VERSIEREN Pukkel is meer dan wat kleur In je hoofd zitten allemaal werelden Ouwe troep levert sieraad op m Kuifje, en waar blijft Bobby? Tattoo sieraad voor het leven Masker 2 DINSDAG 13 DECEMBER 1994 Alsof het kostbare museumstukken zijn, zo liggen de zelfgemaakte sieraden uitgestald in de vitrines van de openbare basisschool Ter Tolne in Tholen. Drie weken lang hebben de kinderen eraan gewerkt. „Eerst leek het me niks," zegt Bait 11„maar door die dia's zag ik datje heel mooie sieraden kunt maken, zomaar van stukjes verfrom meld papier of theezakjes. Dat vond ik heel apart." Hij maakte een ketting met kralen en witte viltjes: „Ik vind het een soort Indianen- ketting, ik denk dat ik hem maai- aan mijn moeder geef." „We mochten van alles pakken." vult Lilian (12) aan, „stokjes, kroonkurken, fietsbanden, houten kralen, pluimpjes, elektriciteits draad..." „Datje van ouwe troep zulke mooie dingen kunt maken," is wat Tatjana (12) van het project geleerd heeft. Zij maakte een lint met kurken waar weer stokjes tussen zitten, met stenen aan elkaar bevestigd. Laura 10) maakte wel drie armbanden en een ketting: „Maar ik werk altijd nogal snel." En Debbie (10) vond een constructie uit waarbij Van links af Bart, Debbie, Wendy, Karin, Lilian en Laura, foto Dirk-Jan Gjeltema ze luciferstokjes door kralen stak en die weer met draad aan elkaar bond. Het resultaat is een prachtige halsketting. Wendy (11) weet nog niet of ze haar sieraad gaat dragen: „Ik vond het maken erg leuk. maar volgens mij sta je met zo'n ketting echt voor joker. Misschien is het voor een feestje of carnaval wel leuk." Waar het project precies vandaan kwam we ten de kinderen niet, maar ze vonden het prachtig. „Er was een soort tentoonstelling bij over klederdrachtsieraden en sieraden van andere culturen. Ook kon je zien hoe een kun stenaar sieraden maakte." En dat zo'n project van school tot school gaat spreekt hen ook wel aan. „Dan kan iedereen leren datje bruikbare spullen niet weg hoeft te gooien," zegt Karin (11). En als bewijs laat ze trots een armband zien van plat geslagen me taal en uitgeplozen touw. Ondertussen zijn de kinderen in Tholen al weer met iets anders bezig: „Dat is het leuke van onze handenarbeidlessen, onze juffrouw verzint steeds weer iets nieuws." Aan de zijkant kaal. lijn tjes, figuurtjes, zijn naam in zijn hoofd, een blond kuifje, rood kuifje...Je kan het zo gek niet bedenken of Teun van Slooten heeft het kapsel al eens aange meten gekregen. Sinds kort draagt Teun zijn haar 'gewoon'. „Ja, je wordt toch wat ou der hé," zegt Teun draai end op een kappersstoel bij Christian Coiffure. „Ik was al acht toen mijn moeder me alleen naar de kapper liet gaan. Ze gaf geld en zei: laat het maar gewoon bijknippen. Ik kwam terug met een blond plukje." Kuifje „Nu komt Christian, de nieuwe kapper, steeds met nieuwe ideeën of ik heb zelf iets leuks in ge dachten. Maar ik doe nooit iets wat een ander al heeft." zegt Teun met klem. „Meestal lacht ie dereen eerst om mijn haar, of ze roepen: Hé, Kuifje, waar is Bobby?. Daarna doe ze je na." „Wat mijn moeder er van vindt? Vaak wel leuk, al leen kaal vindt ze niet zo." Dreadjes „Misschien wil ik over een tijdje wel eens dreadjes..." Is dat niet alleen voor mensen met kroeshaar weggelegd? „Nee hoor, je draait pluk jes haai- met ei goed door elkaar. Daarna een paar weken niet wassen en je hebt dread-locks. Alleen als je het beu bent moetje wel helemaal kaal gescho ren worden." Sorry mam. Teun van Slooten: Ik doe nooit wat een ander al heeft. Van jonge mensen ouwe wrakken maken, heerlijk. foto Lex de Meester Een vlinder, een motor, het portret van je fa voriete zanger. Of wordt het toch maar de naam van je vriendin? Al dan niet met een hartje. Wie door de dikke boeken bladert in de Tattoo Studio bij Rinus Souisa in Middel burg zal merken dat de keuze voor tattoo's eindeloos is. „Het versieren van je lijf met. tatoeages is al zo oud als de mensheid." vertelt Rinus. De bosnegers deden het en de Indianen. Rinus zelf doet het al zo'n 25 jaar. Op zijn eigen li chaam maar ook bij anderen. Fouten „Tatoeëren is een heel precies werkje," legt hij uit. „Fouten maken mag niet. Het moet in een keer goed zijn. Tenslotte gaat een tatoea ge echt een leven lang mee. Verwijderen is zo goed als onmogelijk. Je moet dat vooraf wel goed bedenken. Het portret van je favoriete zanger kun je later dus niet meer van je rug laten krabben als je spijt krijgt." Tatoeages kun je op iedere plek van je li chaam laten aanbrengen. Rinus: „Maar ik doe het niet op handen en het gezicht. Dat loopt te veel in het oog en wellicht krijg je daar later problemen mee als je gaat sollici teren." Kosten Wie een eenvoudig hartje wil, is zo'n 45 gul den kwijt. Een compleet portret kost heel wat meer. „Maar dat kost al gauw zo'n vier uur werk," legt Rinus uit. Zijn klantenkring bestaat uit mannen en vrouwen. Rinus: „Tegenwoordig zijn de men sen trots op hun tatoeage. Het zijn ook ware kunstwerkjes, die iedereen best mag zien. Het zijn heel persoonlijke sieraden." „Viespeuken en wonden, en van jonge mensen ouwe wrakken ma ken. Heerlijk!", vertelt Emke So- nius uit Westkapelle. Voor de duidelijkheid: Emke is geen sadiste, maai- grimeuse. On der haar handen zijn al vele hon derden prinsesjes, heksen en mon sters ontstaan. Ouwe mannnen, blauwe ogen, smurfen, clowns, turtles. Je kunt het zo gek niet be denken: zij maakt het. „Deze koffer is mijn toverdoos," vertelt ze. „Als die ergens opengaat hoor je altijd: Oooh...!" Emke is ei genlijk een beetje onverwacht in deze hobby gerold. „Iemand vroeg in 1986 of ik een schminkcursus wou volgen. Dat wou ik wel. Vorig jaar won ik plotseling een Elektra. Dat is een belangrijke toneelprijs in Zeeland. Met het prachtige beeldje was ik heel blij." Trucjes Grimeren leer je vooral door te doen. Emke: „Ook allerlei trucjes. Een diepe snijwond of een vette pukkel is meer dan een beetje kleur. Maar juist dat soort dingen proberen uit te vogelen is zo leuk." Grimeren is bij toneel echt nodig, zegt Emke: „Zonder schmink lijk je onder die felle lampen net een bleke Bet zonder gezicht. Maar mèt durf je ook meer. Ook als kin deren thuis spelen. Hoedje-pruik je-oorbellen. Je bent zo de prinses of zigeunerin en dan is het gewoon leuk om ook het gezicht mooi te versieren." Het is wel belangrijk dat je goede schmink koopt (Grimas). Emke: „Die is niet slecht voor je huid en die was je er zo weer af. Van goed kope schmink krijg je pukkels en droge plekken. Een doosje met vier kleuren kost twintig gulden, maar je doet er wel lang mee. Een gri meerpotlood is ook makkelijk. Een zacht sponsje, wat rouge en een ou we lippenstift van je moeder: je toverdoos is klaar." Een tip: teken eerst de lijnen, vlak ken opvullen met een vochtig sponsje, dan de rest met het kwast je. Eerst een tekeningetje maken werkt ook fijn. Veel plezier. Een mooie meid da's zeker waar. Er waren er jaloers op haar. De stralende lach verborg verdriet. Ze huilde van binnen. Je zag het niet. Haar pijn liet niemand dichterbij. Ze lachte maar. Wat leek ze blij. Marina van den Boogaart Soms lijkt het wel of je met kunst een beetje voor de gek gehouden wordt: als het over een zelfportret gaat denk je nu eenmaal niet gelijk aan een soort toren van drie grote opgesta pelde gebogen vormen met een ope ning erin. „Maar voor mij heeft een zelfportret niets met gelijkenis te maken," zegt Rianne Lannoye. „Het gaat erom dat je dingen van jezelf duidelijk maakt. In je hoofd zitten allemaal werelden, die moetje zichtbaar maken." Rianne. die in Sluis is opgegroeid, studeert sinds 1990 aan de kunstaca demie in Tilburg en voor haar afstu deerproject koos ze 'het zelfportret' als onderwerp. „Ik vertel iets over mijn buitenkant door huisachtige vormen te bouwen, plekken waar je je in kunt verstoppen," legt ze uit. „En om te laten zien waar ik van daan kom maak ik die huisjes van blauwe zeeklei, die ik aan het strand van de Westerschelde vind. In zo'n zelfportret zit een deel van je 'roots'. Je oorsprong, daar kun je niet om heen." Het bewerken van de zoute zeeklei was niet zo makkelijk: „Door het ho ge zoutgehalte kon de klei niet in de elektrische oven gebakken worden, maar alleen in gasgestookte ovens. Bovendien is de klei soms chemisch verontreinigd. Eén keer zat ik hele maal onder de blauwe plekken! Bij rijkswaterstaat heb ik toen laten on derzoeken of het niet al te gevaarlijk was. Ik zit tenslotte niet alleen op die school." Behalve de grote huisvormen maakt Rianne ook kleinere dingen: „Daar mee vertel ik iets over mijn binnen kant." Dat doet ze met materialen als was en haar eigen haar: „Dat heb ik een paar jaar opgespaard in een tijd dat ik veel naar de kapper ging. Voor mij verwijzen die werkstukken naar heel veel dingen, maar iedereen mag daar zijn eigen betekenis aan geven." In het streekmuseum in IJzendijke is tot 23 januari een tentoonstelling te zien van zeven kunstacademie-stu denten, die oorspronkelijk uit Zeeuwsch-Vlaanderen komen. Rian ne is er een van.

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant katern Krullebak (1981-1999) | 1994 | | pagina 2