Polarisatie begon vlak na de oorlog Door Adri Laan Foto: Ronald Sweering Heel wat mei op een dag a hun donker kast om het borstelbeurt Met het oog o gang of de schranspartij en kaarsen. Z< toire spijkerp ger kan zich i mis ongestraft een stuk jeugc met smalle pij chet. Want K per traditie kleed" feest, v nog niet a gelegenheids-s jaarlijks kansjt Wie daar, óók als deze, niet behoefte aan ht Schaefer uit Ai Want Jan Scha ook met Kers zelf, dat wil ze ker onderuit) voor zover zijn toelaat- in spi leren vesten g< boyherad mi kraag. „Zeg, wordt di de verbaal voi le vraag korzelig vanacl lissauder conf fel in zijn kant ministerie vai huisvesting en Üjke Ordening Haag. „Het ir een bestuurd* toch niet bepaa kleren die hi maar door de die hij neemt." Al pratende w het er echter eens dat je je ii altijd zelf in hebt. Het beeld ren van je hebt overwegend door je buitenki buitenkant van cretaris Scbae op menige Ne< over als een kn vloek op een the Een ondermini half lange harei baardje en die uitziet als hoi op weg naar d keet, zo ieraanc land, met zi; koopmansdecor vergissing van d een wegwerp-s Maar er is me1 doen, Men z moeten leren l nn menigeen eerste schrik ht gint, zij het dri wijs, iets v^n wi los te komen. Zowaar bij strs carièrepak zitt stuurders, die d vogel bij zijn o; bezoeken in de als gedienstige omringen. .,H schijnsel Schae als een frisse vi onze provint waaidschr een dagblad, lend om het haai turaie contrast Haagse bewind de regionale k stand. Zelfs e even onberispi klede marstra- commissaris va ningin in Lim oud-minister di van Rooy, ve mij onlangs toe dat hij het best Schaefer Door Jan Hendriks Foto: Ronald Swee De Stem Kerstkram Wapenstilstand Bcdrijfsparlement „Internationale" „Wij hebben de polarisatie niet uitgevonden," stelt Arie Groenevelt. „De polarisatie is begonnen in 1947. Na de bevrijding hebben we gezegd: we gaan een nieuwe wereld opbouwen. Toen gevraagd werd om een ondernemingsraad waar ook wat inspraak inzat, moest in 1947 de eerste socialistische minister van economische zaken, Hein Vos, het veld ruimen. Di&r is de polarisatie begonnen. Er zijn fases. Eerst groot optimisme. Toen kwam er 'n kink in de kabel bij de eer ste discussie over de Publiek Bedrijfsorganisatie; er kwam een ontwerp Ondernemingsraad op tafel dat helemaal niet kon. In 1950 kwam er een prachtig compromis: de eerste wet op de Ondernemingsraden. Dat leek een instrument tot wezenlijke verandering. Twintig jaar later moest worden erkend dat die wet volstrekt onvoldoende was geweest. Vele ondernemingen hadden niet voldaan aan de verplichting van de wet Vele functioneerden helemaal niet volgens die minimale wet. En die wel functioneerden bleven inderdaad minimaal wat inspraak betreft. Daar was al teleurstelling. De Koreacrisis bracht een bestedingsbeperking, die eenzijdig werd afgewenteld op de arbeidersbevolking. De vakbeweging moest haar mensen toen gaan verklaren hoe dat nou kon in die nieuwe wereld. In 1957 weer een bestedingsbeperking, weer eenzijdig. In de toenmalige metaalbedrijfsbonden ontstond het idee van het bedrijvenwerk. In 1967 kwam de zwaarste bestedingsbeperking. De vakbeweging liet zich verstrikken in afspraken, met als gevolg dat na de crisis de ondernemers kapitalen hadden verdiend en de arbeiders de besteding hadden beperkt. Met die bestedingsbeperking van de arbeiders zijn enorme investeringen gedaan maar de macht over die besteding was onaangetast Tot 70 hebben we kunnen constateren dat door de Inflatie de inkomens verhoudingen alleen maar verder uit elkaar gingen lopen. En waar zitten we nou in 74 met het mooie verhaal van vlak na de oorlog? Het is de ene teleurstelling na de andere," zegt Arie G roenevelt. wereld sterven ze dan ook bij dui zenden. Als je de wind luwer maakt kan het best zijn dat je een paar toppen gaat missen om iets te kunnen doen aan die enorme on- derstelaagDe prachtige technologie van ons is inderdaad helemaal te danken aan die doordrijvers die zo tegen de wind hebben gestormd. En wij profiteren ervan. Maar (vuist op tafel) we hebben tegelijk honger geëxporteerd naar de andere helft van de wereld! Heus, wij zeggen ook tegen de arbeiders dat ze moeten wennen aan het idee dat de bomen niet tot in de he mel groeien Dat heeft te maken met internationale solidariteit. Jazeker, ik zing de „Internati onale" nog, in de oude en de nieuwe tekst en ik vind ze allebei even mooi. We moeten ons inter nationaal sterk maken Met ons aardgas zijn we schandalige nati onalisten, ja. We passen de prijs nota bene aan bij die van de olie om niet onder druk te komen We behoorden die bron te brui ken om anderen te dwingen hun prijszet ting op ons af te stemmen om energie ook vooronderontwikkelde landen goedkoper te maken Onze aardgasprijs kost duizenden daar het leven „Jawel, de mensen zijn weerbar stig, zoals u dat noemt, maar ik kan toch proberen er wat aan te doen? Maar natuurlijk, dat is werk op langer termijn. Hoe we het ook wenden of keren, gedurende dat korte tijdje dat wij op deze wereld zijn, kunnen weer maar een heel klein stukkie aan veranderen, dat weet ik ook wel Het gaat om de mate van versnel ling die je meent te kunnen aan brengen Hangtook van je houding af Of je zwart en wit zwarten wit durft noemen Nu, als je iemand daarmee bedondert, krijg-ie dat vroeg of laat heus wel door!" Tot zover kon Arie Groenevelt vrijwel in een monoloog aan de hand van vragen alle zaken met vakbondsmeesterschap op een rij tje zetten Sprekend over de be grippen „menselijk geluk" en „menselijke gelijkheid." die ook veel in zijn uitlatingen voorko men kwam zijn opvatting pas tot Kerstkrant uiting in een dialoog. Want ook niet-antwoorden is een antwoord In de vragen aan hem werd twijfel getrokken of die grote grippen wel zo geheel vanzelf sprekend besloten zaten in .grote ideaal.' Daarbij werd geri leveerd aan z'n opvatting dat i» zwart geen wit mag noemen en L mensen niet in de maling magn,. men. Kwam de vraag: Eigenlijk wordt het begrip „gt, luk" als automatisch verbot', met het uiteindelijk ideaal meeg,. nomen. Is dat niet betwistbaar Waarom?!" Heeft geluk vaak niet heel tzretntg te maken met maatschappelijk, omstandigheden? De holbewo. ners waren misschien wel erg g,. lukkig. (Moment van overdenking) „Datij waar. Maar (snel terug naar he; sociaal-economische vlak) het ge! luk is ook langzamerhand gedeva. lueerd. Welzijn kóóp je toch, alsj» de centen hebt?" Is geluk wel precies hetzelfde ah welzijn? „Wij hebben in onze brochure waarin we de discussie starten over onze eigenlijke doelstelling gezegd: „Eigenlijk zou geluk heei gewoon moeten zijn, zou je er niet over behoeven te praten met el. kaar." Is dat niet zeer betwistbaar? Nee. Je moet de voorwaarden I scheppen voor mensen." Maar geluk hangt toch ook, net ah verdriet, van heel andere factoren af? „Maar als de voorwaarden gescha pen worden waardoor mensen niet ongelukkig worden, dan heb 'e iets bijgedragen. Ze zouden ge- ukkig kunnen zijn." Nu zegt u „zouden kunnen zijn....." „Ik weet wel dat we nu op een heel gevaarlijk terrein zijn. Wie kan beoordelen of iemand gelukkig Gaat u eigenlijk wat dat einddoel betreft, met dat vanzelfsprekende geluk aan de horizon, geen stenen voor brood verkopen ,Nee citeert Ariër Groenveltzijn brochure met beslistheid, „nee, het moet heel gewoon zijn, geluk. Net als de gelijkheid van mensen, per definitie. Waar ontstaan onge lijkheden door?" Het is 'n vraag uit de catechismus van de Industriebond NVV en het antwoord laat zich raden: „Door de samenleving," zegt Arie Groe nevelt. Zou je integendeel niet liever een maatschappij moeten hebben waarin de menselijke ongelijkhe den zo goed mogelijk tot hun recht komen? Hun gelijkwaardigheid» buiten kijf, maar elk mens is toch weer totaal anders? ,Wij verstaan onder gelijkheid de gelijke deelneming aan de machtsuitoefening. De macht mede controleren." De macht controleren, dat is toch alleen maar het middel tot het doel? Is het niet als met vele oude socialistische liederen, waarin de begrippen „geluk" en „gelijkheid" ook wel een beetje ondoordacht gezongen werden als vanzelf sprekend eindresultaat? Het ge luk komt als „het volk zijn boeien breekt," zoals 't in één zo'n lied heet. Soms krijg ik het idee dat u een beetje de pest in hebt omdat het volk zijn boeien nog alsmaar niet gebroken heeft, de droom van een twintigjarige niet heeft waar gemaakt. ,Nou, waar ik wel eens de pest over in heb, is dat we dat soortdin- gen niet meer zingen. Dat wegeen vlaggen meer durven dragen en geen trommels meer voor onze buik binden en dat het allemaal zo loodzwaar is. Als we nota bene zelfs met elkaar een discussie aan gaan of geluk nou eigenlijk wel zou kunnen, denk ik, mijn God, waar zijn we nou toch eigenlijk mee bezig! Iets wat zo vanzelf sprekend is in een mensenleven: dat-ie die korte periode waarin hij op dit ondermaanse is, een mens waardig bestaan leeft (vuist op ta fel) gelukkig kan zijn, genieten van de zon, van de aarde waar ie op woont... Waarom moeten we daar nou over discussiëren! Dater mensen zijn die dat allemaal be twisten omdat ze „gelijker" den ken te zijn dan anderen. Wat een bezopen wereld! Ik zou willen dat het socialisme weer eens een frisse, vrolijke boel werd, waarbij de mensen zeiden: „Socialisme? Dat is iets heel leuks!Mogen socialisten nou vro lijk zijn of mogen ze niet vrolijk zijn? Op vergaderingen denk ik wel eens, allemachtig waarom la chen die mensen nou niet?" Misschien geloofden de mensen vroeger makkelijker aan hel ge luk aan de horizon? „Wij willen proberen die mensen opnieuw een ideaal te geven Want niks is vernietigender voor een mens dan te leven zonder ideaal. We willen terugkeren tot iets waarvan anderen misschien ge zegd hebben dat het een beetje uit de tijd was. Is het niet de moeite waard om een perspectief te trek ken en met elkaar te zeggen: zou dat nou niet het ideaal zijn waar we naartoe zouden willen?" Bent u nou een revolutionair oj een hervormer? „Met zulke vragen hou ik me nooit bezig. Ik ben iemand die probeert zijn steentje bij te dragen. Ik ben een vakbondsleider." En dat zal niemand Arie Groen- velt betwisten. i Een stem die als een mes rechttoe rechtaan snijdt: Arie Groenevelt, voorzitter van de Industriebond NVV. „Ja, ik kom misschien wel wat hard over bij sommigen. Maar ik heb nou eenmaal geen snoepwinkel. Dan zou ik de mensen kunnen belo ven dat ze alle middagen om vier uur een lollie en een ijs- sie kunnen komen halen. Nee, ik moet altijd de publici teit in als er ergens iets hele maal fout zit. Als je over een massa-ontslag spreekt dan is dat voor tallozen een kei harde zaak. Dan moetje niet met zachte smoesjes aan boord komen." Maar ook bij algemener discussies trekt de horzel van de vakbeweging van leer met het nodige ve- nijn.Ondernemers krijgen ook in deze kerstdagen toe gevoegd dat ze met liefde een maatschappij in stand hou den „waarin je moet vreten of gevreten wordt, waarin ze met scheermesjes achter de ellebogen werken." Groenevelt: „De vakbeweging heeft veel te lang getracht mooi te blijven praten over wat rotdingen zijn. Ondernemers kunnen dan wel persoonlijk bijzonder geestige en beminnelijke mensen zijn, maar ik ga tekeer tegen het sys teem waarin mensen gekoei- eneerd worden. Wie houden dat systeem met liefde in stand? Die zelfde beminnelijke mannen die dan keiharde zakenmensen zijn. Vroeger zeiden ze „ik schop je der- uit." Tegenwoordig nemen ze „af scheid van medewerkers," maar het is wel hetzelfde. Jawel, ik ont moet er wel die anders zijn, maar die gaan het eerste kapot. Ze zijn voor die wereld te zacht." „Wat een vraag! Of die klassevij and niet soms tegelijkertijd je buur man is, bij wie je een kopje suiker leent? Nou, mijn antwoord: het kan inderdaad best zijn datje woont naast een man die je mor gen ontslag zal geven! Kijk ik word altijd een beetje wee van mensen die zeggen „de onderne ming van thans is niet meer de on derneming van veertig jaar gele den." dan zeg ik oh nee? De men sen moeten zich nog steeds tevre den stellen met een lager inkomen, met een gebrek aan in spraak, met een slechte werksitu atie. Tevreden Dat wordt altijd gezegd door mensen die altijd wel tien, twaalf keer zoveel inkomen hebben, die zelf een maximum aan inspraak kennen, die een uit stekende behuizing hebben op een verdomd mooi plekkie, kortom dat is gemakkelijk praten. En die heren zeggen dan dat wij (hij kiest een bekakt accent) „onjuiste te genstellingen oproepen." (Vuist op tafel.) Nee, wij roepen die te genstellingen niet op: we signale ren ze gewoon. Ze zijn alleen de af gelopen 25 jaar verbloemd gewor den." „Waar heb je het nou over? Een hogere solidariteit als mensen? Over klassetegenstellingen heen? Waarom niet? Waarom zouden mensen uit hogere inkomensklas sen en lagere inkomensklassen niet solidair kunnen zijn met el kaar. Dat ze het niet zijn is erg spijtig. Jawel, ook in de medemen selijkheid, waarom zou ik dat woord niet gebruiken, het wordt toch Kerstmis? Het zou kunnen, maar als het kapitalisme solidari teit zou toestaan zou het ten gronde gaan. De sterksten redden het nu. (Vuist op tafel). Elke dag zitten er in de directiekamers mensen te overwegen hoe ze hun zwakkere collega een zet kunnen geven waardoor-ie over 't rand je mietert en zij de markt naar zich toe kunnen halen. Elke dag En de mensen binnendeonderne- ming moeten op dezelfde harde manier functioneren. De zwakke ren, daar wordt bovenop geslaan." „Nee hoor, ditsysteem is mei bij te schaven. Voor ons is er inderdaad geen compromis mogelijk. Alleen maar een totaal andere maat schappelijke ordening Inderdaad, er is de afgelopen 75 jaar wel ver andering opgetreden, maar die is niet wezenlijk, 't Gaat nogsteeds- om de uiteindelijke vraag: „Wie beschikt er nou eigenlijk over an deren en hoe?" 't Sluiten van 'n cao toch 'n com promis? Nou ja, wij wensen zo n compromis wel te sluiten omdat we niet met onze ogen dicht door de maatschappij heen lopen Als je doorredeneert is een c.a.o. inder daad pacteren met de vijand. Ja Maar je kan ook zeggen dat een c.a.o. in feite een wapenstilstand is, goed om na te gaan wat ie vol gende stap kan zijn. We hebben de illusie gehad dat we een door- braakpolitiek konden voeren, om toch iets te verwezenlijken van dat ideaalbeeld dat ook voor de oorlog in de socialistische bewe ging centraal stond Een betere, een andere maatschappijvorm Gevolg: we staan nu precies zo muurvast als vlak na de oorlog Nee, dat is niet alleen een afspie geling van een democratisch ge beuren. Ik zeg we hebben uit het oog verloren waar het om ging Te optimistisch geweest of te naïef We gingen na de oorlog een nieuwe tijd tegemoet Er waren hartroerende verklaringen in al lerlei overlegorganen dat we met elkaar het teste voor hadden en 20. Nu brengen we de tegenstellin gen maar eens glashelder naar vo ren. We hebben er de afgelopen 25 'Socialisme, dat is iets heel leuks!' jaar allerlei windsels omheen ge legd in de veronderstelling dat als je de prop maar dik genoeg maakte niemand meer zou vra gen: „Wat zit er eigenlijk in?" Als bond hebben we die jaren ook zo gewerkt, via de overlegorganen. Maar bij alle zaligheden die we mekaar toen hebben aangepraat toen het er zo'n tien jaar gele den op aankwam te praten over medezeggenschap, veranderde de lieve vrede onmiddellijk in een strijdtoneel. We hebben er geen poot mee aan de trapper gekregen, met dat overleg „Natuurlijk, zo is het, het is ge compliceerd en de hele wereld zit er aan vast en voor mijn part de hele menselijke geschiedenis. Maar als je meent dat je op deze wereld iets te doen hebt, moet je niet met je handen in je schoot toekijken hoe anderen bezig zijn iets te verknollen Dat lijkt meeen goede gedachte met Kersmis Kijk, het is aanwijsbaar dat in de laatste anderhalve eeuw, bij de opkomst van het kapitalisme, er een verharding is ingetreden in de intermenselijke verhoudingen vreten of je wordt gevreten ter wijl in de middeleeuwen waar ook wel wat aan mankeerde daar niet van maar toch het begrip een gemeenschap te zijn was veel sterkei aanwezig We moeten toch zeker alles in het werk stellen om te voorkomen dat dal proces voort blijft gaan Toegegeven, al zal een betere samenleving misschien niet meer de onze zijn, maar die van onze kinderen Maar dal geeft toch niet?" „Ja. ook confessionelen willen in deze tijd daaraan werken Maar mijn vriend Lanser heeft hele maal niet zoveel bezwaar tegen hel kapitalisme En toch is dat de kern Het is waar dat je moeilijk de gevolgen van een heel ander systeem kan voorzien en die dwaze elektrische tandenborstels die in ons marktstelsel gemaakt kunnen worden, misschien is dat alleen maar een uitwas en geen toereikend argument tegen het stelsel, zoals u zegt. Elk systeem zal zijn uitwassen hebben. Over het oostblok wil ik het maar héél even hebben, ik ben daar één keer geweest in tegenstelling tot on dernemers die daar geld ruiken ik heb gezegd als dèt socialisme is dan hoeft het voor mij nooit. Ook daar wordt de macht ongecontro leerd uitgeoefend. Zoals in Spanje. Ik heb erg de pest in dat zoveel Ne derlanders daar voor het zonnetje heengaan, terwijl daar miljoenen mensen geknecht worden ook door een macht die strijdig is met de menselijke waardigheid." „Waar wij wezenlijk tegen strij den is tegen de ongelijke machts verdeling, die individuen verleidt tot beslissingen die in strijd zijn met de waardigheid van anderen Die individuen zijn zelf ook slacht offer Jawel, zo zou u het kunnen zeggen: de bevrijding van de werkers is eigenlijk de bevrijding van de ondernemers, jawel „Hoe? Nou we kunnen wél een volk van 14 miljoen leiden en stu ren met een parlement en een re gering en voorzien van allerlei za ken als onderwijs, gezondheids zorg en noem maar op Waarom zou dat in het bedrijfsleven niet kunnen? Zodat het mogelijk wordt in te grijpen op een momeni waarop die macht activiteiten gaat bedrijven die in strijd zijn mei hel algemeen belang Ondernemers, vergist u zich niet. zijn nog steeds vrij om zich te vestigen waar ze willen Ook aan de Moerdijk ter wijl het algemeen belang duide lijk naar Groningen wijst Con trole dus' We moeten er misschien mei zijn allen wel een prijs voot betalen maar we moeten de macht breken van mensen die thans in staat zijn ons te chanteren door te zeggen dat ze dan wel in de Sahara gaan zitten Nee. natuurlijk kun nen we vanaf dit kleine stukkie grond de wereld niet veranderen. Maar dat neemt niet weg dat we toch de opdracht hebben, vind ik, er wat aan te doen. Oja, hoe! Nou het zou kunnen samengaan in derdaad met de gewest vorming. Je zou gewestelijk een soort be- drijfsparlement, een vertegen woordigend lichaam, tot stand kunnen brengen waar elke beslis sing van industriële aard die de maatschappij raakt, beoordeeld wordt Waar voorwaarden gesteld worden op het gebied van milieu, veiligheid, de aard van het pro- dukt. Ik denk dan in de le plaats aan ondernemingen op grote schaal die het wel en wee van tal lozen kunnen beïnvloeden; niet aan die man die zich wil vestigen als zelfstandig loodgieter." „Hoezo tweeslachtig^ Aan de ene kant verharding van de strijd en aan de andere kant het weten dat het allemaal niet van vandaag op morgen kan? Maar dat weet ik toch Ik kèn niet anders! Op het ge bied van de herverdeling van de macht kén je geen samenwerking plegen. We komen als vakbewe ging nergens aan de bak als het gaat om de wezenlijke beslissin gen in de ondernemingen. Ja. we zijn zelf medeschuldig Ik heb zelf ooit een overeenkomst verdedigd die in de Stichting van de Arbeid was gesloten en waarin bepaald werd „voor dil jaar vijf percent" en geen gelazer En wèt die men sen op onze vergaderingen ook zeiden, ik had gelijk Punt uit Wa ren we maar wijzer geweest Drees, met alle respect hoor. maar hrj dacht dat-ie mei de AOW hel kapitalisme had veranderd (Vuist op tafel) Hij creëerde alleen maar een vluchtheuvel vooi hel be staande stelsel om onbruikbare mensen op een goedkope wijze kwijt te raken!" „Dat is waar, alles wat wij aan het doen zijn is slechts „middel tot" en het grote doel schuift voortdurend naar de horizon, ja. Juist daarom willen we op ons komend congres niet alleen de achterban, maar ie dereen vertellen wéér het ons om gaat. Het gaat ons, beware me, niet om conflicten, maar om het ver- derliggend doel. We willen blokka des slechten, we willen aantasting van de gevaarlijke, verhulde macht in de samenleving. Maar dat blijft middel." „Ik heb zelf ook macht ja. Maar mijn macht wordt wel gedeeld hoor! Ik doe niks ongecontroleerd. Jazeker, intelligentie verschaft ook macht over mensen. Maar net zoals ik, dat klopt, van de onderne mers zeg dat ze toevallig aan de top staan, zo sta ook ik toevallig aan de top, bij de vakbeweging. Niet an ders. Die toevalsfactoren mogen In het bedrijfsleven niet leiden tot een enorme ongecontroleerde machtsvorming. Als ik ergens het woord ga voeren overeen belang rijk onderwerp dan wordt er in ons bondsbestuur van 12 man be sproken wat ik wel en wat ik niet kan zeggen. En de bondsraad van zo'n 70 man bepaalt verder hoe de bond zal functioneren. De dis trictsraadsleden controleren weer de bondsraad. Alles is hij ons zicht baar, geheime stukken hebben we niet. En als ons congres meent dat ik niet goed functioneer, ver dwijnt Arte Uitspraken die de krantenmensen spectaculair ge noeg vinden om af te drukken ko men onder de ogen van het hele Nederlandse publiek en dat werpt zich óók op me Stapels brieven en tientallen telefoontjes O, ja ook dreigbrieven, maar ook zeer sym pathieke Je beni een openbaar bezit als vakbondsleider.' „De stelling mensen groeien te gen de wind in? Best hoor Maar wel heeft dan een duizendmaal grotere groep 't tegen die wind niet gehaald. In grote delen van de

Krantenbank Zeeland

de Vrije Zeeuw | 1974 | | pagina 30