HOBBY'S Kinderen worden de computer de baas Lezen is weer Niets doen m Het gaat om het dansen, maar Japan was geweldig Zuinig zijn op monumenten onder water Doeke Roos heeft een vreemde hob by: oude scheepswrakken. Met een dertigtal mensen richtte hij twee jaar geleden een groepje op: de Stichting tot Behoud van Onderwa- terschatten in Zeeland. „Onder water kun je in Zeeland schitterende dingen vinden. Maar deze schatten worden bedreigd", vertelt Doeke. „Door watervervuiling en door vis sers. Maar vooral door sportduikers. Die willen er geld mee verdienen. Door de elektronische apparatuur kun je alles vinden. De gevonden spullen worden gewoon geroofd. In 1970 vonden ze in de Oosterschel- de beelden van de Romeinen. De meeste beelden verdwenen naar Rotterdam en Amsterdam. Het Zeeuws museum heeft er maar een paar." Vin Bart Roos is schipper van de Wijt- vliet. Dit schip lenen ze van Rijks waterstaat. Elk weekend trekken ze erop uit. Vooral op de Westerschel- de. „Achter ons schip hangen we een soort vin", vertelt Bart. Dat is een sonarapparaat. Die zoekt met ge luid de bodem af. Dat zie je dan op een tekening. De printer. Zo ontdekten we rond Walcheren vliegtuigen op de bodem. Uit de oorlog. Je kon op de printer al zien dat het vliegtuigen moesten zijn. Verder gebruiken we een echo-lood. Zo weten de duikers hoe diep iets ligt". Sportduikers Die duikers zijn sportduikers. Je moet een tweesterren brevet heb ben. Dat leer je eerst op een duik club in een zwembad. Zoals 'Duik team Zeeland' uit Vlissingen, 'Dol fijn' uit Goes en Middelburg, 'Nar wal' uit Breskens en 'Dow' uit Ter- neuzen. Sommige clubs hebben ook jeugdleden. Ben van Gelder is zo'n ervaren sportduiker. Ben: „Eerst zoeken we de plek op waar iets moet liggen. Daar ga ik kopje onder. Je kunt alleen duiken als er geen stroming is. Dat is een uur tussen hoog en laag water. Driemaster Het zicht onder water is maai- 20 cm. Op de bodem is het erg donker. Dus uitkijken geblazen. Zo vonden we 'De Doris'. Deze driemaster verging op 13 december 1907. Je mag alleen losse stukken van het wrak meenemen. Die sturen we naar een laboratorium. Wij willen er niks aan verdienen. De deskundigen gaan dan verder. En zo hoort het ook. We moeten zuinig- zijn op onze onderwater monumen ten". V.l.n.r.: Etienne van Oever en, Wilfried Berrevoets, Martijn Klippel en Jeffrey Klippel. Zaterdagmiddag: swingende rock and roll-muziek vanuit de slaapka mer. „Tja", zegt gitarist Martijn Klippel (11 jaar) uit Zierikzee. „Wij zouden wel anders willen, 's Zomers kunnen we in onze garage. Dat is al heel wat. Veel andere bandjes hebben helemaal geen oefenruimte". Samen met zijn broer Jeffrey van 13 (basgitaar), Wilfrid Berrevoets (15, drums) en Etienne van Oeveren (17, gitaar) vormt hij de popgroep DUST. De band bestaat ongeveer een jaar en het loopt lekker. Ze hebben al een paar keer met succes opgetre den. Vader Klippel is ook nogal actief in de muziek. „Gelukkig maar", zegt Martijn. „Anders zouden wij het nooit redden. Spullen zijn zo ver schrikkelijk duur". Ze zijn al jaren bezig. Het begon met playbacken. Pas na "het kartonnen drumstel van Zeelandiatonnen en veel sparen kwamen er wat spullen. Een oude versterker van vaders band, een box van het belasting geld. Standaards en microfoons mochten ze lenen van een muzie kwinkel in Zierikzee. Maar: ze kwa men er. De band draait goed. De droom is Toppop, al zal dat nog wel even duren. Veel geluk DUST heeft veel geluk. Heel veel anderen redden het niet. Zelfs twee dehands zijn spullen duur. Goede oefenruimtes zijn er eigenlijk niet in Zeeland. De provincie en gemeenten zien nog niet genoeg in popmuziek om muzikanten een handje te helpen. Door bijvoorbeeld oefenruimtes beschikbaar te stel len. Sommige gemeenten willen wel. Maar haast nog nergens is echt al iets van de grond gekomen. Muziekschool Het enige wat tot nu toe (door het jongerenjaar) is bereikt, is dat je popmuziek nu ook op de muziek school kunt leren. Maar ja, ook dat is voor velen te duur. Het zal nog wel even zo blijven dat veel popmuzikanten het via de fan fare moeten leren. Of gewoon thuis, door zelf heel veel te oefenen, met platen mee te spelen. Want zo gaat het nu meestal. gedicht gedicht ge Weer één: „O, zo'n heerlijk kindl houdt zich zó leuk bezig: zoveel hobby's, clubs, je weet wel, nooit eens: hij verveelt zich". Énig kind: nou ikke niet! Ik voel dat niet zo binnenin. Altijd maar dat doe-gedoe daar heb ik mooi geen zin in. Lekker hangen, zitten, niks doen daarin heb ik nou plezier, Voel ik me goed, maar 't mag niet hoor: 'ga eens wat doen. Je zit me tot hier!' Niks doen mag niet, is geen hobby. Kan me trouwens ook niet schelen: want nu ik geen hobby heb mag ik me zitten te vervelen! Marina van den Boogaart Hobby: lezen. Er zijn maar weinig lijstjes waar dat niet op staat. Wie duikt niet eens za lig weg in een verhaal? Zomaar in een stoel. Even voor het eten. Of stiekem in bed, onder de dekens met een zak lamp. De verkoop van jeugd boeken liep de laatste jaren wat terug. Maar die tijd lijkt voorbij. Het leesboek is weer 'in'. Ter gelegenheid van de voorbije (alweer 31ste) kinderboekenweek werd een onderzoek ge daan door de Stichting Speurwerk betreffende het Boek. Zij vroegen jongeren tussen 6 en 19 naar hun 'leeshonger'. Dat viel niet tegen. Het blijkt dat meisjes meer lezen dan jon gens. 43% leest zelfs heel vaak een boek, bij de jongens 27%. Maar 2 van elke 100 meisjes en 6% van de jongens leest ze nooit. Bibliotheek De grootste 'leeshon ger' wordt gestild via de bibliotheek: ruim de helft van de boeken wordt daar geleend. Hoewel ze minder le zen, kregen ze vaker een boek cadeau: jon gens 23%, meisjes 20%. Waarom zoveel gelezen wordt? Bij jongens vooral omdat het moet: voor school, van thuis of om meer te weten. Meisjes doen het veel meer voor hun plezier. Opvallend is dat 16% zegt te lezen omdat ze zich anders vervelen! Maar hoe dan ook: toch 7 van elke 10 kin deren blijkt met plezier een leesboek te pak ken! DINSDAG 18 FEBRUARI 1986 KRULLEBAK taal Basic. Deze taal 'verstaat' de computer. Je krijgt daarbij hulp van 4 mensen: Jan van Vliet, Joke Berghuis-Goris, Hans Boer en Piet Koster. Maar de kinderen leren elkaar ook veel". Kosten Als je er zin in krijgt móet je maar een briefje sturen naar de Hobby Computer Club. Het adres is: De Boisotstraat 7, 4371 BK Koudeker- ke. -Hoe duur is het? Ben: „De club kost 25.- per jaar. Een computer kost tussen 300,- en 700.-. Een joystick kost 25.-. Met een oude t.v. en een oude recorder ben je al een eind". - Kan iedereen het leren? „Ja", zegt Ben. „Sommigen zijn heel goed. Mike Pot (11) en Joost van Rooyen (11) wonnen vorig jaar een landelijke computerwedstrijd. Dit jaar is er weer zo'n wedstrijd. Je moet dan zelf een programma ma ken". Inlichtingen kun je krijgen bij de Computer Club. „Ja joepie zeg, ik mocht zomaar drie weken mee naar Japan. Ik sprong wel even een gat in de lucht. Het was natuurlijk niet zomaar een vakantiereisje. We moesten elke dag een paar keer optre den. Maar dat doe ik nu een maal verschrikkelijk graag". Claudia Kool (12) uit Goes glundert weer van oor tot oor. Haar hobby heet 'Vodago'. Dat betekent Volksdans Vereniging Goes. Drie jaar geleden ging ze er zomaar eens kijken. En nu is ze er niet meer weg te slaan. Huppelen „Volksdansen is hartstikke leuk", vindt Claudia. „Mensen denken vaak dat het zomaar een beetje huppelen is. Maar het is dansen met een verhaal tje erin. Het is ook echt geen meidenge doe. Ik vind het jammer dat er zo weinig jongens op willen. Die nemen gewoon geen tijd om eens te kijken. Na de eerste les zijn ze vaak alweer weg. Geluk kig kan het ook zonder jon gens". Demonstratiegroep Claudia zit bij Vodago in de demonstratiegroep. Daar kom je niet zomaar in. Dan heb je op dansgebied behoorlijk wat in je mars. Je krijgt dan extra training. Vooral in Oudhollandse dansen. Want daarmee treden ze öp. Gewoon in de buurt, maar ook bij andere volksdansgroepen in het buitenland. Of zoals vorige zomer in Japan: Tokio, Nagasa ki, het 'Holland Dorp', en op de wereld Expo in Tsukuba. Dan word je bij 35° hitte wel even in de Zeeuwse rokken ge sjord. Een toef kunsthaar van onder je kapje. En daarna dansen alsof je je brood ermee moet verdienen. Want je staat daar ergens wel gewoon namens Nederland. Reizen „Je moet niet naar Vodago gaan om op reis te kunnen", waarschuwt Claudia. „Het gaat om het dansen. Of je later mag optreden zie je dan wel. Zelfs als ik nooit meer weg mocht bleef ik er toch op. Zo leuk vind ik het". Claudia maakt nog even gauw reclame voor haar club. Voor 65,- per jaar kunnen de been tjes van de vloer. En de klein tjes (vanaf 5 jaar) krijgen spe ciale kinderles. Bij Vodago zeggen ze niet voor niets: „Volksdansen is voor ie dereen". Claudia Kool „Een computer is maar een domme machine. Hij voert alleen opdrach ten uit van mensen. Maar dat doet hij wel ongelooflijk knap". Aan het woord is Ben Sinke uit Koudekerke. Hij is de oprichter van de Hobby Computer Club. De, tot nu toe, enige jeugdclub in Zeeland. Pas geleden kochten ze 5 nieuwe computers. Die draaien elke derde maandag van de maand op volle toeren. De bijeenkomsten zijn in het Open Hof in Vlissingen. De club bestaat ruim een jaar. Met 15 leden tussen 6 en 15. „Jammer genoeg weinig meisjes", zegt Ben. - Waarotn wil je kinderen met com puters laten omgaan? Ben: „In de toekomst zullen ze er zeker mee werken. Vroeg beginnen. Kinderen zijn enorm vindingrijk. Zij worden de computer de baas. „Kennismaken met de mogelijkhe den", zegt Ben. „Soms hebben ze er thuis eentje staan. Maar niemand heeft er verstand van. Pa niet, ma niet en vaak de school ook niet. Soms lezen ze er een boekje over. Bij ons leren ze er op een gezellige manier mee werken. Ook leren ze de Verstand Bij ouderen is dat net andersom. Die zijn er bang voor. Net als die vrouw van 70 die ik ken. Die durft de telefoon niet op te nemen". - Wat leer je dan op die club? Pascal (links) en Tim Sinke achter de computer.

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant katern Krullebak (1981-1999) | 1986 | | pagina 2