„Literatuur kan gezellig zijn i vrij uit Van noten naar verf: hele sprong Böll en de krantenlui, die onschuldige mensen aanpakken B' TEGEN KAALSLAG CULTUUR-GRABBELTON "f Dr. Gerard Knuvelder schreef Onachterhaalbare tijd V) orm xpositie oek ZATERDAG 16 NOVEMSEf, fe* fe fe HONDERD Nederlandse keramisten zullen van 13 de cember tot 6 januari expose ren in galerie De Ark in Box tel. Interessant overzicht kera mische kunst in Nederland met o.a. Baarspul, Bago, Blits, Boekhorst-Froger, Braat, Van Ernst, Hooft, Kunkeler, Kui pers, Van Leeuwen, Ligt hart, Manche, Mertens. Van de Meys, Oosterman, Rutten, Van der Steen, Stolk, Stultiens, Trapman, Verhagen, Van Vlaardingen, etc. HEDENDAAGSE Duitse grafische kunst, tot 9 decem ber in cultureel centrum Ven- lo. JOHN en Josina van de Rest-Van Dalsum (mensen van goede wil) krijgen in Haagse Post rectificatie n.a.v. artikel John van de Rest en zijn af fectie voor geestelijk zwakke ren. Kort geding ging daarom niet door. FOTOGRAM*; van Ameri kaanse Diana Arbus na New York, Tokio en Londen nu te zien in Van Abbemu- seum te Eindhoven, Tot 6 ja nuari. KINDER-postzegelont- werpen„ sinds 50 jaar, te zien in Nederlands Postmuseum te Den Haag; tevens ontwerpen voor nieuwe serie met foto's van kinderen rond eeuwwisse ling. Tot 6 j anuari. KLEINPLASTIEK van Hans van Eerd uit Oirschot en de reeds eerder aangekondigde tentoonstelling Grafiek 74 in De Krabbedans te Eindhoven tot 2 december. ERHARD Queiser. een schilder uit Hannover, .die zijn inspiratie vindt bij schil ders als Jeroen Bosch en Grü- newald, exposeert zijn knappe schilderijtjes tot 15 december in Noordbrabants museum te Den Bosch. WIENER Sangerknaben zingen zondag 17 november in Dei Doelen te Rotterdam, Schubert, Monteverdi, Mozart en J. Strauss. TERUG NAAR Vandaag, heet een expositie met ele menten uit mode,, muziek, in richting, speelgoed e.a. uit de periode 1890—-I960 in toet Bouwcentrum te Rotterdam. Vanaf 28 november tot en met 11 januari. HARRY van Thillart met sieraden, plastieken en licht- objecten nog dit weekend in kunstzaal De Hoge Hees tus sen Eërsel en Steensel. HONDERD jaar architec tuur in Chicago, tentoonstel ling in hal tb-Eindhoven. Tot 8 december gratis toeganke lijk. VERSCHAEVE, het ge ruchtmakende toneelstuk, dat in België zoveel opschudding veroorzaakte, maar in Amster dam goed ontvangen werd, is op 16, 17, 29 en 30 nov. en op 1, 4, 5, 6, 7 december om 21 uur nog te zien in Mickery. SETH's Verdiwazingen, Gaaikema's one-man show, die op zondag 17 nov. nog op tv te zien is, staat ook op een nieu we lp. OOSA, Oude Delft 183 b exposeert deze maand kera miek van Sharon Hansen, An ne van der Waerden, Miek Blits, Bart Vogel, textiel van Wil Minderman, Alexandra Stapff, metalen van Jacob de Groas, Coenraad Zielstra, Pe ter van de Meer, Jan Rot. MARGARET Drabble, jon ge Britse romanschrijfster (o.a. The Needle's Eye en The Waterfall) houdt lezingen in ons land. O.a. te Rotterdam op 26 nov. en in Eindhoven op 28 nov. (inf. tel. 070645800). DE TOVERFLUIT (Mo zart) wordt nog door KVO Antwerpen gespeeld op 16, 22 en 24 nov. (telefoon 9336685). DE WIJZE Kater vain Heij- ermans wordt weer gespeeld door Stadstoneel Rotterdam. Première zaterdag 23 nov. 20.15 uur in schouwburg, Rot terdam. SALARISSEN van musici van negen symfonie-orkesten in ons land zitten nu in de computer van de Nederlandse Spoorwegen (CVI) BALLET van Vlaanderen danst Concerto voor Acht (Mozart) Halewijn (Kersters) en Offenbach op 17 en 30 nov en op 6 en 8 december in KVO Antwerpen. „Het is een beetje een vreemde gedachte, dat ik zo ongeveer nog de enige van mijn generatie (Van Duinker ken, Engelman. Marsman e.a.) ben, die nog leeft; dat ik over ben gebleven om de sterfdata van mijn generatiegenoten te boek te stellen". Zo besluit Gerard Knuvelder het ge sprek, dat ik met hem heb in zijn Eindhovense woning, naar aanleiding van zijn vorige week verschenen boek „ON ACHTERHAALBARE TIJD" (uitg. Malmberg-Orion f 15,75). Een autobiografisch ge schrift. „Een deel van mijn biografie", verbetert hij (een tweede en derde deel zijn overigens al geschreven). „Een leer- en leesboek voor jong en oud", voegt hij eraan toe. Gerard Knuvelder als schoolmeester? Hij lacht: .Jk voel me in zoverre school meester als je helderheid bij jezelf moet scheppen om ande ren iets duidelijk te maken". Op een zeer plezierige en open wijze vertelt hij in dit boek over zijn leven in de literatuur, waarbij hij van zijn eigen leven geen literatuur maakt. „Knuvelder", een be griptot genoegen of onge noegen voor allen, die de laatste dertig jaar op de mid delbare school literatuurles kregen ;voor studenten hoger onderwijs in de letterkunde e.a. Wie is deze man, wiens naam op je handboek stond- staat? Ik heb zijn „bekentenis sen" in één adem uitgelezen. „Die reactie heb ik al méér gekregen", vertelt hij. Zijn naam wordt nogal eens verward met die van zijn broer Louis, de man van het Miohael-Legioen en andere or thodoxe r.-k.-bewegingen. Ge rard Knuvelder wordt er niet kwaad om, maar vind het wel vervelend. „Ik heb, dacht ik. me redelijk anders opgesteld in mijn leven", zegt de oud hoofdredacteur van het eens positief strijdbare weekblad De Nieuwe Eeuw. Maar hij merkte dezer dagen b.v. ook hoe studenten in Utrecht hem nog vanuit de literatuur verlaten opvattingen in de schoenen schuiven. „Dat is het nadeel ais je een beetje lang leeft en je eigen opvattingen verschuivingen ondergaan. Je moet ermee leren leven". In dit boek schrijft Gerard Knuvelder over zijn Arnhemse jeugd, middelbare schooltijd, studie in Tilburg, tijd in Ber gen op Zoom, over zijn contac ten met Van Duinkerken, prof Gerretson (Gossaert), Poeter v.d. Meer de Walcheren, Mol- ler en de ontwikkeling van de tijdschriften Roeping (Raam) en De Gemeenschap; zijn ere doctoraat en vele andere inte ressante zaken om uiteindelijk het ontstaan van zijn levens werk, het Handboek tot de geschiedenis der Nederlandse Letterkunde en tot de Moder ne Letterkunde daarop te en ten. Van een „roeman" kom je al lezende terecht in een stuk theorie over tekstbehandeling en de samenhang tussen lite ratuur en geschiedenis. Gerard Knuvelder beschikt over een zeer groot en waardevol ar chief waarover hij de nodi ge zorgen heeft maar schreef dit boek practisch uit zijn hoofd od. „De aanleiding was een ver zoek van Lambert Tegen- boseh: vertel nu eens hoe jij in een mensenleven in de lite ratuur bent geëvolueerd. Ja, en dan ga je vertellen over je schooltijd, over je opstellen, over de jongen in je, die beïn vloed werd door een acteur als Royaards en voordrachten van Bernhard Verhoeven" (Mol- kenboer, Molenaar, Schreurs e.d.) „Hoe evolueer je?", vraagt Gerard Knuvelder zich ook nu nog af. Je hangt je op, zei iemand tegen hem, toen hij schreef, dat Moller er voor zorgde, dat hij zonder kosten aan de r.-k. Leergangen kon studeren voor Nederlands Daar hoef je je niet voor t» sahamen, vindt hij. „Mollers invloed is ook van groot belang geweest voor mijn oriëntatie op de zuidelij ke Nederlanden", schrijft hij. Zijn eerste praktische oriënta tie vond plaats in Bergen op Zoom, waar hij in 1921 docent werd bij het middelbaar on derwijs o.l.v. directeur Th. de Jager. Hij vertelt over zijn herinneringen (dierbare, zegt hij nu) aan de stad, Oscar van Hemel, Cor Slootmans e.a., maar vooral aan Anton van Duinkerken, die toen semina rist in Hoeven was. Van Duin kerken vond in Gerard Knu velder een man. bij wie hij zijn literaire aspiraties kon ui ten. „Ik heb dat eigenlijk maar zeer kort behandeld in dit boek", zegt Gerard Knu velder, die in zijn archief tal loze brieven van Van Duin kerken uit die periode be waart. „Ik heb alles nog, maar mijn archief is een complete chaos. Nijmegen wil het graag hebben. Ik moet er nog eens goed over nadenken; zelf heb ik geen tijd om het uit te zoeken. Ik werk momenteel alleen in opdrachten en dat is al zoveel, dat ik aan mijn eigenlijke werk (herziening handboek, schoolboeken) nau welijks toekom, Hoe lang blijf ik nog fit? Je moet prioritei ten stellen. Een andere belangrijke fi guur in zijn archief is prof. Gerretson (Geerten Gossaert), van wie hij de essays uitgaf en wiens volledige werken momenteel verschijnen. Over hem vertelt Knuvelder aardige anecdotes in zijn boek. Bij voorbeeld. dat een niet onaan zienlijk deel van de proef schriften waarop afgestudeer den promoveerden voor een deel of soms geheel door Ger retson geschreven waren. Mo tief b.v.: de te promoveren jongeman stond op punt van vertrek naar Nederlands-Indië (als bestuursambtenaar) en had niet de tijd, gelegenheid, respectievelijk de hersens om in korte tijd zijn proefschrift te schrijven of te voltooien. Gerretson had toch de nodige teksten (bronnen) gereedlig gen. Gerard Knuvelder be schikt over een rijtje namen hem door Gerretson verstrekt, maar heeft ze uit zijn boek gelaten. „Het zijn nu hoogge leerde bekende heren". Ook schreef Gerretson redevoerin gen, die op naam van Colijn staan. Uit de Nieuwe Eeuw periode vertelt Knuvelder over Gerretson iin zijn boek en aan mij: „Zijn artikelen waren meestal twee tot drie maal zo lang (20 vellen getikt b.v.) als ze verschenen. Hij stuurde mij dan een telegram van 17 vel len achteraf met het bewijs materiaal (bv in de Indië- kwestie t.a.v. Van Mook), die hij niet kon publiceren, maar waarvan hij vond, dat ik als redacteur die moest kennen". Uitvoerig besteedt Gerard Knuvelder in zijn boek aan dacht aa n de controversen en samenwerkingspogingen van de tijdschriften Roeping en De Gemeenschap. We praten sa men over het al en niet sa mengaan van De Linie en De Nieuwe Eeuw indertijd. „De jezuj'ten kwamen mij de op richting ervan meedelen. We schrokken ervan: de kapitaal krachtige jezuietèn. Ik heb er altijd naar gestreefd heteroge ne dingen bij elkaar te bren gen. Je kunt zeker niet zeg gen. dat De Nieuwe Eeuw tra ditioneler katholiek was dan De Linie, integendeel, maar De Linie zat in Amsterdam, De Nieuwe Eeuw in Helmond; zij werkten meer met sterke verhalen dan wij; factoren, die naar mijn mening het einde van De Nieuwe Eeuw mede bepaald hebben", aldus Knu velder, die nu in ..zijn" tijd schrift Brabantia in toenemen de mate streeft naar een inte resse-verbreding naar actuele culturele politieke zaken. De interesse-verbreding voor de Nederlandse literatuur vind je bij hem ook in zijn aandacht voor de Vlaamse li teratuur. Daarover lees je in Onachterhaalbare Tijd. Actief is hij nu nog in het Guido Gezelle-Genootsohap. Voor deel IV van zijn handboek, dat hij momenteel in bewer king heeft, zijn juist deze week „de kaarten geschud". In deel Hl behandelt hij de Ne derlandse en Vlaamse literato ren nog apart, maar in deel vier zal hij ze onder één noe mer vatten, omdat ze naar el kaar toegegroeid zijn. „lp Vlaanderen gebeuren momen teel veel interessantere dingen dan hier". Zijn leraarschap. Dat on derwerp zou nog jn één van de 24 delen kunnen verschij nen, die ik nog in mijn hoofd heb; zoals b.v. één over Van Duinkerken. Ik ben vermoede lijk een zeer onorthodox do cent geweest. Dat meen ik o.a. te merken aan. oud-leerlingen, die ik nog wel eens ontmoet. We zijn met de literatuurwe tenschap nog in een beginsta dium. Wie weet wat nu pre cies literatuur is? Er is epn periode geweest, dat de ge schiedenis helemaal wegge schoven werd; dat er op de scholen alleen maar belang stelling bestond voor actuele schrijvers als Wolkers, Reve e.d. Er is echter een kentering gaande; de jeugd blijkt ook geïnteresseerd in oude teksten. Maar een dooie pier kan na tuurlijk Vondel niet interes sant maken. Zelf ben ik altijd tegen een Gijsbrecht-uitvoe- ring voor de massa geweest. Dat is goed om de belangstel ling voor literatuur de nek om te draaien. Begin met b.v een klucht en ontdek, dat litera tuur ook gezellig kan zijn". En dan praten we nog wat over Maatje, Van Dijk, Chomsky: Gerard Knuvelder blijft de ontwikkelingen vol gen om zijn boeken bij de tijd te houden. Tijdschrift Raam: „Zo, verdwijnt dat? Ja. het wordt wel geschreven, maar zo gauw moet je de moed niet opgeven. Ben bezig het bij een andere uitgever onderge bracht te krijgen. Ik denk, dat er plaats is voor een literair- wetenschappelijk en literair- kritisch tijdschrift voor een breder publiek in een niet te ingewikkelde stijl. Er bestaat geen literaire kritiek meer", zegt hij. „Dat is jammer". Dat was een gesprek in de marge van zijn boek Onach terhaalbare tijd, dat op zijn instignatie een coproduktie werd van een Nederlandse en een Vlaamse uitgever. „Dat zou méér moeten gebeuren". Op de omslag staat een foto van de Drunense duinen. Ge rard Knuvelder is Brabander met de Brabanders geworden, maar nog geen literatuur met de literatuur. Hij is nog volop bezig. HENK EGBERS Hilvarenbeek is. als dorp langs de Vlaams-.Nederlandse grens al jaren een begrip in het culturele leven. De Kem- pisohe cultuurdagen z.g. wach ten nog steeds op een eigen tijdse vervanging. Tussen haakjes: Wat momenteel in het Grensland-kontakt van Groningen tot en met Limburg langs de Nederlands-Duitse grens gebeurt zou kunnen sti muleren. Met het uitreiken van de Beneluxprijzen voor nieuwe harmonie- en fanfare composities vorige week in Hilvarenbeek, heeft deze plaats nog weer eens bewezen op de stimulerende functie, die ze nog steeds heeft op het oulturele leven, dat grenzen overschrijdt. Bij gelegenheid van dit gebeuren is er momen teel tot 18 nov. dagelijks van 2 tot 5 uur een uitgebrei de tentoonstelling te zien on der het motto MUZIKAAL PALET. Een origineel thema, dat gezien de honderden in zendingen, is aangeslagen. On geveer tweehonderd creatieve produkten van beeldende kun stenaars, gemaakt op het the ma muziek, hangen in het raadhuis, het dicht daarbij gelegen Rabo-bankgebouw en in galerie De Kinderkus, ach ter de molen. Het gevaar van zo'n open inzending (en tentoonstellen ervan) is natuurlijk dat rijp en groen doorheen hangt. Je kunt het ook zien als een pre sentatie van tallozen, die in de provincie hetzij knutselend, hetzij vakbekwaam bezig zijn. „Valse triste" heet een inzen ding van Sylvia Muller uit Sprundel. Voor mij een beetje een karakteristiek van het to tale gebeuren. Natuurlijk han gen er ook goede dingen van kunstenaars als Gerrit de Mo- ree, Ru van Rossum, H. Ubink, Will Vaes. Evarsky, Jan Strube e.a.: gekke dingen als een muziekmachine van Th. Walenberg en keramische muziekinstrumenten van Geert Jacobs. Maar van een integra tie tussen muziek en beelden de kunst is niet alleen weinig sprake, het zou ook niet goed zijn wanneer dit een weer spiegeling was van het muzi kaal gebeuren in ons land. Je doet er best aardige ontdek- Het nieuwe boek van HE1N- RICH BÖLL, waarvan de afge lopen week de Nederlandse vertaling versoheen: DE VER LOREN EER VAN KATHA- RINA BLUM (uitg. Elsevier f 16.90) balanceert tussen wraak •n literatuur. Hoewel het structureel enigszins aansluit bij zijn verslaggeversfunctie in zijn vorige boek (Groepsfo to met Dame) bezit het m.i. niet die kracht. In het Katha- rina-boek vereffent Böll op de eerste plaats een rekening met het Duitse Springer-boule vard-blad Bildzeitung, dat hem in '72 verdacht maakte in verband met de Baader-Mein- hof-groep. De ondertitel van het boek: Hoe geweld kan ontstaan en waartoe het kan leiden, is dan ook wel zo be langrijk, omdat het zijn inten tie duidelijk weergeeft. Het dilemma tussen persvrijheid en „het soort krantenlui, die onschuldige mensen van hun ter, hun reputatie en hun ge- ■IMVWiHlllliRM zondheid beroven" en de wijze waarop dat gebeurt staat cen traal. „Indien zich bij de beschrij ving van bepaalde journalis tieke praktijken overeenkom sten hebben voorgedaan met de praktijken van Bildzeitung, dan zijn deze overeenkomsten niet opzettelijk en evenmin toevallig, maar onvermijde lijk", zet Böll aan het begin van zijn boek. Maar het is wel duidelijk, dat dit boulevard blad („dat lor") aan de orde is bij het verzonnen verhaal. Verder komen er een aantal personen en situaties aan de orde, die je kunnen laten gis sen. Maar daarvoor zul je goed ingevoerd moeten zijn in al lerlei Duitse situaties. Het boek is een soort thril lerachtige detective. Aanmer kelijk korter dan zijn vorige turf (58 korte, tot zeer korte en ruim.gedrukte hoofdstukken over 172 pagina's). Om het verhaal zelf hoef je het niet te lezen; ook niet om de visie, die Böll geeft op de sensatie pers, want daar komen geen zaken aan de orde, die we nog niet weten. Ik las het boek juist in de dagen, waarop de kranten nogal aandacht be steedden aan een „benedictij nenklooster in het zuiden des lands" en wie dan verschillen de kranten naast elkaar legt weet precies wat Böll bedoelt. Maar het is toch de ongemeen knappe verteltrant van Böll, die daarbij alle mogelijke va rianten bespeelt, die je het boek geboeid laten lezen; ook als je zoals ik anders nauwelijks in staat bent een detective uit te lezen. Böll noemt zijn boek „een verslag". Het bestaat dan ook grotendeels uit de weergave van verhoren door de politie van Katharina Blum, die een journalist van Zeitung over hoop geschoten heeft, omdat de krant haar kortstondige re latie, tijdens carnaval, met een een door de politie gezochte man, op allerlei mogelijke ma nieren verdraaid in het nieuws had gebracht. Daarbij geeft Böll verslag van deze kranten berichten eu de reacties van de mensen, die bij de zaak op een of andere wijze betrokken zijn. Hij dikt daarbij de zaak zo aan (Katharina als de pron te kuise Duitse dienstbode en mannen van gewicht op vrij ersvoeten), dat er als het ware een nieuw Bild-verhaal ont staat. Maar de moralist in Böll kan het niet laten daar com mentaren tussendoor te vlech ten. Het aftappen van tele foons komt aan de orde. „Heb ben de superieuren er een idee van wat zij van hun amb- teriaren, hun employés psy- ahisch eisen", vraagt hij .zich af. „Dit is eindelijk een ter rein (de telefoonzedengang- sters), waarop kerken en vak bonden zouden kunnen samen werken", luidt zijn ironische aanbeveling. Maai- bovenal wil nij waarschuwen tegen de Sohund-journalistiek, stoom fluit van een ondergesneeuwd driftleven bij talloze lezers er van en van de commercie. Je hoeft maar om je heen te kij ken om te weten, dat de waar schuwing lijkt op die van. Rook niet meer, slecht voor je gezondheid. Het boek is dan ook vooral een persoonlijke rekening, die hij te vereffenen had. En dat doet hij knap, al heeft hij méér te bieden. H.E. „Tegen de kaalslag in de steden zeggen we momenteel: stop! Maar tegen de kaalslag op concert- en toneelpodium schijnt men geen enkel be zwaar te hebben", aldus de Brabantse commissaris van de koningin J. v. d. Harten on langs op de jubileumviering van het Zuidelijk Historisch Contact. Voor wat het, toneel betreft komen de laatste tijd de eerste bezwaren daartegen los met name tegen de voor genomen subsidie-verlaging van het toneelgezelschap Glo be. De kaalslag van f 240.000, die voor het volgende seizoen op Globe gepleegd moet wor den, betekent niet alleen een inkrimping van ongeveer 15 leden op het personeelsbe stand, maar bovendien een in krimping van activiteiten. Die consequenties zijn dode lijk, aldus Gerard Knuvelder in het jongste nummer van Brabantia. „Met de thans toe gestane middelen wordt het gezelschap in een positie ge dwongen, die binnen enkele jaren zou overeenkomen met die van Podium. Dan ligt het voor de liand, dat Globe op ook dezelfde wijze met dezelf de argumenten van de lijst der gesubsidieerde toneelge zelschappen zal worden afge voerd, zoals recentelijk met Podium is gebeurd. Immers: de enkelvoudige bespeling be tekent minder voorstellingen in Brabant en de noodzaak van een veilige repertoire keuze (die betékentkassuc cessen). Het is een raadsel hoe GS, de Staten en andere sub- sidiënten deze mutilering om wille van een onnozele paar ton accepteren", aldus Knuvel der, die voorrekent, hoe one venredig hoog en verhoogd de uitgaven voor wegenbouw in vergelijking met de kosten voor „ontwikkeling en opvoe ding" in '74 en '75 op de provinciale begroting zijn. En daar komt waarschijnlijk weinig verandering in omdat GS o.a. meent, dat de secun daire en tertiaire wegen ver beterd moeten worden. Het moge dan tussen haakjes een gevolg zijn van een be wuster ervaren van het na tuurlijke milieu (en daar kun nen weinig bezwaren tegen zijn) het is de vraag of deze mening gedeeld wordt op de eerste plaats door de mensen, die aan deze secundaire en tertiaire wegen wonen en op de tweede plaats door de men sen, die daarvan gebruik ma ken? Zelf heb ik er de smoor over in, dat een zeer bochtige en vrij labiele secundair, waarover ik dagelijks rijden, binnenkort „verJ wordt tot een „primaire heidsweg. En ik sta daar' alleen in. Vorm vaneen* re bewustwording? maar dat kan geen kwaal Een beetje ervan kunrt- op cultureel terrein ook gebruiken en zeker in j, ten en in gemeenten waarin de economische nog prefereert boven de rele groei. Iets van een q bewustzijn speur je nu eerste reacties op de 51 politiek. De woorden Knuvelder werden door t Provinciaal Genootschap Kunsten en Wetensc overgenomen in een aan GS en de vier grote"» diërende steden, wordt ingehaakt op een'h| gemeenteraad van Eiqfal aanvaarde motie waarin li W. verzocht worden pr0n, le en rijksoverheid te b gen Globe kansen te gevet] vanuit het rapport Het 1 vraagstuk in Noord-B. (samengesteld op verwek! het provinciebestuur) tot j nieuwe structuur te kn die n.b. méér geld gaat k» Het bewustzijn breekt t_ waarmee zijn we elgenüj j zig? Met cultuurerosie, Gerard Knuvelder. Met 1 slag zegt commissaris Van1 Harten. Er is indertijd wel eensp zegd: Verdwijnt Globe, blijven er nog genoeg tone gezelschappen over, die 1 kunnen spelen. Antwoord j is parasiteren op andere vincies, die gezelschapp... subsidiëren en waarteps j voorstellingssommen niet 1 wegen. Eenzelfde situatie t zich eigenlijk voor in waarvoor het overigens 1 geen zin heeft een eigen J zeischap overeind te hm De andere gezelschappen 1 Zeeland gegund, maar tl iets van een onrechtvi heid in, zoals boven ges ook al is Zeeland na I ae provincie, die in den li het meest neertel* voor t lk blijf het zinvol vinden l een herstructurering moJ lijk aan de hand van genos rapport van Zuidelijk li neel Globe, Zeeland bij I overleg en de consequente I nanciering (herverkaveling! betrekken. Een gezamenlijk verantwoordelijkheid, als één van de vier grote a sidiërende gemeenten heel:4 dertijd, als eerste, in de meenteraad een positieve wijkende mening tav 1 Proloog-kwestie ingenw Mogelijk gaat deze raad nu ook eens vanuit andere jj| zichtshoeken bekijken, gens zijn we zeer beni naar de consequenties in tn na de kaalslag-uitspraak n commissaris Van der Harten I kingen en het geheel is leuk om te bezoeken. Sympathiek is ook het feit, dat de erkend goede kunstenaars hangen tus sen de hobbyisten. Je haalt ze er zelf wel uit. Nog enkele namen van deelnemers uit de ze regio: H. Borster, Wim van der Beek, Anke Sinninghe, Paul Lemmens, W. v.d. Boorn, R. Korsmit, R. Miltenburg, J. Miohielsen. R. Nelissen, Peter van Saane, Niels van Spaen- donck. H.E. eindredactie henk egbem Het wordt de laatste laren steeds prettiger om te verschijning van hoe zul je liet noemen jaarboek, tiegids, of cultuuragenda die gekomen is voor de aloude "J almanak. De SNOECKS '75 (uitgeverij Nijgh Va" f 7,25) is er. Ik zag hem ai liggen op de Vlaamse Boekrug kreeg de indruk, dat ze wegvlogen. Heb zo'n idee, dat ieder jaar groter wordt De behoefte aan culturele 1 T neemt overhand toe. Ook al wordt dit vaak nog Sf"r" wat geen geld opbrengt en alleen maar geld kost: heiff zeker niet voor deze Snoeckg (geen geld) en het tv waar, want het genoegen dat veel mensen eraan belfl indirect toch omgezet in klinkend metaal voor degev" alleen maar oog voor hebben Het boek(je) bevat n!i::i na's, die uiterst prettig in zwart-wlt en kleur gedrukl W1 fotomateriaal bevatten. De informatie is soms wat maar er staan ook zeer gedegen stukken in. Echt „voor elk wat wils" Tei informatie enkele grepen rr Rep vertelt, als introductie op de komende NCR! nog weer eens hoe het Etigiandspiel in elkaar zat; alUV^ <t cartoontekenaars Mordiuo en Franquin; literatuur j pagina's met o.m. verhalen van Gijsen. Hazeu en A111 dragen over verschenen boeken in het afgelopen 13:11 land (Dubois), Frankrijk (Bonnefoy), in het taalgebied (Thielemans en in Duitsland (Matthijse)^ schrijft over de Sovjetliteratuur, Van Nuffel over Geursen over Nobelnrijswinnaar White; mode multi-nationals klassiekmuziek (van Theo Olof) beeldende kunst (Hyperrealisme, Belle Epoque), toneri en China, arm en gelukkig zijn en aantal onderv eri1™ kleurige grabbelton, die u ervan mogen overtuigen, kat in de zak koopt met deze Snoecks '75. Opgave Wie verre rei zen doet, moet heel wet af zoenen. Dat geldt zeker voor de Amerikaanse minister van buitenlandse zaken, die hier bezig is met een soort mond-op- mond-beademing van; a. Ethel Kennedy b. Tina Onasais c. Nancy Kissinger. Hier woreft iemand met enige moeite een be kend Nederlands gezegde ontfutseld, namelijk: door H. W. FILARS EEN ZET VI dammZi3n a!Remeenheid kar weet te dat diegeen gaat h k,|ken da" zijn té denlrf ,SteIlin? ook °P; beert achts in één kleur verion de eerste slag °P te doorvorsen. H°e doet u b.v. dit: 5 4 VB 9 8 <*AB9 A H 2 A 10 8 f Géén O H 8 7 6 10 8 2 West'na 8.ever' niemand kw pen -Tu' - noord één hai ruiten ™ee ruiten 8en te kunü U (zuid' Sen tp u "nc'n maken, besl uSa^atou?nTpevenJnet het a heer Uit ,gen drie SA kc twee na°ost moedigt aan Het is not°0St iegt schopp sch°Ppen m u zonder een schönn»1^?1 aaa te ne. Paar zetten kking over- 8rePen. dit K -rder k«kt nii Hoeten 1 van de ruit d zitten. Wel da

Krantenbank Zeeland

de Vrije Zeeuw | 1974 | | pagina 22