GEZINSVORMEN 'Liever in internaat' 'Dan stoei ik wat met ma' Tijdje op adem komen MM 'Nooit meer willen ruilen' M'n pa en ik 'Gewoon een groot gezin' 'Soms word ik verwend' Leuke sfeer Brieven V Vliegtuig Adoptie DINSDAG 8 MAART 1983 Varen Frannie Koster 11en Johan van Os (14) wonen niet thuis, maar in een internaat. Allebei hun vaders zijn schippers op een Kempe naar. Dat is een binnenvaart schip waarmee goederen worden vervoerd. Thuis wonen (aan boord dus) zou betekenen: niet naar school. Of elke week naar een andere, steeds reizen. Want dan is het schip in Groningen, dan weer ergens in België. Het zou gewoon niet kunnen. Zowel Johan als Frannie wonen al vanaf hun zesde in het schip- persinternaat 'Juliana' in Ter- neuzen. Samen met nog ongeveer 120 andere schipperskinderen. „Ik zit bij de Arenden", zegt Johan, .,16 jongens en meisjes tussen 6 en 15 jaar. Met twee andere jongens op een kamer, leuk. Mijn verjaardag vier ik ook altijd hier". Frannie ook. Zij zit op een kamer met zes. Aan boord, thuis, vindt ze het ook heel gezellig. „Maar na een vakantie is het fijn om ieder een weer te zien. Op het schip is het klein. Niet zoveel te doen. zodat ik me snel verveel. Mijn moeder vindt het vaak erger dat ik weer wegga dan ikzelf'. Ook Johan heeft er weinig moeite mee. „Eigenlijk ben ik zelfs liever hier", zegt hij. „Tenminste kinde ren van mijn eigen leeftijd, veel meer te doen, een leuke sfeer". Heimwee? „Vroeger wel natuur lijk. Nu alleen als er ruzie is of zo. Maar dat is meestal zo weer over". Of ze zouden willen ruilen met een gewoon gezin aan de wal? „Ik heb het nooit meegemaakt, maar zou het best eens willen proberen", zegt Johan. „Eens kijken wel", zegt Frannie. "maar voor altijd? Ik denk var niet". Buitenland „Nu is mijn vader thuis en werkt hij op een kantoor. Maar het kan best dat hij over een poosje weer voor een jaar of langer weg moet". Aan het woord is de tien jarige Han van Limburg uit 's Heer Arendskerke De vader van Han is weg- en waterbouwkundige. Hij helpt bij het ontwerpen van vliegvelden. Zo werkte hij een jaar lang in Oman om daar vliegtuigbanen te vernieuwen. „Tijdens dat jaar had mijn vader geen vakantie", vertelt Han, „toen zijn wij, m'n moeder, m'n broertje en ik drie maanden naar Oman geweest". Totdat Han naar de lagere school moest reisde het hele gezin met vader Van Limburg mee. Ze woonden drie jaar in Saoedie- Arabië ..Ik mis mijn vader wel als hij weg is", zegt Han, „vooral als ik eens lekker wil stoeien of voetballen. Dan stoei ik maar met ma Een andere keer is het wel handig dat 'ie niet in de buurt is. want hij is veel strenger dan mijn moeder". Als Han's vader in het buiten land is, schrijft Han hem veel brieven. Alle brieven, kaarten en foto's die hij terugkrijgt plakt hij in een album. Han gelooft niet dat hij een ander leven dan de meeste kinderen heeft. ..De één z'n vader gaat op de fiets naar het werk en komt 's avonds weer thuis. Mijn vader moet toe vallig vaak naar het buitenland. In het begin mis ik hem heel erg, maar ik wen eraan", zegt Han. Of hij later ook ver en lang van huis wil werken? "Opa en oma zullen we nooit in een bejaardentehuis stoppen. Bij ons is de familieband heel sterk We zouden elkaar niet kunnen missen". Mevrouw Sohilait komt zelf uit een gezin van 15 kinderen. Als Bianca uit school komt gaat ze meestal eerst naar opa en oma Daarna pas naar huis. „Soms wordt ik verwend". Bemoeien je opa en oma zich nu met de regels in huis? ..We hebben weinig problemen", zegt de moeder van Bianca. ..Toen ik zo oud was als Bianca mocht ik nooit na 6 uur naar buiten. Toen was het wel stren ger. Bianca heeft nu een eigen sleutel. Het meeste wat ik heb geleerd van opa en oma leer ik weer aan m'n kinderen". Wil je later zelf je moeder in huis nemen? Bianca: „Ik denk dat ik gewoon bij m'n moeder blijf wonen". Spanningen Kees (11 jaar) gaat na school niet meteen naar huis. Dat is al een paar maanden zo. Hij gaat om half vier naar een Dagcen trum voor schoolgaande Jeugd, En daar blijft hij tot zeven uur. „In de vakanties is Kees ook bij ons", zegt Marja de Heer. Ze werkt als maatschappelijk werk ster bij het dagcentrum. „Alleen in de weekends is hij hele dagen thuis". Tussen Kees en zijn ouders ging het al een hele poos niet goed. Zijn vader werd werkloos en veel kans op een nieuwe baan heeft hij niet. De sfeer thuis raakte daardoor danig verpest. Zijn ouders konden het allemaal niet meer aan. Ze hadden ook geen tijd en aandacht voor hem. Alles wat hij deed was fout en hij kreeg om niets op zijn kop. Van de weeromstuit ging Kees 'raar' doen. Zo raakten ze met zijn drieën dolgedraaid. En nie mand kon hen helpen. Tenslotte stuurde hun huisarts hen naar het Dagcentrum voor schoolgaande Jeugd. „Zo kwam Kees bij ons", vertelt Maija, „want hij en zijn ouders kunnen bij ons geholpen worden. Dat duurt misschien wel 1 of 2 jaar, maar dan kan hij waar schijnlijk weer gewoon naar huis, want zijn ouders houden nog steeds heel veel van hem. En dat is altijd zo geweest. Alleen had den ze samen zoveel moeilijkhe den, dat ze de problemen van Kees er gewoon niet bij konden hebben. En hij kon hun het bloed soms onder de nagels vandaan halen". Behalve Kees zijn er in Zeeland nog ongeveer 90 kinderen. Ze gaan overdag gewoon naar de lagere school. Of als ze jonger zijn naar een Medisch Kleuterdagver blijf. „We proberen voortdurend met de kinderen en hun ouders een oplossing te zoeken voor de moeilijkheden", besluit Marja. „En als de kinderen hier weg gaan, gaat het thuis vrijwel altijd heel wat beter". Uitgeverij Provinciale Zeeuwse Courant B.V. tfedactie: Marina van den Boogaart, Anneke van den Doel, Leen van Duivendijk, Cor de Jonge, Mieke Lemmens, Sylvia Scheers, Jan Smeekens, Ineke Timmerman en Willem Verst uijf. Adres. Walstraat 56-60,. 4381 EG VLissingen. Tel. (maandag t/m vrijdag, van 9.00 uur tot 17.00 uur): 01184- 15144. Advertenties: (per brief) Admi nistratie PZC, Postbus 18. 4380 AA Vlissingen. Het benodigde bedrag aan LOSSE postzegels bijsluiten of afgeven aan de PZC-kantoren. „Ja, hoor. Dan zie je nog eens wat van de wereld". Adoptie Ze hebben dezelfde achternaam als hun vader en moeder, maar kregen die niet bij hun geboorte. Dat kon niet, want ze kwamen bij deze ouders toen ze al een paar maanden of zelfs een paar jaar oud waren. We hebben het over geadopteer de kinderen. Kinderen met nieu we ouders. Niet voor een tijdje, maar voor altijd. Ze komen bij die nieuwe ouders omdat hun eigen familie, om welke reden dan ook, niet voor ze kan zorgen. Ruim veertig kinderen kregen in 1982 nieuwe ouders in Zeeland. Ze kwamen bijna allemaal uit andere landen. Arme landen, zo als Indonesië, Bangladesh, Ko rea of Sri Lanka. In hun geboor teland hadden ze weinig toe komst. De meeste kinderen zaten in een kindertehuis tot ze ver huisden naar hun nieuwe vader land. „Dat weet ik nog wel", vertelt Jos Landman uit Middelburg. „We kwamen met een vliegtuig vol kinderen uit Korea. Dat vliegen vond ik heel eng". Jos was vier jaar oud toen ze naar ons land kwam. Nu woont ze hier alweer ruim zes jaar en voelt zich helemaal thuis. Ze is niet eens nieuwsgierig naar haar geboorte land. „Ik zou nooit meer willen ruilen", zegt Jos, „al zou ik soms wel eens iets willen weten over mijn fami lie". Als een kind ongeveer eén jaar bij zijn nieuwe ouders woont, kan het geadopteerd worden. Het kind krijgt hun naam en blijft voorgoed hun kind. „Ouders adopteren een kind om dat ze zelf geen.kinderen krijgen of omdat ze graag willen zorgen voor een kind dat geen gelukkige toekomst heeft, vertelt mevrouw Meuldijk van de Raad van Kin derbescherming. Zij weet dal veel kinderen wel eens denken dat ze misschien geen 'echt' kind van hun ouders zijn. „Maar", zegt ze, „in Nederland zijn adoptie ouders verplicht hun kind te ver tellen dat het geadopteerd is" En dat is goed. Het is ook niets om geheimzinnig over te doen. Een gezin is een vader en een moeder die met hun kinderen samen wonen. Dat is waar, meestal is het zo. Maar kijk eens om je heen. Er zijn talloze andere ma nieren waarop kinderen en volwassenen samen leven. Daarover gaat deze pagina. gedicht gedicht M'n pa en ik de beste maatjes al heeft hij dan wel eens wat praatjes hij geeft om mij en ik om hem z'n grote handen z'n vertrouwde stem ik jong, hij oud heus geen bezwaar we hebben tenslotte alleen mekaar... Hij maakt me wakker gaat dan naar benee en dekt de tafel we eten met z'n twee na schooltijd spelen en haal ik hem af dan kookt hij voor ons en ik was het af soms is het wel moeilijk maar ja: je moet en nu we 't gewend zijn gaat 't echt wel goed. Opnieuw een moeder? heus niet nodig ik zou niet zeggen overbodig maar m'n pa en ik 't is zo vertrouwd we hebben samen iets opgebouwd eigenlijk is-ie meer een vriend zoëen die een gouden standbeeld verdient! •Marina van den Boogaart. Tehuis „Ik vertel nooit meer dat ik in een tehuis woon", zegt Nicole Knape (19). „Veel mensen gaan je dan meteen anders behandelen en dan krijg ik zó de pest in! Nicole woont met nog acht kin deren tussen 10 en 19 jaar in een gezinvervangend tehuis. „Het is gewoon een groot gezin en je leert hier veel béter met anderen reke ning te houden dan in een gezin met 2 kinderen", vindt ze. Jenny Hagen 17) kent wel men sen, die nog denken dat ze in een gesticht woont, met grote slaap- en eetzalen. „Wij koken twee maal per week om de beurt zelf', vertelt ze, „En alleen in het week einde moeten we wat huishoude lijk werk doen. Dan is de werk ster er niet. Ik heb hier meer vrijheid dan heel wat kinderen die ik ken. En ook veel meer lol", lacht ze. Aan Elma Stam (14) heeft ie mand wel eens gevraagd of ze 'daar' nou nog achterlopen met kleding. „Ze denken zeker dat we nog in uniform lopen. Nou, als ik gekke kleren wil kopen en er staat nog geld op mijn kleed boekje, dan doe ik dat. Als ik mezelf maar goed verzorg en m'n kamer opruim. Daar wordt op gelet". Het huis wordt geleid door vier mensen, die elkaar telkens afwis selen, zodat er altijd iemand thuis is. De meeste kinderen zit ten nog op school. Alleen Cathe- rina Verstraete (18) volgt een schriftelijke cursus voor dieren verzorgster. Jenny vertelt dat ze leidster wil worden, al gelooft ze dat het niet gemakkelijk zal zijn. „Vooral het opvoeden van jonge kinderen, die niet van jezelf zijn, dat lijkt me moeilijk", zegt ze. Familieband Een klein gezin lijkt me saai. Dat vindt Bianca Sohilait (12) uit Koudekerke. Bianca is een Moluks meisje dat in een groot gezin leeft. Opa en oma horen er eigenlijk ook bij. Die wonen aan de over kant van de straat. Ze eten meestal, met z'n allen. De ene keer kookt haai' moeder, de ande re keer haar oma. Vroeger woonde Bianca in Woer den. Toen moest ze ver reizen om haar grootouders te zien. Nu komt ze elke dag zeker drie keer bij opa en oma. Is het niet lastig als je altijd rekening moet houden met oude re mensen in huis? „Nee hoor. Ze houden zelf van een gezellige drukte. Muziek is ook geen punt. Opa zet zelf vaak muziek aan. Dat hoort hij graag". De moeder van Bianca vertelt:

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant katern Krullebak (1981-1999) | 1983 | | pagina 2