Dertig paar per seizoen Het water is wel koud Professor helpt je met proef Jacco Oudeman krijgt uitleg van Hans van Breukelen Meisjes bij de Middelburgse brandweer Reglement school moet racisme verbieden 11E JAARGANG - NUMMER 11 - DINSDAG 10 DECEMBER 1991 outff Apner Jacco Oudeman heeft een hekel aan en glad veld, waar de bal zo doorschiet. Zijn zwakke plek is uitgooien: „Dat kan ik echt voor geen meter!" foto Willem Mieras KAPELLE Oog in oog staan met de keeper van het Nederlands elftal, Hans van Breuke len, en dan ook nog op t.v. komen in het pro gramma 'Ook dat nog'. Dat overkwam de 12- jarige Jacco Oudeman uit Kapelle. Een belevenis die hij nooit meer zal vergeten. Jacco is al vanaf zijn zesde jaar lid van de V.V. Kapelle. „Ik begon met voetballen", vertelt hij. „Maar ik kan eigenlijk alleen maar gaten in het veld schoppen. Toen ze een keeper no dig hadden en niemand wilde, heb ik het maar gedaan". En dat pakte goed uit, want Jacco keept nu in Cl. En hij is gekozen in de Zeeuwse selectie voor jongens onder de 13 jaar. Hij kreeg daarom van z'n ouders een paar ech te keepershandschoenen van maar liefst 125,-. Slijtage Jacco: „Maar al na één wedstrijd was de foam- laag versleten. Toen heeft mijn vader een brief geschreven naar de Consumentenbond. En die heeft het doorgegeven aan 'Ook dat nog". Daar hadden ze een leuk idee. Jacco mocht met z'n vader naar de wedstrijd De Graaf- schap-PSV. Hans van Breukelen zou hem voor de warming-up uitleggen, hoe dat met die slijtage zat. Het werd gefilmd en uitgezon den op t.v. Jacco: „Ik moest m'n keeperskleding meene men, maar ik wist verder van niks. Hij kreeg van Van Breukelen twee paar nieuwe hand schoenen cadeau. „Ik heb er wel voor 400,- nieuwe spullen aan overgehouden", glundert hij. Goede handschoenen zijn super belangrijk voor een keeper. Hans van Breukelen verslijt wel 30 paar per seizoen! Intussen keept Jacco weer gewoon verder om het Zeeuws kampioenschap Cl. Het liefst heeft hij ballen op het doel, die je goed ziet aankomen. „Die kan je zo lekker uit de lucht plukken". AMSTERDAM Is een professor een verstrooid mannetje dat in een stofjas geheimzinnige proeven met rare vloeistoffen doet? „Onzin", zegt Piet Duizer, weten- schapsvoorlichter van het Techno logie Museum NINT in Amsterdam. „Wetenschappers zijn mensen zo als iedereen en je vindt er mannen on der maar evenveel vrouwen. Ook kinderen - heus niet alleen de bolle bozen - zijn in staat met een weten schappelijk probleem aan de slag te gaan". Het NINT organiseerde vorig jaar met de Universiteit Utrecht en de Stichting voor Publieksvoorlich ting over Wetenschap en Techniek (PWT) in een paar grote steden het project Professor Post dat een groot succes werd en waaraan dit school jaar kinderen uit het hele land kun nen meedoen. Licht en kleur Piet Duizer: „Iedereen tussen tien en twaalf jaar die het leuk vindt om proefjes te doen, op onderzoek uit te gaan en stapje voor stapje een pro bleem op te lossen kan zich vanaf ja nuari het hoofd breken over licht en kleur en vanaf maart over tijd. Er is één voorwaarde. Kinderen moeten zich inschrijven en dat kost twintig gulden. Maar daar krijgen ze twee onderzoekpakketten voor met boekjes en materiaal, een onder- zoekschrift én een uitnodiging voor de grote Professor Postdae". Heel bijzonder aan het project is dat elke jeugdige wetenschapper voor dat goed besteed beetje geld er ook nog een correspondentieprof bijge leverd krijgt. Meer dan 130 medewerkers van uni versiteiten hebben zich opgegeven kinderen te helpen. Ze doen dat door brieven van hun jonge collega's te beantwoorden, hen raad te geven, aan te moedigen, commentaar te le veren en alles wat meer nodig is om het onderzoek tot een goed einde te brengen. Speciaal voor Krullebaklezers is de inschrijftermijn verlengd tot 20 de cember. Voorlopig hoef je niet meer te doen dan een brielje te schrijven naar Professor Post Postbus 19250, 3501 DG Utrecht. foto Oscar van Beest Van links naar rechts: Jaco, Pieter, Jasper en Eric. Vooraan Karin (1) en Saskia. MIDDELBURG - Brand! In zo'n grote, rode auto. Sirene. Blauw knipperlicht. Iedereen gaat voor je aan de kant. Snel! Huis in brand. Vlug naar binnen. Mensen redden. Daar komt de brandweerman naar buiten. Kind in de armen. Het leeft! Iedereen juicht Veel jongens dromen ervan om brandweerman te worden. En mei den dan? „Van de gemeente Middelburg moesten we zo nodig meiden aan nemen voor de jeugdbrandweer", zegt meneer Israël. Hij is*voorzitter van de jeugdbrandweer in Middel burg. „In het begin vond ik het eigenlijk maar een raar idee. Maar nu ben ik net zo trots op onze meiden als op de jongens", zegt hij. Karin Kuschnig (11) en Saskia Valk (12) zijn de nieuwe brand weermeiden. Saskia: „Het is hier heel gezellig. Niet zo'n meidenclupje maar lek ker gemengd. Dat vind ik leuker. Het enige vervelende is soms het koude water. De leiding trekt ons wel eens voor. Dan mogen wij kie zen met sport. Of de jongens dra gen de zwaarste spullen. Ik spaar alle kranteknipsels over onze brandweer. Later wil ik bij de echte brandweer. Of kraamverzorgster". Wachtlijst Karin: „Elke vrijdag gaan we naar de jeugdbrandweer. Van half 7 tot half 10. Daarna gaan we een frietje halen. Best wel laat. Maar de vol gende dag kan ik uitslapen. We krijgen sport en les. Ook moeten we oefenen met slangen en pom pen. Dat heet aflegsysteem. Ik ben pompbediende. Iedereen heeft een vaste taak. Voor brand wedstrijden moetje goed op elkaar ingespeeld zijn". Buiten doen ze een spel: een pion omgooien door te mikken met een uitrollende slang. Iedereen heeft een helm op en een speciaal geel pak aan. Meneer Israel: „Alles is hier gratis. Je moet wel een overhemd, zwarte sokken en zwarte schoenen heb ben. Bij de junioren (12 tot 16) zit het nu vol. Er is dus een wachtlijst. Kinderen die bij ons willen komen, moeten eerst een brief schrijven. Hoe jonger hoe liever". „Veel kinderen komen later bij de vrijwillige brandweer. En daar wil len we alleen de beste hebben. Want het gaat om mensenlevens". VLISSINGEN Anti Discriminatie Bureau Zeeland staat er op het bordje bij de voordeur. Het glimt nog van nieuwigheid. Toch draait het twee weken geleden geopende bureau in Vlissingen al op volle toe ren. Franca Pisanu heeft er de leiding. „Discriminatie is een algemeen menselijk trekje, dat voortkomt uit onwetendheid en vooroordelen", legt zij uit. „Door mensen voor te lichten over andere culturen, kun je deze discri minatie voorkomen". Een ander geval is wat Franca be wuste discriminatie noemt: „Met opzet mensen discrimineren omdat zij een andere huidskleur, nationali teit, afkomst, cultuur of geloofsover tuiging hebben. Noem het maar ras senhaat". Klachten Het Anti Discriminatie Bureau is er om klachten daarover te behande len. „Als er een klacht binnenkomt, bekijken we eerst samen wat er aan te doen is, of we door praten en be middelen iets kunnen oplossen. In het uiterste geval halen we de politie erbij". De afgelopen periode noteerde zij al een aantal klachten. Het ging over de bommelding bij het asielzoekers centrum in Goes en over het grote aantal racistische leuzen op muren en gebouwen. „Wij onderzoeken of dat het werk is van opgeschoten jongeren, die niet beter weten of dat er hier ook zo'n racistische groepering ontstaat als momenteel in België". Franca denkt dat het niet zo'n vaart zal lo pen, „maar je moet er wel goed op letten". Scholen Het bureau wil de scholen met ge richt lesmateriaal en voorlichtings programma's benaderen. „De leerkrachten en de school moe ten door hun houding het racisme bestrijden", vindt Franca, „aller eerst door in het schoolreglement op te nemen dat racisme verboden en dus strafbaar is". Het is duidelijk dat het bureau er ook voor kinderen is. Word je dus ge discrimineerd of zie je het om je heen? Bel gerust nr. 01184-86427.

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant katern Krullebak (1981-1999) | 1991 | | pagina 1