Ach jade jaren vijftig (deel I) ZATERDAG 21 SEPTEMBER 1974 IN de jaren vijftig, zegt men, was geluk nog heel gewoon. „Maar waren we eigenlijk wel zo gelukkig? Vanaf vandaag gaan we in een 15-delige serie een terugblik werpen op die jaren aan de hand van het boek „Ach ja... de jaren vijftig" door Dick Slootweg, Willem van Beusekom en Co de Kloet, dat vanmorgen tijdens een gro te manifestatie in de Amsterdamse Bijenkorf wordt gelanceerd. Wim Wennekes maakte uit het boek een selectie. Achtereenvolgens zullen thema's aan de orde komen als de huiskamersfeer van de jaren vijftig; het luisteren naar de radio; de opmars van de „huisbioscoop"; onze favoriete sterren van het witte doek en de zwarte schijf; de eerste nozems; welke produkten we zoal wilden bezitten; emigratie; koude oorlog; wat er zoal in de krant stond: de liefde voor ons vorstenhuis; Jan soldaat; hup Holland hup; hoe de jeugd opgroeide; en tenslotte: hoe het gezag aan het einde van de jaren vijftig voor de keuze stond om te huigen of te barsten Al met al een nos talgische terugblik, die ons misschien kan leren door wat voor ontwikkelingen de tijd waar we nu in leven voor een belangrijk deel bepaald is. U c inpiitinipi niM vrij uit Hoofdsamensteller van „Ach jaren vijftig", Dick Slootweg. de IN HOLLAND TOND EN HUI Een opgeruimd liuis is een gezellig huis, zo dachten we erover. Het gezinsleven speelde zich hoofdzake lijk in de achterkamer af. Daar stond de tafel met liet uitschuifbare blad, waaraan 's avonds werd ge geten. Dan werd het wollen kleed eraf gehaald en opgevouwen, en het tafelzeil uitgerold. De voorka mer, waar het dressoir of een theemeubel stond, was doordeweeks voor de kinderen taboe. /ft"*' Moeder was altijd als eer ste op en zette thee. De pot stond al onder de muts als vader in zijn hemd de trap af kwam. Hij stak eerst een sigaret op en vroeg dan óf naar zijn manchetknopen óf naar zijn baleinen óf naar een stropdas die hij niet kon vinden. Hij waste zich in de keuken, want daar zat de enige kraan waar hij met zijn hoofd onder kon. In de gang smeerde hij een dikke lik Brylereem in zijn kaar. kamde alles naar voren, trok •en luizepadischeidlng tot aan tiet opspringende kruintje en modelleerde dan alles be hendig schuin naar achteren. Hij at twee witte boterham men zonder beleg, maar wel met een dikke laag Blue Band. Moeder maakte intussen de sneetjes voor tussen de middag klaar en deed die in het inklapbare broodtrommel tje. Vader ging weer naar zijn baas. Geld verdienen. Ach ja... de iaren viiftiq Eèn serie in 15 delen op basis vari het boek „AcH ja de jarcn vijffig" door Dick Sloot weg, Willem van Beusekom én Co de Kloet. Wetenschap pelijke Uitgeverij Amsterdam. Het doorsneegezin had het de eerste jaren niet breed. Van het magere loon bleef zelden iets over en er moest altijd gerekend worden. Als er deze maand een paar schoenen voor de jongste moesten 'komen, Er was niet elke In de lioek van de keuken stond een petroleum- of potkachel, met daar omheen een droog- rekje op zes wanke' Pootjes Een opgeruimd huis is een gezellig huis. Zo dachten we er over. dan moest een nieuw over hemd voor vader tot de vol gende maand wachten. „Ik ben Rothschild niet", zei moe der weieens knorrig als een van de kinderen op een ver keerd moment iets nieuws kwam vragen. Van tijd tot tijd zag je haar zitten aan de tafel in de huiskamer, dan had ze zon trommeltje met zes gleuf jes voor zich en telde ze na wat er in de vakjes zat. En daarna werkte ze haar huis houdboekje bij. vlees bij het warme eten, want het geld groeide niet op je rug. Maar als de braadlucht je bij thuis komst tegemoet kwam, dan kikkerde je meteen op. Het grootste stuk was natuurlijk voor vader, die het vlees trou wens op z'n eigen bord in stukken sneed. De kinderen kregen naar school boterhamworst en pin dakaas op brood mee, of cho- coladehagel als ze dat liever hadden. Vooral op de maandag was zo'n uitgedroogde boter ham met pindakaas nauwelijks te eten; het sneetje rookvlees gooide je zelfs weg en van je zakgeld kocht je dan in het snoepwinkeltje een Mars. Als je jarig was mocht je bij wij1 ze van uitzondering zeggen wat je wilde eten; verder had ie maar te eten wat de pot -chafte. /'ader is de baas, maar moe der heeft het voor het zeggen. Zo'n grappig gezegde deed het in de huiselijke sfeer van de jaren vijftig goed- En de mop penpagina's van de geïllus treerde tijdschriften zorgden er wel voor, dat het dee grol- effekt in de uitbeelding van de man-vrouw-verhouding werd gehandhaafd. De waar heid was natuurlijk, dat de meeste regels in huis inder daad door moeder werden ge maakt. Je moest van alles, als kind, en op ongehoorzaamheid <tond straf. Te moest je bord leeg eten, je noest op zondag je goeie choenen aan en daar mocht »nder geen beding mee tegen en bal worden aangeschopt. Met een beetje spuug kon je •ven voor je naai binnen ginp He kale neus wel camoufle ren.) Je moest naar de pad vind er ij of naar oen andere club. Je moest mee op visite bij oma, je moest met twee woorden spreken en „als je nou nog een keer met je han den in je zakken loopt, dan naoi ik ze dicht". Met de mat- teklopper krijgen of met je kop onder de Koude kraan ge stopt worden, dat waren de ergste straffen waar je op kon rekenen. Zaterdag: Vader werkte net ais alle andere d-agen tot vijf uur. Moeder braadde 's mid dags al het vlees voor zondag. Als vader thuis k\.m g'r.g hij zich meteen heiemaal wassen. De Kinderen gingen na het eten in bad. 's Winters werd e engrote teil in de keuken gezet, omdat het boven dan te koud was. In de hoek van de keuken stond een petroleum kachel en daaromheen een houten wasrekje, waaraan de handdoek en het ondergoed hingen te warmen. Als moeder zich als laatste ook had opgefrist, was het tijd voor koffie en warme chocola demelk- Dan vulde de achter kamer zich met de lucht van Sunlight-zeep en flanellen py jama's en werd de radio harder gezet. En we speelden nog... Zondag: Alle schoenen stonder glimmend gepoetst in de keu ken. Als vader beneden kwarr in zijn zondagse antraciet- grijze pak verspreidde hij eei aangename brjllantinelucht Moedier had een plisscrok aan of, omdat we zouden uitgaar een deux-pièces met daaron der natuurlijk een onderjurk een corset en jarretelles. Ze droeg nylons met naad. Moeder had een plissé-rok aa en ze droeg nylons. Met naad Zondag was ook de dag van de uitstapjes. Het populairste vervoermiddel was de fiets, het degelijke type met terug traprem en zadeldekje. Toer Bruin het kon trekken kocht vader voor zichzelf een Eitje en een Solex voor moeder. De kleintjes achterop, de andere kinderen op de fiets erachter aan, zo gingen ze op weg. En een keer per jaer was het „grote vakantie". Ook dan fietsten we weer heel wat af. Later, toen we ons iets meer konden permitteren, huurden we een huisje in Haamstede, Schoorl of op Terschelling- Prompt kreeg dan een van de kinderen uitslag, vermoedelijk van de strooien matras. Maar verder was alles prima in or de. Jammer dat er vaak alleen maar gesteriliseerde melk te krijgen was. Trouwens, ook het water smaakte er anders, dat.kon je aan de thee goed- merken. En wat dedem we verdei' li onze vrije tijd? We werkter in de tudn; wc fotografeerder met een boxje of met een Agfa Clack-; we puzzelden leg en kruis; we deden 's avonds waar overdag geen tijd voor was. Sokken stoppen, bordu ren, verstellen Er werd na tuurlijk ook gelezen. De kramt, de Panorama, de Spiegel, de Liberie de Katholieke Illus tratie ol Margriet, „het blad voor moeder en kind". Vaak ook Kwam het Monopoly spel op tafel. Of het Scrabble- of Ganzebord en Mens-erger- je- niet. Bij een enkeling hadden ze al televisie, de huisbio scoop, maar de meesten luis terden toch naar de radio... MM

Krantenbank Zeeland

de Vrije Zeeuw | 1974 | | pagina 17