Ik loop vaak met mijn detector over het Bolwerk De locomotief vreet kolen Paardehoofd aan de muur Wassen betekent verslijten Beroemde opgegraven voorwerpen Later D DINSDAG 12 JULI 1988 LU C/) D LU LU CC I— CO Op de markt in IJzendijke staat het streekmuseum 'West-Zeeuwsch-Vlaanderen'. Als je geïnteresseerd bent in de geschiedenis van het openbaar vervoer in Zeeuwseh-Vlaanderen, is een bezoek aan het museum zeer de moeite waard. „We hebben nu de tentoonstelling 'Van tram tot bus', waar schitterende dingen te zien zijn", zegt de heer Van de Wijnkei enthousiast. Wie van modelbouw houdt kan er zijn hart ophalen. Er is een prachtig spooremplacement, de oude veerboot uit 1828 en de stoomtram Breskens-Maldegem. Naast de tentoonstelling is er de permanente collectie. „Het pronkstuk is de Cadzandse kamer", zegt Van de Wijnkei. „Je ziet in een huiskamer van 100 jaar geleden de bedstee, een vitrine met een kinderservies uit 1910. Bij de permanente collectie hoort ook de zaal over landbouw en ambacht. Hier hangt weer iets verras sends. Van de Wijnkei: „We hebben eigenlijk nog een pronk stuk. Dat is het hoofd van de nationale kampioen trek paarden 1970. Het paard heette Bart van Wijngaarden. Ik denk, dat wij het enige museum zijn met een echt paardehoofd aan de muur"! Kinderen die het museum bezoeken kunnen meedoen aan een puzzeltocht. Je kan er een boekenbon van 25,- mee verdienen! En... het toegangskaartje voor kinderen is maar 50 cent! Eef de Jonge, onderhoudt oude kleding. De Meestoof St.-Annaland. Een rok uit 1780 kun je niet in de centrifuge stoppen. V/ringen mag ook niet. Mo derne wasmiddelen maken, die oude rok ook kapot. Nee, allemaal fout. Eerst maak ik een sopje met saponen. Dat is zuivere zeep. Even laten liggen. Dan voor zichtig schoondouchen en langzaam laten drogen op een zeef. Daarna mag de rok niet meer gewassen worden. Want wassen betekent ver slijten. En dat is doodzonde. De bezoekers mogen de kle ding niet aanraken. Op dit moment hebben we een prachtige tentoonstel ling over oude kleding en klederdrachten uit Tholen. Soms moet ik oude kleding afstoffen. Dat doe ik met een stofzuiger. Die zet ik dan op de laagste stand. Over de slang doè ik een panty. En dan maar heel voorzichtig zuigen. Op een keer ontdekte ik gaatjes in een antieke jurk. Ik dacht dat het door motten kwam. Dus stopte ik die jurk in een dichte zak met een mottenstrip. Daar gaan mot jes dood van. Later bleek dat er helemaal geen motjes in zaten. Maar wat bleek nu. Die mottenstrip tast de kle ding aan. Over 10 jaar kun je dat merken. Als ik oude kinderkleding bekijk schrik ik vaak. Sommige broekjes zijn wel 30 keer versteld. Wat een ar moede hebben sommigen vroeger gehad. Of neem nu die prachtige oude merklap pen. Gemaakt door over grootmoeders. Het waren toen meisjes van 10. Ongelo felijk knap. Maar ook rot voor die kinderen van toen. Spelen was er niet bij. Bor duren en nog eens borduren. Ook als je niet wilde. In onze kleding hebben vroeger ech te mensen gelopen. Mensen interesseren me. Van nu, maar ook van vroeger". Op 14 april 1970 deed schipper Schout uit Tholen de vangst van zijn leven. In plaats van een net vol vis haalde hij die dag uit het water van de Oosterschelde twee stenen naar boven. Het bleken brokstukken van een al taar voor de godin Nehalennia uit de Romeinse tijd. Wie Nehalennia is en hoe hon derden altaren in de zee terecht gekomen zijn, kun je lezen in het verhaal 'Een altaar voor Neha lennia'. Het werd geschreven door Tonny Vos-Dahmen von Buchholz en is een van de vijf tien avonturenverhalen in Van rendier jager tot roofridder, een spannend geschiedenisboek over beroemde opgegraven voorwerpen. Uitgeverij Leopold heeft het in 1984 met de Zilveren Griffel be kroonde boek nu herdrukt. On der dezelfde titel maar in een kleiner formaat (het is wel dik ker) en met tekeningen van Kees van Scherpenzeel. De herdruk komt precies op tijd, want 1988 is museumjaar en alle voorwerpen waar Tonny Vos een verhaal rond verzon, kun je in een Nederlands mu: seum bewonderen. Niet eens een gek idee zo'n mu- seumreis. Maar wie liever in de stoel reist (gemakkelijker, lek ker rustig en goedkoper) kan met dit boek ook prima uit de voeten. De schrijfster vertelt na elk ver haal heel duidelijk hoe het be wuste voorwerp er uitziet; waar het gevonden werd en hoe. Als je je aandacht het liefst op het verzonnen verhaal richt, kun je beter eerst de korte hoofdstukken over die feiten le zen. Het grootste museum van Neder land is Nederland zelf. Meer dan 40.000 vierkante kilometer vol schatten in de grond en daarboven interessante huizen, kerken, kaste len en andere gebouwen. De dertienjarige Raymond van de Ven geniet er heel erg van en nog meer sinds hij lid is van de Neder landse Jeugdbond voor Geschiede nis. „Ik loop vaak met mijn metaalde tector over het Bolwerk in Middel burg", zegt hij. „Meestal alleen, want mijn vriendjes interesseren zich niet zo voor geschiedenis. In de tuin heb ik een keer een munt uit 1898 gevonden. Die heb ik laten bestuderen en toen hoorde ik dat er een vereniging is voor kinderen die van geschiedenis hun hobby ma ken". „We doen van alles, en het kost maar vijfendertig gulden per jaar". Toen Raymond lid werd, was hij nog te jong om mee te mogen doen aan een opgravingskamp. Dit jaar had hij voor het eerst gekund, maar hij gaat toch maar met zijn ouders op vakantie. „Zo erg vind ik dat nou ook weer niet. Mijn kans komt nog wel en ik heb dit jaar al zo veel leuke dingen gedaan". Egypte „We zijn naar het Zeeuws Museum geweest en naar de Zeeuwse Biblio theek waar ik heel veel geleerd heb over de regenten uit de achttiende eeuw". „En ik ben met de vereniging naar Bergen op Zoom geweest, naar het Markiezenhof. Dat is een midde leeuws stadspaleis en een van de al lermooiste gebouwen van heel Euro pa". Raymond wordt later archeoloog en het liefst wil hij dat Egypte dan in Nederland ligt. Dan is de reis niet zo duur en kan hij elke dag de pyrami- den en sfinxen bewonderen. Voorlopig moet hij echter tevreden zijn met boeken over farao's. En met Fibula, het verenigingsblad dat hij van de eerste tot en met de laatste letter leest. Je kunt lid worden van de Neder landse Jeugdbond voor Geschiede nis als je bijna twaalf jaar bent. Je moet dan een brief schrijven naar Bureau NJBG, Prins W. Alexander- hof 5,2595 BE Den Haag. Bellen kan ook: 070-476598. Raymond van de Ven: archeoloog in Egypte. onnopilopolo dombo i fantatsy yes veelsuusses ramplank eet-o-theek never J: glupo tetracetyletyleendiamine knabbelfront onbetaalbaar noway 5 perfecto mayo hefffffffffftiiiiiiiiiig subito gewono In de treinenloods van de Stoom tram Goes-Borssele staat de stoom locomotief 'Bison' er wat onttakeld bij. „We zijn druk bezig hem een gro te opknapbeurt te geven", vertelt Stoffel Rockx. Samen met zo'n veertig andere treinliefhebbers is hij elke zaterdag aan het werk in de loodsen van de S.G.B. „Wij proberen oude stoomlocomo tieven en rijtuigen weer piekfijn op de rails te krijgen", vertelt hij. Het glimmende resultaat van al dat werk staat naast de 'Bison'Het is de stoomlocomotief 'Wittouck' uit 1921. Klaar voor het vertrek naar Oudelande. „In de maanden juli en augustus maken we elke dag, behalve op za terdag, een rit. Via de stations Kwa- dendamme en Hoedekenskerke rij den we door het prachtige land schap naar Oudelande. Wie haast heeft moet niet instap pen, want de rit duurt heen en terug zo'n drie uur." Tijdens de rit staat Stoffel als ma chinist op de bok. Naast hem werkt de stoker zich in het zweet. Dat moet een goede 'opschepper' zijn, want el ke rit 'vreet' de locomotief ruim 500 kg vetkolen. De belangstelling voor de museum spoorlijn is groot. Vorig jaar stapten ruim 21.000 reizigers op het station Goes in de trein. Genietend van het fraaie landschap en onder het genot van een kop koffie 'stoomden' ze op naar Hoedekenskerke. Wandelroute „Wie onderweg de benen wil strek ken kan dat doen in Kwadendam- me", vertelt Stoffel. „Daar heeft de S.G.B. een wandelroute van een uur uitgestippeld. De echte treinliefhebbers moeten de volgende data alvast maar noteren: op 17 en 18 september is het Open Monumentendag. De locomotieven- loods van de S.G.B. staat dan open voor het publiek. Je kunt die dagen meerijden met een smalspoorstoomtrein en genie ten van demonstraties van model treinen. Er rijden die dag extra stoomtrams en er zijn vele andere historische voertuigen te bezichti gen. Wie op deze dag eens echt 'stoom wil afblazen' moet dan van de partij zijn.

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant katern Krullebak (1981-1999) | 1988 | | pagina 3