DUKTIE-
'EWERKER
Bode Picasso
een amulet
voor het leven
nderwijzerf
Vraag naar advies
aanbod overtroffen
Grootworden in oost
en west gekkenwerk
Milieu bewuster leven
met Greet Bucliner
ROES VAN
OPSTAND
ik Nederland
en in de |eef(
k Nederland B,|
AWRÉ MALRAUX SCHREEF OPVALLENDE BIOGRAFIE:
■RWIJZER(ES)
ente Borsele
MEDEWERKER
S 'i
ïSjmmu Kl.,
m
kunst
cultuur
1
iENTE
rRSWAAL
SOBERDER
LEVEN
COMPOST
MAKEN
MOOI
LICHAAM
t eenmalige bedrukte
livelindustrie.
In verband met de steeds
de uitbreiding van de M
wordt contact gezocht
■2 tot 35 jaar
de functie v»i
Personen met enige teehniscv,
I ring genieten de voorkeur
I De werkzaamheden worden it
I 2-ploegendienst verricht,
I Sollicitaties kunnen schriftei; f
I richt worden aan:
Mr. F. J. HAARMANHEG n
TERNE IJZEN
Ipenbare basisschool te Kruim
|l augustus 1974 gevraagd een
fk zij die dit [aar examen doenl
uitgenodigd te solliciteren. I
worden gaarne verstrekt dool
[school, de heer A. J. Brugge,<J
Ie bereiken onder nummer Oir
liten schooltijd onder nummerOI
binnen tien dagen na het vei
It blad te richten aan burgera
pers van Reimerswaal, Markt!
(Van onze correspondent)
PARUSHet nieuwe boek van André Malraux (en een nieuw boek van Malraux
it tltijd een internationale sensatie in de goede zin van het woord) begint met het
bellen van de telefoon. Jacqueline Picasso belt vanuit Mougins- Zij wil, dat de schil
derijenverzameling van Picasso (beter gezegd: de kunstwerken van zijn vrienden die
J£|tijdens zijn leven verzameld heeft en die hij aan de Franse staat schenkt) in één
den die Picasso daar tijdens zijn leven in den die Picasso daar tijdens zijn leven in
genen had. En daartoe heeft zij, Jacqueline Picasso, de raad van André Malroux
nodig. Of hij bereid is naar Mougins te komen?
André Malraux: een zienersoog.
O
Aan de openbare school voor
lager onderwijs „De Oosterbi
Hooge Meestraat 4,
WORDT GEVRAAGD
m het bezit van de aantekai
Toor onderwijzeres is bovenÖ
lantekening k vereist.
Iet hoofd vain de school,
J. Kampman, verstrekt
die gewenste inlichtingen.
lijn huisadres is: Abelenlaait
telefoon school 01180 - 7620;
huis 7871.
binnen 10 dagen na het versdi
in te zenden aan burgerlied
Hij i« bereid en vliegt naar
Mougins en daarmee begint
„La Tête d'Obsidiienne". De
leaer wordt aan het begin van
het boek erop gewezen dat dit,
evewls „Les Chênes qu'on ab-
at" et „Roi, je t'attends a Ba-
bylone..." een fragment is van
„Lefcfflnps des Limbes" (mis
schien; misschien vertaalbaar
met|„Stonden in het Voorge-
botgte' en waarvan het eer
ste Bee! onder de titel „Anti-
méiioires" gepubliceerd werd
en Braaivan het tweede de
rtaatn „Metamorphoses" zal
dragen.
Ma.faux heeft het zijn lezer
nimmer gemakkelijk gemaakt
Z.eifeelf evenmin. En hij ver
maakt. er zich enigszins mee
sporen uit te wissen, valse
s;>>:en te maken: hij gooit
plannen em voleinde projecten
dooïelkaar, delen van gehelen
en voorgoed in de steek gela
ten ppzetten en veronderstsl-
Er zijn werken van
waarvan alleen het
tord bestaat (zoals van
tissances du Désert"),
ma I waarvan dit voorwoord
méér is dam boekdelen van
(laten wij het mild zeggen)
^^•gemid'delde Nobelprijs-
■tjhnnar. (Malraux heeft van-
HHirek end de Nobelprijs
nimmer gekregen en de hemel
moge hem de gunst verlenen
te sterven alvorens de heren
kt .Scandinavië ertoe zouden
Kn|, Werken dus, waar-
één het voorwoord be-
Andere dóe slechts uit een en
kel (fragment bestaan (zoals
„LaLVoei Royale" en „Lawren
ce", [terwijl de serie „La Lutte
avec l'Ange" tot dusver al een
uit j,Les Noyers d'Alteraburg"
bestaat, hetgeen ook weer op
genomen is in de „Antirmémoi-
res."
Lattouturf, die hem mogelijk
beter kent dan enig ander,
zegt, dat hij slechts kan leven
„in een groot onvoleindbaar
onvoleind project."
Maar in „La Tête d'Obsidie
ne" komt hij „teruig" op, refe
reert hij herhaaldelijk aan
passages in de nog te schrij
ven „Métamorphoses", hetgeen
het de dappere lezer voor een
bijna bovenmenselijke begrips
taak stelt. Maar hij compen
seert dit door andermaal een
graf te graven. Een graf zoals
in „Les Chênes qu'on abat".
Maar het graf is een soort van
dialoog over het afscheid van
het tijdvak der helden, het
vaarwel aan een wereld waar
in grootse dingen te gebeuren
stonden of schenen, doch een
dialoog die uiteindelijk een
huldeblijk is aan de onover
winnelijkheid van het leven.
Een soort dialoog in een spie
gel, „het teken van de dialoog
van de mens met het hierna
maals."
En daarmee komen wij bij de
titel. „La Tête d'Obsidienne".
„La Tête d'Obsidienne" is „De
lavaglaizen schedel." De sche
del van lavaglas. Lavaglas is
een soort kristal van bijzonde
re hardheid en de Azteken
maakten er hun dolken van
waarmee zij -dé slachtoffers
van hun goden (degenen die
aan h,un goden geofferd wer
den) doodden. In het Nationa
le Museum van Mexico staat
in een vitrine een in lavaiglas
gebeeldhouwde schedel, een
doodshoofd uit het pro-Colom-
biaanse tijdvak. Om ook de
achterziide te kunnen bewon
deren (hetgeen een vermoed
voorwendsel is) hebben de
Mexicanen er een spiegel ach
ter geolaatst. hetgeen een aan-
«riipende uitwerking heeft
doordat de beschouwer zich
zelf met er dóór deze kristal
len schedel ziet als hij deze
bewondert en tot enkele over
wegingen van betrekkelino
banaile filosofische aard aanlei
ding geeft. Op de dag dat
Malraux voor de vitrine stond,
kwam een groepje Indianen de
zaal binnen omdat het buiten
begon te regenen en hun
„nonchalante processie" trok
door de spiegel: „De Indianen
die sterven gingen voor het
heilige teken van de dode In
dianen." En de wolkefc van
het zich buiten, achter de hoge
vensters, ontladende onweer.
Maar het lavaglas en de daar
uit gekapte wonderbaarlijke
schedel symboliseren hier
minder de dood dan het verzet
tegen deze. Door de spiegel en
het door hem weerkaatst le
ven en hier is het symbool
van de dood aan het voortdu
ren, aan het leven, aan de
onsterfelijkheid gekoppeld.
Het lavaglas is de materie
waaruit Picasso gevormd was.
Picasso is in „La Tête d'Obsi
dienne", de mens waarop de
dood zijn triomf niet behalen
kan. Zijn scheppingsdrang,
zijn scheppinigswoede" waren
een spot met de dood. En zijn
dat. in Malraux' optiek, nóg.
Hij dialogeert met de spiegel
achter de lavaglazen schedel
met Picasso, die dood zijnde,
ëen "amulet1 «fbr het leven is.
>>e ring van Malaga tot Mala
ga is voleind. Met een kleine
omweg door de Arabische
woestijn en over Mexico, maar
deze laatste is illustratie en
bijzaak en opsmuk, zo men
wil.
Neen, André Malraux heeft
het de lfezer niimmer gemakke
lijk gemaakt.. De raiet-Latijn
heeft hij het bij tijd en wijle
rondweg onmogelijk gemaakt,
ofschoon over zijn vriendschap
met Eddy Duperron (die ten
slotte e.n Nederlands paspoort
had, wat misschien een cultu
rele vergissing was) veel te
zeggen zou zijn....
Maar terug naar Picasso: Mal
raux betreedt in Nofre-Daime-
de-la^Vie, het kasteei van Pi
casso in Mougins, eindelijk de
zaal met de beeldhouwwerken
en ook de uitgeputte lezer
springt overeind: een vuur
werk, een fantastisch, fenome
naal vuurwerk, een vulkaan
uitbarsting. En dan het retros
pectief: hij vertelt zijn bezoe
ken aan Picasso's atelier in
Parijs in de Rue des Grands-
Augustims. De tijd van het
ontstaan van „Guernica", de
vernietiging om te herschep
pen, het breken van de conti
nuïteit waarin Picasso zich als
mens van de métaimorphose,
van de gedaanteverandering
ontpopt. En daarmee werpt
Malraux voor de zoveelste
maal de door zoveel anderen
opgeworpen vraag op: waar
begint de dood, waar eindigt
het leven, waar houdt ook de
dood op dood te zijn? Ergens,
ver, is er een band tussen de
triomfator Pablo Pioasso in
,.La Tête d'Obsidienne" en de
dood van de dood van de Ti
betaanse „Bairdo Thöctol".
Tussendoor evenwel is Mal
raux' jongstq werk ook en
posthume boek van Picasso,
méér zelfs; diens autobiogra
fie. Met .de woorden van Mal-'
raux, want in zijn relazen
spreekt ook Mao Tsetoeng met
de woorden van Malraux en
dienaangaande is er iin Frank
rijk sedert Malraux' jongste
bezoek aan China een beroem
de anecdote, die evenwel ver
dietst zouteloos wordt en di»
wij derhalve niet aanhalen.
Natuurlijk, dit zelfportret van
Picasso, dat met de pen van
Malraux getekend en geschre
ven is, roept weer de oude.
bijna antieke en veelal klein
zerige verwijten aan het adres
van de auteur op. Natuurlijk,
het is geenszins zeker, noch
zeer waarschijnlijk dat de
verhouding tussen beiden in
werkelijkheid die was welke
„La Tête d'Obsidienne" wil
doen geloven. Overigens heeft
Malraux zich daarover enkele
dagen geleden in een adembe
nemend en verblindend optre
den voor de televisie uitge
sproken en bevestigd wat ie
dereen al wist. Laoouture
weer zegt het het best: „Het is
ook niet helemaal zeker dat
Picasso zó sprak, over zichzelf,
over de schilderkunst waarvan
hij hield, over Vincent van
Gogh of over Goya. Maar wat
vaststaat is. dat hij er zo over
had móeten spreken." Een ge-
nereuxe absïlutie, vooral ko
mende uit de mond van Mal
raux' meest objectieve en
complete biograaf. Maar ook
een volledig begrijpen.
Laoouture ook onthult dat
Malxaiux toen hij in 1965 nog
minister van de oude generaal
was, erover dacht een grootse
tentoonstelling te organiseren,
een retrospectieve, een aan
schouwelijke zwanenzang: een
tentoonstelling van meester
werken geschapen vlak voor
de dood van de kunstenaar.
De „Weeehuisregentessen" van
Frans Hals, bijvoorbeeld, de
laatste Titiaan. Hij had, hij
heeft, een zienersoog voor de
ze nederlaag van de dood. de
ze triomf van het leven op de
drempel van de eeuwigheid.
Jacqueline Picasso vertelt hoe
hij in Avigon onmiddellijk het
allerlaatste doek, dat Pioasso
enkele uren voor zijn dood
schilderde, als zodanig herken
de: „Personnaige met vogel.'"
Hij zei meteen: „Het schilderij
dat het verst gaat." Het is
waar dat zijn jongste boek,
zoals hij in zijn voorwoord
zegt, een fragment is van
„Stonden in het Voorgeberg
te"
JAN DRUMMEN
gemeentesecretarie, bureau
n van Borsele, worden gevraa»
I MEDEWERKER,
#e rang van commies, salaJ'B
>ril 1974 1737,00—2029* j
ruime ervaring heeft we'
ïheden voortvloeiende uit
e bijstandswet, de rijksgrot"
sn en de wet werkloosheid51
Hij zal gedeeltelijk belast j
werkzaamheden in de buri"'
ie redactionele vaardigheil'
ge vakbekwaamheid zijn 1
MEDEWERKER.
s rang van schrijver A, saL--
pril 1974 f 1050,00—
nct-eommies, salaris f
12.00, afhankelijk vain oplel
ring.
schrijver A is vereist Have®, J
net-commies tevens err»
gemeentesecretarie en stud1'
gebruikelijke rechtspositie
:ijn van toepassing.
het verkrijgen van w00]
t zo nodig medewerking 51
innen 10 dagen na het vei
e zenden aan de burgerw"
Us 1 te Heinkenszand.
De moderne mens heeft de
atoombom ontdekt maar niet
debieli. Hij is nog even onwe
tend over intra- en interper
soonlijke relaties als de alche
mist uit de middeleeuwen, die
goud probeerde te maken door
gou dte mengen met vogelpoep
en bijenwas. Het meeste wat
bekend staat als psychiatrische
behandeling is gewoon een po
ging om deze onwetendheid te
doen voortduren. Dat de psy
chiater Joe Berke, die dit zegt,
een collega-vriend-volgeling
van Ronald Laing is, zal wel
geen betoog hoeven. Samen
met zijn (inmiddels genezen)
PaUente Barkes schreef hij DE
REIZEN VAN MARY BAR
NES DOOR DE WAANZIN
(uitg. Bert Bakker- Alpha
koek -f 23,90) Een indringend
verslag van een totaal analyse
en een aanklacht tegen catego
risch denken in de psychia
trie.
Boeken, die een verslag
doen van een psychiatrisch
ziekteproces behoren langza
merhand tot de best-sellers.
Dat deze allesbehalve opwek
kende lectuur veel gelezen
wordt is een teken op zich. Ik
neb al eens de kreet geslaakt:
Schizofrenie verkoopt goedl
Deze reis door de waanzin heb
:k dan ook even uitgesteld,
maar op dien duur won toch de
interesse voor Laing, die op de
achtergrond in dit boek mee
speelt, het pleit. Wat er uit zijn
koker komt is meestal het le
zen dubbel en diwars waard.
Deze koker was bovendien
het jammerlijke gesloten insti
tuut Kingsley Haili in Londen,
waar Laing zijn denkbeelden
in de praktijik omzette en
daarbij zelf geen objectieve
buitenstander („de behande
lende geneesheer") bleef. Daar
speelde zich grotendeels deze
waanzinnige reis af. Mary
Barnes, om wie het gaat, en
baar psychiater Joe Berke,
hielden daarvan onafhankelijk
aantekeningen, waaruit de 272
dicht bedrukte pagina's van
genoemd boek zijn ontstaan.
Mary Barnes blijkt in haar
draagt als 'n boodscshap. Juist
daardoor herken je de waan
zin als een emotie in het to
taal menselijk gebeuren, waar
van iedereen deel uitmaakt.
Het verhaal „bewijst" Laing's
stelling (inmiddels aardig ge
meengoed aan het worden),
dat het gaat om verstoringen
in het menselijk relatiepatroon
en niet om bepaalde haakjes,
die los zitten in die en die
bepaalde persoon. Wij roepen
allen tesamen waanzinnige
v-5
r - - lV (lil'. L L
Ik - 4i i - ji
ri' 'k -'M IHjf
■büjjjL? i V' - vn ri j E[<
-NMwirmi.-i v 'lil 'r'
X
Tekening van Co Westerik op de omslag van het boek.
verslag een uiterst konse- emotiënele explosies op
kwente vrouw. Het prettige Mary-Bairnes beschrijft in dit
van haar „waanzinnige" ver- boek 'n reis door haar eigen
slag is, dat. zij haar eigen kon- leven.
sekwertie - hetgeen net dat zij vanaf hei prenatale be-
denkbeeldig is niet uit- staan tot rond haar veertigste
levensjaar, herbeleeft. De ge
gevenheden plaatst ze op
nieuw binnen de context van
ha'ar leven. Geen analustische
beschouwingen, maar emotio
nele gebeurtenissen, die er
niet om liegen en waarbij zij
zich emotioneel-intelligent
spiegelt. De verbanden met
ouders, opvoeding, haar ver-
pleegstertijd, kloosterleven,
godsdienst e.d. worden verhel
derd. Niet om „schuldigen'
aan te wijzen- maar om de
wederkerigheid van invloeds
patronen emotionele duide
lijkheid te geven. Joe Barnes
maakt daarbij heldere aante
keningen. die door iedereen te
lezen zijn en geen psychiatrisch
vakjargon bevatten.
Een van de opvallende gege
vens uit dit verhaal is de cre
ativiteit als hulpmiddel om
duidelijkheid te scheppen ui
eigen leven. Mary Barnes gaat
als „een waanzinnige" schilde
ren. Ze had geen opleiding
daartoe gehad Zij groeide uit
tot een schilderes, die in dp
grote internationale pers aan
dacht kreeg. Bovenal was het
echter één van de mameren
waarop ze. komend uit een
schizofrenie verwekkende
jeugd, haar plaats in deze we
reld terugvond. Maar als je
het verslag leest, verzucht je
wel: waar vind je de psychia
ters die een dergelijk proces,
ook vanuit zichzelf, mogelijk
maken? Niet alleen een kwes
tie van geld (ook!) maar ze
ker niet minder een kwestie
van mentaliteit. En van die
„andere" mentaliteit, niet at
leen bij de psychiater, maar
ook in de onderlinge mensely
ke verhoudingen, geeft deze
reis een erg goed verslag.
eindredactie
henk egbers
Simone de Beauvoix; De
schone schijn. (Bussem 1973 f.
12,50) en Simone de Beauvoir
De gebroken vrouw. Drie no
vellen, (Bussem 1973 f.
13,50)
HET BOEK „De schone
schijn" van Siimone de Beau
voir is doordrenkt van de ge
dachte van de grenzeloze be
drieglijkheid waaruit de we
reld is opgebouwd. Geen enkel
leven is bestand tegen de ver
vlakking en afstomping die de
jaren met zich mee brengen.
Siimone de Beauvoir koos als
hoofdfiguur voor haa-r boek
een intellectuele vrouw, maar
universeerde het gevoelsproces
dat die vrouw moest doorma
ken met een beklemmende
overtuigingskracht. Het meisje
Catherine en haar wijze vrien
dinnetje Brigitte, blijven
daarbij wat op de achtergrond
als tweee gave mensen die zich
gelukkig nog kunnen verbazen
over alle absurde gebeurtenis
sen van alledag en daar nog
echt over kunnen huilen.
De wanhoop van de jonge
vrouw Laurence steekt daar
schril tegen af. Ook zij huilt,
maar het is van machteloos
heid en wanhoop. De andere
figuren steken niet een af,
want zij leven in een heel'
andere wereld. Simone de
Beauvoir schreef het boek in
een directe, bijna slordige
stijl, als ln een roes van op
stand.
Indireeter, maar psychologi-
scher en niet minder overtui
gend is de novellenbunde! „De
gebroken vrouw", waarin drie
vrouwentypes voortreffelijk
getekend zijn. Bij het lezen
van haar hoeken, zit je erbij
als derde die het proces van
groeiende misverstanden tus
sen .wee mensen meemaakt.
Vaak zie je de oorzaak, maar
vaak ook de uitzichtloosheid
van het misverstand dat men
sen steeds verder uiteen driift.
J.P.
Een boekje, dat ongetwijfeld
ln een behoefte kan voorzien
is geschreven door de psycho-
logie-docent aan de Portland
State Universiteit in Oregon;
FRANK WESLEY: MENSEN
KINDEREN (oorspr. Childrea-
ring Psychology; uitg. Dekker
en Van de Vegt f 21,50). Hij
wil met dit boek de kloof
overbruggen, die er bestaat
tussen boeken met doe-het-
zelf pedagogie en de theoreti
sche wetenschappelijke litera
tuur. Het 193 pagina's tellende
boekje is theoretisch èn prak
tisch en bevat twee overzich
telijke delen.
Het eerste deel is theore
tisch en geeft in het kort de
opvaititimigein weer vain Freud,
Pia-get en Watson. Daarin
wordit tevens een poging on
dernomen om enkele conclu
sies te trekken, door een aain-
tal onderzoeken te vergelijken
rond begrippen als leren, in
telligentie, beloning ein straf
en gedragsbeïnvloeding.
Wesley sitalt zich sympa
thiek op en heeft niet veel
pretenties. „De vraag naar
psychologisch advies heeft het
aanlbod verre overtroffen. Veel
psychologen zijn bang, dat hun
wetenschap door een al te
koopgraag publiek gedwongen
is tot een onverantwoorde uit
verkoop", zegt hij. Zelf kiest
hij duidelijk voor een behavi
ourist ische benadering; dat wil
zeggen, dat hij als effectief
(werkzaam model) beschouwt,
dat gedrag door beloning of
versterking in bepaal-de banen
te leiden is. Hoewel je je twij
fels kunt hebben over het be-
haviouristische principe a-ls
verklaring(smodeï) van het
menselijk handelen, is het
toch in een aantal gevallen
een praktisch zeer bruikbare
benadering.
Het tweede deel gaat in op
het hanteren van veel voorko
mende problemen in de kin
deropvoeding als: bedrwateren,
duiimzu-igen. eten, slapen etc.
Duidelijke en overzichtelijk
baseert Wesley zich daarbij op
verschillende onderzoeken, zo-
Jat zijn beweringen niet ais
droge theorieën uit de lucht
vallen. Bezwaarlijk vind ik
daarbij, dat kwesties als per
soonlijkheid en identiteit -niet
aangeroerd worden, waardoor
je soms de indruk krijgt, dat
d mens uitsluitend een bun
del gedragspatronen is.
Erg aardig is bv. tie lezen,
dat Franse ouders openlijK
met elkaar over het i.q. van
hun kinderen spreken. Een
laag i.q. is daar geen gevoelde
schande. Het boekje is niet
moeilijk en is daarom geschikt
voor veel mensen, die op wel
ke wijze dan ook met kinde
ren te maken hebben.
MARIANNE EGBERS
Onze huidige georganiseerde
systeem van de maatschappij
heeft geen volwassen mens
nodig. Ze zijn gevaarlijk. Ze
passen er niet in. Dat zegt
PAUL GOODMAN o.a. in zijn
boek GROOTWORDEN IS
GEKKENWERK (u itg. Bert
Bakker - Alpha boek - f
21,90); een vertaling van zijn
boek „Amerika". Hij schreef
dit op het eind der vijftiger
jaren, hetgeen dan ook te mer
ken is aan de voorbeelden, die
hij aanhaalt. Maar de geldig
heid van dit boek is nog actu
eel, ook al omdat het Ameri
kaanse leefsysteem Iets later
naar Europa overwaait.
Goodman schrijft, zoals
waarschijnlijk bekend, provo
cerend, maar daardoor wel
duidelijk. Wat moeten jonge
ren met een maatschappij
waarin werk minder belang
rijk is dan geld-verdienen?
vraagt hij zich bv. af. In zijn
geheel is onze economische
maatschappij niet afgestemd
op het ontwikkelen van haar
jongeren of het bereiken van
belangrijke doelen. Alle ideo
logie en cultuur komt tegen
woordig voort uit de middelste
stand van het georganiseerde
systeem, zegt hij in het hoofd
stuk klassenstructuur. Wat dit
voor gevolgen heeft voor be
grippen als bekwaamheid, va
derlandsliefde, geloof e.d.licht
hij snijdend toe. Hoewel hij
daarbij de verschijnselen van
de beatgeneration der jaren
vijftig analyseert, ia dit nu
toch niet alleen maar een his
torisch stuk geworden. Deze
uitstekende typeringen met
hun mogelijk toen extreme
uitwendige verschijningsvor
men heeft op dit moment in
onze samenleving verlengstuk
ken gekregen, die min of meer
geassimileerd zijn. „De be
wijslast van wie er „ver
keerd" is, ligt niet bij de jon
geren maar altijd bij het
maatschappijsysteem", conclu
deert hij. Hoewel deze kreet
op dit moment niet vreemd is,
geeft Goodman daaraan toch
zoveel body, dat het boek nog
steeds lezenswaardig is.
Bij het sleutelen aan allerlei
maatschappijsystemen en de
leefbaarheid daarvan, wordt
dikwijls naar „het oosten" ge
keken; met kritiekloze bewon
dering of met kritische Argus
ogen. Maa rhet leggen van
adekwate verbindingslijnen,
het goed integreren van een
oosters- en westers waarden
systeem lukt nog slecht. Wie
daartoe wel veel bijgedragen
heeft is ALAN W. WATTS;
hetgeen o.a. te lezen is in z(jn
boek PSYCHOTHERAPIE
OOST EN WEST (uitg. Bert
Bakker-Alpha boeken, f
14,90).
De Nederlandse psychiater-
neuroloog dr. C. Manse, die
heit boek vertaalde, schrijft te
recht in de inleiding: ik kan
de bestudering van dit werk
ten zeerste aanbevelen, om tot
een meer universele en voor
alle levensbeschouwingen
bruikbare psychotherapie te
komen. Het woord „bestude
ren" is hier op zijn plaats,
want het boekje is niet zo
simpel van inhoud. Watts do A
een poging om een gemeen
schappelijk basispatroon te
vinden dat ten grondslag ligt
aan onze psychotherapie en
het Boedhisme, Taoisme, Ve-
danta en Yoga. Hij legt daar
bij de nadruk op het verband
tussen de oosterse disciplines
en vormen van psychotherapie
met een sociale, intermenselij
ke en communicatieve filoso
fie.
Onder invloed van het chris
tendom hebben we in het wes
ten allemaal geïsoleerde „e-
gootjes" individuen gekweekt,
eer ideale kweekgrond om
psychosen te cultiveren, zegt
hij. Tegenover „de" oosterse
opvatting, dat de wereld een
systeem van liefde is staat de
westerse psychiater als de of
ficiële vertegenwoordiger van
een ziek systeem van instel
lingen. Momenteel, aldus
Watts, begrijpt men in Azië,
dat bevrijding meer bevrijding
is van sociale condities dan van
fysische of metafysische con
dities. Therapie is veel meer
dan aanpassing, maar op zijn
best het vormen van moedige
wanhoop. Watts zet daarbij de
begrippen „ego", ..reïncarna
tie vanuit de oosterse filoso
fie recht, en komt o.a. bij de
Gestaltopvattingen uit. Een in
spirerend boekje.
HENK EGBERS
Milieuverontreiniging, een
probleem waaraan al geruime
tijd op alle mogelijke mame
ren aandacht wordt besteed.
Het gebeurt zo vaak en zo
intensief, dat velen er de buik
van vol hebben en het verder
we! geloven. Maar het milieu
wordt nog steeds vervuild en
daarom houdt ook de stroom
adviezen voor een milieube
wust leven nog niet op.
GREET BUCHNER bijvoor
beeld wijst op een en ander in
drie boekjes, die onlangs uit
kwamen. Ze kregen de titels:
„WEGEN NAAR GEZOND
HEID"; „ALlEKNATiEVE
SCHOONHEIDSVERZOR
GING" en „MILIEUVRIEN
DELIJKE ADVIEZEN". Aan
het laatste boek verleende
Fieke Hoogvelt medewer
king.
„Wegen naar gezondheid" is
een soort catalogus waarin
verschillende voedingssyste
men aan de orde komen. Het
uitermate ongezonde voedings
patroon van de mens in de
Westerse wereld is volgens
Greet Buehner een van de al
lerbelangrijkste factoren, die
de gezondheid bedreigen of
vernietigen. De schrijfster
geeeft onder andere een uiteen
zetting over de macrobiotiek,
vegetarisme, het dieet van dr.
Johanna Budwig, verma-
ringsdiëten en de schijf van
vijf. Ter verduidelijking is
een aantal recepten toege
voegd. Alle systemen leiden
'ot een soberder, eenvoudiger
leven dan de meeste West-
■uropeanen nu leiden. Voor
degenen, die dit niet als ono
verkomelijk beschouwen kan
het boek van Greet Buehner
een goede richtwijzer rijn. Wil
mer echter volgens een van
de systemen gaan leven dan is
het aan te raden meer gerichte
literatuur aan te schaffen.
In tegenstelling tot „Wegen
naar gezondheid" gaat „Mi
lieuvriendelijke adviezen"
diep op enkele zaken in. Uit
4 Greet Buehner.
de ondertitel van het boek
blijkt in welke richting Greet
Buehner met behulp van Fie
ke Hoogveld de adviezen wil
geven: zelf compost maken-
bonden hebben een hekel aan
wij nrui t-af weerplan ten jagen
luis en slakken op de vlucht-
wat doen we met muggen en
mieren-muizen hebben een he
kel aan kruizemunt- vlooien
en spinnen zijn ook niet zo
leuk. Op duidelijke manier ge
ven de schrijfsters oplossingen
voor problemen en probleem
pjes en gaan ze preventief te
werk.
In „Alternatieve sohoon-
heidisverzorgin.g" gaat Greet
Bu.'iner im op het gebruik van
natuurlijke schoonheidsprepa
raten. die dooi de eeuwen heen
hun nut hebben bewezen. Ze
beschr.jft onder andere hoe
men zelf natuurlijke brouw
sels kan maken voor het reini
gen, voeden en beschermen
van de huid. Ze kent middel
tjes tegen zonnebrand, wratten
en wallen onder de ogen en ze
wijst er op, dat een mooi li
chaam niet alleen afhankelijk
is van deze verzorging, maar
dat ook de geestelijke gesteld
heid, de voeding en de omge
ving van groot belang zijn.
Het boek bevat tips, die veel
vrouwen graag zullen opvol
gen, maar daartegenover staat,
dat er maar weinig vrouwen
zullen zijn, die de onnatuurlij
ke make-up, waaronder veel
omstreden middelen zitten,
willen prijsgeven.
De Driehoek in Amsterdam
geeft de drie boeken uit. „Mi
lieuvriendelijke adviezen"
kost f 8,90 en de twee andere
f 12.50 per stuk.
RIA VAN AART