Monsters, dat vind ik mooi
Keyboard is voor luie kinderen...?
Prachtig
Eigen figuur
houdt toch
het meest
Mooi wonen
is voor mij
belangrijk
Van Goghalles op zijn tijd!
l^TMÏWl? WJ TMCT
JVXii lJJ^tVIV U JlH X
„Tekenen van monsters, dat lukt
mij het best," zegt de achtjarige Ar-
vinn Augustin uit Haamstede. Hij is
'gek' van tekenen, want dat doet hij
al vanafz'n tweedejaar.
Arvinn: „Ik maak er elke dag wel
een stuk of tien en alles wat papier
is, daar teken ik op."
Zo heeft hij onlangs een behangrol
van 10 meter lang volgetekend. Ar
vinn werkt het liefst met viltstiften,
want 'die zijn mooier, die hebben zor
veel verschillende kleuren.' Soms
tekent hij met kleurpotlood en soms
ook wel met krijt.
In vrijwel al zijn tekeningen gaat het
over goed en kwaad. „Over oorlog en
vrede teken ik graag," vertelt Ar
vinn. „Piraten, ridders, monsters en
veel schiettuig, dat vind ik mooi.
Maar ik teken ook graag een tuin
met bloemen of een boerderij."
Eigenlijk tekent Arvinn over alles,
maar één ding vindt hij moeilijk:
„Poezen en paarden en zo. Dan moet
je heel precies die pootjes doen.
Mensen tekenen lukt me wel."
Goed en kwaad
De ideeën voor z'n tekeningen plukt
Arvinn eigenlijk overal vandaan.
Van T.V. kijken, van Playmobiel en
ander speelgoed. Geen tekening
wordt weggegooid.
Arvinn: „Ik heb een heleboel teken
mappen en daar bewaar ik ze in. Ze
liggen allemaal onder m'n bed".
Hij zet geen datum op z'n werk, want
'die bewaar ik in m'n hoofd en ik doe
het ook niét, omdat ik ze dan niet
mooi meer vind.'
Architect
Hoe de toekomst van Arvinn eruit
ziet, weet hij nu al. „Ik word later
architect," zegt hij, „Die maakt plat
tegronden van huizen. Dat is een
leuk beroep en dan kan ik toch blij
ven tekenen!"
Arvinn wil geen tentoonstelling van
zijn werk, maar blijven tekenen wil
hij wel. „Dat staat vast," glundert
hij.
Arvinn Augustin: paarden en poezen erg moeilijk (foto Pieter Honhoff)
Zo groen, de dijk
hoog
naast de schuimende zee,
en
langs het witte pad
de lange rij
van rood.
Als klaprozen,
maar nimmer wijkend
voor de wind.
Hoe mooi is dit.
Zo
wil ik schilderen.
Marina van den Boogaart
Een keyboard. Dat is speelgoed voor venoende
ettertjes. Een maandje spelen met bliepjes en
bloepjes. En hupde kast in, naast de computer
en cd speler. Een keyboard. Dat is voor kinderen
die te lui zijn voor pianolessen. Pielen met één
vingertje tot het ivat lijkt.
Bovenstaande meningen zijn bekende vooroor
delen over keyboards. „Daar ben ik het helemaal
niet mee eens", zegt keyboard-lerares Marcela Si
mons (24). Zij geeft les boven de muziekwinkel
'Muziekcentrum Middelburg'.
„In de winkel kopen ze een keyboard, hierboven
krijgen ze les. Een keyboard is veel goedkoper
dan een piano. Een keyboard geeft je veel hulp bij
de les: ritmes, akkoorden en bassen. Dus je leert
het leuker en sneller. Ik merk juist dat mijn leer
lingen plezier in muziek krijgen."
Goede tijden
Haar muziekklasje bestaat nu uit vijf Middel
burgse kinderen. Johan (12): „Het is niet moeilijk.
Het kost 42,50 per maand. Dan krijg je een uur
per week les. Ik heb laatst op school opgetreden."
Daniëlle (11): „Thuis heb ik een heel ander key
board dan hier. Maar dat maakt niks uit. Je krijgt
ook theorie. Soms moetje tegelijk naspelen of al
leen, of een stukje om de beurt".
Ronald (10): „Ik kreeg een keyboard voor m'n
verjaardag. Iedereen gaf geld. Toen had ik het. Ik
speel ook trompet".
Michel (13): „Je leert hier ook leuke nummers.
Zoals Goede tijden, slechte tijden. Je hebt een
groepsboek. Maar je mag ook eigen nummers
spelen. Huiswerk is vrijwillig".
Ilona (13): „Toen ik 2 jaar geleden begon wist ik
niks van muziek. Nu wel".
Computer
Meneer Martin is de eigenaar van de muziekwin
kel. Als enige muziekwinkelman heeft hij een ei
gen muziekschooltje. „Het is leuk voor de kinde
ren en het is goed voor de zaak. Want als ze blij
ven spelen blijven ze ook onze klant. Binnenkort
beginnen we met keyboardles met computer
hulp. Marcela is dat nu zelf aan het leren".
Even voor de duidelijkheid.
Zaka Zulu is niet de hoofdper
soon uit die televisieserie,
maar een erg nieuwsgierig
mannetje, dat graag alles wil
weten en overal doorheen
loopt.
Zo ontdekte Zaka Zulu 'de an
dere wereld' van Edwin Boven
deur uit Sluis en hij zag er alle
maal kleuren, strakke lijnen,
mooie natuur en oude kunst.
Edwin (14) maakte er een strip
over. En stuurde hem op om
mee te doen aan de grote wed
strijd van 'de Kunstbende'.
„Op 5 mei werd de uitslag be
kendgemaakt," vertelt Edwin.
„Van tevoren werd er opgebeld
of ik toch wel echt naar Vlissin-
gen kwam. Ik was best een
beetje zenuwachtig. Toen ik
hoorde dat anderen de derde
en tweede prijs kregen, was ik
al teleurgesteld. Ineens hoorde
ik het woord 'Sluis' en moest ik
helemaal de zaal door en op het
podium."
Originele strip
Edwin kreeg de eerste prijs in
de categorie taal. „Een bijzon
der originele strip," vond de ju
ry, „in een heel eigen en per
soonlijke stijl getekend en
knap geschreven."
„Daar stond ik eigenlijk niet zo
bij stil," zegt Edwin, „ik had al
meer strips getekend met Zaka
als hoofdpersoon: je kunt er
wel je zelf in tekenen, maar ie
mand anders is leuker."
Als prijs kreeg Edwin een gou
den rat en een geldbedrag van
500,-. De poes in huize Boven
deur heeft intussen de snorha
ren van de rat opgepeuzeld en
van de 500,- gaat Edwin te
ken- en schilderspullen kopen.
Want hij is vast van plan om
met het striptekenen door te
gaan: „Het liefst in mijn eigen
stijl. Je kunt wel gewoon Do
nald Duck natekenen, maar je
eigen figuur houdt het meest."
De winnende strip is ondertus
sen in Utrecht. Want op 15 juni
is daar in centrum Vredenburg
de landelijke finale, waar Ed
win nu automatisch aan mee
doet.
„Dat zal wel een spannend
dagje worden," denkt Edwin.
Sommige mensen weten nooit
wat ze later willen worden. An
deren weten het al zo'n beetje
vanaf dat ze leren lezen en
schrijven.
„Toen ik 10 jaar was wist ik dat
ik naar de kunstacademie wil
de," zegt Muriel Maas uit Bres-
kens. „Ik ben altijd graag met
mijn handen bezig; het zit in
me, denk ik. Misschien heb ik
dat van mijn vader en moeder,
die tekenen en schilderen ook
allebei."
Intussen is Muriel 17. Komend
schooljaar doet ze eindexamen
voor het vwo. En dan is het af
wachten of ze op een academie
aangenomen wordt.
„Ik zou graag naar de acade
mie voor vormgeving in Eind
hoven willen," zegt Muriel.
„Elk jaar zijn er daar zo'n 1300
aanmeldingen en er kunnen
maar ongeveer 250 leerlingen
op. Ik ben me dan ook goed aan
het voorbereiden. Het werk,
datje zelf gemaakt hebt, is het
belangrijkst."
Cursussen
Al jaren volgt Muriel daarom
cursussen kunstzinnige vor
ming in Oostburg: „Eerst een
cursus tekenen voor middelba
re scholieren en dit jaar
'werken met textiel'. Ik ben nu
bezig aan een groot kamer
scherm. Ik maak graag dingen,
die met wonen te maken heb
ben. Een mooie woonomge
ving vind ik heel belangrijk!"
Muriel denkt wel dat er veel
mensen zijn die op dat gebied
vaak lelijke dingen kopen:
„Maar iedereen moet zijn eigen
smaak kunnen hebben. Het zal
wel niet lukken om die te ver
anderen...
Ik wil dingen maken, die ik zelf
mooi vind. En dan natuurlijk
proberen die te verkopen.
Daarom wil ik ook naar de aca
demie in Eindhoven en niet
naar een 'vrije' academie. Dan
moet je maar afwachten of de
mensen je werk mooi vinden en
het willen kopen."
Hij is 12, deze kunstenaar in de dop. Soms nog wat onge
duldig als het even niet lukt. „Van Gogh" zegt zijn opa
dan, „je kan niet alles in één keer leren!"
Jonathan Steketee uit Souburg wordt niet voor niks wel
eens Van Gogh genoemd. De landschapjes die hij met
aquarelverf maakt zijn echt mooi. En dat terwijl hij het
nog maar een jaartje doet.
Jonathan: „In januari mocht ik mijn schilderijtjes op
school exposeren. Iedereen vond het mooi. Maar een
paai-jongens wilden het niet geloven. Ik hoop dat ik la
ter naar de kunstacademie kan. De meester zei: „Ik vind
datje best goed kan schilderen. Je mag ons wel les ge
ven". Maar opa vond mij nog niet goed genoeg.
Jonathan heeft z'n tekentalent duidelijk van zijn opa,
die hem voorlopig nog elke woensdagmiddag les geeft.
Opa Steketee (67): „Maar als hij opbelt 'ik wil voetbal
len' dan moet hij dat doen. Hij kan nog genoeg binnen
zitten."
Aquarelleren is vrij moeilijk. Mooie zachte kleuren ma
ken en alles moet in één keer goed op papier. Opa:
„Soms moet het drie keer over. Daar moet je niks om
geven. Daar leer je van."
„In het begin vond ik er niet zoveel aan", zegt Jonathan.
„Opa deed haast alles en ik snapte niet wat ik fout deed.
Maar nu kan ik het al zelf. Je moet héél goed kijken wat
je wil. Dan pas doen. En nooit een vrolijke lucht boven
een sneeuwlandschap zetten. Dat soort dingen deed ik
dus."
Opa geeft toe: „Eigenlijk vond ik er eerst ook niks aan.
Ik schilderde al 45 jaar met olieverf en had helemaal
geen zin in die dunne waterverf. Stom eigenlijk. Ik doe
het nu twee jaar en ik wil niet anders." Tot zijn spijt
heeft opa Steketee nog nooit geëxposeerd, maar zijn
duinlandschappen hangen tot in Canada en Australië.
„Dat is wel heel leuk".
Jonathan: „Ik noem hem Rembrandt. Want hij is veel
beter dan mij." Opa: „Nou, Van Gogh, je begint het ook
al aardig onder de knie te krijgen. We zullen gauw eens
een groter aquarelblokje voor je kopen!"
Opa en Jonathan Steketee: als hij liever wil voetballen dan moet hij dat doen (foto Oscar van Beest)