Polarisatie
begon
vlak na
de oorlog
Door
Adri Laan
Foto:
Ronald Sweering
Heel wat mei
op een dag a
hun donker
kast om het
borstelbeurt
Met het oog o
gang of de
schranspartij
en kaarsen. Z<
toire spijkerp
ger kan zich i
mis ongestraft
een stuk jeugc
met smalle pij
chet. Want K
per traditie
kleed" feest, v
nog niet a
gelegenheids-s
jaarlijks kansjt
Wie daar, óók
als deze, niet
behoefte aan ht
Schaefer uit Ai
Want Jan Scha
ook met Kers
zelf, dat wil ze
ker onderuit)
voor zover zijn
toelaat- in spi
leren vesten g<
boyherad mi
kraag.
„Zeg, wordt di
de verbaal voi
le vraag
korzelig vanacl
lissauder conf
fel in zijn kant
ministerie vai
huisvesting en
Üjke Ordening
Haag. „Het ir
een bestuurd*
toch niet bepaa
kleren die hi
maar door de
die hij neemt."
Al pratende w
het er echter
eens dat je je ii
altijd zelf in
hebt. Het beeld
ren van je hebt
overwegend
door je buitenki
buitenkant van
cretaris Scbae
op menige Ne<
over als een kn
vloek op een the
Een ondermini
half lange harei
baardje en die
uitziet als hoi
op weg naar d
keet, zo ieraanc
land, met zi;
koopmansdecor
vergissing van d
een wegwerp-s
Maar er is me1
doen, Men z
moeten leren l
nn menigeen
eerste schrik ht
gint, zij het dri
wijs, iets v^n wi
los te komen.
Zowaar bij strs
carièrepak zitt
stuurders, die d
vogel bij zijn o;
bezoeken in de
als gedienstige
omringen. .,H
schijnsel Schae
als een frisse vi
onze provint
waaidschr
een dagblad,
lend om het haai
turaie contrast
Haagse bewind
de regionale k
stand. Zelfs e
even onberispi
klede marstra-
commissaris va
ningin in Lim
oud-minister di
van Rooy, ve
mij onlangs toe
dat hij het best
Schaefer
Door
Jan Hendriks
Foto:
Ronald Swee
De Stem
Kerstkram
Wapenstilstand
Bcdrijfsparlement
„Internationale"
„Wij hebben de polarisatie niet
uitgevonden," stelt Arie
Groenevelt. „De polarisatie is
begonnen in 1947. Na de
bevrijding hebben we gezegd:
we gaan een nieuwe wereld
opbouwen. Toen gevraagd
werd om een
ondernemingsraad waar ook
wat inspraak inzat, moest in
1947 de eerste socialistische
minister van economische
zaken, Hein Vos, het veld
ruimen. Di&r is de polarisatie
begonnen. Er zijn fases. Eerst
groot optimisme. Toen kwam
er 'n kink in de kabel bij de eer
ste discussie over de Publiek
Bedrijfsorganisatie; er kwam
een ontwerp
Ondernemingsraad op tafel
dat helemaal niet kon. In 1950
kwam er een prachtig
compromis: de eerste wet op de
Ondernemingsraden. Dat leek
een instrument tot wezenlijke
verandering. Twintig jaar
later moest worden erkend dat
die wet volstrekt onvoldoende
was geweest. Vele
ondernemingen hadden niet
voldaan aan de verplichting
van de wet Vele
functioneerden helemaal niet
volgens die minimale wet. En
die wel functioneerden bleven
inderdaad minimaal wat
inspraak betreft. Daar was al
teleurstelling. De Koreacrisis
bracht een
bestedingsbeperking, die
eenzijdig werd afgewenteld op
de arbeidersbevolking. De
vakbeweging moest haar
mensen toen gaan verklaren
hoe dat nou kon in die nieuwe
wereld. In 1957 weer een
bestedingsbeperking, weer
eenzijdig. In de toenmalige
metaalbedrijfsbonden
ontstond het idee van het
bedrijvenwerk. In 1967 kwam
de zwaarste
bestedingsbeperking. De
vakbeweging liet zich
verstrikken in afspraken, met
als gevolg dat na de crisis de
ondernemers kapitalen
hadden verdiend en de
arbeiders de besteding hadden
beperkt. Met die
bestedingsbeperking van de
arbeiders zijn enorme
investeringen gedaan maar de
macht over die besteding was
onaangetast Tot 70 hebben we
kunnen constateren dat
door de Inflatie de inkomens
verhoudingen alleen
maar verder uit
elkaar gingen lopen.
En waar zitten we nou
in 74 met het mooie verhaal
van vlak na de oorlog? Het is de
ene teleurstelling na de
andere," zegt Arie G roenevelt.
wereld sterven ze dan ook bij dui
zenden. Als je de wind luwer
maakt kan het best zijn dat je een
paar toppen gaat missen om iets te
kunnen doen aan die enorme on-
derstelaagDe prachtige technologie
van ons is inderdaad helemaal te
danken aan die doordrijvers die zo
tegen de wind hebben gestormd.
En wij profiteren ervan. Maar
(vuist op tafel) we hebben tegelijk
honger geëxporteerd naar de
andere helft van de wereld! Heus,
wij zeggen ook tegen de arbeiders
dat ze moeten wennen aan het
idee dat de bomen niet tot in de he
mel groeien Dat heeft te maken
met internationale solidariteit.
Jazeker, ik zing de „Internati
onale" nog, in de oude en de
nieuwe tekst en ik vind ze allebei
even mooi. We moeten ons inter
nationaal sterk maken Met ons
aardgas zijn we schandalige nati
onalisten, ja. We passen de prijs
nota bene aan bij die van de olie
om niet onder druk te komen We
behoorden die bron te brui ken om
anderen te dwingen hun prijszet
ting op ons af te stemmen om
energie ook vooronderontwikkelde
landen goedkoper te maken Onze
aardgasprijs kost duizenden daar
het leven
„Jawel, de mensen zijn weerbar
stig, zoals u dat noemt, maar ik kan
toch proberen er wat aan te doen?
Maar natuurlijk, dat is werk op
langer termijn.
Hoe we het ook wenden of keren,
gedurende dat korte tijdje dat wij
op deze wereld zijn, kunnen weer
maar een heel klein stukkie aan
veranderen, dat weet ik ook wel
Het gaat om de mate van versnel
ling die je meent te kunnen aan
brengen Hangtook van je houding
af Of je zwart en wit zwarten wit
durft noemen Nu, als je iemand
daarmee bedondert, krijg-ie dat
vroeg of laat heus wel door!"
Tot zover kon Arie Groenevelt
vrijwel in een monoloog aan de
hand van vragen alle zaken met
vakbondsmeesterschap op een rij
tje zetten Sprekend over de be
grippen „menselijk geluk" en
„menselijke gelijkheid." die ook
veel in zijn uitlatingen voorko
men kwam zijn opvatting pas tot
Kerstkrant
uiting in een dialoog. Want ook
niet-antwoorden is een antwoord
In de vragen aan hem werd
twijfel getrokken of die grote
grippen wel zo geheel vanzelf
sprekend besloten zaten in
.grote ideaal.' Daarbij werd geri
leveerd aan z'n opvatting dat i»
zwart geen wit mag noemen en L
mensen niet in de maling magn,.
men. Kwam de vraag:
Eigenlijk wordt het begrip „gt,
luk" als automatisch verbot',
met het uiteindelijk ideaal meeg,.
nomen. Is dat niet betwistbaar
Waarom?!"
Heeft geluk vaak niet heel tzretntg
te maken met maatschappelijk,
omstandigheden? De holbewo.
ners waren misschien wel erg g,.
lukkig.
(Moment van overdenking) „Datij
waar. Maar (snel terug naar he;
sociaal-economische vlak) het ge!
luk is ook langzamerhand gedeva.
lueerd. Welzijn kóóp je toch, alsj»
de centen hebt?"
Is geluk wel precies hetzelfde ah
welzijn?
„Wij hebben in onze brochure
waarin we de discussie starten
over onze eigenlijke doelstelling
gezegd: „Eigenlijk zou geluk heei
gewoon moeten zijn, zou je er niet
over behoeven te praten met el.
kaar."
Is dat niet zeer betwistbaar?
Nee. Je moet de voorwaarden I
scheppen voor mensen."
Maar geluk hangt toch ook, net ah
verdriet, van heel andere factoren
af?
„Maar als de voorwaarden gescha
pen worden waardoor mensen
niet ongelukkig worden, dan heb
'e iets bijgedragen. Ze zouden ge-
ukkig kunnen zijn."
Nu zegt u „zouden kunnen
zijn....."
„Ik weet wel dat we nu op een heel
gevaarlijk terrein zijn. Wie kan
beoordelen of iemand gelukkig
Gaat u eigenlijk wat dat einddoel
betreft, met dat vanzelfsprekende
geluk aan de horizon, geen stenen
voor brood verkopen
,Nee citeert Ariër Groenveltzijn
brochure met beslistheid, „nee,
het moet heel gewoon zijn, geluk.
Net als de gelijkheid van mensen,
per definitie. Waar ontstaan onge
lijkheden door?"
Het is 'n vraag uit de catechismus
van de Industriebond NVV en het
antwoord laat zich raden: „Door
de samenleving," zegt Arie Groe
nevelt.
Zou je integendeel niet liever een
maatschappij moeten hebben
waarin de menselijke ongelijkhe
den zo goed mogelijk tot hun recht
komen? Hun gelijkwaardigheid»
buiten kijf, maar elk mens is toch
weer totaal anders?
,Wij verstaan onder gelijkheid de
gelijke deelneming aan de
machtsuitoefening. De macht
mede controleren."
De macht controleren, dat is toch
alleen maar het middel tot het
doel? Is het niet als met vele oude
socialistische liederen, waarin de
begrippen „geluk" en „gelijkheid"
ook wel een beetje ondoordacht
gezongen werden als vanzelf
sprekend eindresultaat? Het ge
luk komt als „het volk zijn boeien
breekt," zoals 't in één zo'n lied
heet. Soms krijg ik het idee dat u
een beetje de pest in hebt omdat
het volk zijn boeien nog alsmaar
niet gebroken heeft, de droom van
een twintigjarige niet heeft waar
gemaakt.
,Nou, waar ik wel eens de pest
over in heb, is dat we dat soortdin-
gen niet meer zingen. Dat wegeen
vlaggen meer durven dragen en
geen trommels meer voor onze
buik binden en dat het allemaal zo
loodzwaar is. Als we nota bene
zelfs met elkaar een discussie aan
gaan of geluk nou eigenlijk wel
zou kunnen, denk ik, mijn God,
waar zijn we nou toch eigenlijk
mee bezig! Iets wat zo vanzelf
sprekend is in een mensenleven:
dat-ie die korte periode waarin hij
op dit ondermaanse is, een mens
waardig bestaan leeft (vuist op ta
fel) gelukkig kan zijn, genieten
van de zon, van de aarde waar ie
op woont... Waarom moeten we
daar nou over discussiëren! Dater
mensen zijn die dat allemaal be
twisten omdat ze „gelijker" den
ken te zijn dan anderen. Wat een
bezopen wereld!
Ik zou willen dat het socialisme
weer eens een frisse, vrolijke boel
werd, waarbij de mensen zeiden:
„Socialisme? Dat is iets heel
leuks!Mogen socialisten nou vro
lijk zijn of mogen ze niet vrolijk
zijn? Op vergaderingen denk ik
wel eens, allemachtig waarom la
chen die mensen nou niet?"
Misschien geloofden de mensen
vroeger makkelijker aan hel ge
luk aan de horizon?
„Wij willen proberen die mensen
opnieuw een ideaal te geven Want
niks is vernietigender voor een
mens dan te leven zonder ideaal.
We willen terugkeren tot iets
waarvan anderen misschien ge
zegd hebben dat het een beetje uit
de tijd was. Is het niet de moeite
waard om een perspectief te trek
ken en met elkaar te zeggen: zou
dat nou niet het ideaal zijn waar
we naartoe zouden willen?"
Bent u nou een revolutionair oj
een hervormer?
„Met zulke vragen hou ik me nooit
bezig. Ik ben iemand die probeert
zijn steentje bij te dragen. Ik ben
een vakbondsleider."
En dat zal niemand Arie Groen-
velt betwisten.
i
Een stem die als een mes
rechttoe rechtaan snijdt:
Arie Groenevelt, voorzitter
van de Industriebond NVV.
„Ja, ik kom misschien wel
wat hard over bij sommigen.
Maar ik heb nou eenmaal
geen snoepwinkel. Dan zou
ik de mensen kunnen belo
ven dat ze alle middagen om
vier uur een lollie en een ijs-
sie kunnen komen halen.
Nee, ik moet altijd de publici
teit in als er ergens iets hele
maal fout zit. Als je over een
massa-ontslag spreekt dan is
dat voor tallozen een kei
harde zaak. Dan moetje niet
met zachte smoesjes aan
boord komen." Maar ook bij
algemener discussies trekt de
horzel van de vakbeweging
van leer met het nodige ve-
nijn.Ondernemers krijgen
ook in deze kerstdagen toe
gevoegd dat ze met liefde een
maatschappij in stand hou
den „waarin je moet vreten
of gevreten wordt, waarin ze
met scheermesjes achter de
ellebogen werken."
Groenevelt: „De vakbeweging
heeft veel te lang getracht mooi te
blijven praten over wat rotdingen
zijn. Ondernemers kunnen dan
wel persoonlijk bijzonder geestige
en beminnelijke mensen zijn,
maar ik ga tekeer tegen het sys
teem waarin mensen gekoei-
eneerd worden. Wie houden dat
systeem met liefde in stand? Die
zelfde beminnelijke mannen die
dan keiharde zakenmensen zijn.
Vroeger zeiden ze „ik schop je der-
uit." Tegenwoordig nemen ze „af
scheid van medewerkers," maar
het is wel hetzelfde. Jawel, ik ont
moet er wel die anders zijn, maar
die gaan het eerste kapot. Ze zijn
voor die wereld te zacht."
„Wat een vraag! Of die klassevij
and niet soms tegelijkertijd je
buur man is, bij wie je een kopje
suiker leent? Nou, mijn antwoord:
het kan inderdaad best zijn datje
woont naast een man die je mor
gen ontslag zal geven! Kijk ik
word altijd een beetje wee van
mensen die zeggen „de onderne
ming van thans is niet meer de on
derneming van veertig jaar gele
den." dan zeg ik oh nee? De men
sen moeten zich nog steeds tevre
den stellen met een lager
inkomen, met een gebrek aan in
spraak, met een slechte werksitu
atie. Tevreden Dat wordt altijd
gezegd door mensen die altijd wel
tien, twaalf keer zoveel inkomen
hebben, die zelf een maximum
aan inspraak kennen, die een uit
stekende behuizing hebben op een
verdomd mooi plekkie, kortom dat
is gemakkelijk praten. En die
heren zeggen dan dat wij (hij kiest
een bekakt accent) „onjuiste te
genstellingen oproepen." (Vuist
op tafel.) Nee, wij roepen die te
genstellingen niet op: we signale
ren ze gewoon. Ze zijn alleen de af
gelopen 25 jaar verbloemd gewor
den."
„Waar heb je het nou over? Een
hogere solidariteit als mensen?
Over klassetegenstellingen heen?
Waarom niet? Waarom zouden
mensen uit hogere inkomensklas
sen en lagere inkomensklassen
niet solidair kunnen zijn met el
kaar. Dat ze het niet zijn is erg
spijtig. Jawel, ook in de medemen
selijkheid, waarom zou ik dat
woord niet gebruiken, het wordt
toch Kerstmis? Het zou kunnen,
maar als het kapitalisme solidari
teit zou toestaan zou het ten
gronde gaan. De sterksten redden
het nu. (Vuist op tafel). Elke dag
zitten er in de directiekamers
mensen te overwegen hoe ze hun
zwakkere collega een zet kunnen
geven waardoor-ie over 't rand
je mietert en zij de markt naar
zich toe kunnen halen. Elke dag
En de mensen binnendeonderne-
ming moeten op dezelfde harde
manier functioneren. De zwakke
ren, daar wordt bovenop geslaan."
„Nee hoor, ditsysteem is mei bij te
schaven. Voor ons is er inderdaad
geen compromis mogelijk. Alleen
maar een totaal andere maat
schappelijke ordening Inderdaad,
er is de afgelopen 75 jaar wel ver
andering opgetreden, maar die is
niet wezenlijk, 't Gaat nogsteeds-
om de uiteindelijke vraag: „Wie
beschikt er nou eigenlijk over an
deren en hoe?"
't Sluiten van 'n cao toch 'n com
promis? Nou ja, wij wensen zo n
compromis wel te sluiten omdat
we niet met onze ogen dicht door
de maatschappij heen lopen Als je
doorredeneert is een c.a.o. inder
daad pacteren met de vijand. Ja
Maar je kan ook zeggen dat een
c.a.o. in feite een wapenstilstand
is, goed om na te gaan wat ie vol
gende stap kan zijn. We hebben de
illusie gehad dat we een door-
braakpolitiek konden voeren, om
toch iets te verwezenlijken van
dat ideaalbeeld dat ook voor de
oorlog in de socialistische bewe
ging centraal stond Een betere,
een andere maatschappijvorm
Gevolg: we staan nu precies zo
muurvast als vlak na de oorlog
Nee, dat is niet alleen een afspie
geling van een democratisch ge
beuren. Ik zeg we hebben uit het
oog verloren waar het om ging Te
optimistisch geweest of te naïef
We gingen na de oorlog een
nieuwe tijd tegemoet Er waren
hartroerende verklaringen in al
lerlei overlegorganen dat we met
elkaar het teste voor hadden en
20. Nu brengen we de tegenstellin
gen maar eens glashelder naar vo
ren. We hebben er de afgelopen 25
'Socialisme, dat is
iets heel leuks!'
jaar allerlei windsels omheen ge
legd in de veronderstelling dat als
je de prop maar dik genoeg
maakte niemand meer zou vra
gen: „Wat zit er eigenlijk in?" Als
bond hebben we die jaren ook zo
gewerkt, via de overlegorganen.
Maar bij alle zaligheden die we
mekaar toen hebben aangepraat
toen het er zo'n tien jaar gele
den op aankwam te praten over
medezeggenschap, veranderde de
lieve vrede onmiddellijk in een
strijdtoneel. We hebben er geen
poot mee aan de trapper gekregen,
met dat overleg
„Natuurlijk, zo is het, het is ge
compliceerd en de hele wereld zit
er aan vast en voor mijn part de
hele menselijke geschiedenis.
Maar als je meent dat je op deze
wereld iets te doen hebt, moet je
niet met je handen in je schoot
toekijken hoe anderen bezig zijn
iets te verknollen Dat lijkt meeen
goede gedachte met Kersmis
Kijk, het is aanwijsbaar dat in de
laatste anderhalve eeuw, bij de
opkomst van het kapitalisme, er
een verharding is ingetreden in de
intermenselijke verhoudingen
vreten of je wordt gevreten ter
wijl in de middeleeuwen waar
ook wel wat aan mankeerde daar
niet van maar toch het begrip
een gemeenschap te zijn was veel
sterkei aanwezig We moeten toch
zeker alles in het werk stellen om
te voorkomen dat dal proces voort
blijft gaan Toegegeven, al zal een
betere samenleving misschien
niet meer de onze zijn, maar die
van onze kinderen Maar dal geeft
toch niet?"
„Ja. ook confessionelen willen in
deze tijd daaraan werken Maar
mijn vriend Lanser heeft hele
maal niet zoveel bezwaar tegen
hel kapitalisme En toch is dat de
kern Het is waar dat je moeilijk
de gevolgen van een heel ander
systeem kan voorzien en die
dwaze elektrische tandenborstels
die in ons marktstelsel gemaakt
kunnen worden, misschien is dat
alleen maar een uitwas en geen
toereikend argument tegen het
stelsel, zoals u zegt. Elk systeem
zal zijn uitwassen hebben. Over
het oostblok wil ik het maar héél
even hebben, ik ben daar één keer
geweest in tegenstelling tot on
dernemers die daar geld ruiken
ik heb gezegd als dèt socialisme is
dan hoeft het voor mij nooit. Ook
daar wordt de macht ongecontro
leerd uitgeoefend. Zoals in Spanje.
Ik heb erg de pest in dat zoveel Ne
derlanders daar voor het zonnetje
heengaan, terwijl daar miljoenen
mensen geknecht worden ook
door een macht die strijdig is met
de menselijke waardigheid."
„Waar wij wezenlijk tegen strij
den is tegen de ongelijke machts
verdeling, die individuen verleidt
tot beslissingen die in strijd zijn
met de waardigheid van anderen
Die individuen zijn zelf ook slacht
offer Jawel, zo zou u het kunnen
zeggen: de bevrijding van de
werkers is eigenlijk de bevrijding
van de ondernemers, jawel
„Hoe? Nou we kunnen wél een
volk van 14 miljoen leiden en stu
ren met een parlement en een re
gering en voorzien van allerlei za
ken als onderwijs, gezondheids
zorg en noem maar op Waarom
zou dat in het bedrijfsleven niet
kunnen? Zodat het mogelijk
wordt in te grijpen op een momeni
waarop die macht activiteiten gaat
bedrijven die in strijd zijn mei hel
algemeen belang Ondernemers,
vergist u zich niet. zijn nog steeds
vrij om zich te vestigen waar ze
willen Ook aan de Moerdijk ter
wijl het algemeen belang duide
lijk naar Groningen wijst Con
trole dus' We moeten er misschien
mei zijn allen wel een prijs voot
betalen maar we moeten de macht
breken van mensen die thans in
staat zijn ons te chanteren door te
zeggen dat ze dan wel in de Sahara
gaan zitten Nee. natuurlijk kun
nen we vanaf dit kleine stukkie
grond de wereld niet veranderen.
Maar dat neemt niet weg dat we
toch de opdracht hebben, vind ik,
er wat aan te doen. Oja, hoe! Nou
het zou kunnen samengaan in
derdaad met de gewest vorming.
Je zou gewestelijk een soort be-
drijfsparlement, een vertegen
woordigend lichaam, tot stand
kunnen brengen waar elke beslis
sing van industriële aard die de
maatschappij raakt, beoordeeld
wordt Waar voorwaarden gesteld
worden op het gebied van milieu,
veiligheid, de aard van het pro-
dukt. Ik denk dan in de le plaats
aan ondernemingen op grote
schaal die het wel en wee van tal
lozen kunnen beïnvloeden; niet
aan die man die zich wil vestigen
als zelfstandig loodgieter."
„Hoezo tweeslachtig^ Aan de ene
kant verharding van de strijd en
aan de andere kant het weten dat
het allemaal niet van vandaag op
morgen kan? Maar dat weet ik
toch Ik kèn niet anders! Op het ge
bied van de herverdeling van de
macht kén je geen samenwerking
plegen. We komen als vakbewe
ging nergens aan de bak als het
gaat om de wezenlijke beslissin
gen in de ondernemingen. Ja. we
zijn zelf medeschuldig Ik heb zelf
ooit een overeenkomst verdedigd
die in de Stichting van de Arbeid
was gesloten en waarin bepaald
werd „voor dil jaar vijf percent"
en geen gelazer En wèt die men
sen op onze vergaderingen ook
zeiden, ik had gelijk Punt uit Wa
ren we maar wijzer geweest
Drees, met alle respect hoor. maar
hrj dacht dat-ie mei de AOW hel
kapitalisme had veranderd (Vuist
op tafel) Hij creëerde alleen maar
een vluchtheuvel vooi hel be
staande stelsel om onbruikbare
mensen op een goedkope wijze
kwijt te raken!"
„Dat is waar, alles wat wij aan het
doen zijn is slechts „middel tot" en
het grote doel schuift voortdurend
naar de horizon, ja. Juist daarom
willen we op ons komend congres
niet alleen de achterban, maar ie
dereen vertellen wéér het ons om
gaat. Het gaat ons, beware me, niet
om conflicten, maar om het ver-
derliggend doel. We willen blokka
des slechten, we willen aantasting
van de gevaarlijke, verhulde
macht in de samenleving. Maar
dat blijft middel."
„Ik heb zelf ook macht ja. Maar
mijn macht wordt wel gedeeld
hoor! Ik doe niks ongecontroleerd.
Jazeker, intelligentie verschaft
ook macht over mensen. Maar net
zoals ik, dat klopt, van de onderne
mers zeg dat ze toevallig aan de top
staan, zo sta ook ik toevallig aan de
top, bij de vakbeweging. Niet an
ders. Die toevalsfactoren mogen
In het bedrijfsleven niet leiden tot
een enorme ongecontroleerde
machtsvorming. Als ik ergens het
woord ga voeren overeen belang
rijk onderwerp dan wordt er in
ons bondsbestuur van 12 man be
sproken wat ik wel en wat ik niet
kan zeggen. En de bondsraad van
zo'n 70 man bepaalt verder hoe de
bond zal functioneren. De dis
trictsraadsleden controleren weer
de bondsraad. Alles is hij ons zicht
baar, geheime stukken hebben we
niet. En als ons congres meent dat
ik niet goed functioneer, ver
dwijnt Arte Uitspraken die de
krantenmensen spectaculair ge
noeg vinden om af te drukken ko
men onder de ogen van het hele
Nederlandse publiek en dat werpt
zich óók op me Stapels brieven en
tientallen telefoontjes O, ja ook
dreigbrieven, maar ook zeer sym
pathieke Je beni een openbaar
bezit als vakbondsleider.'
„De stelling mensen groeien te
gen de wind in? Best hoor Maar
wel heeft dan een duizendmaal
grotere groep 't tegen die wind
niet gehaald. In grote delen van de