Gelijk al met de bibbers in je lijf
Kusjes, bloemen en een
kast vol met prijzen
Kralen
maken
DE BELEVENISSEN VAN KEES KRUL
STRIP
Kabeljauw
H
JFUGDRENNER JOHNNY VAN CADZAND
EVEN PUZZELEN
DINSDAG 23 AUGUSTUS 1983
varia
Deze keer een visrecept. Hoe
kan het ook anders, in een land
waar vis zo'n belangrijke rol
speelt.
Je hebt nodig:
- kabeljauwfilet (net zoveel
stukken als er mensen zijn)
- een ui
- een goudrenet (appel)
- 2 theelepels kerrie
- een bouillonblokje
- een flinke eetlepel bloem
- eventueel citroensap.
Ui in kleine stukjes snijden en
in wat boter fruiten bakken
tot het bruin ziet). Doe daar de
appel in schijven bij. Dan de
kerrie er in en goed roeren.
Even laten bakken en een half
kopje water toevoegen. In het
mengsel de vis leggen en onge
veer 15 minuten zachtjes laten
koken.
De vis eruit scheppen. Voor
zichtig, zodat de stukken niet
kapot gaan. Leg ze in een
schaal.
Roer de bloem met een klein
beetje water glad, zonder klon-,
tjes. Dit papje al roerend door
de saus mengen. Ook het bouil
lonblokje in de saus oplossen
en eventueel wat citroensap er
aan toevoegen. Even doorko
ken en saus over vis gieten.
Eet er aardappelpuree en een
salade bij, bijvoorbeeld van ge
raspte wortelen of tomaten.
Eet smakelijk!
Tijdens het spookuur als alle men
sen slapen, ligt Sofie klaarwakker in
bed. Ze heeft last van de maan die
op haar gezicht schijnt.
Ze wil het gordijn dicht doen, maar
ziet dan wat nog nooit eerder ie-,
mand gezien heeft: een heel lang en
heel zwart en heel dun wezen. Met
een dunne trompet en een grote
koffer sluipt het door de straat.
Verstijfd van schrik ziet Sofie dat
het haar kant uitkomt. Gillend
vliegt ze onder de dekens. Het bloed
stolt in haar aderen tot ijs als ze
even later een reuzenhand met ble
ke vingers door haar raam naar
binnen ziet glijden. Met deken en al
wordt ze van haar bed getild en
door het raam naar buiten gedra
gen.
Eng? Ja, nou en of. Al op de eerste
bladzijde van het nieuwste boek
van Roald Dahl zit je met de bib
bers in je lijf. Als je van zijn boeken
houdt (De Reuzenperzik, Sjakie en
de Chocoladefabriek, De Griezels,
Joris en de Toverdrank...) mag je De
GVR, zo heet het, niet ongelezen
laten!
Lobbes
Gelukkig voor Sofie betekent GVR
Grote Vriendelijke Reus. Hij is de
enige aardige en 'lobbessige' reus in
Reuzenland. Alle andere zijn ware
monsters die mensbaksels 'verruk-
kelekukkelijk' vinden. Hun namen
alleen zijn al genoeg: De Mensen
mepper, de Kinderkauwer, de Meis
jesstamper, de Schrokschranzer...
Elke nacht gaan ze op zoek naar
smakelijke kinderen. De GVR niet.
Die eet 'snoskommers', een 'vreselij
ke akkiebakkie rotgroente'.
De GVR verschilt nog meer van zijn
medereuzen. Hij bezorgt kinderen
hun dromen. Als Sofie dat hoort
bedenkt ze een plannetje dat aan de
schranspartijen een einde maakt.
Daarvoor heeft ze wel de hulp van
de GVR en de koningin van Enge
land nodig. Nou -en dat spreekt- die
willen wat graag meewerken.
De afloop van het verhaal is te
aardig om hier te verklappen. Gauw
zelf lezen dus. Spijt zul je er niet van
hebben, want behalve griezelen kun
je met De GVR ook heerlijk lachen.
Om de manier van praten van de
GVR bijvoorbeeld. Heb je wel eens
naar Koot en Bie mogen kijken?
Nou, zo ongeveer. Kostelijke woor
den en zinnen.
En dan hebben we het nog niet eens
over de juweeltjes van tekeningen
gehad waar het boek vol mee zit.
Roald Dahl: De GVR met illustraties
van Quentin Blake. Uitg. De Fontein te
Baam. Prijs 7 22,50.
De geschiedenis van kralenversie-
ringen is zo oud als die van de mens
zelf. De_ oermens maakte al kralen-
kettingén van steentjes, botjes en
schelpen.
Tegenwoordig kun je kralen in alle
soorten, maten en kleuren kopen,
maar zelf maken is leuker en veel
origineler.
Papieren kralen. Kun je maken van
tekenpapier, behangselpapier uit
stalenboeken of oude tijdschriften.
Knip lange repen van ongeveer der
tig centimeter lang en een tot twee
centimeter breed. Om kralen van
verschillende diktes en lengtes te
krijgen, moetje de stroken langer of
breder maken.
Smeer het papier dun in met behan
gersplaksel en rol de strook om een
breinaald op. Plak vooral het uitein
de goed vast. Schuif de kraal voor
zichtig van de breinaald en leg hem
te drogen. Daarna kun je de droge
kralen vernissen.
Een bollere kraal maak je zo: knip
een strook die steeds breder wordt
uit het papier en begin vanaf de
breedste kant te rollen. De kraal is
dan aan beide uiteinden vrij dun en
wordt naar het midden steeds dik
ker.
Op dezelfde manier kun je kralen
van stof maken. Neem hiervoor een
katoenen lap. Irï plaats van knippen
kun je het katoen scheuren. De
rafelige zijkanten staan juist grap
pig.
Met een mengsel van meel en zout
kun je niet-eetbare deegkralen ma
ken. Meng een kopje meel met een
half kopje zout. Voeg zoveel water
toe tot het deeg stijf wordt.
Boetseer de kralen in allerlei vor
men. Versier ze met behulp van een
cocktailprikker. Zet de kralen
rechtop op een bakblik en bak ze 2
uur in een niet voorverwarmde oven
op de laagste ovenstand.
Ook deze kralen kun je weer verven
en of vernissen.
Gewassen en in de zon gedroogde
meloenpitten zijn ook erg mooi.
Geurige kralen maak je van kruid
nagelen. Eerst in water laten weken,
dan rijgen en weer laten drogen.
Tja... en wat doe je dan met al die
kralen. Je kunt er een kralengor
dijn, wandversiering, ceintuur of
feestslinger of... ketting van maken.
Johnny van Cadzand heeft er weer een beker bij. Rechts wethouder H. de Mul van Axel die bij de prijsuitreiking
van de 'Jeugdtoer '83' aanwezig was.
In de huiskamer van de
familie Van Cadzand in
Westdorpe staat een grote
kast, barstensvol bekers,
medailles en andere prijzen.
Het is duidelijk: hier is een
rappe sportman aan het
werk geweest.
Vorige maand nog won jeugdrenner
Johnny van Cadzand (want over
hem gaat het) tijdens de eerste dag
van de Zeeuws-Vlaamse jeugdtoer
de eerste prijs bij de elfjarigen.
Johnny traint al drie jaar serieus bij
de Wielervereniging Zeeuws-Vlaan-
deren. 'Daar leren ze je eerst stuur-
vast worden en in groepjes rijden.
Maar sprintjes vond ik meteen het
leukste. Ik train vier keer per week
een uur', vertelt hij. 'Behalve bij
slecht weer, maar dan trap ik wel
een stukje op de rollers'.
In het gezin is wielrennen een be
langrijk onderwerp. Vader Rinus is
jeugdleider bij de vereniging en
fietst zelf als 'liefhebber'. Als John
ny een koers moet rijden, ergens in
Brabant of Limburg, gaat het hele
gezin mee. 'Soms gaan we ook naar
België. Daar hebben ze tenminste
hellingen', lacht Johnny.
'Eerst vond ik het wel moeilijk om
boven te komen. Als je nog geen
vijftien bent mag je nog niet met
versnellingen rijden. Dat zijn de
regels. Maar nu vind ik zo'n par
koers wel leuk. Als we met vakantie
naar Luxemburg gaan, gaat de fiets
mee. Dan kan ik weer een paar
bergjes doen'.
Nog nooit is hij met tegenzin op de
fiets gestapt. Het is dan ook zijn
grootste wens om later beroeps te
worden. 'Maar eerst ga ik leren voor
bankwerker', zegt hij, 'want je weet
natuurlijk nooit of je zo goed zult
blijven'.
Geen friet
Zijn zakgeld gaat helemaal op aan
onderdelen voor de fiets, die hij na
elke koers een onderhoudsbeurt
geeft. Maar ook zijn eigen conditie
wordt in de gaten gehouden. Voor
een wedstrijd geen friet mét! Dan
komt er biefstuk op tafel.
Bij de start van elke wedstrijd staat
hij te trillen op zijn benen. Maar als
het sein is gegeven is daar niets
meer van te merken.
De indrukwekkende plakboeken
vol foto's van bloemen, kusjes en
erepodia doen denken aan een ech
te carrière.
Maar Johnny haalt zijn schouders
op: 'Ik zal wel zien'.
Een puzzel voor schakers: een paar-
desprongpuzzel.
Begin bij het balletje. Welk woord
vind je dan?
(Ingezonden door Monika Melis en
Liezette Kaïlemein uit Koudeker-
ke).
OCH IKEPWAE
PASS Et/P WERREK
VEUR'M GEVOÏÏDEN