'0NEN 1 1 ARENS GEEM BET®N TORENFLATS ©F EiAALSLAG X Stereo verovert de huiskamers ÜBSl axel EN -Ferket B.V. IP® Verf werk 25.- 12-14, tel. 1638 jkens istoffen ihout HULST IGELWAARDE OOSTBURG SLUISKIL HOEK - KOEWACHT |geheel Zeeuwsch- 1N en zinkwerken i waterleiding k- en rubberoid edekking kook- en armingsapparaten ire installaties ninrichting )ERTEGELS Iel t* kisi ;.:r |SF kens. |)er op prijs stellen U in nogelijkheden van ons I tonen. ?n IAAT i 2222 jren orgen uw: imkijken meer naar ATIES - DOUCHEBAKKEN en. >ieding in per m2 excl. b.t.w. zoek bi. ILST Het Belgische Brugge is nog een stad om echt in tè wonen. Geen plaats, zoals we die bij bosjes in Nederland vinden, met veel kaalslag in de binnensteden, troosteloze nieuwe wijken (ook wel slaapsteden genoemd), foeilelijke troosteloze nieuwbouw, brede indus triegordels. Brugge mist dat alles (gelukkig maar, zeggen de Bruggelingen). Haar wordt sinds een aantal jaren gewerkt aan een ambitieuze reeks plannen, die uiteindelijk moeten uitmonden in een optimale leefbaarheid van de gehele stad Brugge. Die plannen (en de uitwerking ervan) worden nu al in ons land het lichtende voorbeeld genoemd voor de manier waarop de restauratie/renovatie van een (binnen)stad moet worden aangepakt. In Brugge worden/zijn niet alleen de grote monumenten (waar de stad rijk aan is) opgeknapt, maar ook grote aantallen woonhuizen. Het heeft, zegt men in de Belgische stad, geen enkels zin cm hier en daar een geveltje op te poetsen en een monument te restaureren. Dat doe je voor de „cultuur" en desnoods voor de toeristen, maar daarmee redt je geen s' Daar is meer voor nodig. Brugge: een stad (mm fin te wonen s IjggHMU Het pand Snagaardstraat 15 voor en na de restauratie. Het pand was door de gemeente aangekocht om gesloopt te worden, maar de Stichting Mar cus Geeraard heeft sloop steeds bestreden. Het is een van de oudste huizen van Brugge. Het pand staat al getekend op de kaart die Marcus Geeraard in 1562 van de stad tekende Foto's boven- Drie huizen in de Karmerstraat. Dit is het grootste blok huizen dat in één keer werd aangepakt. Brugge gaat ervan uit dat voor restauratie niet veel bewoners moe ten verhuizen (om later terug te keren). Daarom wordt mees tal slechts ee.n pand pe rkeer gerestaureerd. Want ook Brugge dreigde een aantal jaren geleden de strijd tegen de „vooruitgang" en vooral de auto te verliezen. Veel Bruggelingen ontvlucht ten de stad. Zij vonden het geen leven meer midden in de stank en het lawaai van de au to's bussen en vrachtwagens in de smalle historische straatjes. De auto dreigde het gevecht een jaar of tien geleden te win nen van de bewoners; trottoirs werden versmald, stukken groen opgeofferd aan parkeer ruimtes en de prachtige Belgi sche kasseien verdwenen on der asfalt. Kortom het voor ons land bekende beeld. Het ge volg was dat door de ontvol king de Brugse binnenstad dreigde te verkrotten. Er wer den in die tijd zelfs enkele his torische monumenten afge broken. De eerste tekenen van wat een „betonnen" stad zou worden, begonnen zich af te tekenen tegen de skyline van moderne gebouwen. Op dat moment brak er iets in de harten van de Bruggelin gen, die van oudsher een grote affiniteit met hun stad hebben getoond. Ze zagen een dui zendjarig stedebouwkundig meesterwerk verloren gaan. Brugge heeft als stad één groot voordeel: de industriële (r)evolutie is er aan voorbijge gaan. Er is nooit erg veel geld geweest, niet al te veel werk. Als gevolg daarvan is er weinig gebroken in Brugge; de histo rische stratenloop, zoals die al te zien is op een kaart uit 1562, bestaat nu nog en is niet ver anderd. De werkzaamheden van een particuliere groep verontruste burgers (verenigd in de Stich ting Marcus Geeraard) en het daarop inhaken door een nieuw, jeugdig gemeentebes tuur, hebben Brugge „gered". De stichting, genoemd naar de man die in 1562 opdracht kreeg Brugge met een kaart te verkopen aan de buitenwereld (een vroegtijdige public- relationsofficer) kocht een vijftigtal huizen op. Gespreid over de binnenstad, oud en minder oud, maar wel verkrot. Daar werden pronkjuweeltjes van gemaakt. Het maximale werd eruit gehaald, als was het om de Brugse bevolking te la ten zien hoe het ook kon. En inderdaad haakte een aantal particuliere huiseigenaren in op dit initiatief (op deze pagi- nae enkele voorbeelden van de restauratie van oude huizen, waarbij veel weggewerkte middeleeuwse zaken aan het licht kwamen - de foto's zijn van de Stad Brugge). Het nieuwe gemeentebes tuur begreep de boodschap. Er werd een zogeheten „struc tuurplan" opgemaakt, onder verdeeld in deelplannen, op hun beurt weer opgesplitst in een vijftigtal deelkwartieren. Het is hier snel geschreven en gelezen, maar het is een hels karwei geweest. Ieder boomp je, iedere gevel, ieder raampje is opgetekend, gefotografeerd. De (vergrijsde) bevolking werd doorgelicht. Een meer complete inventa risatie van wat in een stad aanwezig is, vindt men in niet één Europese stad van enig formaat. Op de conclusies van de bovengenoemde onderzoe kingen maakte Brugge de on vermijdelijke bestemmings plannen, in nauwe samen spraak met de steeds sterker geïnteresseerd rakende bevol king met de bedoeling „het verleden voor de toekomst vast te leggen". En dat gebeurt nu in fasen. Maar de Bruggelingen heb ben wel een ijzeren wil nodig om dat verleden vast te leggen. Zo verleent b.v. de Belgische rijksoverheid nauwelijks me dewerking. Toegezegde mil joenensubsidies blijven jaren weg. Brussel heeft meer be langstelling voor slooppremies dan voor restauratiepremies. In Brugge daarentegen is de fi losofie zoveel mogelijk oude huizen aan te kopen als ze b.v. passen in een bepaald straat beeld. De gemeente heeft een grote voorraad huizen aange legd, die stuk voor stuk wor den opgeknapt. Daarnaast heeft Brugge - naast het zich steeds duidelij ker aftekenende eindresultaat - ook een aantal ruggesteun- tjes gehad. Een daarvan was de zuivering van het water in de befaamde „reien", een stel sel van (zeg maar) kanalen rond de middeleeuwse binnen stad. Vóór 1970 waren de reien open riolen, vuilnisbelten. Ja ren lang is er gezocht naar een oplossing, maar die werd nooit gevonden. Tot burgemeester Michel van Maele er een per soonlijke zaak van ging ma ken. Nu zijn de reien schoon (waarmee de waterveron treiniging overigens niet is op gelost), er zwemmen nu weer zwanen in en er wordt zelfs jaarlijks een zwemwedstrijd in gehouden. Dergelijke rugges- teuntje had men wel nodig. Ze gaven aan dat het „kon", het betekent een ondersteuning van het enthousiasme waar mee de zaken worden aange-| pakt. De schone reien hebben bo- I vendien het geloof in de uit voerbaarheid van het struc tuurplan opgeschroefd. Het doel blijft de optimale leef- baarheid van Brugge. Sinds een jaar of vijf is er een toene mende belangstelling voor het wonen in de Brugse binnen stad. En daar zijn ae plannen makers maar al te gelukkig mee. Om de centrumbewoners niet te vervreemden van de buitenwijken, worden ook panden in die buitenwijken opgeknapt, wordt tevens mo derne architectuur gepropa geerd, zolang die maar past in het totaalbeeld. Het zijn ambitieuze plannen, die al voor een deel gerealiseerd zijn. Ze moeten van Brugge een stad maken „van prettig gebouwde huizen die de mensen door hun hoogte of reusachtige afmetingen niet overschreeuwen, maar door hun speelse gezellig heid bescherming en rust bieden". EUGÈNE LOOMANS Stereo verovert de Ne derlandse huiskamers. On stuitbaar. Verzadigd met koel- en vrieskasten, tv- toestellen, was- en afwas machines en wat al niet meer voor alledaags ge worden apparaten die aan vankelijk pure luxe waren, schijnen we ineens massaal te verlangen naar muziek in ruimtelijke weergave. De geluidshobby-isten van het eerste uur hebben de weg gewezen aan het grote legi oen, dat zich opmaakt voor De Aanschaf. De Aanschaf - dat is niet niks! Want we willen niet al leen stereo, we willen (zo blijkt uit marktonderzoekingen) niet minder dan de luisterrijke en dus duurdere HiFi-kwaliteit. Werkelijkheidsweergave, is het parool in een wereld die toch al bol staat van het geluid. En de lieden die het nog mooier willen, steken hun vrienden en buren intussen de ogen uit met quadrofonie, of tewel muziek uit vier hoeken. Het moet duidelijk zijn: met duizend gulden begin je niets als je stereoland wilt binnen treden. Laat staan als je naast afstemmer/versterker en de onontbeerlijke luidsprekers ook al direct de geneugten van platenspeler, bandopnameap- paratuur of koptelefoons wilt ondergaan! In het vrijwel on begrensde rijk der accessoires hebben we dan nog niet eens gekeken... Vele honderden miljoenen guldens zijn er te verdienen voor handel en industrie. Die spannen zich dan ook terdege in om daar zoveel mogelijk graantjes van mee te pikken. Advertenties, aanbiedingen, demonstraties - het zijn dage lijks gehanteerde wapens. Merken die vanouds in het Ne derlandse huisgezin de boven toon voeren, hebben daarbij een streepje voor. Maar in hun kielzog staan tientallen bui tenlandse ondernemingen die in kleinere kring niet minder gerenommeerd zijn, om de aandacht te vragen. Lawines van informatie overstromen met dat al het publiek. Dat weet er weinig raad mee, want het staat immers nog maar op de drempel van Wonderland. Vermogen, frequentie, selecti viteit, bandbreedte, wow en flutter, ruis en rumble, over sturing, overspraak en impe dantie; reeksen kwalificaties in geheimtaal door tientallen merken maken het lokkende Wonderland tot een waar la byrinth. De draad raak je ze ker kwijt door een onbevangen gang langs de vakhandel, want die heeft doorgaans juist al leen de beste spullen te koop... De behoefte aan een over zichtelijke ordening van de in formatie, aan een leidraad, is dan ook enorm. Philips, onze eigen grootmacht, heeft uitge dokterd dat 35 procent van onze bevolking dit jaar HiFi- stereoradio's zal bezitten. Ruim twee miljoen tafelradio's zijn aan vervanging toe; steeds meer mensen doen De Aan schaf en zoeken betrouwbare hulp bij de voorbereiding daarvan. Het enorme gezag dat de Consumentengids, maandblad van de Nederlandse Consu-i mentenbond, uitstraalt, is daar een duidelijke vinger wijzing voor. Al uiten specia- listischer periodieken als Disk, Luister en Stereo-Test nogal eens kritische aanmer kingen op de bondspublica- ties, voor de ronddolende ste reoklant zijn ze een uitkomst. Een Zwitserse fabrikant her stelde kort geleden fluks een al uit de roulatie genomen pla tenspelerelement in ere, nadat de Consumentengids dat als beste had aangewezen! Het heeft hem geen windeieren ge leed. Wanneer fabrikanten im porteurs en handelaren die macht van de Consumenten bond, die hen lang niet altijd welgevallig is, willen aanpak ken, zullen ze allereerst de hand in eigen boezem moeten steken. Ze bieden een enorme verscheidenheid, goochelen met overdonderend cijferma teriaal en hebben natuurlijk allemaal uitstekende spulle tjes. Duidelijke specificatie volgens begrijpelijke normen is een eerste vereiste. Dat le vert in elk geval een aantal ba sisgegevens op, die objectief vergeleken kunnen worden. De tweede stap is aan de consument zelf. Want een keuze van HiFi-stereo is niet alleen een vergelijken van cij fers, maar bovenal van geluid. Het is uw gehoor dat beslist, geen natuurkundig verant woord of elektronisch overtui gend verhaal. Een vooraan staand Amerikaans produ cent, dr. Bose, heeft conse- ?|uent geweigerd om met speci- icaties te zwaaien. „Luister zelf", is ziin devies. Na een eerste schifting op uiterlijk, vermogen (dat samenhangt met het for maat van zijn kamer) en wat basisgegevens moet de aspirant-koper dat devies ook opvolgen. Zijn oren moeten straks genieten, niet die van de fabrikant of handelaar. Vergeet inge fluisterde vooroordelen, maar luister en vergelijk. E -r- 11) i 11'i' JI1J E Als u nu dit jaar toch E E weer niet aan het schilderen E E van de buitenboel toege- E E komen bent, omdat het er allemaal nog aardig uitzag, rs E en omdat het weken lang veel te warm was om uren E op een ladder tegen de gevel E te staan, en omdat u er ge- E woon niet zoveel zin in had S E (drie érg goede redenen om 5 het maar weer een jaar uit E E te stellen), dan moet u rond E E deze tijd toch wel eens een E E inspectie houden. E Zonder voor weerprofeet E E te spelen, kunnen we u toch E E wel garanderen, dat er de E E komende maanden heel wat E E nat naar beneden zal ko- E E men. En dat is nog altijd de E E grootste vijand van uw E E schilderwerk. E Mocht uw geweten nu E E knagen, omdat de naar vol- j§ E gend jaar verschoven schil- E E derbeurt toch eigenlijk wel E E nodig was geweest, raak E E dan niet in paniek. Als de E E verf op kozijnen enz. in zijn E E geheel in uitgesproken E slechte toestand verkeert, E dan moet u natuurlijk maar E vrede hebben met de weten- E E schap dat nóg een winter er E E beslist geen goed aan zal E doen. En dat het houtwerk E opnieuw een stevige klap E krijgt. Dat het er erg lelijk E van wordt, is alleen een e E zaak van esthetica, maar E E dat het hout wellicht diep E E zal gaan rotten, wordt op de E E duur een kwestie waarbij E de portemonnee betrokken E E is. E Kleine, Incidentele E E zwakke plekken in het ver- E E fsysteem van de buitenboel j§ E zijn echter nog gemakkelijk E E te herstellen voordat de E winter echt losbarst. Die E E plekken hoeft u niet defini- E tief glanzend in de lak te E E gaan zetten. Als u er maar E E voor zorgt, dat het vocht er E E geen verwoestingen kan E E aanrichten, is de zaak vol- E gend voorjaar nog wel zo E E goed in conditie, dat u zon- E E der al te veel ellende (einde- E E lijk) aan het werkelijke E E schilderwerk kunt begin- E E nen. E Let om te beginnen eerst E E eens op de hoeken van E E openslaande ramen, maar E E dan aan de binnenkant, en E E vooral in ruimten waar E nogal wat vocht wordt ge- E produceerd: keuken en E E badkamer zijn natuurlijk E E de meest voor de hand lig- E E gende voorbeelden. E Als de verf daar-en u ziet E E dat inderdaad het eerst ge- E E beuren op de benedenhoe- E E ken van die openslaande E ramen - niet meer in condi- E E tie is, krab de losse boel E E daar dan goed af, en zet die E E plekken minstens in de E E grondverf. E Aan de buitenkant is op E E diezelfde plaatsen onget- E E wijfeld te zien, wat de ge- E E volgen van zo'n zwakke E E plek zijn. Ook daar kunt u E maar beter de los zittende E verf verwijderen, en met E grondverf een zo goed mo- E gelijke afdichting maken. E (Die afdichting is nooit ab- soluut, en dat hoeft ook E niet; het in het hout aanwe- E zige vocht moet zijn weg E kunnen blijven zoeken naar E buiten. Het gaat er maar om dat van buitenaf geen grote E hoeveelheden vocht in het E hout kunnen dringen). De zogeheten liggende E delen van de kozijnen zijn E het meest kwetsbaar. Loop E ze allemaal na op slechte E plekken. Haal daar de losse E verf eraf, en zo nodig zelfs E met verfafbijt werken. E Daarna schuren en een E grondering aanbrengen die E de boel een winter over in E stand houdt. Pak niet te E gauw de plamuurpot, want E een laag plamuur onder de E verf is zeker geen verster- E king van het verfsysteem. E Gaten en diepe scheuren in E het hout kunt u beter vullen E met een vulmiddel op kuns- E tharsbasis of desnoods met E kit of stopverf, dan met E plamuur. Als dat gaat E krimpen, heeft het vocht weer vrij spel. Buk ook eens diep, en be- E kijk de onderkanten van het E liggende werk, dus de hori- E zontale kozijndelen. Vooral de onderdorpel van een E raampui kan heel wat vocht optrekken, omdat opspat- E tende regen daar aan de on- E derkant tegen aan slaat E Even afschuren, en er met 2 de kwast een stevige streek E verf op zetten, kan heel wat E houtrot-narigheden voor- komen. MAR GROEN I

Krantenbank Zeeland

de Vrije Zeeuw | 1975 | | pagina 25