Samen zijn we sterker Het blijft in de familie DE BELEVENISSEN VAN KEES KRUL STRIP Open-dicht ZATERDAG 26 MAART 1983 Herindeling gemeenten Met in ieder dorp of stadje is een gemeentehuis te vinden. En niet iiedere plaats in Zeeland heeft een eigen burgemeester. Vroeger was dat wel zo. Ieder dorp, hoe klein ook, had een eigen gemeen teraad, een eigen burgemeester en een eigen gemeentehuis. Maar het werd steeds moeilijker een kleine gemeente goed te be sturen. Vooral financieel kwa men er problemen. Een dorp met weinig inwoners heeft niet veel geld om op te maken. Want ie dere gemeente krijgt uit het ge meentefonds van de regering geld voor iedere inwoner. Hoe groter de gemeente, hoe meer geld dus. Er kwam een plan om van een paar kleine gemeenten één grote te maken. Een plan om heel Zeeland opnieuw in te delen in grote gemeenten: de herindeling van Zeeland. Met het bekendmaken van de plannen kwamen ook de proble men. Die gemeente wilde beslist niet samen met die. En weer een andere gemeente wilde met nie mand samen. Er volgden extra gemeenteraadsvergaderingen, protestacties en grote artikelen in de krant. Zo wilde, om een paar voorbeel den te noemen, Kloetinge niet bij Goes en Sluis niet bij Aarden burg. De gemeentesecretaris van het kleine 's-Heer-Abtskerke (395 inwoners) zei dat ze zich tot de laatste man zouden blijven ver zetten. Het dorp wilde zelfstan dig blijven. Oorzaken Maar de herindeling kwam er. Na veel gepraat, gescrijf en geregel werden de meeste gemeenten het toch eens. Schouwen-Duiveland was het eerst aan de beurt. In 1961 was de herindeling daar een feit. Van de 18 gemeenten bleven er nog 6 over. Daarna volgde, stap voor stap, de rest van Zeeland. De provincie is nu verdeeld in 30 gemeenten. Voor 1961 waren dat er 101. Souvenir. De gemeenteraden moesten na de herindeling hun werk beëindi gen. En de burgemeesters traden af. Iedere nieuwe gemeente koos een nieuwe raad en kreeg een nieuwe burgemeester. In kranten uit die tijd is veel terug te vinden over de afscheids- vergaderingen van de gemeente besturen. Zo ging het bestuur Zeeland rond het jaar 1520 van Ritthem voor de laatste bij eenkomst een dagje uit en kreeg burgemeester P. Danielse de ambtsketen als souvenir mee naar huis. Tijdens de laatste vergadering in Meliskerke gaf de gemeenteraad nog gauw toestemming voor be tere verwarming in de lagere school. De kinderen hadden voortdurend koude voeten. In de dorpjes is verder niets veranderd. Ze hebben hun eigen naam gehouden. Alleen staat op het naambord aan de toegangs weg van het dorp, de plaatsnaam en de naam van de gemeente waarbij het hoort. Zo hoort Meliskerke nu bij Maiie- kerke. Als er een kind geboren is in Meliskerke, moet de vader het aangeven in het gemeentehuis van Mariekerke. Zeeland is opnieuw ingedeeld en het zal wel niet de laatste keer zijn. Er wordt nu al weer gepraat over nieuwe indelingen. Maar dat zal nog wel even duren. Yerseke is misschien wel het be roemdste dorp van heel Zeeland. Zelfs in Frankrijk en België kent men de mossels, oesters en kreef ten die in dit dorp worden ge kweekt. Het overgrote deel van de bevol king verdient zijn brood met de schelp- en schaaldierenhandel. De meeste bedrijven gaan over van vader op zoon. Als je één maal in het mosselwereldje zit, blijf je er vanzelf in. Jan-Kees Sinke (15 jaar) weet er van mee te praten. Zijn over grootvader, Kees Sinke, was al mosselvisser. Vanzelfsprekend volgden grootvader Jan en vader Kees Sinke (50 jaar) in zijn voet sporen. Dag en nacht t Is hard werken", vertelt Kees Sinke, „Begin mei vertrekken we met de boot naar de Waddenzee om zaad te gaan visen. We doen dat zes weken lang. Alleen in de weekends komen we dan thuis. Van half juli tot april loopt dan het mosselseizoen. Dan wordt er vaak dag en nacht gewerkt". Jan-Kees wil geen mosselvisser worden, zoals zijn vader. Toen hij een jaar of zeven was wilde hij metselaar worden. „Dat is van zelf overgegaan. Je gaat eerst helpen in de loods om wat extra zakgeld te verdienen. Zo leer je het werk beter kennen. Ik wil wel in de mosselhandel gaan werken. Dat is afwisselender en regelma tiger", vertelt Jan-Kees. Kiezen Tegenwoordig kiezen kinderen voor dit werk. Vroeger viel er niets te kiezen. Voor en na schooltijd moest er geholpen worden in het bedrijf. Vader Sinke had het geluk dat zijn vier broers mosselvisers wer den. Zo kreeg hij de kans om naar de H.B.S. te gaan. „Ik heb de school niet afgemaakt, omdat het mosselvissen me toch meer aantrok!", zegt hij. Volgens vader en zoon Sinke ge beurt het zelden dat een kind van een mosselvisser of -handelaar een beroep kiest wat niets met mossels te maken heeft. Jan-Kees dus ook niet. „Ik zit immers op rozen. Als ik zestien ben kan ik zó meedraaien in het bedrijf. Voor werkloosheid hoef ik niet bang te zijn: mijn bedje is gespreid". Ons durp is ons durp niet meer. 't Is nie mee zo ast gewist is", verzuchten veel oudere mensen. Inderdaad het is niet meer zoals het geweest is. Met de komst van het Deltaplan is er veel veranderd in Zeeland. Vroeger was Zeeland moeilijk te bereiken. Het was een echte uit hoek. Ieder dorp op zich was een apart 'landje'. Iedereen kende elkaar, meestal zelfs bij de voornaam. Maar wat er in het dorp vijf kilometer verderop gebeurde wisten de mensen vaak niet. Het gebeurde wel eens, dat Ma- rietje verliefd werd op Klaas, een jongen uit een ander dorp. Dit veroorzaakte veel opschudding en er werd dan ook snel wat aan gedaan. Klaas kreeg te horen, dat een meisje iemand uit het eigen dorp trouwt. Waagde hij zich na deze waarschuwing nog steeds in de buurt van Marietje, dan kreeg hij een minder zachtzinnige behan deling. Een flink pak rammel van Ma- rietjes broers en hun vrienden moest er voor zorgen dat Klaas 'un misje uut z'n eihen durp hong zoeke', Tegenwoordig is Zeeland veel makkelijker te bereiken, onder andere via de Zeelandbrug. Mensen uit de Randstad ontdek ten de provincie als vakantiebe stemming. Ook de nieuwe indus trieën haalden veel mensen van buitenaf hierheen. 'Import, worden ze door de 'ech te' Zeeuwen genoemd. De dorpen zijn gegroeid, de mensen zijn ver anderd. Je kent de buren nauwe lijks, laat staan het hele dorp. Maar als de nood aan de man komt, nemen alle Bressiaanders, Westkapelaars en andere dorps bewoners het voor het elkaar op. Dan is er weer even iets terug van de nauwe band van vroeger. Spuikanaal In weerberichten wordt, als dat nodig is, gewaarschuwd voor storm en hoog water. Je hoort dan dat er beperkte dijkbewaking wordt afgege ven. Of uitgebreide dijkbe waking. Beide waarschu wingen komen uit Den Haag. Daar zit de Stoim- vloedwaarschuwingsdienst (SVWD). Bij beperkte dijkbewaking wordt een alarmkamer be zet. In Zeeland gebeurt dat als in Vlissingen het water tot 3.30 meter boven NAP komt. Bij uitgebreide dijkbewa king gaan ook nog mensen op de dijken patrouilleren. Bovendien zorgen aanne mers met hun personeel voor zandzakken. Het water is dan tot boven 3.70 meter NAP gestegen. Pas als de vloed Bruinisse bereikt heeft, (daar wordt het in Zeeland het laatst hoog water) bekijkt men oi het gevaar voor dijkdoor braak en overstroming voor bij is. De Oosterschelde open wordt dat het beleid? Nee dicht! riepen anderen en daarmee was 't strijd. De een voor 't milieu behoud van natuur ach en wee over planten en de mosselcultuur. Acties, pamfletten, brieven, demonstraties. Ze riepen: luister dan toch voordat het te laat is! Luister dan toch! riep de andere kant. 't Gaat om mensenlevens haal je kop uit het zand. Een nieuwe stormramp weet jü waar ik blijf? Wij zitten nog steeds met de angst in ons lijf. Een moeilijk probleem. Dus voor 't evenwicht kregen beiden hun zin: de dam kan open en dicht. Iedereen tevreden; trots, die 't oplosten. Al roept nu een derde groep: moet dat echt zoveel kosten? Marina van den Boogaart. Voor deze krant werd ook ge bruik gemaakt van illustra tiemateriaal van de Delta dienst Rijkswaterstaat, afde ling voorlichting. VATKijKTIE A ZIEU(J.NOmwl HALEN ZE £>E toP'' ER TOCH Ar W\ 0M2E KMNTISWE& V BAAS. ONZE TfldC i C U/PFP flrzlntsT 0 DEZE V/S HB8BEN WE DfS AL TIEN KEER VERKOCHT

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant katern Krullebak (1981-1999) | 1983 | | pagina 3