Lekkere koude ril over je lijf
Wie zin heeft mag meevertellen
En wie is het kwijt?
Cassettekrant
leest luisterend
'Kan ik niet'
bestaat niet
kinderboekenweek
Een boek vol Enge Verhalen (Westfriesland)
Elke avond - om negen uur en ze
ven keer per week - gaat op een
zolder ergens in een dorpje in
Noord-Brabant een luxaflex naar
beneden. Bij het licht van een
lampje en in het schijnsel van zijn
computer gaat Paul van Loon
dan verder waai' hij de vorige
nacht is blijven steken. Met
songs van The Rolling Stones of
met filmmuziek uit Bram Sto
kers Dracula brengt hij zichzelf
in the mood, om door te kunnen
werken tot twee uur...drie uur-
...vier uur...of nog later.
,,'s Nachts voel ik me het lek
kerst," zegt hij. „In het donker
ziet de wereld er beter uit. De
kleuren zijn gedempter, minder
fel en de geluiden klinken ge
heimzinniger. Voor mij de beste
tijd om aan een boek te werken."
Paul van Loon schrijft vooral
griezelverhalen. En dat veel kin
deren daar reuze van genieten
bewijzen de verkoopcijfers van
zijn boeken De griezelbus, De
griezelbus 2 en het Griezelhand
boek, en de nominatie die hij vo
rig jaar kreeg van de Nederlandse
Kindeijury voor Weg met die kro
kodil.
Koude ril
„Griezelen is een kunst. En kin
deren zijn daar heel goed in. Ze
zijn bereid mee te gaan in een we
reld die net een beetje anders is,
maar ook waar.
Ik probeer mijn verhalen zo op te
schrijven datje alles voor je ogen
ziet- gebeuren. Er moet een lekke
re koude ril over je lijf lopen, want
eng moet ook werkelijk eng zijn."
Zelf is Paul van Loon voor niets
en niemand bang. Beven als een
juffershondje voor een zwarte kat
(of iets dergelijks) kan hij zich als
voorzitter van Het Griezelge
nootschap nu eenmaal niet ver
oorloven: „De leden van die club
zouden zo over me heen huppe
len, als ik bij het minste geringste
zou piepen van angst. We komen
regelmatig bij elkaar om griezel
verhalen te vertellen en dan gaat
het er nogal eens bloedstollend
aan toe."
Liegen
Echt waar, of grootspraak? Daar
kom je bij hem niet achter. De
beste manier om iets over de ge
heimzinnige bijeenkomsten van
Het Griezelgenootschap te we
ten te komen is het eerste boek
van de club van acht lezen. Het
heet Griezellige Feestdagen
(23,80 gulden). Maar zelfs dan zul
Paul van Loon
je blijven twijfelen: „We hebben
elkaar plechtig beloofd tegen an
deren altijd te liegen over ons
ploegje."
Weet jij hoe de nacht eruit ziet?
Volgens de dichter Remco Ek-
kers in Van muis tot minaret
zo:
Bijna zonder bomen
lichte donkerte.
De halve maan
boven boerderijen
af en toe lampen
duisternis.
Nevel boven de grond.
Heel zachte geluiden
tot aan de horizon.
Voor de anderen is de nacht
zwart. Ravenzwart, pikzwart,
zelfs zwarter dan zwart...ook
als ze middenin de stad wonen.
Ze beleven 's nachts zulke
spookachtige avonturen dat ze
er de volgende dag nog ont
daan van zijn. Aan hen is het
onderwerp van deze veertigste
Kinderboekenweek dan ook
niet besteed.
Of misschien toch een beetje.
Want met de bundel Verhalen
in Nachtblauw kan ook (het is
echt niet onaardig bedoeld) de
bangste schijterd aan het tien
daagse leesfeest meedoen.
De vijftien verhalen in het
boek werden gekozen door Sel-
ma Niewold. Uit de stapel boe
ken die ze ervoor las koos ze
verhalen waar ze zelf om moest
lachen, van moest griezelen, of
die haar ontroerden. En na
tuurlijk moesten ze mooi ge
schreven zijn.
Weerwolf
Het engste verhaal vond ze in
kinderboekenweek
een boek van Ton van Reen.
Harm de wol ventemmer gaat
over een boerenzoon die 's
avonds op weg naar huis plot
seling de klauwen van een
weerwolf in zijn nek voelt. Na
het gevecht met het ondier
heeft hij in zijn hand een ding
dat kleverig aanvoelt. Het is te
donker om te zien wat het is.
En belangrijker: wie is het
kwijt?
De andere verhalen zijn nacht
blauw. Een beetje geheimzin
nig dus en lekker om te lezen
als je 's avonds na de nacht
zoen van je vader of moeder
nog even stilletjes in je eentje
onder de dekens wilt genieten.
Van Minoes (Annie M. G.
Schmidt) bijvoorbeeld. En van
Janneke van Zomeren (Joke
van Leeuwen) die bang is van
het donker en daarom voor ze
naar bed gaat een boterham
met gestampte muisjes eet.
Verhalen in nachtblauw is niet
alleen een boek voor jou. Er
staan ook mooie verhalen in
die je kunt voorlezen aan je
jongere broertje of zusje. Het
kost 27,50 gulden en wordt uit
gegeven door Ploegsma, Am
sterdam.
„In een heel klein boekje kan een
heel lang verhaal staan waardoor
je ineens ergens anders bent". Wat
jammer dat kinderen niet altijd be
seffen dat een boek lezen veel han
diger is dan televisie kijken: „Met
lezen kun je je te allen tijde verma
ken, zelfs midden op de hei, waar
geen t.v. bij de hand is".
Jet Manrho uit Rotterdam vindt
het belangrijk dat kinderen dat
ontdekken. Daarom richtte zij Au
toped op, een stichting die er alles
aan doet om kinderen en boeken
bij elkaar te brengen.
Zo is er de BOEKIEBOEKIEmo-
biel: „Die kan overal naar toe, is in
gericht als werkplaats voor kinde
ren en absoluut verboden voor vol
wassenen! Ook als je niet kunt
schrijven of tekenen kun je daar
een mooi verhaal of een tekening
maken", zegt Jet. „Kan ik niet be
staat niet, - als je maar goed na
denkt of fantaseert", is haar over
tuiging.
Tekentroon
Het werkgebied van Autoped ligt
rondom Rotterdam. „Maar we pro
beren zoveel mogelijk overal uit.
Met ons BOEKIEBOEKIE Mu
seum gaan we op bezoek bij andere
musea. Als BOEKIEBOEKIE er
is, ziet dat andere museum er hele
maal anders uit!"
Door dit museum te zoeken kun je
leren dat een illustratie uit een kin
derboek soms een kunstwerk kan
zijn. En dat terwijl je op de speciale
schrijf- en tekentroon zit of op een
'gewoon' leeskleedje.
Abonnement
Nooit van de BOEKIEBOEKIE-
krant gehoord? „Die wordt in Zee
land anders goed verspreid", weet
Jet. „In de bibliotheken en biblio
bussen en bij sommige boekhan
dels is die gratis verkrijgbaar.
Scholen kunnen zich erop abonne
ren en kinderen natuurlijk ook".
De krant verschijnt vier keer per
jaar en is er om duidelijk te maken
dat lezen spannend, leuk, leer
zaam en vooral plezierig is.
En dan mogen we natuurlijk niet
deze dubbeldikke Krullebak ver
geten: Jet en Autoped hielpen mee
aan de speciale OEI, FANOY
krant.
Luisteren naar de krant. Kan dat eigenlijk
wel? „Beslist," zegt Ineke Timmerman van
ie stichting Gesproken weekblad Ons Zee
land. „Onze krant kun je luisterend lezen.
Wei negentig minuten lang. Het is namelijk
een cassettekrant."
Iedere week bezorgt de postbode de casset
tes bij de abonnees van deze krant. Gewoon
ha de brievenbus, floep op de deurmat. Net
als alle andere kranten. „De cassettekrant is
een uitkomst voor mensen, die bijvoorbeeld
slechtziend zijn." vertelt Ineke. ..Maar ook li
chamelijk gehandicapten blijven zo op de
hoogte van het nieuws."
Zo'n twintig mensen verzamelen het nieuws
uit de dagbladen, herschrijven het en dan
'rordt het ingelezen. Twee keer per maand is
e' een aparte bijlage met achtergronden bij
nieuwsfeiten.
Bovendien is er een aparte bijlage, Ons Zee-
iand genaamd. Speciaal met nieuws en ande
re belangrijke zaken uit de provincie.
Ineke „Ook laten we op de cassettes wel
eens Zeeuwse muziekgroepen horen of ty
pisch Zeeuwse verhalen." Al 27 jaar lang
«ordt de krant met veel plezier door vrijwilli-
Sers gemaakt en met evenveel plezier door
<lc abonnees beluisterd. „We hebben op dit
moment zo'n 400 abonnees." vertelt Ineke.
Baarbij horen ook veel mensen in verpleeg-
w verzorgingstehuizen. Deze mensen kun
nen 20 zelfstandig het nieuws blijven vol
gen."
Jïie weet, wordt dit Krullebakstukje binnen
kort 'luisterend gelezen'.
.Nee gooi me niet terug in de ri
vier!", riep de modderige pot naar
Ananzi de spin. „Neem me mee en
wrijf me op. Je zal dan altijd ge
noeg te eten hebben. Maar beloof
me datje me nooit zal ivassen!"
De hongerige Ananzi pakte ver
baasd de pot uit z'n visnet en sta
melde: „N-nou g-goed, dat beloof
ik". En nam de pot mee naar huis.
Een nieuwe versie van Aladdin?
Surinaamse kinderen weten wel
beter. Want dit is een stukje uit
één van dè bekendste Ananzi-ver-
haJen uit de oude negercultuur.
Geen sprookje dus, maar verha
len die een boodschap overbren
gen.
Geheimtaal
„Vroeger gebruikten de slaven
ananzi's om elkaar berichten door
te geven die de slavendrijver niet
mocht horen", legt ananzi-vertel-
ler Herbert Veira uit. „De dieren
die in de verhalen voorkomen zijn
'codes'. Een soort geheimtaal zou
je kunnen zeggen.
„Ananzi is een spin met zeven kin
deren. Die kinderen zijn codes
voor de zeven dagen van de week.
Het oudste kind is maandag", ver
klapt Herbert.
Slaven zijn er niet meer, maar de
ananzi's worden nog steeds door
verteld. De Vlissingers Herbert
Veira en Roy Elskamp van de to
neel- en dansvereniging Amazone
Ananzi-vertellers Herbert Veira en Roy Elskamp: dieren zijn een soort geheimtaal. foto Lex de Meester
bezoeken vaak scholen om anan
zi's te vertellen en uit te beelden.
„Iedereen heeft plezier in de anan
zi's, want wie zin heeft mag mee
vertellen", zegt Herbert. „Je hoort
dus nooit hetzelfde verhaal twee
keer".
Wie echt goed de smaak te pak
ken heeft kan het vak ananzi-ver-
teller bij de vereniging 'Amazone'
leren.
„Maar dan moet je wel héél goed
zijn, hoor", aldus Herbert.
Uit: De Klok van Klaas van Nannie Kuiper (Leo
pold)