Zeeuws landschap
Prairie in de polder
Laat PZEM naar je pijpen dansen
H
Zuinig
op oude
bomen
Verkaveling
Vijf keer
een stukje
Zeeland
DINSDAG 8 MAART 198e]
Een hond plast tegen een
jonge lindeboom. Niks
bijzonders toch?
Nou ja, het is wel 200 jaar
geleden. Deftige meisjes
liepen nog in hoepelrok
ken. Adellijke jongens
droegen witte pruiken.
Die hond is al lang dood.
De achterachterach-
terkleinhondjes ook. Er
zijn oorlogen geweest en
overstromingen. Maar
deze lindeboom leeft nog!
De 200 jaar oude reus
staat in IJzendijke. Er
plassen nog steeds hon
den tegen. Maar daar is
die boom wel aan ge
wend.
„We moeten zuinig zijn
op oude bomen", zegt
Sjaak Herman uit Sluis.
Hij werkt voor de Stich
ting Landschapsverzor
ging Zeeland. Vooral
voor West-Zeeuwsch-
Vlaanderen.
„Er zijn al zo weinig oude
bomen. Oud noem ik ou
der dan 50 jaar. We pas
sen wel goed op oude mo
numenten. Waarom dan
niet op oude bomen?",
vraagt Sjaak zich af.
Foto's
Vrijwilligers maken nu
foto's van oude bomen.
Zowel in de zomer als in
de winter. Ook meten ze
de lengte en de dikte van
de stam.
„Het moeilijkste is de
leeftijd van de boom vast
stellen", zegt Sjaak. „Je
zou de jaarringen kunnen
tellen. Maar dan moet je
hem eerst omzagen. Dat
kan dus niet".
„We praten veel met ou
dere mensen die de boom
kennen. We bekijken ou
de foto's en kaarten. Zo
komen we er achter".
Waarom doen jullie dat?
„We willen eerst oude bo
men opsporen", zegt
Sjaak. „Zodat ze later on
derhouden kunnen wor
den. Vooral zeldzame bo
men. Daarvoor moeten
gespecialiseerde boom
verzorgers uit Holland
komen".
Potje
Wie zal dat betalen?
„Dat is nu juist het leu
ke", zegt Sjaak. „De ge
meente Oostburg heeft
hiervoor een potje. Als je
een oude boom hebt kun
je dus onderhoudsgeld
krijgen".
„We vertellen de mensen
hoe ze aan het geld kun
nen komen. En vooral
hoe ze de boom moeten
onderhouden".
Gaan de mensen goed om
met oude bomen?
„Niet altijd", zegt Sjaak.
„Neem nou de gemeente
Sluis. Op de wallen staan
populieren. Die zijn na de
oorlog geplant".
„Maar populieren van 40
jaar zijn hoogbejaard. Ze
moeten dus echt nodig
gekapt worden. Dat is
duur".
„Nu willen ze daar wéér
populieren planten. Dat
vind ik stom".
„Je kan beter essen of lin
den of kastanjes planten.
Die kunnen wel 300 jaar
oud worden".
„Ze kosten nieuw wel
meer. Maar in onderhoud
zijn ze veel goedkoper. Na
300 jaar moeten ze pas ge
kapt worden".
Arnold Parre van de PZEM: „We gaan
binnen een j aar die pijpen opblazen. Er
komen nieuwe gebouwen op die.
plaats. Het hele karwei zal 4,5 miljoen
gulden kosten".
Laten staan is toch gratis?
„Nee", zegt Arnold. „Het is erg duur
om die pijpen steeds te moeten onder
houden. Dat kost 25.000,- per jaar. En
dat is zonde van het geld. Want die pij
pen werken al lang niet meer".
„Het idee vinden we wel aardig. Maar
het zal helaas niet doorgaan".
Wedstrijd
Albert Verburg heeft nog één sprankje
hoop: jij dus. Misschien dat de PZEM
naar jou wel luistert.
Daarom houdt hij een tekenwedstrijd
voor kinderen van 10 tot 15 jaar. Be
denk een origineel ontwerp voor de
kunstpij pen.
Doe mee, er valt veel mee te beleven!
DE KRULLEBAKKUNSTPIJP-
WERKWEDSTRIJD
Teken twee originele kunstpij pen. Op
een blaadje van 30 bij 40 cm. Stuur het
op voor 30 maart naar:
De Krullebakkunstpijpwerkwed-
strijd
Postbus 5075, 4380 KB Vlissingen.
Zet op de tekening je naam, je adres en
je naam en leeftijd.
De jury bestaat uit Albert Verburg en
Wim Hofman.
De eerste prijs is een echt kunstwerk
van Albert Verburg. Verder zijn er leu
ke troostprijzen.
Je naam komt in het Zeeuwse Cultu
reel Tijdschrift: Ietstelezen.
De ontwerpen worden tentoongesteld
in de kindergalerij van Axel, en in de
Zeeuwse Bibliotheek van Middelburg.
Laat de PZEM naar jouw pijpen dan
sen!
Slecht nieuws: de Lange Jan in Mid
delburg wordt opgeblazen? Erg he?
Nee hoor, grapje. Hoewel.
Vlissingen kent twee 'Lange Jannen'.
Ik bedoel die twee lange pijpen van de
PZEM. Die worden waarschijnlijk wel
opgeblazen.
Dat is net zo erg als het opblazen van
de echte Lange Jan, vindt Albert Ver
burg. Hij is een bekend beeldend kun
stenaar uit Vlissingen.
„Die twee pijpen zijn moderne monur
menten", zegt Albert. „Je kunt ze bijna
in heel Zeeland zienVorig j aar las ik in
de krant dat de PZEM ze wil laten op
ruimen. Daar werd ik boos over.
Ik kreeg een idee: die pijpen gewoon
laten staan. Dan een beroemde kun
stenaar zoeken die ze wil versieren. Zo
als Christo of Sol le Wit. Het wordt dan
een uniek kunstwerk. Heel Zeeland
kan meegenieten".
Maar de PZEM heeft een ander idee.
Sinoutskerke. Een naam, die je bij de
aardrijkskundeles niet hoeft te leren.
Het is kleiner dan een stad, zelfs kleiner
dan een dorp.
Sinoutskerke is een gehucht, een stipje
in het Zeeuwse landschap. Wie te hard
fietst rijdt er zo voorbij.
De ganzen hoog in de lucht hebben
geen landkaart nodig. „Die weten het
ganzenveld bij Sinoutskerke prima te
vinden", vertelt Marjolein de Jonge
(13).
Zij woont met haar ouders en zus in Si
noutskerke 2. „Dat is ons adres, omdat
er hier geen straten zijn", legt ze uit.
Het hele 'dorp' bestaat uit 10 huizen.
„Er wonen hier maar 30 mensen. En
daarvan ben ik de jongste", lacht Mar
jolein.
Stilte
Toch mist zij haar leeftijdgenoten niet..
„Ik ben een echte natuurliefhebster en
geniet van de stilte en de rust". En die is
er volop.
De waakhond op het boerenerf, de scha
pen in de wei en de ganzen op het veld
zijn de enige 'lawaaischoppers'.
Twee keer per week brengt de melkboer
wat leven in de brouwerij. „De meeste
boodschappen doen we in Goes. Dat is
maar 10 minuten met de auto", zegt
Marjolein.
gedicht
Als door een strijkijzer
werd het landschap plat:
geen boompje verstoort meer
't uitzicht dat
eens grillig de aarde
verbond met de lucht
behalve een trekker
geen enkel gerucht
in de stilte
die vroeger nog wel werd verstoord
door een vogeltje
dat nu nergens meer thuishoort.
Die bomen, die heg?
Ze stonden toch maar in de weg.
En die vogel? Ach,
dat hindert niet
je neemt toch een kanariepiet...
Marina van den Boogaart
Geen winkels, geen café, geen school.
Zelfs geen kerk meer. Die heeft er wel
gestaan.
Aan het eind van de twaalfde eeuw
stond hier een parochiekerk. „Die kerk
is in 1906 gesloopt", weet Marjolein.
Alles verdween, behalve het kerkhof.
Precies midden tussen de huizen. „Dat
was in het begin wel even wennen. Nu
heb ik daar niet zo'n erg meer in", zegt
ze.
Kanon
Tussen de akkers en de weilanden
ronkt in de verte een traetor. Het is hier
zo stil, datje een kanon zou kunnen af
schieten. Wie dat zou willen zou het
heuse kanon uit de voortuin kunnen ge
bruiken.
„Dat kanon is van mijn vader", legt
Marjolein uit. „Hij verzamelt alles wat
met de Tweede Wereldoorlog te maken
heeft".
De schuur naast het huis staat vol met
tot de tanden bewapende Franse, En
gelse, Canadese en Nederlandse solda
ten. Ook zij behoren tot de 'inwoners'
van Sinoutskerke. Stram in de houding
'bewaken' zij de rust en de stilte van dit
stukje Zeeland.
Zeeland heeft nog een eiland
over. Het ligt midden in de Oos-
terschelde: Neeltje Jans.
Er staat één groot gebouw: het
Topshuis. Daarin kun je de Del
ta Expo zien. Dat is een enorme
tentoonstelling over de Delta
werken. Mogelijk komt er ook
nog een pretpark op het eiland.
Paul Hunzink weet nog veel
meer. Hij werkt voor de Vereni
ging tot Behoud van Natuurmo
numenten.
Deze groep heeft een schitte
rend plan bedacht voor Neeltje
Jans, samen met de stichting
Het Zeeuwse Landschap.
„Er moet een openluchtmu
seum komen voor echte Zeeuw
se landschappen", zegt Paul.
Vogels
Hoe moet ik me dat voorstellen?
Paul: „We willen er 5 landschap
pen maken. Door die land
schapjes lopen routes. Onder
weg staan er dan grote informa
tieborden. Je kunt als school
ook een gids huren".
„In sommige landschappen kun
je naar vogels gluren. We willen
er het grootste observatiecen
trum van Nederland bouwen.
Dat is een wand met kijksple-
ten. Daar komen foto's op van
de vogels die je in het echt ziet
vliegen".
Soorten
Welke 5 landschappen komen
er?
„Kopjesduinen komen er aller
eerst" zegt Paul. „We graven
aan de kant van het eiland wat
grind weg. Het zand gaat dan
stuiven. Er komen rietscher-
men op en helm".
„Verder willen we een geul gra
ven door de duintjes die er nu al
liggen. Je krijgt dan zoiets als
Het Zwin. Wel kleiner, maar met
veel dezelfde dieren en plan
ten".
„Ook komt er een inlaag. Die zie
je vaak in Noord-Beveland. Het
is een stukje land, omringd door
dijken. Vogels kunnen erheen
vluchten bij hoog water".
„Een vogeleiland komt er ook.
We hogen dan een zandbank
wat op. Schelpen erop. De vo
gels komen vanzelf'.
„Tenslotte komt er een stukje
schorrengebied
Is alles al geregeld?
„Nee", zegt Paul. „Het gaat 1.3
miljoen kosten. Dat is een pro
bleem".
„De mensen die meebeslissen
over het eiland hebben nog geen
ja gezegd".
„Ze vinden het wel een leuk
plan. „Ik denk dat we nog 2, 3
jaar geduld moeten hebben".
Zo zal er een miniatuur Zeeland
bijkomen. Dat is goed voor
Neeltje, de vogels en de planten.
Dus voor jou.
De lucht trilt terwijl de kudde over de
vlakte galoppeert... 't Stuift... Een haas
schiet snel in zijn hol. A poor lonesome
cowboy...
Nou ja, die net niet. Maar voor de rest is
het echt net een Amerikaanse prairie...
Hier. vlakbij! Op Schouwen, naast de
weg Renesse-Haamstede. Duinen,
maar vlak. Een onverwacht wild, ruig
gebied.
Dit vroongebied (zoals het heet) was
eeuwenlang grasland waar koeien lie
pen. Doordat het zo open was, met wei
nig bomen, kon de wind zijn gang gaan.
De hele bovenlaag werd langzaamaan
weggestoven. Tot een soort wildwest
prairie overbleef: gras, bosjes, wat bo
men.
Het gebied is nu van Staatsbosbeheer.
Ze laten er paarden lopen om het gras
kort te houden. Warm weer, je ogen een
beetje dicht: je hoort de Indianen...
Zeepe-duinen
Een ander uniek stukje duingebied op
Schouwen ligt enkele kilometers ver
derop, achter Burgh-Haamstede: de
Zeepe-duinen. 300 Hectare duingebied
in de vorm van een halve cirkel.
De wind had hier veel minder invloed.
Veel hoge, droge toppen en diepe, natte
valleien.
Alleen al deze vorm heeft gezorgd voor-
zeldzame - planten, reeën, veel vogels.
In de duinen loopt een kudde van 35
Shetlandpony's. Ze zijn halftam-half-
wild.
Natuurmonumenten (van wie dit ge
bied is) kocht in 1983 achtpaardjes. Het
ging goed. Ze pasten zich snel aan, kre
gen jongen. De pony's zijn het héle jaar
buiten, maar daar kunnen ze wel tegen.
Op het moment hebben ze een lekker
dikke wintervacht.
Ze leiden een - voor paarden - heerlijk
luxe leventje. Gezond, vrij draven, zat
voedsel en alles mag.
Ze eten de enorme hoeveelheden duin
riet op, zodat andere planten een kans
krijgen te groeien. Nu, na 5 jaar, zijn ef
inderdaad een hoop soorten bijgeko
men
Beide zeer bijzondere landschappen
zijn beschermd. Wie geen speciale kaart
heeft, kan ze alleen van een afstandje
bekijken. Ook leuk trouwens.