VERKEERSDESKUNDIGE DRS. GEURT HUPKES: Vergaderd Planten voeren oorlog met elkaar BELGISCHE HULPCAMPAGNE HEEFT TWEE KANTEN Portoricanen willen baas in eigen huis worden KAARTEN ONVEILIG DOOR CORN. VERHOEVEN MUGGEN WOONERVEN TRAPAUTO J HINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN !NGEN PE|L|NGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILING EILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN Kruistocht tegen de auto heeft weinig zin Geurt (een echte Gelderse naam vertelt hij) Hupkes is adjunct-directeur van het Centrum voor Vervoersplannen in Utrecht: een adviesbureau dat mede opgericht is door de Nederlandse Spoorwegen. Hij heeft zich de laatste tijd in tensief beziggehouden met de rol en de mogelijkheden van de (brom)fiets en de voetganger in het hele verkeerssysteem. Een gedegen studie wil echter nog niet zeggen dat men in de toekomst kijken kan, en Hupkes heeft er dan ook geen be hoefte aan een duidelijk antwoord te geven op de vraag of de fiets nog eens een belangrijke betekenis krijgt in het woon werkverkeer. Hupkes: „Er kan zoveel ver anderen waar niemand nu een idee van heeft. Ik heb modefan tasieën gezien van een tekenaar eind vorige eeuw, die meer dan een halve eeuw vooruit trachtte te kijken. Hij is echter niet op het idee gekomen dat de vrou wen massaal een broek zouden gaan dragen. Stapels verkeer- sprognoses zijn in de prullen mand beland sinds Nederland ernst maakt met de gezinsplan ning. Deze ontwikkeling had men niet voorzien, en dat scheelt dan bijvoorbeeld al gauw enkele miljoenen auto's in 2000". Geurt Hupkes, een econoom overigens, is derhalve uiterst voorzichtig met een toekomstvoorspelling. Wel wil hij er hardop over na denken. In een kruistocht tegen de auto ziet hij weinig heil. Terugd ringen lukt toch niet, meent hij, want de mensen gaan nooit in groten getale hun auto aan de kant doen, wat voor maatrege len er ook genomen worden. Misschien kan wel een verdere groei voorkomen worden. Effec tiever is echter het rijden, het aantal kilometers in toom te houden. Bijvoorbeeld door een drastische verhoging van de be nzineprijs. Hupkes: „Ik stel me hier wetenschappelijk op. Wat ik over de wenselijkheid van een dergelijke verhoging denk, blijft buiten beschouwing. Als de be nzine flink wat duurder wordt, wordt er gegarandeerd minder gereden, maar het openbaar vervoer wordt er volgens mij niet zo heel veel wijzer van. En dus niet goedkoper. Ik geloof namelijk dat dan heel wat ritjes eenvoudig niet gemaakt wor den. Men gaat wandelen of kaar ten. Tijdens de autoloze zonda gen zaten de treinen niet zo heel veel voller". Voor het woon-werkverkeer blijft de auto belangrijk. Naast het openbaar vervoer. Maar wil dat openbaar vervoer meer klanten krijgen, dan dient het snel en enigszins comfortabel te zijn, meent drs. Hupkes. Dat zijn ook de eisen die men aan de auto stelt. Het is nog altijd belangrijk De storm van verontwaardi ging die opstak nadat de kran ten schreven - laten we het even voorzichtig houden - dat minister Hans Gruijters de auto een opdonder wilde ver kopen, is nog niet geluwd. En bij de eerste de beste boksbe- weging van de minister klimt het vaderland gegarandeerd opnieuw in de pen. In de meeste commentaren en ingezonden brieven heet het dat deze regering de reeds lang getergde automobilist als een stuk vee de trein en de over volle bussen in wil jagen. Het schijnt uitsluitend om de tegenstelling eigen autootje - openbaar vervoer te gaan. Maar er zijn toch meer mo gelijkheden om vooruit te ko men? Men kan lopen en fiet sen. En dat gebeurt steeds meer. Vorig jaar zijn er in Ne derland liefst 1.273.000 fietsen verkocht. Daar waren tiendui zenden race- en sportfietsen bij, en Oranje klauwde vervol gens in het hol van de leeuw zes regenboogtruien weg. Heeft de fiets dus toch een grote toekomst? Of de fonkel nieuwe snorfiets van minister Tjerk Westerterp? Of een overdekte vierwieler? De ver- keersdeskundige drs. G. Hup kes uit Vianen, een „fietsicus", wil daar graag het zijne over zeggen. hoeveel later je 's morgens thuis weg kan als je met je eigen auto gaat. Tijdsbesparing is volgens hem de hoofdreden waarom men momenteel voor de auto kiest. Deze informatie over de bete kenis van de auto is noodzake lijk om een beter begrip te kun nen krijgen van de mogelijkhe den die de fiets heeft. De fiets is in opmars, beweren de fabrikan ten, en daai is weinig tegen in te brengen, want in '67 werden er 618.300 karretjes verkocht en vorig jaar 1.273.000. Dat is méér dan een verdubbeling. Deson danks fietst Nederland bedui dend minder dan vroeger. De toename - er mag wel van een flitsende demarrage gesproken worden - van het aantal ver kochte fietsen wordt voorname lijk veroorzaakt door de ont dekking van de fiets als recrea tief vervoermiddel. Vandaar ook de opkomst van de racefiets. De racefiets heeft zo'n beetje de functie die de auto tien jaar ge leden voor veel mensen had, overgenomen: een hobby, een sport. Daar is nog bijgekomen de wenselijkheid van wat li- Één mens werkt. Twee men sen verdelen het werk. Drie mansen beraadslagen over de verdeling. Vier mensen beraads lagen over de beraadslaging. Er zijn vergaderingen die uit sluitend gaan over de agenda van diezelfde vergadering. Echte vergaderbeesten genieten daar het meest van. Procedure-kwesties zijn een feilloos middel om te voorkomen dat er snel een beslissing geno men wordt. Wie zijn mond opendoet wordt voorzitter en mag dan niet zoveel meer zeggen. Welsprekendheid is in een vergadering niet van belang, ar gumenten nauwelijks. Niemand let er op wat de spreker zegt en hoe hij het zegt; er wordt alleen op gelet namens hoevelen hij spreekt. Wie op eigen gezag spreekt, wordt welwillend aan hoord, maar dan als komisch in termezzo of als par. Wie een be etje behoorlijk zegt wat hij te zeggen heeft, wekt de indruk al leen namens zichzelf te spreken en wordt niet ernstig genomen. Sprekers mogen er zijn, spreekbuizen moeten er zijn. Wie daardoorheen toetert doet er niet toe, als het er maar veel zijn. Er is in elke vergadering een moment, iets na de helft van de geprogrammeerde duur, waarop iemand zich boss maakt en zegt. dat er nu genoeg gepraat is en dat er eindelijk maar eens iets gedaan moet worden. Iedereen is het daar altijd mee eens, de uitval wordt als een hoogtepunt van de vergaderliturgie be schouwd en de vergadering gaat daarna gewoon door. Iemand die tijdens de discus sie heeft zitten slapen of de voordracht niet gevolgd heeft, kan na het ontwaken rustig op staan en zich bekommerd afvra gen wat dit alles nu voor de praktijk betekent en hoe wij het moeten zien in het grotere ver band van de derde wereld, zon der dat hij het risico loopt uitga- lachen of tot de orde geroepen te worden. Een goede voorzitter weet van tevoren precies, hoe de vergade ring zal lopen, wat er gezegd zal worden, wat daartegen inge bracht en wat er beslist zal wor den. Een goede voorzitter is dus iemand die de vergadering door zijn programmering overbodig maakt en er vervolgens leiding aan geeft. Op het einde van een langt vergadering constateert de voorzitter dat de problemen niet opgelost zijn en dat dit in een zo kort tijdsbestek ook niet moge lijk was, maar dat er toch be langrijke aspecten naar voren zijn gebracht. Hij wekt daarbij de indruk, dat we nu pas goed aan de slag kunnen gaan en dat de geschiedenis der mensheid op dit ogenblik een aanvang neemt. Elke vergadering maakt een vóórvergadering nodig en levert stof voor een volgende vergade ring. De techniek van het verga deren bestaat voor een groot deel hierin bepaalde onderdelen van de agenda uit te stellen naar een volgende vergadering. „Efficiënt vergaderen" is een combinatie van woorden die uitgevonden is na de ontdekking van de overbodigheid van ver gaderen; het is zo iets als koud vuur, omhoog vallen, schrijven in het water, ijverig niets doen. chaamsbeweging. Maar voor het vervoer naar het werk is de fiets niet meer in tel. Omdat fietsen veel tijd kost (hoewelin de Am sterdamse binnenstad is de ge middelde snelheid van een auto 16 kilometer!), en vooral omdat fietsen op de openbare weg als onveilig ervaren wordt. En dat is geen geringe handicap. Sinds '63 - heeft Hupkes berekend - is fietsen 2,4 keer zo onveilig ge worden. Een 'levensbelang voor de fiets, voor fietsers en voetgan gers is daarom dat er woonstra ten, wegen, wijken en misschien zelfs complete binnensteden aangepast worden aan wat Ge urt Hupkes noemt de zachte vervoerssystemen. „Zoiets is een ingewikkelde zaak", zegt hij, „en de oplossingen zullen dan ook niet eenvoudig blijken te zijn". Als men al veel oplossin gen en maatregelen wil. „Men" is de regering, de overige over heden en de automobilisten, met wie de H.H. bestuurderen uiter aard rekening willen houden. Er moet daarom eerst een mentali teitsverandering komen, en die ziet Hupkes wel zitten. Heel wat automobilisten houden al meer rekening met fietsers nu ze 's za terdags zelf vanwege hun bier buikje het stalen ros bestijgen. Toch worden fietsers en voet gangers nog vaak gezien als las tige muggen. Er moeten daarom grote ver anderingen komen. „Door het verkeersluw maken van woon straten" formuleert Hupkes, „moet het zo worden dat de auto niet langer alleenheerser is en dat de automobilist zich daar als een gast beschouwt". Bij deze ingrepen moet ervoor gewaakt worden, heeft Hupkes geconsta teerd, dat de automobilist niet het gevoel krijgt dat hij gepest wordt. In Delft zijn er al veel straten zo ge(re)construeerd dat er niet hard meer gereden kan worden. Er zijn wegversmallingen ge maakt, bomen geplant op wat eerst rijweg was, er is gewerkt met bloembakken en speeltoe stellen, trottoirs zijn weggebro ken, er zijn zogeheten wooner ven ontstaan, en deze hele nieuwe situatie wordt volgens Hupkes als vrij natuurlijk erva ren. En dan is het doel: de vei ligheid van spelende kinderen, voetgangers en fietsers, vrijwel bereikt. Een verkeersbord lost weinig op, en een tien centime ter hoge, scherpe drempel bij het begin van een leefstraat, maakt veel automobilisten gifkikkerig, zodat ze zo gauw ze over die drempel zijn, een forse stoot gas geven. Diezelfde mensen rijden echter uiterst behoedzaam als er kermis is. Kermis is een „na tuurlijke" belemmering, en daar heeft de automobilist begrip voor. Men zou dus in een wijk kermissituaties moeten creëren. heidsbeperking tot twintig ki lometer moet wettelijk worden. Vóór het zover is, zullen veel gemeenten nog wel geen enkele maatregel nemen om het voor fietsers en voetgangers wat aan genamer te maken, moet ge vreesd worden. Echte, houtsnijdende veran deringen, dat wordt een kwestie van vele jaren, meent Geurt Hupkes. Hij voorziet echter wel dat het een golfbeweging wordt En dan kan geleidelijk ook de rijwielindustrie zich aanpassen. Want de technische ontwikke ling van de fiets is volgens hem sterk achtergebleven bij die van de auto. Fietsen met meer dan Er is uiteraard nog meer mo- 17,*1"" gelijk dan straten versmallen en dnev^ellingen komen nu pas bloembakken plaatsen. Een in- echter ook makkelijk terdepartementale studiecom missie breekt zich al langdurig het hoofd over de mogelijkheid langzaam verkeer voorrang te geven in bepaalde gebieden. Bo vendien zouden auto's daar niet harder dan twintig mogen rij den. Deze commissie brengt binnenkort een rapport uit, en het is volgens Hupkes te ver wachten dat inderdaad het ad vies gegeven wordt langzaam verkeer voorrang te kunnen ge ven. Eer daar iets van te merken zal zijn, duurt nog wel even, want er is een wetswijziging voor nodig. En ook een snel- r"UA rjiarvxYCLljn. een driewieler te maken met een boodschappenwagentje erach ter, en een gezinsfiets op vier wielen, voor moeder, vader en de kinderen. Die kan wellicht overdekt worden. Het wordt dan een soort trapauto, maar wat het ook wordt, het is duidelijk dat zo'n vierwieler niet in het hui dige door de auto beheerste ver keer kan gedijen. Er kan veel gedaan worden voor de zachte vervoerssystemen, maar dat kost veel geld (zeker enkele mil jarden) en goede wil. WIM KUIPERS (Van onze correspondent) PARUS - Planten voeren min of meer als mensen een bittere strijd met elkaar om hun grondgebied en leven sruimte en zij maken bij deze „oorlog" gebruik van biologi sche en chemische middelen om zwakkere soorten uit te schakelen. Professor Pelt, voorzitter van het Europese Ecologische Instituut in Mctz, heeft op het farmacologische congres in Parijs gewezen op „de agres sieve intelligentie van zekere planten". Volgens hem voeren zekere vegetale soorten een ware biologische en chemische oorlog tegen planten waarmee zij problemen hebben, ze scheiden bepaalde giftige stof fen af om hun tegenstanders via de wortels of de bladeren te vergiftigen of om de zaadont- wikkeling onmogelijk te ma ken. Tomaten, aardappelen en klaver bijvoorbeeld groeien nimmer onder notebomen. Men heeft het wapen van de noteboom geïdentificeerd: een moleculaire substantie die in het weefsel van de boom voor komt en vuglone genoemd wordt, die door regenwater de bodem binnendringt en deze voorgenoemde planten vergif tigt. Van de andere kant is ge bleken dat planten „uit liefde in staat zijn andere planten tegen aanvallen van derden te beschermen door immunologi sche verschijnselen te ontke tenen". Zo heeft men in de Middel landse Zee-streek een samen gaan vastgesteld van drie soor ten: knoflook, cichorei en ma delief, waarbij twee elkander niet kunnen hebben - knoflook en cichorei. Er is een samen gaan mogelijk van madelief en knoflook, en madelief en ci chorei, nimmer echter van knoflook en cichorei. Maar als de madelief een verzoenende rol gaat spelen blijkt er zich een driehoeksverhouding te ontwikkelen; het geheim is dat de madelief in de nabijheid van knoflook een anti-gif uit scheidt dat de cichorei tegen de knoflook beschermt. (Van onze correspondente) MEXICO-CITY - Dezer dagen gaf een Portoricaanse folklore- groep hier een avond waarvan een deel was gewijd aan de in zwang zijnde liedjes van sociaal protest. Tussendoor schetste deze groep met enkele feiten het politieke beeld van huidig Porto Rico: eiland van bijna 9000 km2 oppervlak dat in 1898 na een in vasie der Amerikanen voorgoed door hen werd bezet Sinds 1952 is deze kolonie „een vrij geassocieerde staat" van Amerika waarin de Ameri kanen 9000 miljoen dollar heb ben geïnvesteerd. En waarin al les onder Amerikaanse controle blijft: transport, posterijen, bank- en rechtswezen, (vroeger bad het land zijn eigen mun teenheid, nu is dat de dollar); publiciteitsmedia, waarbij slechts Amerika vergunning uit reikt voor Portoricaanse radio en tv; en wie het land wil bezoe ken heeft een Amerikaans visum nodig. Uiteraard kan ook alleen Amerika verdragen voor Porto Rico maken, daar 's lands bui tenlandse politiek door Amerika wordt beslist. Deze .Amerikaan se" v,nliverte- genwoordigd in het Congres, maar zonder stem. De door Por toricanen gekozen gouverneur moet echter door het Congres worden goedgekeurd en het is ook alleen het Amerikaanse Congres dat de status van Porto Rico kan veranderen. Handel en industrie zijn m handen van Amerikanen waar bij een Creoolse geld-elite nog een rol speelt. Van de import komt 60% uit Amerika en de prijzen liggen 26% hoger dan m de V S. Voorbeeld: in Porto Rico groeide oorspronkelijk geen suiker, maar eenmaal een kolo nie moest het die wel gaan pro duceren. Die suiker mag het land echter niet in een eigen raf finaderij raffineren (dat in de produktie het meeste geld ople vert) Nee, dat moet naar de V.a. worden vervoerd en daar wor den geraffineerd. Daarna mogen Portoricanen hun eigen suiker heel duur terugkopen in zakjes waarop staat: made in USA. Wat de toerist in Porto Rico opvalt is hoe merkwaardig veel gelijkenis dit vertoont met het Cuba van voor Castro: prostitu tie waar je maar kijkt, ostenta tieve luxe hotels met casino's waar je met gokken en roulette duizenden dollars per avond kunt zien verspelen; en enige ki lometers verderop misère en achterbuurten. Waaraan vele Portoricanen trachtten te ont vluchten door werk te zoeken in de V.S. - en daar dan in getto's terechtkomen. Dit is wat je een omgekeerde wereld noemt. Geen wonder dus dat de Por toricanen een militante geest beginnen te vertonen en baas in eigen huis willen worden. Maar toen dit eind augustus in de Ver enigde Naties door het dekolonisatie-comité aldaar werd behandeld, wist Amerika met manipulaties en zware druk en de hulp van een initiatief van Australië dit te blokkeren: aldus uitstel verkrijgend voor een nieuw jaar „van studie". Zaïre, land vol beloften voor EEG? (Van onze correspondent) BRUSSEL De Belgische premier Tindemans, zijn minis ter van buitenlandse zaken Van Pelslande en minister van finan ciën De Clercq zijn gisteren naar Zaïre vertrokken op uitnodiging van de Zaïrese president Moboe- toe. De bedoeling van het topo- verleg tussen België en zijn voormalige kolonie is enerzijds een financieei-economisch hulpprogramma op te stellen met Belgische steun ten bate van Zaïre en anderzijds te bewerk stelligen dat Zaïre de tiendui zenden Belgen eindelijk eens schadeloos stelt, die als gevolg van de door president Moboetoe doorgevoerde nationalisatie van alle buitenlandse eigendommen, fabrieken, plantages, maar ook particuliere huizen en vermo gens, al hun bezittingen hebben verloren. Bovendien wonen er nog altijd een twintig duizend Belgen in Zaïre en dat geeft alle reden om van Belgische kant te proberen het door Moboetoe destijds verbroken vriend schapsverdrag tussen beide lan den weer nieuw leven in te bla zen. Het Belgische bezoek aan Zaïre is de laatste maanden zeer degelijk voorbereid. Daar was dan ook alle reden toe. Ten eer ste waren de betrekkingen tus sen beide landen ronduit vijan delijk geworden, ten tweede heerst er op vrijwel elk terrein in Zaïre als gevolg van ontstellend economisch, sociaal, maat schappelijk en administratief wanbeleid een haast chaotische toestand. Zaïre heeft momenteel alleen maar schulden en wil niets minder dan dat deze voor een periode van zeker vijf jaar totaal worden bevroren. Maar bovendien heeft het land mil jarden en nog eens miljarden nodig om de nodige orders in het buitenland te kunnen plaatsen. Landen als de VerenigdeStaten, West Duitsland, Frankrijk en Japan, eertijds de voornaamste handelspartners van Zaïre, lan den ook die bereid waren tot grote investeringen in Moboe- toe's economie, zijn de laatste jaren met een grote boog om Zaïre heengegaan. Zaire is een land dat rijk is aan grondstof fen, maar door de onverwachte daling van de koperprijs op de wereldmarkt en de stijgende olieprijzen kreeg 's lands eco nomie een hevige klap. Toen Moboetoe tien jaar gele den aan de macht kwam, begon hij een politiek van Afrika voor de Afrikanen. Zijn Zaïrise- ringspolitiek betekende een na tionalisatie van alle buiten landse eigendommen, vervan gen van het ambtenarenkader door Zaïrezen, vervanging ook van de financiële en economi sche topfiguren door inheemsen. Maar de oudere generatie van Zaïrezen, die overal het bewind overnam, was meerendeels on bekwaam en wat mogelijk nog erger was, uitermate corrupt. Op deze manier hebben duizen den ambtenaren en zakenlui zich enorm verrijkt maar Zaïre kreeg intussen gebrek aan de viezen en goud, de ontwikke lingsprojecten vielen stil, het openbaar ambtenarenapparaat werkte zeer gebrekkig of niet. Moboetoe, die in feite de aan stichter van deze chaos is ge weest, heeft ingezien dat het zo niet langer verder kon. Als hij over een tweetal maanden zijn tienjarige ambtsperiode vierl, zal hij Zaïre iets te bieden willen hebben. Geen wonder dat de Be Moboetoe: chaos. lgen hem daarbij kunnen hel pen, want zij kennen het land en zijn problemen. De Société Ge neral, het machtigste Belgische bankconcern, heeft nog altijd kolossale belangen in het voor malige Congo. Dat deze mach tige staat in de staat een hartig woordje zal meespreken bij de komende onderhandelingen be hoeft geen betoog. Zaëre, nu straatarm, is een. land dat om zijn enorme voorraad grondstof fen, onder andere koper en olie, en vanwege zijn strategische ligging in Afrika ook voor de Europese Gemeenschap op den duur een zeer interessante han delspartner zou kunnen worden. Zowel president Moboetoe als premier Tindemans hebben zich trouwens in bedekte termen in die richting uitgelaten. Er wordt al maanden lang ge studeerd op de vraag hoe Zaïre financieel kan worden gehol pen. De nationale bank van Be lgië het Internationale Mone taire Fonds (IMF), de Societé Generale en de EEG Zijn daar bij ingeschakeld. Want het is duidelijk dat België alleen Zaïre er niet op kan helpen. Om poli tieke redenen is het voor West Europa des te dringender se rieus op de toenaderingspogin gen van Moboetoe in te gaan omdat een falen van Westeuro- pese steun de Oostblokstaten klaar staan Moboetoe de hel pende hand te reiken. Naar wij vernemen heeft met name de Sovjet Unie Zaïre een lening op lange termijn aangeboden ter grootte van drie miljard dollar alsmede technische steun bij de vestiging van industrieën en in de landbouw en directe steun in s lands gezondheidszorg door het zenden van artsen en het bouwen van ziekenhuizen. Het is inderdaad zo, dat de Zaïrezen juist op deze terreinen grote be hoeften hebben alsmede op het stuk van de verkeersstructuur. Dat alles kost veel geld en de Belgen zullen in geval van hulp verlening vanuit België of an dere Europese landen toch op een punt zekerheid moeten ver schaffen: er zullen waterdichte waarborgen moeten komen dat Zaïre niet opnieuw wel hulp in casseert maar niet zal betalen. België denkt daarbij aan de tienduizenden Belgen, die nog schadeloos moeten worden ge steld door Zaïre. Voor hen lijkt nu inderdaad het ogenblik aan gebroken dat Moboetoe hen op zijn minst enige genoegdoening zal geven. Natuurlijk is er in België ook kritiek op de Belgische bereid heid om Zaïre nu uit de econo mische chaos te helpen: in de eerste plaats wordt daarbij ge wezen op het feit dat België zelf financieel en economisch steeds zieker aan het worden is en vol gens de jongste cijfers in verge lijking met Duitsland en Neder land een steeds groter inflatie percentage vertoont bij een steeds stijgende werkeloosheid. Ten tweede vraagt men zich ook af of het wel juist is om een dic tator als Moboetoe te steunen, daar waar hij de afgelopen tien jaar blijk heeft gegeven alleen maar tot wanbeheer in staat te zijn. Bij de gedachte om Zaïre te hulp te komen, speelt mogelijk bij de Belgen toch het feit mee dat ze nog altijd een zwak heb ben voor hun voormalige kolo nie. En het feit dat dit onmete- lijke land ondanks de malaise van het ogenblik voor de toe komst zeer interessante moge lijkheden biedt, gaat zeker evenmin voorbij aan de zaken mansoren van de Belgen. Tens lotte zal ook Moboetoe eens van het politieke toneel verdwijnen, maar blijft Zaïre het land van bel JAN

Krantenbank Zeeland

de Vrije Zeeuw | 1975 | | pagina 21