PZC krullebak Been zit in de Wij douchen bij oma Drol op I verkeerde plek kost 60 piek Koeren mag, voeren niet 17e JAARGANG - NUMMER 1 - DINSDAG 14 JANUARI 1997 KRUININGEN - Het is overal hetzelfde probleem en iedereen heeft er last van: Hondenpoep. Om daar wat aan te doen, heeft de e gemeente Reimerswaal sinds kort een poepcontroieur in dienst. „Als jachtopzichter rijd ik toch steeds rond en dit kan ik er best bij doen." zei Theo degens tegen de gemeente. f Honden mogen niet loslopen in de bebouwde kom en hun uitwerpselen mogen niet terecht komen op plekken waar ki nderen spelen of op .openbare terreinen. „Ieder mens voelt het, j wanneer z'n hond op een verkeerde piek poept," meent Theo. „Daar hoef je hele- I maal niet zo'n slimmerik vóór te zijn." Leren Een dier moet poepen. Klaar uit. Het ligt ook niet aan het dier, dat het het op een bepaalde plek doet.-Dat ligt. J- aan de eigenaar. Theo: „Als je er geen baas over kunt, dan laat je je hond maar in je achtertuin poepen." Want het is te leren. „Als het zou moeten, dan I zöu je bij wijze van spreken I je hond kunnnen leren op [het toilet zijn behoefte te doen," lacht Theo. Theo mag een bekeuring I geven, als de eigenaar van I de hond in overtreding is. I Tot nu toe heeft hij dat niet [gedaan. I Theo: „Maar ik heb me wel overal laten zien en dan hoor je de mensen zeggen: Daar t-ie!" Klachten Theo is niet van plan op de [loer te gaan liggen. Als er een klacht bij de gemeente komt, wordt hij gebeld en t er naar toe. „Ik praat eerst met de men- sen en probeer ze vriendelijk uit te leggen, wat mag en I niet mag," legt Theo uit. En J dat helpt vaak al heel goed. De poèpoverlast zou best meevallen, als de mensen zich wat anders gedroegen. [Tip van Theo: „Wie zijn I hond uitlaat, moet hem korf aan de lijn houden. Een hond die losloopt, doet wat hij wil. Ook een lange lijn is I niet goed. Nee, kort volgen. I Een hond die volgt, poept niet!" Het liefst zou Theo geen bekeuring geven, maar als I het moet, dan zal hij niet aarzelen. „Voor zestig piek verkeerd Poepen is heel duur!" toto Willem Mieras Hildegarde en Julia de Bruyckere: schaatsbaan voor de deur. foto Lex de Meester MIDDELBURG - „Sommige kinderen vragen of we het niet eng vinden dat we zo in het water kunnen vallen. Maar de meesten vinden het erg leuk en willen meteen komen spelen Wie de afgelopen weken op bezoek kwam bij Hildegarde en Julia de Bruyckere (9) hoefde daar niet bang voor te zijn: die kon beter zijn schaatsen meenemen. De tweeling woont op een boot, die zijn vaste stek heeft aan de Bierkaai in Middelburg. Het is een bijzondere boot, bijna 100 jaar oud en hij vaart nog steeds. In de zomer varen ze regelmalig naar het Veerse Meer om daar wat te zwemmen. Maar hoe is het op zo'n woonboot in de winter als het vriest „We hebben één kachel en als die het niet doet vriest er veel kapot", vertelt Hildegarde. Toen het zo erg ging vriezen is de waterleiding buiten be vroren. Julia: „We hebben een tank met water. Er zit veel water in dus we redden het er wel mee. We douchen bij m'n oma en we gaan vaak naar het zwembad!" Veel ruimte Bijna iedereen die de boot van binnen ziet is verbaasd over de ruimte. Er is een woonkamer, een keuken, een gang met wc en douche en drie slaapkamers. „Onze slaapkamers zijn nu koud. We leggen dan de slaapzakken even bij de kachel voordat we gaan slapen", zegt Julia. Toch valt de kou op de boot erg mee, er ligt isolatie op het dek De voordelen van een woon boot wegen veel zwaarder voor hen. Hildegarde: „Het is hetzelfde als in een huis, maar je kan ook nog weg!" En wie kan er schaatsen van af de voordeur? Vorig jaar was het ijs rond de boot sterk genoeg hiervoor, net als dit jaar. „Ook hebben we toen een iglo gebouwd", vertelt Julia. „Iedereen pakte een emmer, vulde die met water en als het ijs was zetten we de blokken ijs op de wal". Beide meiden weten het zeker: later blijven ze op een woonboot wonen. „Eén van ons koopt dan een nieuwe", denkt Hildegarde. „Of we gaan hier samen wonen", vult haar zus aan. „Van het dobberen val je goed in slaap!" VLÏSSINGEN - „Sinds de overkapping in de Walstraat zitten de duiven tamelijk beschut en is het aantal duiven flink toegenomen," zegt wet houder De Haas van Vlissingen. Zo veel dat de winkeliers, de bewoners en de woningbouwvereniging bij de gemeente gingen klagen. „Wij hebben dat onderzocht en de klacht bleek terecht," zegt De Haas. De gemeente liet daarop een aantal duiven vangen, maar daar kwam ook weer bezwaar tegen. „Ër was een mevrouw, die de duiven elke dag voer gaf en zij maakte fel bezwaar tegen hét van gen van de duiven", vertelt De Haas. „En bovendien woont zij naast de winkelier, die het meeste bezwaar had tegen de duiven." Dan is er wel sprake van een tegenstelling. Rumoer De .Haas heeft met de betrokkenen gesproken. Dat leidde er toe, dat. de duiven niet meer gevoerd zouden worden en ook niet meèr gevan gen. Het bleef een tijd rustig tot er weer rumoer ont stond. De Haas: „Het bleek dat er toch weer gevoerd werd en er weer te veel duiven kwamen Toen werd er weer een aantal gevangen, maar daar kwam weer bezwaar tegen van de interna tionale dierenrechtenorganisatie PETA. „Als Je duivenoverlast hebt, moet je eerst gaan kijken waar dat aan ligt, zonder dat je ze daar voor straft- door ze dood te maken," zegt Geoffrey Deckers van de PETA. Patat Geoffrey weet wel andere manieren, om overlast van dieren tegen te gaan: „De eerste stap is niet voeren in het centrum van de stad. In de parken natuurlijk wel. Wat is nu een park zonder dieren. Ook moet je proberen het aantal nestelplaatsén te' verminderen, waardoor er minder dieren komen. En tenslotte moet je bakkers en patat- zaken verplichten afvalbakken te plaatsen." In Vlissingen wordt sinds 31 december geen duif meer gevangen. De Haas: „We wachten nu tot het voorjaar en dan gaan we diervriendelijk be strijden. Het moet mogelijk zijn om een oplossing té vinden voor alle partijen." YERSEKE - Tweede kerstdag is het gebeurd. „Ik ging samen met mijn zusje en een vriendinnetje schaatsen op de ijsbaan. Het was de eerste keer van het jaar. Opeens zag ik een putje in het ijs. Ik probeerde nog er omheen te schaat sen, maar dat lukte niet. En sboem daar lag ïk", vertelt Elzalien Chris- tiaanse(8) uit Yerseke. Haar papa was net weg en ze kon niet meer opstaan. Twee mevrou wen hebben haar naar de kant gedragen en ijsklontjes in haar sok gestopt. Elzalien: „Ze dachten dat ik mijn enkel had verzwikt of zo. Een ande re mevrouw heeft me toen met de auto naar huis toe gebracht". Daar lag ze dan op de bank. „Ik moest wel huilen. Het deed veel pijn, vooral als lk mijn been bewoog. Toen zag mama ineens dat er zo'n raai' bobbeltje op mijn scheenbeen kwam en zijn we toch maar naar de dokter gegaan. Die stuurde ons door naar het zieken huis." Op rolletjes Elzalien vertelt haar verhaal van uit een rolstoel. „In het ziekenhuis kwam er eerst een broeder naar mijn been kijken en toen ook nog de dokter en die zei dat mijn scheenbeen gebroken was. Op de röntgenfoto zagen ze dat het op twee plaatsen was". Toen ging er gips omheen. Er werd nog een foto gemaakt om te kijken of het goed zat en daarna kon ze weer naar huis. Onhandig Zo in haar rolstoel neemt ze aardig wat plaats in. Elzalien: „Het is best onhandig, ik zit regelmatig in de weg bij ons in huis. Mijn been steekt ook zover vooruit!" Elzalien gaat wel gewoon naai school. „Daar is het ook niet makkelijk, want mijn klaslokaal is op de eerste verdieping. Papa brengt mij naar school en draagt de rolstoel naai* boven. Zelf ga ik op m'n billen achterstevoren de trap op." Gaat ze straks weer schaatsen als het kan? „Jawel hoor, want ik vind het leuk om te doen". Elzalien Christiaanse: ik moest wel huilen.

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant katern Krullebak (1981-1999) | 1997 | | pagina 1