 lN 5o/^/AiQE Vofif)E$ STAAT 3>£ Ti/D cc vvooN MIDDELBURG - Per 1 oktober is op duizend Nederlandse scholen de pesttest gepresenteerd. Een multiple choice test die de leerlingen zelf invul len. De uitslag van de test geeft aan of er in een klas wel of niet gepest wordt. „Pesten beïnvloedt heel je leven, het geeft je een ge voel van ik ben niets. Het ergste is meestal niet dat iemand een blauwe plek heeft, maar dat je er niet I bij hoort, buitengesloten wordt, dat doet pijn," zegt Cor Terlouw. Cor is verbonden aan de Toorenvliedtschool in Middelburg. Van daar uit begeleidt hij leerlingen in het voortgezet onderwijs: „Ik praat met kinderen met problemen om te voor komen dat ze naar de Toorenvliedt toekomen. Veertig procent van de leerlingen op de Tooren vliedt heeft met pesten te maken gehad. Ze werden gepest of waren zelf de pestkoppen." Verschil Plagen en pesten, wat is het verschil? Cor: „Plagen moet je tegen kunnen. De ene dag word je geplaagd, de volgende dag plaag je terug. Pesten is anders, dat gebeurt voortdurend, elke dag." Welke kinderen worden er „Elk kind kan worden," vertelt Cor. „Je kunt niet zeggen dat als je bijvoorbeeld rood haar hebt. je dan zeker gepest zal worden. Wel is het zo dat kinderen die gepest worden vaak niet goed nee kunnen zeggen, te afwach tend zijn." En pestkoppen? Cor: „Pestkoppen zijn ook vaak kinderen met proble men. Onder die stoere houding zit dikwijls een gevoel van onzekerheid. Zij kiezen voor de houding van aanval is de beste ver dediging. Als ik het doe, doen ze het niet bij mij den ken ze". Oplossing Hoe kan je pesten oplossen in een klas? „Dat moet een samenspel zijn met alle betrokkenen. Leerlingen, ouders, leraren en de school", zegt Cor. „Het gepeste kind moet opgevangen en begeleidt worden, maar de pestkop ook. Dat is toch ook een kind dat niet goed weet hoe hij met anderen om moet gaan. Hij realiseert zich vaak niet wat hij een ander aandoet, hoe fataal pesten kan zijn". OVEZANDE - „De pijp stinkt naar pies," zegt Evelien van der Ven (12) met een vies gezicht. „En regel matig wordt er in die pijp fikkie gestookt," voegt Joeri de Decker (12) er aan toe. Wat hen betreft: Weg met dat ding! En dan? „Een skatebaan", zeggen ze zeer beslist. „Daar heeft de jeugd in Ovezande behoefte aan." De beide leerlingen van de basis school De Zandplaat zijn zich serieus aan het voorbereiden op het kinderdebat met de gemeente Borsele. Vertegenwoordigers van alle basis scholen uit die gemeente komen op 15 oktober bij elkaar in het gemeen tehuis. Want de gemeente praat niet alleen over maar het liefst ook met kinderen. Vandalisme Samen met burgemeester Mandos en wethouder Elenbaas worden verschillende zaken besproken. Hoe houd je de gemeente veilig? Wat doe je aan vandalisme en hoe ga je met elkaar om? En welke zaken zijn echt voor kinderen heel belangrijk. Joeri en Evelien zullen het zeker hebben over het afschaften van het schoolzwemmen. „Doodzonde, dat kinderen onder schooltijd geen zwemles meer kun nen krijgen", zeggen beiden. Ook het openbaar vervoer van en naar het zwembad in Heinkenszand kan beter. Wensen Of ze in alles hun zin krijgen betwijfelen de twee. „Elk dorp heeft zo z'n eigen wensen en het geld moet worden verdeeld", zegt Evelien. Iedereen kan en mag z'n zegje doen in de gemeente Borsele. Ook degenen, die niet meedoen aan het kinderdebat. Gewoon een briefje sturen naar het gemeentehuis met je wensen en ideeën. De pot met geld (één miljoen!!) is nog niet verdeeld. Evelien van der Ven en Joeri de Decker: pijp stinkt naar pies. foto Willem Mieras OOST-KAPELLE - „Als ze hier komen hebben ze al vaak bloedneuzen. Ze zien ontzettend bleek, hebben vaak last van hun longen," zegt Conny Geerse uit Vrouwenpolder. Ze zijn kinderen uit de buurt van Tjernobyl in Rusland. Daar is jaren geleden de kerncentrale gaan lekken, waardoor radio-actief afval vrij kwam. Conny: „Dat stralingsgevaar is honderd maal zoveel als de toegestane hoeveelheid in Nederland." In juni las Conny een oproep in de krant om kinderen uit besmette gebieden een poosje in Nederland te verzorgen. Twee maanden Conny: „Ik heb gebeld en toen bleek dat er nog iemand uit Vrouwenpolder had gereageerd, was er meteen al een werkgroepje." Intussen is die werkgroep gegroeid, want er moet veel werk verzet worden. „Er komen 33 kinderen uit het dorp Radaztan," zegt Conny. „Ze komen op 12 november en ze gaan 10 januari terug. Twee maanden dus." De kinderen worden ondergebracht bij gastge zinnen in Vrouwenpolder. De kinderen zijn alle maal tussen de acht en twaalf jaar en zitten bij elkaar in de klas. Conny: „Hun eigen meester komt mee en er is een tolk bij." 's Morgens krijgen de kinderen les van hun ei gen leerkracht en 's middags verzorgt de werk groep activiteiten voor de kinderen. Sponsors „We zijn ook druk bezig met het vinden van sponsors," zegt Conny. „Om wat schoolmateriaal te kopen, een uitstapje te betalen enz.." Om zoiets te regelen is veel geld nodig. De werk groep raamt de kosten op zo'n dertigduizend gulden! Conny: „We hebben twee doelstellingen. We wil len de kinderen hier twee maanden een gezonde voeding en een gezonde omgeving aanbieden. Dan hebben ze de komende twee jaar meer weerstand en zijn ze minder vaak ziek. En we willen ze wat van de Nederlandse cultuur leren kennen en ze iets van het christelijk onderwijs meegeven." Wat vooral ook leuk is voor de kinderen, is dat ze aan zee zitten. Die hebben ze nog nooit gezien. Meer informatie? Bel Conny: 0118-593500. De vier Hekhuizen zijn verslaafd aan de doedelzak: we dragen het uniform van de bchotse bevrijders van Walcheren. foto Dirk-Jan Gjeltema VLISSINGEN „Op school had ik een gruwelijke hekel aan muziek. Het was altijd met die ritme stokjes en met woodblocks. Niet echt geweldig." Dit zegt de 21- jarige Gilbert Hekhuis uit Oost-Souburg. „Op m'n veertiende mocht ik met m'n vader mee naar de clubavond van Inter Scaldis, de Vlissingse doedelzakvereni ging, en sindsdien ben ik eraan verknocht," zegt Gilbert. Hij heeft het doedelzakspelen er met de paplepel ingegoten gekregen, want zowel zijn vader als zijn moeder bespelen het instrument. „En dat is nog niet alles. Ook mijn broer Robert speelt bij de band op snare-drum." Elke woensdagavond om 19.30 uur zijn de vier Hekhuizen aan het oefenen. Hoewel de doedelzak maar negen noten heeft, is het bespelen er van technisch behoorlijk pittig. Gilbert: „In principe is het een kwestie van de zak, die je onder je arm hebt, op druk houden. Je blaast er lucht in en als hij vol is, druk je de lucht er met je arm uit, terwijl je tegelijk de fluit bespeelt. Als je drukt, kan je weer adem halen en andersom, maar je blijft doorspelen." Vooral het verhaal achter Inter Scaldis vindt Gilbert interessant. „Wij mogen het uniform dragen van de Schot se mannen, die Zeeland heb ben bevrijd in de Tweede Wereldoorlog. We worden elk jaar uitgenodigd om in Schot land te spelen en we worden daar enorm gastvrij ontvan gen. Ze waarderen het buiten gewoon dat er een groepje Ne derlanders komt spelen, waar ook nog een redelijk geluid uit komt." Les Hun volgende optreden is 1 november in Middelburg. Dan komt er een groep oud-strij ders op bezoek. Inter Scaldis treedt niet alleen in Nederland op, maar ook ver daarbuiten. En op een feest, een bruiloft of een jubileum komen spelen, daar zijn ze ook voor in. Gilbert: „Wie meer wil weten van onze band, kan mij bellen: '0118-463715. Leskrijgen kan ook. Vanaf je veertiende jaar ben je welkom. Jong geleerd..."

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant katern Krullebak (1981-1999) | 1997 | | pagina 1