Muzikale achterdeur van de gemeenten POETRY-LABBEKAK Wat is werkelijkheid? De enorme wereld in Kafka's hoofd 6 NIEUW 0? DE PLAAT Rijd. berg MUZIEKSCHOLEN MANIFESTEREN Duitse tekeningen 1400-1700 n' cultuur xpositie ^"|^)ijdschrift ioek ota bene Maximum snelheid cararans ii buifenlan< door JAN EDIN1? m m jb $cPaaoan fe' fe fe NATUUR en sculptuur W; Gees van den Benglh; Jan As jes van Dijk, Jam Mulder, Godfried Pietera en Toon Sie gers exposeren plastieken in de tulin van Kunstzaal De Ho ge Hees, tussen Steensal en Bersel- Tot 25 aiug. UITREIKING verlote prij ken aian nieuwe abonnees Openibaair Kunstbezit op 29 ju ni, 11 uur in Beursha'ile te Brugge. Werk van o.a. Over mans, Bonies, Ha vet:J en Mui kers. Kunstzinnige kader: Brugse Triënnale 22 juni 1, sept, met ca 40 Belgische kun stenaars (o.a. De Keyser, Ba- namarenko) en expositie Meesterwerken uit Praag 29 juni, 20 okt (o.a. Geertgen tot St. Jans, Alb. Guyp, Jan Steen. G. Terborchl. CHOBEOGRAFTE-mani- festatie van Stichting Dans- oontaot met Blanda van Dillen, Amy Gale. Johan Kos, Ton Simons, en Pajul Versteeg op 7 juli in schouwburg Amster dam, Herhalingen: 9 juli in schouwburg Tilburg en 10 juli in De Lantaren, Botterdam. JAN van Leeuwen, kera miek, Jan Zembsch, sereens, Rinie van Dijke, objecten en Miems van Citters, beeld houwwerk, van 28 juni tot 12 juli te zien. Kerkstraat 3. Burfih. WIM de Graaf Breda, ex poseert schilderijen dn de Kiiie- kenhoeve te Éssen (Belg). Van 29 juni tot 7 juli. Dage lijks 10—18 uur. weekends 1120 uur. De meeste muziekscholen zijn financieel van de gemeen te afhankelijk. De financiële positie van de scholen is be nard. Toch wordt in gemeente raden de vraag gesteld: Waar om subsidiëren en waarom zo vervloekt hoog? Om daarop een antwoord te geven en om leerlingen en docenten van muziekscholen in een inspire rend contact met elkaar te brengen organiseert de stich ting Gemeentelijke Cultuur fonds door het gehele land een tiental manifestaties van on derwijs aan muziekscholen. Vandaag om 14.00 uur vindt er een plaats in De Stoelemat te Bergen op Zoom (deelname muziekscholen Roosendaal, Bergen op Zoom, Oudenbosch, Dongen, Etten-Leur, Tilburg, Uden, Waalwijk, Oisterwijk, Goirle en Oosterhout) om 19.30 uur in de schouwburg van Eindhoven is de volgende manifestatie. Zo schetst de se cretaris van het fonds J. Hof- tijzer te Den Haag de achter grond van deze manifestaties. Hij heeft de meeste in het land bezocht en voegt eraan toe: „Mijn lekenindruk is, dat de manifestatie in Terneuzen er tot nu toe uitsprong door het grote enthousiasme en het gedisciplineerd luisterende pu bliek; vooral het kinderkoor uit Goes en liet Zeeuws Jeugd Orkest maakten daarbij indruk''. „De meeste muziekscholen worden met kunst- en vlieg werk overeind gehouden", zegt hij. „Met deze bijeenkom sten willen wij een mogelijk heid scheppen voor een extra dimensie aan het werk daar verricht. Zelf zijn ze financieel daartoe niet in staat. De gemeentetoesturen hebben toch al het gevoel dat ze (te) veel moeten subsidiëren aan deze instellingen, zodat er vanuit die hoek ook geen financiële bijdragen hiervoor te ver wachten zijn. Als Stichting Gemeentelijk Cultuurfonds, opgericht door de rev. Bank voor Nederlandse Gemeenten dat laatste moet er wel bij, want anders was het niet mo gelijk geweest meenden we daar iets aan te moeten doen. We wilden daarbij echter niet het voorbeeld van onze zuster vereniging in België volgen, waar het wedstrijdelement, de concurrentiestrijd, meespeelt. Het wedstrijdkarakter wordt bij ons vermeden. Ook de lan delijke bijeenkomst als afslui ting ontstaat niet door selectie op prestaties, maar door het maken van een staalkaart waarin alle regio's op een af wisselende manier vertegen woordigd zijn", zegt de secre taris. „Het vorig jaar hebben we enkele proeftajeenkomsten ge houden te Breda (toij het af scheid van directeur De Braai), Zaandam en Hilver sum. In de praktijk blijkt", aldus Hoftijzer, „dat ze zeer inspirerend werken op leerlin gen, docenten en niet minder op de uitgenodigde gemeente besturen". Voor het aanwezige publiek zijn de presentaties uitermate geschikt om op de hoogte te komen van het on derwijs der muziekscholen. In hoofdzaak gaat het daarbij niet om individuele prestaties der leerlingen maar het accent ligt op het ensemlblespel. In Bergen op Zoom treden o.a. op vier orkesten, waarvan twee met solisten, een gitaarduo met gitaarorkest, een blok- fluittrio en een klarinetensem ble. In totaal ongeveer 250 uit voerenden. Uitgevoerd worden werken van o.a. Mozart, Gershwin, De Sutter, Corelli, Grieg, Bach en Quanz. Pro jectleider namens de stichting is dr. J. Danisbas en de mani festatie te Bergen op Zoom werd voorbereid door de muziekschooldirecteuren van Roosendaal, Oudenbosch, Ber gen op Zoom en Dongen. De toegang is gratis. Het is daar bij te hopen, dat alle gemeen tebesturen die met muziekon derwijs in deze streek te ma ken hebben en welke gemeen te is dat niet? vertegen woordigd zijn. HE. „Dat zijn de feiten. Dat is de realiteit". Hoe gemakkelijk wordt dat in een gesprek niet gezegd. Maar de feiten en de realiteit bestaan niet. Er is altijd sprake van een realiteit of een feit in relatie tot KIJ KEN NAAR DE WERKE LIJKHEID is dan wel een aar dige titel voor een opvallende tentoonstelling met ruim hon derd schilderijen en objecten van zeventien zogenaamde Amerikaanse hyperrea listen en achtentwintig Europese re alisten in het surrealistisch museum Boymans-Van Beu- ningen te Botterdam. Hij is niet minder pretenitius. De werkelijkheid wordt hier ge makshalve synoniem gesteld met het precieus copiëren van delen uit het dagelijks leven. Mogelijk als werktitel bruik baar. Het is overigens een intrige rende tentoonstelling, waarin een omvangrijk overzicht van dit verschijnsel te zien is. Een verschijnsel, dat o.a. via de popart de laatste jaren al3 re actie op het abstracte (ook een vorm van werkelijkheid) in de belangstelling staat. In '72 toonde het Van Abbemuseum in Eindhoven de tentoonstel ling Relativerend Realisme, waarop oak Kacere, Salt, Bra vo, Hofkunst, Gnoii, Sanders en Gaflgen te zien waren; ga lerie Mofcum kwam met Vijf tig jaar Nederlandse realisti sche kunst; de Toer- in Noord-Holland voriig jaar heet te Vervreemding, vormen van realisme in de beeldende kunst etc. Kortom: realisme elaat de klok. Wat daar Jan ook onder verstaan mag wor den. En in Rotterdam zijn er heel wat gezichtshoeken, waaronder de verschillende artiesten die zogenaamde rea liteit bekijken. De Amerikanen zijn daarbij de meest uigesproken maat- schappijtooodschappers In het verlengde van de popart. Zij maken via Madam Tussaud- achtige beelden en het overac- oenitueren (hyper) van (aso ciale gebeurtenissen, de ons omringende wereld tot een op geblazen ballon waarbij de toe schouwer in staaf geacht moet worden er zélf een speld in te prikken. Bij de Europeanen blijft toch het estheticisme of de literaituur de boventoon voeren; ze isoleren ook vaker details uit de werkelijkheid. Het mogelijke vervreemdings effect wordt meestal toch 0 Net echt. Twee beelden van Duane Hanson. Johan Liss: portret. Je kunt de confrontatie met het realisme in miuseum Boy- mans-Van Beundngen te Rot terdam nog voortzetten bij de tentoonstelling DUITSE TE KENINGEN 1400-1700. Het prentenkabinet ligt als een co con temidden van de werke- lij-kheddskijkers en het is een treffende ervaring daar zo maar binnen te lopen. Een fij ne expositie met 82 tekenin gen. Aanleiding is het ver schijnen van de oatalogus Duitse Tekeningen 1400-1700 in de verzameling Boymans- Van Beuningen; de vierde in een reeks. De gecatalogiseerde tekeningen worden getoond, aangevuld met exemplaren uit het Rijksprentenkabinet, Pren tenkabinet universiteit Leiden„ Teylere Museum en de Fonda- tiern Custodia (coll. F. Lugt) te Parijs (met apparte oatalogus supplement), zodat een vrij representatief beeld over deze periode ontstaan is. De catalo gus is een fijn informatief boekwerk geworden waarin je alleen nog wat meer kleur en een index zou wensen. Duitse tekeningen zijn een tamelijk verwaarloosd gebied, waaraan Boymans iets gedaan heeft. Natuurlijk zijn b.v. DüreT met zijn sierlijke grafi sche wetmatigheden en Hans Holbein de Jonge met zijn transparante zuiverheid alom bekend, maar de rest is voor de experts. Dürer is vertegen woordigd met twaalf tekenin gen en van Holbein is er een niet zó representatief ontwerp voor een glasraam. Maar dan zit je al in de 16e eeuw. Behalve de met naam genoem de Martin Sohongauer (met een prachtige man met tul- barnd)' is de rest anoniem of voorzien van noodnamen als Meester van de Draperiestu dies en Meester van Gross- main. Opvallend uit de 16e eeuw zijn ook enkele boeken uit de voormalige bibliotheek van de humanist Pirckheimer, voor zien met miniaturen van Dürer. In de algemene be kendheid uit het hoogtepunt 16e eeuw deelt uiteraard ook Grünewald, van wie een voor studie voor schilderij: Maria met kind. Verdere namen (en werken) om te onthouden: Hans Baldung Grien (Madon na), Jörg Breu (Marcus Curti- us)', Barthel Beham, Urs Graf en Heinridh Aldegrever. om een greep te doen. De 17e eeuw, waarin de functie van de lijn steeds meer vervloeit naar het schil derij toe, leverde voor deze expositie veel op wat nog maar zelden zo op een rijtje gezet is voor deze periode. Namen als Hermann Weyer, Hans Werl, Ottmar Elliger de Jonge, Heinrich Roos, Zehen- der Wenzel Hollar, Joachim von Sandrat e.a. zullen de meesten waarschijnlijk weinig zeggen,maar er is van hun handen dikwijls vooral ico nografisch interessant en soms DE REVISOR 4-5: Een aflevering met een opwaartse lijn en iets meer eigen gezicht. Chomsky's gedachten zijn nog al utopisch concludeert G. Booij aan het slot van zijn bijdrage over Noam Chomsky: taalkundige, rationalist en po litiek filosoof. Leo Ross zit bewust met hoofdstuk X van Multatuli's Max Havelaar (tirade van Batavus Droog stoppel tegen Heine's Auf Flügeln des Gesanges) in zijn maag en knoopt daiar in „A- dinda aan de Gangesenkele gedachten vast. H. Verdaas donk maakt Lectuurnotities bij Wolf Wondnatschek (zij tekstopvatting) Paul van Beers gaat in op lonesco's Le Solitaire, waarvan in het na jaar een Nederlandse vertaling verschijnt. Ron Kaal heeft een gesprek met de „dubbelschil- der" Jochem en Rudi Van de Wint over zijn werk en plaats binnen de beeldende kunst. Nieuwe Verhalen zijn in deze aflevering te lezen van Arion, Donkers, Kooiman. Matsier, Mieijsing, Van der Pijl, Romijn Meijer, Verstegen en Van Weerlee. Poëtische bijdragen van Kopland, Groot. Fokkema, Herzeberg e.a- In een adver tentie vraagt de Bezige Bij rich nog steeds af wie J. Rit- zerfeld (Anima) is? Vraag het nu Oscar Tiinmers zelf eens. Hij is in de buurt (De Revi sor, postbus 6176 Den HaagT. Het is deze maand vijftig jaar geleden, dat FRANZ KAFKA stierf. Er zijn weinig schrijvers uit het verleden, waarover zo onophoudelijk zo- velen zich het hoofd gebroken hebben. Kafka heet een duis tere schrijver te zijn maar is het niet de duisternis in de mens zelf, die hij in zijn ge schriften in beelden tracht te beteugelen? Het Proces, Het Slot, Amerika, zijn verhalen en brieven waarvan Neder landse vertalingen bestaan worden steeds herdrukt en door duizenden tóch weer ge lezen. Waarom? Die boeiende, bijna mystieke duisternis wordt nog versterkt wanneer je rijn niu in het Nederlands (vert. Nini Brunt uit het Duits) verschenen DAGBOE KEN en Reisdagboeken (uit. Querido-2 511 pg. f 45) leest. Ze geven je iets van de con text van zijn bestaan, waarin zijn andere werken ontston den. Ze lopen van 1910-1923. Kafka werd 41 jaar en stierf aan tbc. Een bewust en eerlijk door leefde worsteling was zijn le ven. Je zou er zelfmoord uit kunnen verwachten. „Bijna zelfmoord niet naar de syna goge te gaan", luidt ergens een losse notitie. Kafka, die zegt „het grensgebied tussen eenzaamheid en gezelschap heb ik maar uiterst zelden overschreden", wist zich ver bonden met het jodendom -r- ook al had hij zijn bezwaren op een wijze, die hem niet helemaal liet verzinken in een moordende eenzaamheid. Na tuurlijk is het waar, dat de literatuur, het schrijven hem op de been hield, omdat hij geen aansluiting vond bij de dingen, die „normale" mensen doen, het „huisje, boompje, beestje", vond hij dijkwijls wel aantrekkelijk, maar even zeer moordende voor zijn ei gen individualisatie-proces en daarom voor hem niet zo „nor maal", „Van de literatuur uit be schouwd is mijn lot hoogst eenvoudig. De neiging om mijn gefantaseerd innerlijk le ven uit te beelden heeft al het andere naar de achtergrond gedrongen en het is op eet verschrikkelijke manier aan getast en vervalt meer en meer", schrijft hij. Literatuui en dagboek zijn voor hem eei vorm van leven geworden Maar daar doorheen speel zijn verbondenheid met he Jodendom in het met golem mythe geladen Praag (Ook a is Meyerinks Golem niet zo'r beste afspiegeling ervan, he' geeft te denken dat ook jui? het laatste jaar dit boek wee in een Nederlandse herdru verscheen) Beide elementei bepalen bv. de inhoud van eer- uitspraak als: „Als ik r-eroor- deeld ben, dan ben ik niet alleen tot het einde veroor deeld maar ook veroordeeld mij tot aan het einde toe te verzetten. Alleen het Ou de Testament ziet niets meer erover zeggen". Het dagboek geeft een groot aantal reflecties van Kafka vanuit deze worsteling en niet zozeer vanuit een duide lijk omlijnd mens en we reldbeeld op gebeurtenissen in zijn leven. Omdat „de" werkelijkheid, het transforme ren daarvan naar hallucineren de beeldenreeksen, aanzetten tot zijn vertellingen, dromen van zichzelf en anderen etc. dooreen lopen is het leven er- van tegelijk een boeiende en moeilijke bezigheid. Als historisch document voor bepaalde feitelijkheden is het ook wel interessant, maar je moet geen duidelijk tijds beeld verwachten. Het vertelt over zijn ouders, zijn zusters, verloofde Felice Bauer, het (Joodse) theater van die da gen, zijn lievelingsliteratuur, zijn werk op de bank (als jurist) en de (familie)fa- briek, vrienden (Brod, Werfel e.a.) maar het gaat niet zozeer om die feitelijkheden als wel -m zijn reacties er op om „de enorme wereld die ik in mijn toofd heb". Maar tevens om sijn poging zich daarvan te cevrijden zonder verscheurd te worden. „Schrijvers praten stank" is een van zijn eerste ipmerkiïigen. Ik zal me niet wagen aan :en exegese van Kafka's tekst n verband met zijn andere literaire werken. Wat me per soonlijk het meest geboeid heeft in dit dagboek in de totale leefsfeer, die eruit spreekt en die je toch wel zij het misschien alleen ge voelsmatig, maar dat is al heel wat in staat stelt, zijn an dere boeken beter beleefbaar te maken. Een gevecht met de (zijn, onze?) werkelijkheid. De rest is voor filologen, psy chologen, filosofen, en andere ogen en ofenDe emotio nele vervreemding van „het" leven, die Kafka oproept zal nooit helemaal rationeel te ontvreemden zijn. H.E, Aoh, zo moeilijk is het niet. Je hebt schrijvers, dichters en critici, die elkaar goed ken nen; in dezelfde café's dron ken worden en elkaar voort durend vriendelijk over de bol aaien. Of niet natuurlijk, en dan wordt het pas echt leuk. Een keer per jaar komt deze letterlievende kliek bijeen op de vooravond van Poetry In ternational in de Doelen te Rotterdam. Daar treden een aantal Nederlandse dichters op, die te licht bevonden zijn om tijdens het „echte" festival verzen uit eigen werk te reci teren. Zo'n avond mag je niet missen. Trouwens, als het om middelmatige poëzie gaat, is mij werkelijk niets te dol. Zo'n openingsavond lijkt op gezet te zijn om in de stem ming te komen. Dat lukt aar dig, ais bijvoorbeeld Hans Dorrestijn op de piano gaat rammen en vrolijk lachend zijn grote-mensen ellende uit Bofkont bezingt. Of als Rutger Kopland zijn ontroerende moestuinen, met piepers voor de winterdag weer tevoor schijn haalt. Voor de rest: lab bekak en dichtersgeknoei. Een aanwezige presteerde het om tijdens het optreden van Arie van de Berg plotseling Bull shit" te schreeuwen, maar er kwam uit de zaal geen reactie. le in het privé zwembj een rijke kunstlui.s uit 7 met bier en al het WJ tuimelde en dat h» kwam met de woorden or not to bop, that's k Hans Verhagen loopt lend met een bandrj rond en interviewde Griensven tot twee mil Komrij liet zich ontvalU hij de enige dichter v3 festival is die niet staat in de speciaal vootl try International ve,3" aflevering van Gedicht i ge Bij). „En dat, terw toch op goede voet alle groten der aarde". De eerste buitenlands] men binnenvallen. Dc overheerst door een vorm van Schöngeisterie of bij enkelen door een slechte schildertech niek (ze doen zichzelf wel wat aan). Ergens blijft het toch een variant oip het surrealis me, dait de vervreemding als het ware buiten ons zichtbare bestaan legde, terwijl bij de ze (hyper)realisten de ver vreemding binnen ons dage lijkse leven (de schijnwereld) wordt gehouden. Landschap pen, etalages, architectuur, straten, mensen etc. min of meer (vooral meer) uiterst nauwkeurig gesdhilderd en door de directe waarnemng heen stotend, confronteren je pijnlijk (soms) met de wereld waarin wij leven. Namen van artiestenArtsehwager, As- mius, Blankert, Gottingham, Gramatzki, Hanson Jones, Klapheak, Klasen, McLean, Moninot, Salt, Syaiger, Ulrich e.a. behalve de reeds genoem de. Een tentocmstell' ng om naar te gaan kijken (tot 18 augustus). H.E. Toeristen als (spiegel) beeld nan een werkelijkheid. Beleefd applaus, dat wel, zelfs voor Arie. Er wordt in Neder land meer afgedicht, dan een normaal mens zou vermoe den. Voor het eigenlijke festival werden lien Nederlanders uit genodigd, waaronder Komrij, Sjoerd Kuyper, Ten Berge, Xeeltje Maria Min, Gelder blom en Wim de Vries. Gel- derblom hoort sowieso niet op het festival thuis en over Wim de Vries mag je niets onvrien delijks zeggen. Maar om eer lijk te zijn: deze arbeider weet best zinnige dingen over de maatschappij te zeggen, maar zijn eerste gedicht moet nog uit zijn pen vloeien. Maar goed, de familie is weer verzameld, en snuifelt langs de boekenstands. De eerste vrolijke verhalen ko men los. Dat Marcel van Mae- Festival-dichter Sjoeril per. man Eugène Guillevic bij in Kuypers poèmes aim de vertaalster Jana BelL wordt omhelsd, want iedd heeft veel met haar jaar geen Ted Joans en f Brian Fatten, maar Mitbell en Christopher ij Dat zit weer goed. Er 1, het echte festival niet," gaan. Vandaag, is de AHe dichters treden voo laatste keer op, de elite i valgangers ondergaan nogl keer de wonderen der sdl poëzie. Het eerste lustrum! Poetry International is zien. Op zo'n openingsavond I je alleen verzuchten: ach, I de Giza Ritschl, de mo] der zondagsdichters nog l Dan had er het er een j anders uitgezien. JOHAN DIEPSTEAjj ook fraai werk te zien. Apart te noemen rijn b.v. nog de twee erg mooie bladen van Maria Sibylla Merian en de twee tekeningen van Johann Liss. Wat er met pen, stift en krijt in deze eeuwen vanuit Duitsland naar Rotterdam kwam blijkt de moeite waard; meer nog dan vorig jaar, bij Duitse tekeningen uit de 19e eeuw. Zeker is de expositie boeiend in verband met de aangrenzende „Realiteits"-ten- toonstelling, maar die reactie laat ik liever aan u zelf over. (Tot 14 juli). H.E. Bijna honderd jaar geleden, op 14 juni 1876,, beleefde de Parijse opera de première van een nieuw ballet van LEO DE- LIBES: „SYLVIA" in drie ac- tes en vijf tableaux, gebaseerd op een scenario van Jules Bar bier die als een ervaren libret tist (o.a. van „Mignon" en „Faust" van Gounod) bekend stond. Louis Mérante tekende voor de choreografie. Als fun dament voor Barbiers verhaal diende een mooie idylle van de zestiende eeuwse Italiaanse dichter Torquato Tasso. Heer lijke romantiek, door Delibes hoogst melodieus verklankt, werd door Richard Bonynge en de New Philharmonia voor de eerste maal integraal en met veel nuances opgenomen (DECCA SCL 6635-6 2 LP f 49,80). Kennelijk voorkeur hebbend voor de Franse orgelmuziek presenteert de Engelse orga- niste Gillian Weir zich met een tweede plaats met werk van Couperins tijd- en geest genoot LOUIS-NICOLAS CLé- RAMBAULT. Zij speelt op het orgel yan de St. Leonard Kir- che in Bazel. De twee suites die op deze plaat staan geven weer welk een vakman (voor namelijk Parijs organist) Oté- rainbault was en Gillian Wen' maakt dat in haar reproduce- rend-scheppende wijze zeer duidelijk (ARGO ZRG 742 f 24.90). Leopold Stokowski, de hoog bejaarde maestro die onver droten doorgaat met het ma ken van platen heeft zich, naast de waardering van pro pagandisten en liefhebbers van de moderne muziek voor zijn werk ten bate van deze muziek ook de minachting van velen op de hals gehaald met zijn orkestraties van BACHS ORGELWERKEN. Maar het waren juist die bewerkingen die veel hebben bijgedragen tot de pomiiairiteit die het werk van Bach thans geniet. Toen Stokowski lang voor de Tweede Wereldoorlog zijn be werking maakte was met na me Bachs orgelmuziek vrijwel vergeten en door die bewer kingen kregen composities als de Passacaglia in c ,de Toccata en fuga in d en de Koraal- voorspelen „Wir glauben all'- an einen Gott, Ich ruf zu dir, Waehet auf. ruft uns die Stimme", en „Aus der Tiefe" grote bekendheid. Die Toccata en fuga, die Passacaglia, kn- raalvoorspelen en nog meer bekende zaken heeft de Grand Old Man weer eens voor D«c- ea gesneeld. mef de Tsjechi sche Philharmonie. in Phase Four Stereo (DECCA PFS 4278 f 21,-) De geest van het Franse Fn fant terrible ERIK SATTF (1866—1925) en die van ziin bewonderaar DARIUS MIL- HAUD zijn vertegenwoordigd op een tweede PFS-plaat in de Phonogram release. The Lon don Festival Players spelen onder leiding van Bert Herrmann (die op vorige ten al vertrouwdheid mei Franse impressionisten I de) balletmuziek. Music muziek en muziek die spronkelijk voor pantoi was geschreven maar Milhaud al in 1926 werd kestreerd voor het Ra Ballet („Jack in the Van Milhaud helemaal zelf t de danssuite Saudades do sil uit 1921 (Ouverture, twaalf dansen) geschrevet het bezoek van de compL aan Brazilië. Jij noemt lot j „geïdealiseerde potpourri moderne zuidamerikaanse I sen". (DECCA PFS 4286 f2 Haar vaste begeleider, toil Baldwin en het Engels merorkest onder Iido de staan Eliy Ameling terzijde een gloednieuwe MOZART| name waarop lang is gewil Nederlands beste sopraan zi. opera-aria's en concert-aria'si bewijst daarmee opnieuw I bijzondere kwaliteit. 0pg« men zijn aria's uit Ie Noza Figaro, Cosi fan tutte, Don ovanni en een aantal conct aria's. Zowel La Ameling j Edo de Waart werden jaar toegejuicht in het Yorkse „Mostly Mozart"-iel val, Elly voor haar vertol! van Mozart liederen, en als gast bij de symtonieotL ten van Chicago en Los All les (Philips 650(1 544 24.90). Eerste uitgave in een rt, HISTORISCHE ORGELS Vil EUROPA De Alpenlandi AHe werken zijn geschri in de periode tussen zestiel en achttiende eeuw. waai voor deze platen zoveel mof lijk de „klankkleur" van composities van o.a. PachelR Newman, Ammerbach, FtoM ger, Eberlin, Krebs. Muf e.a. in overeenstemming is I bracht met die van het m Of, anders gezegd, veel posities werden geschn voor de orgels, waarop ze nu uitmuntend door Leonhardt tot uitvoering den gebracht. Uitvoerige kumentatie over de insfmmfl ten vindt men er bij. Het r om orgels in Italië. Zvit land en Oostenrijk, in le111! zes. (Philips 6775 006 21?I 39,- (Seon-serie). In de rij van Zuidnederlai se componisten uit de vijfWj de eeuw neemt Josquin 9" prez een van de belangrijk plaatsen in. Zijn stijl niet alleen -groot vakman?®' maar ook een bijzondere a voor melodie en klank, ia»1 ca. 25 missen, ongeveer M motetten en zestig 'hans»' die hij schreef is in een ''u"j belalbum een keus aangevuld met nog enne zuiver instrumentale De uitvoeringen berusten dc Capella Antiqua München, die oa. aan het te Josquin congres m ik| York van 1972 een belang bijdrage leverden 5 6775 005 2LP f 39,- <»e serie). eindredactie; henk egbers^ In 'en groot aanta ropes landen geldt rijde met een caraval zelfd maximum sn< als n Nederland, n.l 80 lm. per uur. Ii aanil landen is echtei 80 lm. per uur niet I stan, in weer anderi deigeldt geen maxim Hl navolgende lijstjej terake uitkomst: Natuurlijk is het te dc oer te praten (maar he hurtdat mensen een yken nadat ze hun rijt Ebben gehaald met eer •laden auto (soms zelf? •n aanhanger erachter) erden kilometers gaan i aar verre vakantielande waasheid daarvan moet erstandig mens zonder nzien. Ook ervaren automotor :ien er echter vaak tege enge vakantierltten te rr gn vooral wanneer di bergtrajecten overwonnej moeten worden. Toch bef het rijden in de bergen L onoverkomelijke problem! te leveren. Een algemene y regel voor het rijden in d« gen is: tijdig terugschal] d.w.z. voordat de motor q te stoten; kies dus zoveel gelijk het juiste toerentl aarzel niet bij een steile? ling terug te schakelen I de eerste versnelling. BI dalen niet in een te hoger snelling rijden; veelal z| tweede versnelling ge| moeten worden. Wordt er met een cal of andere aanhanger gel dan is het zaak te wet! de auto de zaak wel kanj ken. Op vlakke wegen z| combinatie gewoonlijkl veel problemen opleveren ders wordt het wanneer en aanhanger de bergej moeten. Is de auto dan den de maat dan kan del fout lopen. Als minimuf voor het rijden in de wordt aangehouden dal auto in staat moet zijn o| helling van 12%> op ong^ 2000 meter hoogte in de versnelling weg te rijdel de ANWB kan men u al hand van gegevens oveT auto en aanhanger veil hoe groot het maximald lingspercentage is dat da kan verwerken. I Ook als de combinatie; is kan men toch voor p| men komen te staan, die i met enige kennis van kunren worden opgelos| wel voorkomen: 0 stop nooit op een steill ling, de kans is groot I dasrna de combinatie I meer in beweging krijgt,I rijdt in de eerste versnel 4 om te vermijden dy koetwater bij bergritter Op Hemelvaartsda is dag gehouden wa*>Ü ere-klasse vertegerroord In deze poule is Ivent' naar geworden vóó R.D.c uit Amsterdam. De verrassende ltslag de overwinning yn drs. dreas Kuyken, warbij K ling nam die nir oud burg is genoemd. Deze interessate parti; Wit: Kuyken; wart: Rc 1. 32—28, 19-23; 2. J 10—14; 4. 35—3 20—25; nodiging OU1?1. ?en, komen. 5. 33—0, 11 "J9; 10—14; 8. 45-0. 17—22; 11—17; 11. 30-24, 19x30: stelling is ni/oltooid zon de bestaandeheorie over 611; 14. (—38, 17—2 50—45, 11—4; 17- 46—41 Terecht zoy zwart er stc blijft in griil van de aa 19. 4741 22x31; 20. zwart aanV't de gdegen opstelling-® v®r^ceken, (611) 2819 (1822) 27X voordelige voor wit te zij j 11 mm jê m i S k WK

Krantenbank Zeeland

de Vrije Zeeuw | 1974 | | pagina 20