oma of opa mee
STRIP
f
Vandaag in dit theater
Strengere
controle op
veiligheid
7^3
Wet
Keuringen
-\ r
KRULLEBAK
DINSDAG 11 DECEMBER 1984
B
eens mee te nemen, want die heb-
i ben er vaak nog mee gespeeld".
Hoe komt u aan het speelgoed?
Op zolder
j,We zijn met vijf verzamelaars. We
gooiden nooit speelgoed weg. We
ïwaarden het in dozen op zolder.
Dat vonden we zonde. Dus toen
ïsloten we een museum te begin
zoen. En nu kan iedereen ervan
In drie jaar veranderden ze het oude
gemeentehuis in een sprookjesach-
tig museum. Ook de vitrines maak-
I ten ze zelf.
leneer Vlottes: „Achter het behang
fonden we zelfs nog een oude kin-
ierkrant uit 1927".
)p dit moment kun je speèlgoed
ien dat te maken heeft met kerst.
)ok ligt er nu speelgoed uit de
Iedereen heeft er wel één of meer
(gehad): een lieve, zachte, wollige
knuffelbeer. Hij gaat mee naar bed
of bad en wordt geknuffeld tot hij
stuk is.
Eigenlijk is dat vreemd. Bruintje is
in werkelijkheid geen lieve lobbes,
maar een levensgevaarlijk dier.
Er lopen heel wat vriendelijkere en
minder gevaarlijke dieren rond.
Maar niemand heeft een knuffel-
spin, knuffelvleermuis of knuffel
hert.
Een knuffelbeer dus wel. Ach, mis
schien is het tóch wel te begrijpen.
Enge dromen en spoken slaan im
mers nietvoor een doodgewone
knuffelspin op de vlucht.
Per jaar gebeuren er in en om het
huis ruim 300.000 ongelukken waar
bij een kind gewond raakt. Dan
gaat het alleen over de ongelukken
waar een dokter aan te pas komt.
Jeel vaak gebeurt zo'n ongeluk
door het speelgoed waarmee het
kind aan het spelen is. Nu wordt er
al jaren toezicht gehouden op de
veiligheid van speelgoed. Maar
proeven met speelgoed en klachten
over speelgoed hebben aangetoond
dat er nog strengere regels nodig
zijn.
oorlog. Bijvoorbeeld bunkerdozen.
Dat zijn bouwdozen met grijze blok
jes. Daarmee bouwden de kinderen
bunkers in het klein.
Er is steeds ander speelgoed te zien.
Meneer Vlottes: „Het museum is
nog maar open vanaf de zomer. Er
kwamen tot nu toe al 1500 bezoe
kers. Kinderen die zelf iets verzame
len mogen hier zelf een tentoonstel
ling maken".
Samen met mevrouw Vlottes res
taureren ze kapot speelgoed. Al hun
vrije tijd besteden ze aan hun hob
by. Een t.v. hebben ze niet nodig.
In de winter is het museum alleen
op afspraak open. Als je ook eens
een kijkje wilt nemen kun je dit
nummer bellen: 01140-10313.
Neem wel je opa of oma mee. Voor
een riks beleef je dan een stukje
levende geschiedenis.
De regering heeft nu een wet ge
maakt waarin staat dat aan speel
goed nog hogere eisen gesteld moe
ten worden.
Zo staat er bijvoorbeeld in het nieu
we Speelgoedbesluit dat:
- er geen giftige stoffen aan het
speelgoed mogen zitten
- er geen scherpe hoeken of randen
aan mogen zitten
- er geen losse onderdelen aan mo
gen zitten die zo klein zijn dat een
kin er in kan stikken. Bijvoorbeeld
een grote kraal als neus van een
beer
- de stoffen niet gemakkelijk ont
vlambaar mogen zijn, zoals bepaal
de klappertjes en stoffen in een
scheikundedoos
- gommetjes, viltstiften er niet mo
gen uitzien als snoep of fruit en ook
niet extra lekker mogen ruiken
- speelgoed niet meer rechtstreeks
mag worden aangesloten op het
elektriciteitsnet. Het moet werken
via een transformator.
De Keuringsdienst van Waren in
Haarlem is een van de keurings
diensten die speelgoed keurt. Dat
zal deze dienst ook blijven doen als
de nieuwe wet over zes maanden
gaat werken. Want er komt steeds
nieuw speelgoed en steeds nieuw
materiaal. En keuringen zullen dus
altijd nodig blijven.
Wie vragen of opmerkingen over
speelgoed heeft, kan daarvoor te
recht bij de Stichting Consument
en Veiligheid in Amsterdam.
BIIJFTH/J2ITTEW
"HCm qjICT ME
JfOCH HEEL VEMLEHO
ioor Mij., IK Becea.
MAR Kees heeft weetijd
jWOR DIT SooRx FLAUWE XULl
U BËÓRljPT PATIK
DIT500RTDIW£EN
NIETMNÖERNE&M
MPP0RT VOORDE meester:
0CRD5chhijven:4 vooRLE2EN:5,
mopperen: io tekenen: 3,
la
I KEES IS N06 ÉÉN PIW6
VER6ET6N: (jEl/CEl 1/OOR. j
iHUMOft EEN 3
„Wees voorzichtig met dit boek,
mijn lieve kind. Je zult er veel spijt
van hebben, als je het kapotmaakt."
Deze waarschuwing schreef Lothar
Meggendorfer honderd jaar geleden
in een boek dat hij gemaakt had.
Kinderachtig? Och, het hangt er
maar van af hoe je het bekijkt, want
hij maakte heel bijzondere boeken.
Aan de buitenkant heel gewoon,
maar van binnen echte wondertjes
waaraan wij ons nu ook nog verga
pen.
Zijn beroemde Het Poppenhuisboek
kan rechtop op tafel worden gezet en
is uitgevouwen maar liefst 1 meter
en 30 centimeter lang.
In andere boeken bedacht hij allerlei
slimmigheidjes waarmee kinderen
de plaatjes konden veranderen door
aan een touwtje te trekken.
Schouwburg
Dergelijke boeken waarin van alles
kan bewegen waren in de vorige
eeuw erg populair. Bij kinderen,
maar ook bij volwassenen.
Dat was ook zo met boeken die
eigenlijk een schouwburgje waren,
compleet met decors en tekst. Ze
werden tafeltheater genoemd of
schuiftheater. Wij zouden minithea
ter zeggen.
Ouders maakten ze vaak zelf voor
hun kinderen met wie ze dan samen
een beroemd toneelstuk naspeelden
dat ze in het echt hadden gezien.
Een van die theatertjes is opnieuw
gemaakt: Het Theaterboek van
Frank Bonn.
(Een aantal van deze 'oude' boeken
wordt uitgegeven door uitgeverij
Ploegsma).
Minitheater
Waarom zou je eigenlijk niet zelf zo'n
minitheater maken? Moeilijk is het
niet. Met wat handigheid en geduld
kom je een heel eind.
Wat heb je nodig?
Een stevige doos van golfkarton (een
schoenendoos is te klein), een
schaar, Stanley-mes, papier in ver
schillende kleuren, lijm, stevig ijzer-
draad of latjes van 1 x 1 cm die iets
langer zijn dan de doos en verder
alles waarvan je denkt dat je er iets
mee kunt doen.
Hoe kun je het theatertje maken?
Neem de doos en snij uit een lange
kant een stuk. Zorg ervoor dat rond
om een strook van een centimeter of
vier overblijft, (tekening 1 en 2)
Maak de kleppen aan de bovenkant
dicht.
De poppen waarmee je speelt zitten
vast aan ijzerdraad of latjes. Om ze
in het theater te krijgen moetje aan
de zijkanten van de doos gleuven
snijden van een paar centimeter
breed. De gleuven beginnen aan de
onderkant en lopen door tot zo'n
centimeter of 5 van de bovenkant.
(Tekening 3)
Decors
In een theater horen natuurlijk de
cors. Als je maar met één decor
werkt kun je de achterste binnen
kant van de doos beschilderen.
Wil je met meer decors spelen dan
moet je aan de bovenkant ook stuk
jes wegsnijden. tekening 4 en 5)
De decors zijn iets kleiner dan de
binnenkant van de doos en je maakt
ze vast aan ijzerdraad of een latje
dat je in de uitsparingen aan de
bovenkant hangt, (tekening 5)
boek boek boek
Als je nu aan de voorkantje theater
inkijkt, zie je de sleuven waarlangs
de 'spelers' opkomen en weer ver
dwijnen. Dat is niet zo'n mooi ge
zicht. Daarom kun je in de doos nog
coulissen maken aan de zijkanten.
In tekening 5 is te zien dat je daar
stroken karton voor kunt gebruiken
die je aan de zijkant vastplakt.
De voorkant van de doos versier je
door van papier mooie vormen te
knippen en die op de voorkant te
plakken, (tekening 6
In de doos kun je nog voorwerpen
wegzetten en eventueel vastplak
ken. (tekening 7)
Om alles heel mooi te maken kun je
een en ander nog schilderen.
cou-iUsen
Spelers
Nu de 'spelers' nog. Teken ze op
karton en knip ze uit. Plak ze op
smalle latjes, op stevig ijzerdraad of
stroken karton. De 'speles' komen
op langs de gleuven en verdwijnen
daar ook weer langs, (tekening 8)
In een minitheater kun je alleen je
toneelstukken spelen. Maar mis
schien is het nog wel leuker dat met
zijn tweeën te doen.
omüóuuen