Trekpaard is nog lang niet dood Nederland pruimt nog 370 ton tabak per jaar! FFEN BRAHMS T KIJKEN Prachtras verdient betere volksnaam dan „boereknol" Stamboek Bart Brouwerijen Vissers Keuze Proeven It Zaterdag 3 augustus I97J «•fly. Uit. is een museum dan een opslag-plaats van 'Een en nog geen uitdta. lats van menselijke w, arden. .elukkig wordt het »li rker, dat om wettelijke ingen (inclusief vei ordelijkheden) op dit d steeds sterker. Ten n van onderwijs, dszorg, maatschappe! ■g e.d- zal geen enkele j us e.a- het bestaan van ingen aanvechten, n Ituur blijft nog steeds .nje en de sluitpost van groting, waarin men llekeur kan regeren iseum dient betrokken irden in deze vraag om w ijke regelingen. De Bi ntse museumnota doet 1 et veel meer (en dat is el wat) dan verstopte k 1 open maken, maar ragt om een financier binnen het huidige pro, ile budget voor cultuur n; ;lijks denkbaar is. In ltste nummer van Bra ban' rende Gerard Knuvel or, dat van de totale pro (ie gelden in '74 bv. 49 ar wegenaanleg gaat ik Langstraatweg van 1 koste evenveel als de j iciale èn rijksuttkeriq n bv. Het Brribants 0 één jaar) en 10,5% te, mt in dt cultirele sector. Bet is wenselijk, dat mmissie ad hoe, verantw lijk voor deze nota per nt wordt. Dan kunnen ede aanzetten in dit rapi rder uitgebouwd worden n er in Brabant inderd 1 samenhangend net tstaan, geruggesteund d samenlijk ontworpen n en, regelingen, die zowel d en running zodanig ld weten te maken, dat bliek er zich weer be n wordt, dat deze n ook op dit terrein zinvol een te bieden heeft- De Koninklijke Vereniging „Het Nederlandsche Trekpaard bestaat zestig jaar. I |nliet komend weekeinde beleeft Den Bosch daarom een Nationale Jubileum- I ((toonstelling, omringd door tal van festiviteiten en demonstraties. gel Nederlandse Trekpaard, lééft dat dan nog? Nou en óf!, bevestigt al- secretris Chr. Oomen van het trekpaarden stamboek. Hoe springlevend het trekpaard nog is, zal men volgende week in Den Bosch I lunnen zien. Alleen al de reusachtige gestalte van Nederlands grootste hengst, girt van Wijngaarden is de gang naar Den Bosch waard. gart van Wijngaarden is nu, op zijn negende jaar, al bijna een legende. Hij I |i het paradepaard van fokker en land bouwer A. Brooymans uit Oud-Vosse- meer. Met deze Zeeuwse praktijkman en met stamboeksecretaris Oomen spra- ten wij over het Nederlandse trekpaard en zijn toekomst. A. Brooymans met zijn paradepaarden Bart van Wijngaarden (rechts) en Adonis van Bleyendaal. FOTO DICK DE BOER. nantiek (door Brahms ch- en Beethoven wat utraliseerde diepe gevo tederheid en manneüjl ifares) is „gefundenes Fre voor Von Kara jan en 1 nen met hun Duitse romai che gevoelens, beheerst 1 perfecte technische dia ne. Op enkele delen na t name als Brahms du parafraseert op zoni tksliederen kun je rgeu, dat de symfonieën vl alims echt populair zijn f grote massa- Anderzijl vatten ze- wel zo'n brok i k als illustratie van Bn >ei (bv. via een Twei istorale" naar de monuma e Vierde) en van een f k muziekgeschiedenis, yoor muziekliefhebbi 1 genot is om deze kans 1 r symfonieën op een t beide handen aan te i- Deze kans ligt nu op 1 stekende en goedkope wijl ,'at in deze cassette- JOHANNES BRAHMS: 1 MPHONIEN (DGG-Polydi 563 272 tot 275 - 4 Ip's). r mensen aangesPr /ica e en Gauguin. HU „bel cht, zoals hij die zag. de beroepscriticus zljn t-criticus Brian P< uit- VAN GOGil, dat door se uitgeverij Pha'inl ien. Hoewel de go"?® geschreven, bevat t,jlde- en minder bekende^ ainstenaar. w,e" 0„eiiaaffl4 afbeeldingen °P .„-„gen op enkele uitzond - f „g. leurendrukken Het pier. Petrie schru sehee| enl lat Vincents kunst g(-| Al vonr het eerste telefoontje, van een lange reeks dat [letgesprek telkens zal onderbreken, zich rinkelend aan- I rent, heeft secretaris Oomen van het „Nederlandse Trek- rd", gezeten aan een onder stapels papieren bedolven 1 in het Haagse kantoor van zijn vereniging, het eerste «en-misverstand uit de weg moeten ruimen. Zeeuwse trekpaarden zijn niet beter of anders dan Gel- ierse, Groningse of Oostbrabantse. In feite bestaan zij niet |iens, Ei bestaan alléén Nederlandse trekpaarden en die 1 dan ook nog rechtstreekse familie van de Belgische I trekpaarden. Belgische en Nederlandse I trekpaarden stammen van één loerfamilie: het oude inlandse Ipud dat in de Middeleeuwen Inrd aangetroffen langs een I brede strook kustland ja I Swrdwest-Europa, zich uit- I strekkend van Denemarken tot lil Noord-Frankrijk. Eeuwen- I enge selectie en teeltkeus, be- I aerming tegen vreemd bloed I's voortdurende uitwisseling na fokmateriaal vormden dit linde, van nature al zeer ro- uiste ras, tot het moderne perlandse en Belgische 'tekpaard dat over de hei» I rereld beroemd is geworden Iwaarvoor nog steeds grote I langstelling bestaat Smds 1830 worden de fami- I ^trekkingen en de kwal'- Ijiten van de Nederlandse en S'lgrsche trekpaarden nauw- «tiend en met liefde voor dit formidabele ras, bijgehouden I® de trekpaardenstamboeken "n de Koninklijke Maat- I tnappij „Het Belgisch trek- IBrd", Het doel van beide 1 'tamboeken is (vanzelfspre- I ™d) de verbetering en de I Wreiding Van de trekpaar- Wokkerij. Ie dat nu eigen- I! v rïeze tijd van tractoren. JJlnes en koelauto's geen herhaalde en tot hobby van enkelen teruggebrachte zaak? Volgens de heer Oomen niet. „Ten dele is het natuurlijk liefhebberij imrorden. Maar liefhebber moest je ook al zijn toen het trekpaard nog niet door de tractor werd bedreigd Met een paard werken nf paarden fokken zijn twee heel verschillende zaken. Op het ogenblik telt Nederland nog altijd zo'n 2500 stamboekfok kers- Je kunt dus niet zeggen dat het trekpaard verdwenen is. In de laatste jaren ging hun aantal gestaag achteruit, maar sinds een jaar of twee reeds is een duidelijke stabiliteit zicht baar. Ook de export leeft weer wat op"- Intussen echter hebben de boerenbedrijven de tractor binnengehaald en het paard naar de slager of de liefhebber gebracht. Als een paard 1 hec tare werk per dag verzet is het mooi, maar een tractor haalt 5 hectare zonder dat iemend moe wordt- De heer Oomen: „Het is juist dat het trekpaard niet opgewassen is tegen de trae tor, dat de tractor in de lano- bouw niet meer gemist kan worden. Maar helemaal en overal gaat dat ook niet op. Het trekpaard wordt od veel bedrijven, bijvoorbeeld in Oost-Brabant, nog gebruikt. Niet zelden met betere resul taten dan op vergelijkbare trekkerbedrijven In bepaalde omstandigheden is het paara economischer en voor bepaalde werkzaamheden beter ge schikt". Landbouwer (ruim 70 ha) en trekpaardenfokker A Brooymans bevestigt dat: „Op een groot bedrijf is de trekKer niet te missen maar het is ook zo dat op flinke bedrijven paarden zeer eoonomisch kun nen werken. Ik ken er wel van 30 tot 40 ha die noe helemaal met paarden werken Je moet dan wel het perso- neelvraagstuk oplossen, met andere woorden een of mee medewerkers hebben. Op een éénmansbedrijf van die groor te kun je met paarden niet af. Op de kleine bedrijven, zoals je die in Brabant treft, wer ken paarden economische' Dat hebben de cijfers uitge wezen. Veel (oudere) boeren geven toe dat ze best terug zouden willen naar het praro maar in een bedrijf waar de tractor centraal staat is zoveel geïnvesteerd dat de terugkeer nauwelijks nog mogelijk is- Jongere boeren de opvol gers zeggen, ondanks de cijfers: je denkt toch niet da' ik nog achter zo'n knol aan ga lopen? Voor hen is de tractor soms een statussymbool". Zelf gebruikt Brooymans wel paarden op zijn bedrijf maar dat is meer om ze aan te spannen. Bovendien heeft hit zonen die hem een handje hel pen- Hij en secretaris Oomen zijn er heilig van overtuigd dat het trekpaard een plaats zal weten te behouden op me nige boerderij. De heer Brooymans trotse eigenaar van de kampioens- hengst (1970) Bart van YViin- gaarden en diens volgende week in Den Bosch zeer kans rijke zoon Adonis van Bleijen- daal, niet zo groot als zijn vader maar ook danig uit de kluiten gewassen De heer Brooymans is eer> geslaagde fokker die zijn suc ces hij zegt het zelf voor een groot deel dankt aan d° reusachtige Bart, die hem uniek in Nederland zeven goedgekeurde zonen opleverde en een stel pronte merries. Al leen al aan de Nationale Kam pioenschappen, volgende week in Den Bosch, doen 11 zeer fitte nakomelingen van Bart van Wijngaarden mee: viif zo nen en zes dochters. Ondanks de overweldigende potentie van deze superman in paardenland zijn de personüi- ke kennis en inzicht van de heer Broymans ook niet vreemd aan het succes. Ten slotte kreeg hij Bart niet zo maar, door het blinde toeval, in zijn bezit. Toen Bairt, jaren geleden, in Goes te koop stond, zag niemand er wat in „Ik had er zin in- Ze zeiden tegen me: wat moet je ermee? Maar ik kocht hem en dat heeft me geen windeieren ge legd, nog afgezien van de spectucalaire opbrengst van één van z'n dochters die op driejarige leeftijd voor acht- mille van de hand gmg", lacht Brooymans die evenveel plezier heeft in de materiële voordelen van de paardenfok kerij als in de paarden zelf. Na het gesprek op zijn boer derij rijdt hij een paar kilo meter met me op om Margriet en Jolanda te tonen die ergens in een weiland grazen. Margriet is een dochter van Bart van Wijngaarden, vijf jaar oud en kampioene van Tholen. Jolanda is zes en Zeeuws kampioe ne. De beide merries geven aan vankelijk niet veel sjoege op de lokroep van Brooymans. „Ze weten dat ik toch niks voor ze heb meegebracht", zegt hij- Maar het is vermoede!i;k vrouwelijke ijdelheid die de beide dieren er toch toe be weegt om tergend langzaam en demonstratief zelfbewust nader bij te komen om zich te laten bewonderen. Prachtige, struise dieren zijn het en je vraagt je af hoe iemend ooit op het idee gekomen kan zijn om uitgere kend een naam als „knol te bedenken voor een zo fraai paarderas- Een merriekenner als Bart van Wijngaarden zo langzamerhand wel moet we zen, mag trots zijn op een spruit als Margriet. Het Nederlandse trekpaard heeft altijd groot aanzien ge noten in het buitenland. Ook nu nog vertrekken jaarlijks tal van paarden naar allerlei lan den- De heer Brooymans, die gemiddeld zo'n 35 paarden op en rond zijn erf heeft, onder houdt lucratieve exportbetrek kingen met een tiental West- duitse brouwerijen. Hij schat het aantal brouwerspaaiden dat in Duitsland opereert en uit zijn fokkerij afkomstig is. op ongeveer vijftig- De brouwerijen maken ge weldige sier met die paarden Voornamelijk om reclamerede nen. Brooymans: „Als le dat niet zelf hebt gezien, dan ge loof je het niet. Zo'n kostelijk gezicht is het. Schitterende tuigen dragen die paarden. Ik zei een-s: zo'n tuig moet bijna evenveel kosten als het paard zelf- Ze lachten om mijn schatting. Terecht, want die tuigen bleken zo'n vijftig mil le per stuk te kosten!". Juist nu de belangstelling voor het trekpaard zich her stelt, zijn de prijzen gaan zak ken. Een vier- a vijfjarige (ge schikt voor werk) kost nu zo'n 3.000 gulden- Vorig jaar was dat nog 4.000 gulden- Hoe komt dat? Brooymans: „De boeren zijn in mineurstemming. Het gaat helemaal niet goed met de'be drijfstak. Dat maakt ook de paardenhandel kapot net als alle markten waarmee de boer van doen heeft"- Van die mineurstemming zal hopelijk volgend week in Den Bosch weinig te merken zijn. Bart van Wijngaardèn, Adonis van Bleijendaal, Margriet en Jolanda van Meerkerken en de ruim 450 andere trekpaarden Rn haflingers zullen er voor een feestelijke show zorgen waarvan het succes verzekerd is. want zegt Brooymans „op Duindigt en andere hippi sche manifestaties worden steeds meer trekpaarden gevraagd voor demonstraties en mét de Friese sjezen zijn het alleen nog de trekpaarden spannen die werkelijk de han den van het verwende publiek op elkaar krij gen"- Hoera voor het trekpaard dus, dat nog heel wat langer zal leven dan het geronk der tractoren ons deed vermoe den. WIM KOCK n.. 'J oe prijsverhogingen, die op 1 september voor lEt '^"ksoorten zijn ingegaan, zit één opnierke- P f',^e pruimtabak wordt duurder. Je zou zeggen, j daar wel niemand om zal bekommeren. at weinigen weten, is dat de consumptie van Wiakswaar in Nederland nog altijd neerkomt 'n s,apeltje van 25 pruimen per jaar per hoofd. zijn we dus niet te verwaarlozen gewoonte 11. is dat nmua.ia. is. Al is het wel zo, dat de verkoop per jaar ongeveer met vijf procent terug loopt. In (965 werd nog 730 ton uitge kauwd en in 1973 was de ver loop gedaald tot 370 ton- Toch log altijd niet zomaar niks: -r is hier sprake van een onnage waai je je gemal.ke- ijk aan zou kunnen vertil i iiitc..-. - zijn schilderijen pit I) lunst vergroten |u# een g""" l «o- Mn i J- zi-in we dus Merliit ."at gemiddelde na- Kk»aa!S-Sleidend' want he1 «th affifEebruik doei I" i" voor bij oude P 4an alleen nol I bi r„ e bevolkingsgroe »to.„ov«ndien doen allee. |Cu" uhe'- Vrouwen late' hun hoofd. Ni," vraag van h« '•IJoen hsdeel te kunne I W "eserveren de Neder Neent M',hrik''",en Uri' tfo aan i!a", 4c totale produk Utj? .^"tabakken. Dat be Kfcljd 'h"1 kauwen op ta en nog steeds eei •n. Trouwens de afgelopen veek zijn er 150-000 pakjes .'art 50 gram verkocht In Ne derland ja. En in de weken daarvóór ook Het is de gewo ne wekelijkse hoeveelheid, die anno 1974 ter vulling van be hoeftige mondholten, over de winkeltoonbanken vliegt- Waar moet dat in 's hemels naam allemaal naar toe? Dat moet naar vissers toe en naar boeren, allemaal Abra ham gezien hebbende, want een heel jonge pruimer Is bij voorbeeld 49 jaar, aangenomen dat die bestaat- Het verschijn sel doet zich dus vooral voor bij twee markante bevolkings groe jien-. Vissers zijn er destijds toe overgegaan, omdat bij het bin nenhalen van de netten liet gebruik van rookgerei maar een lastige aangelegenheid was. Je moest je handen vrij hebben en zo- Wannéér de eerste visser op het idee is gekomen om een prop tabak tussen zijn kiezen te laten be wegen. is niet te achterhalen, maar we mogen er veilig van uit gaan dat het, met het oog op de spuugruimte, op zee ge beurd is- Waarom de boeren gingen pruimen, is ook duidelijk. Bij het werk op het land, met name in de nabijheid van hooi, was roken, gezien het brandgevaar, uiteraard ta boe- Overigens werd er ontzet tend veel gepruimd bij een nog andere, bijna verdwenen volksgroep: de mijnwerkers. Die mochten, daar beneden in moedei aarde, gedurende hun gehele werktijd volstrekt niet roken- Toen de mijnen gingen sluiten, zagen de producenten hun verkoop van pruimt al''' oiotseling achteruit hollen- Maar goed. wie per se wii pruimen kan het nog- Er zijn zelfs allerlei soorten pruimta bak te koop. Je hebt de gekor ven, grof gesneden soort, er is de droge gesponnen variëteit ln de vorm van pruimrolien en er bestaat ook natte pruimta bak, bijvoorbeeld in de vorm van blokjes- Dit alles wordt nog onder scheiden in lichte en zware produkten- Om het allemaal voor de pruimer tot een deli catesse te maken, wordt er stevig gesausd, meestal met laurierdrop, maar ooi wel met honing, caramel of palmsuiker- Het belangrijkste criterium bij pruimtabak is, dat het blad stevig moet zijn en kieshou- dend: er mag geen papje ont staan in de mond. De prop moet veerkrachtig zijn en vol gens de grootvader van ten kennis van ons. die een door winterde pruimer is, moet die prop ook kunnen gróéi- en- Want wat doet die man? Hij consumeert zijn dagelijkse portie aanvankelijk ter grootte van een goed uit de kluiten gewassen druif. Uiteindelijk, na regelmatige bevoorrading gedurende de dag zijn zijn pruimen niet onaanzienlijk ge groeid- Ze zijn dan wel ais eieren zo groot- Vroeger wierp hij dat forse kauwrestant 's avonds in de kolenkit. Maar sinds die op de rommelmarkt terecht is geko men, rolt hij de pruim op last van zijn vrouw in een oude krant om dit pakketje vervol gens in de vuilnisbak te laten belanden- Want tenslotte is pruimen vies. Dat vindt ook onze natio nale rookbestrijder dr- I, Meinsma. Hij vindt het rond uit smerig, maar geft wel toe dal het minder ongezond is dan roken Dr- Meinsma: „Ik zee bii miin voordrachten tegen de jeugd wel eens- als je dan toch nicotine nodie hebt, ga dan pruimen- Er ont staat dan tenminste geen long kanker veroorzakende teer- Gelukkig vinden ze het vies, evenals ik. Maar strikt geno men is de kans op longkanker voor een pruimer nihil. Bji het roken ontstaat teer, bij het pruimen niet. Wel komt er bij pruimen nicotine in liet bloed via het mondslijmvlies"- Nu kun je wel over pruim tabak schrijven, maar als je het niet geproefd hebt, schiet je tekort- Dus heb ik een pruimpje geprobeerd. In de buurt van to'let en bootsteen Ik had twee pakjes gekocht, nog tegen df oude prijs, dr pen van de lichte soort, df mder zwaar. Om de smaal iiet te verknoeien bouwde i1 *erst van de lichte een voor 'iehtig klein halletie Toen il 'iïtgekauwrd was en dat wac nl gauw kwam de zware tui de beurt- De lichte viel aanvankelijk tegen- Hij was flauw en wei nig pittig- Maar al snel ont stond er een scherpe peper achtige smaak, die ook na het uit de mond verwijderen van de tabak, een tijdje de speek- se'klieren bleet prikkelen. Meteen voller van smaak was de zware- Die was ook zoeter en ik vond hem lang zo scherp niet als de lichte- Het was voorts erg moeilijk om tijdens het kauwen je slik- neigingen te bedwingen. Zo eenvoudig is pruimen nu ook weer niet Maar het ergste was de nasmaak. Een gruwel- Want ik heb die pruimtabak nu wel geproefd, maar ik vond hem. eerlijk gezegd, niet om te pruimen Er waren twee kussenties kauwgom voor no dig om dit ^m^'r^uveJ te ver- hptnetl- Ik heb mijn twee beschei den pruimpjes dan ook niet laten groeien. HEIN SLUIJTER KUIISl vc&-~ ijkt daarbij een g „(t beide vo gnde ae )e Dnli) en

Krantenbank Zeeland

de Vrije Zeeuw | 1974 | | pagina 21