DUKTIE- 'EWERKER Bode Picasso een amulet voor het leven nderwijzerf Vraag naar advies aanbod overtroffen Grootworden in oost en west gekkenwerk Milieu bewuster leven met Greet Bucliner ROES VAN OPSTAND ik Nederland en in de |eef( k Nederland B,| AWRÉ MALRAUX SCHREEF OPVALLENDE BIOGRAFIE: ■RWIJZER(ES) ente Borsele MEDEWERKER S 'i ïSjmmu Kl., m kunst cultuur 1 iENTE rRSWAAL SOBERDER LEVEN COMPOST MAKEN MOOI LICHAAM t eenmalige bedrukte livelindustrie. In verband met de steeds de uitbreiding van de M wordt contact gezocht ■2 tot 35 jaar de functie v»i Personen met enige teehniscv, I ring genieten de voorkeur I De werkzaamheden worden it I 2-ploegendienst verricht, I Sollicitaties kunnen schriftei; f I richt worden aan: Mr. F. J. HAARMANHEG n TERNE IJZEN Ipenbare basisschool te Kruim |l augustus 1974 gevraagd een fk zij die dit [aar examen doenl uitgenodigd te solliciteren. I worden gaarne verstrekt dool [school, de heer A. J. Brugge,<J Ie bereiken onder nummer Oir liten schooltijd onder nummerOI binnen tien dagen na het vei It blad te richten aan burgera pers van Reimerswaal, Markt! (Van onze correspondent) PARUSHet nieuwe boek van André Malraux (en een nieuw boek van Malraux it tltijd een internationale sensatie in de goede zin van het woord) begint met het bellen van de telefoon. Jacqueline Picasso belt vanuit Mougins- Zij wil, dat de schil derijenverzameling van Picasso (beter gezegd: de kunstwerken van zijn vrienden die J£|tijdens zijn leven verzameld heeft en die hij aan de Franse staat schenkt) in één den die Picasso daar tijdens zijn leven in den die Picasso daar tijdens zijn leven in genen had. En daartoe heeft zij, Jacqueline Picasso, de raad van André Malroux nodig. Of hij bereid is naar Mougins te komen? André Malraux: een zienersoog. O Aan de openbare school voor lager onderwijs „De Oosterbi Hooge Meestraat 4, WORDT GEVRAAGD m het bezit van de aantekai Toor onderwijzeres is bovenÖ lantekening k vereist. Iet hoofd vain de school, J. Kampman, verstrekt die gewenste inlichtingen. lijn huisadres is: Abelenlaait telefoon school 01180 - 7620; huis 7871. binnen 10 dagen na het versdi in te zenden aan burgerlied Hij i« bereid en vliegt naar Mougins en daarmee begint „La Tête d'Obsidiienne". De leaer wordt aan het begin van het boek erop gewezen dat dit, evewls „Les Chênes qu'on ab- at" et „Roi, je t'attends a Ba- bylone..." een fragment is van „Lefcfflnps des Limbes" (mis schien; misschien vertaalbaar met|„Stonden in het Voorge- botgte' en waarvan het eer ste Bee! onder de titel „Anti- méiioires" gepubliceerd werd en Braaivan het tweede de rtaatn „Metamorphoses" zal dragen. Ma.faux heeft het zijn lezer nimmer gemakkelijk gemaakt Z.eifeelf evenmin. En hij ver maakt. er zich enigszins mee sporen uit te wissen, valse s;>>:en te maken: hij gooit plannen em voleinde projecten dooïelkaar, delen van gehelen en voorgoed in de steek gela ten ppzetten en veronderstsl- Er zijn werken van waarvan alleen het tord bestaat (zoals van tissances du Désert"), ma I waarvan dit voorwoord méér is dam boekdelen van (laten wij het mild zeggen) ^^•gemid'delde Nobelprijs- ■tjhnnar. (Malraux heeft van- HHirek end de Nobelprijs nimmer gekregen en de hemel moge hem de gunst verlenen te sterven alvorens de heren kt .Scandinavië ertoe zouden Kn|, Werken dus, waar- één het voorwoord be- Andere dóe slechts uit een en kel (fragment bestaan (zoals „LaLVoei Royale" en „Lawren ce", [terwijl de serie „La Lutte avec l'Ange" tot dusver al een uit j,Les Noyers d'Alteraburg" bestaat, hetgeen ook weer op genomen is in de „Antirmémoi- res." Lattouturf, die hem mogelijk beter kent dan enig ander, zegt, dat hij slechts kan leven „in een groot onvoleindbaar onvoleind project." Maar in „La Tête d'Obsidie ne" komt hij „teruig" op, refe reert hij herhaaldelijk aan passages in de nog te schrij ven „Métamorphoses", hetgeen het de dappere lezer voor een bijna bovenmenselijke begrips taak stelt. Maar hij compen seert dit door andermaal een graf te graven. Een graf zoals in „Les Chênes qu'on abat". Maar het graf is een soort van dialoog over het afscheid van het tijdvak der helden, het vaarwel aan een wereld waar in grootse dingen te gebeuren stonden of schenen, doch een dialoog die uiteindelijk een huldeblijk is aan de onover winnelijkheid van het leven. Een soort dialoog in een spie gel, „het teken van de dialoog van de mens met het hierna maals." En daarmee komen wij bij de titel. „La Tête d'Obsidienne". „La Tête d'Obsidienne" is „De lavaglaizen schedel." De sche del van lavaglas. Lavaglas is een soort kristal van bijzonde re hardheid en de Azteken maakten er hun dolken van waarmee zij -dé slachtoffers van hun goden (degenen die aan h,un goden geofferd wer den) doodden. In het Nationa le Museum van Mexico staat in een vitrine een in lavaiglas gebeeldhouwde schedel, een doodshoofd uit het pro-Colom- biaanse tijdvak. Om ook de achterziide te kunnen bewon deren (hetgeen een vermoed voorwendsel is) hebben de Mexicanen er een spiegel ach ter geolaatst. hetgeen een aan- «riipende uitwerking heeft doordat de beschouwer zich zelf met er dóór deze kristal len schedel ziet als hij deze bewondert en tot enkele over wegingen van betrekkelino banaile filosofische aard aanlei ding geeft. Op de dag dat Malraux voor de vitrine stond, kwam een groepje Indianen de zaal binnen omdat het buiten begon te regenen en hun „nonchalante processie" trok door de spiegel: „De Indianen die sterven gingen voor het heilige teken van de dode In dianen." En de wolkefc van het zich buiten, achter de hoge vensters, ontladende onweer. Maar het lavaglas en de daar uit gekapte wonderbaarlijke schedel symboliseren hier minder de dood dan het verzet tegen deze. Door de spiegel en het door hem weerkaatst le ven en hier is het symbool van de dood aan het voortdu ren, aan het leven, aan de onsterfelijkheid gekoppeld. Het lavaglas is de materie waaruit Picasso gevormd was. Picasso is in „La Tête d'Obsi dienne", de mens waarop de dood zijn triomf niet behalen kan. Zijn scheppingsdrang, zijn scheppinigswoede" waren een spot met de dood. En zijn dat. in Malraux' optiek, nóg. Hij dialogeert met de spiegel achter de lavaglazen schedel met Picasso, die dood zijnde, ëen "amulet1 «fbr het leven is. >>e ring van Malaga tot Mala ga is voleind. Met een kleine omweg door de Arabische woestijn en over Mexico, maar deze laatste is illustratie en bijzaak en opsmuk, zo men wil. Neen, André Malraux heeft het de lfezer niimmer gemakke lijk gemaakt.. De raiet-Latijn heeft hij het bij tijd en wijle rondweg onmogelijk gemaakt, ofschoon over zijn vriendschap met Eddy Duperron (die ten slotte e.n Nederlands paspoort had, wat misschien een cultu rele vergissing was) veel te zeggen zou zijn.... Maar terug naar Picasso: Mal raux betreedt in Nofre-Daime- de-la^Vie, het kasteei van Pi casso in Mougins, eindelijk de zaal met de beeldhouwwerken en ook de uitgeputte lezer springt overeind: een vuur werk, een fantastisch, fenome naal vuurwerk, een vulkaan uitbarsting. En dan het retros pectief: hij vertelt zijn bezoe ken aan Picasso's atelier in Parijs in de Rue des Grands- Augustims. De tijd van het ontstaan van „Guernica", de vernietiging om te herschep pen, het breken van de conti nuïteit waarin Picasso zich als mens van de métaimorphose, van de gedaanteverandering ontpopt. En daarmee werpt Malraux voor de zoveelste maal de door zoveel anderen opgeworpen vraag op: waar begint de dood, waar eindigt het leven, waar houdt ook de dood op dood te zijn? Ergens, ver, is er een band tussen de triomfator Pablo Pioasso in ,.La Tête d'Obsidienne" en de dood van de dood van de Ti betaanse „Bairdo Thöctol". Tussendoor evenwel is Mal raux' jongstq werk ook en posthume boek van Picasso, méér zelfs; diens autobiogra fie. Met .de woorden van Mal-' raux, want in zijn relazen spreekt ook Mao Tsetoeng met de woorden van Malraux en dienaangaande is er iin Frank rijk sedert Malraux' jongste bezoek aan China een beroem de anecdote, die evenwel ver dietst zouteloos wordt en di» wij derhalve niet aanhalen. Natuurlijk, dit zelfportret van Picasso, dat met de pen van Malraux getekend en geschre ven is, roept weer de oude. bijna antieke en veelal klein zerige verwijten aan het adres van de auteur op. Natuurlijk, het is geenszins zeker, noch zeer waarschijnlijk dat de verhouding tussen beiden in werkelijkheid die was welke „La Tête d'Obsidienne" wil doen geloven. Overigens heeft Malraux zich daarover enkele dagen geleden in een adembe nemend en verblindend optre den voor de televisie uitge sproken en bevestigd wat ie dereen al wist. Laoouture weer zegt het het best: „Het is ook niet helemaal zeker dat Picasso zó sprak, over zichzelf, over de schilderkunst waarvan hij hield, over Vincent van Gogh of over Goya. Maar wat vaststaat is. dat hij er zo over had móeten spreken." Een ge- nereuxe absïlutie, vooral ko mende uit de mond van Mal raux' meest objectieve en complete biograaf. Maar ook een volledig begrijpen. Laoouture ook onthult dat Malxaiux toen hij in 1965 nog minister van de oude generaal was, erover dacht een grootse tentoonstelling te organiseren, een retrospectieve, een aan schouwelijke zwanenzang: een tentoonstelling van meester werken geschapen vlak voor de dood van de kunstenaar. De „Weeehuisregentessen" van Frans Hals, bijvoorbeeld, de laatste Titiaan. Hij had, hij heeft, een zienersoog voor de ze nederlaag van de dood. de ze triomf van het leven op de drempel van de eeuwigheid. Jacqueline Picasso vertelt hoe hij in Avigon onmiddellijk het allerlaatste doek, dat Pioasso enkele uren voor zijn dood schilderde, als zodanig herken de: „Personnaige met vogel.'" Hij zei meteen: „Het schilderij dat het verst gaat." Het is waar dat zijn jongste boek, zoals hij in zijn voorwoord zegt, een fragment is van „Stonden in het Voorgeberg te" JAN DRUMMEN gemeentesecretarie, bureau n van Borsele, worden gevraa» I MEDEWERKER, #e rang van commies, salaJ'B >ril 1974 1737,00—2029* j ruime ervaring heeft we' ïheden voortvloeiende uit e bijstandswet, de rijksgrot" sn en de wet werkloosheid51 Hij zal gedeeltelijk belast j werkzaamheden in de buri"' ie redactionele vaardigheil' ge vakbekwaamheid zijn 1 MEDEWERKER. s rang van schrijver A, saL-- pril 1974 f 1050,00— nct-eommies, salaris f 12.00, afhankelijk vain oplel ring. schrijver A is vereist Have®, J net-commies tevens err» gemeentesecretarie en stud1' gebruikelijke rechtspositie :ijn van toepassing. het verkrijgen van w00] t zo nodig medewerking 51 innen 10 dagen na het vei e zenden aan de burgerw" Us 1 te Heinkenszand. De moderne mens heeft de atoombom ontdekt maar niet debieli. Hij is nog even onwe tend over intra- en interper soonlijke relaties als de alche mist uit de middeleeuwen, die goud probeerde te maken door gou dte mengen met vogelpoep en bijenwas. Het meeste wat bekend staat als psychiatrische behandeling is gewoon een po ging om deze onwetendheid te doen voortduren. Dat de psy chiater Joe Berke, die dit zegt, een collega-vriend-volgeling van Ronald Laing is, zal wel geen betoog hoeven. Samen met zijn (inmiddels genezen) PaUente Barkes schreef hij DE REIZEN VAN MARY BAR NES DOOR DE WAANZIN (uitg. Bert Bakker- Alpha koek -f 23,90) Een indringend verslag van een totaal analyse en een aanklacht tegen catego risch denken in de psychia trie. Boeken, die een verslag doen van een psychiatrisch ziekteproces behoren langza merhand tot de best-sellers. Dat deze allesbehalve opwek kende lectuur veel gelezen wordt is een teken op zich. Ik neb al eens de kreet geslaakt: Schizofrenie verkoopt goedl Deze reis door de waanzin heb :k dan ook even uitgesteld, maar op dien duur won toch de interesse voor Laing, die op de achtergrond in dit boek mee speelt, het pleit. Wat er uit zijn koker komt is meestal het le zen dubbel en diwars waard. Deze koker was bovendien het jammerlijke gesloten insti tuut Kingsley Haili in Londen, waar Laing zijn denkbeelden in de praktijik omzette en daarbij zelf geen objectieve buitenstander („de behande lende geneesheer") bleef. Daar speelde zich grotendeels deze waanzinnige reis af. Mary Barnes, om wie het gaat, en baar psychiater Joe Berke, hielden daarvan onafhankelijk aantekeningen, waaruit de 272 dicht bedrukte pagina's van genoemd boek zijn ontstaan. Mary Barnes blijkt in haar draagt als 'n boodscshap. Juist daardoor herken je de waan zin als een emotie in het to taal menselijk gebeuren, waar van iedereen deel uitmaakt. Het verhaal „bewijst" Laing's stelling (inmiddels aardig ge meengoed aan het worden), dat het gaat om verstoringen in het menselijk relatiepatroon en niet om bepaalde haakjes, die los zitten in die en die bepaalde persoon. Wij roepen allen tesamen waanzinnige v-5 r - - lV (lil'. L L Ik - 4i i - ji ri' 'k -'M IHjf ■büjjjL? i V' - vn ri j E[< -NMwirmi.-i v 'lil 'r' X Tekening van Co Westerik op de omslag van het boek. verslag een uiterst konse- emotiënele explosies op kwente vrouw. Het prettige Mary-Bairnes beschrijft in dit van haar „waanzinnige" ver- boek 'n reis door haar eigen slag is, dat. zij haar eigen kon- leven. sekwertie - hetgeen net dat zij vanaf hei prenatale be- denkbeeldig is niet uit- staan tot rond haar veertigste levensjaar, herbeleeft. De ge gevenheden plaatst ze op nieuw binnen de context van ha'ar leven. Geen analustische beschouwingen, maar emotio nele gebeurtenissen, die er niet om liegen en waarbij zij zich emotioneel-intelligent spiegelt. De verbanden met ouders, opvoeding, haar ver- pleegstertijd, kloosterleven, godsdienst e.d. worden verhel derd. Niet om „schuldigen' aan te wijzen- maar om de wederkerigheid van invloeds patronen emotionele duide lijkheid te geven. Joe Barnes maakt daarbij heldere aante keningen. die door iedereen te lezen zijn en geen psychiatrisch vakjargon bevatten. Een van de opvallende gege vens uit dit verhaal is de cre ativiteit als hulpmiddel om duidelijkheid te scheppen ui eigen leven. Mary Barnes gaat als „een waanzinnige" schilde ren. Ze had geen opleiding daartoe gehad Zij groeide uit tot een schilderes, die in dp grote internationale pers aan dacht kreeg. Bovenal was het echter één van de mameren waarop ze. komend uit een schizofrenie verwekkende jeugd, haar plaats in deze we reld terugvond. Maar als je het verslag leest, verzucht je wel: waar vind je de psychia ters die een dergelijk proces, ook vanuit zichzelf, mogelijk maken? Niet alleen een kwes tie van geld (ook!) maar ze ker niet minder een kwestie van mentaliteit. En van die „andere" mentaliteit, niet at leen bij de psychiater, maar ook in de onderlinge mensely ke verhoudingen, geeft deze reis een erg goed verslag. eindredactie henk egbers Simone de Beauvoix; De schone schijn. (Bussem 1973 f. 12,50) en Simone de Beauvoir De gebroken vrouw. Drie no vellen, (Bussem 1973 f. 13,50) HET BOEK „De schone schijn" van Siimone de Beau voir is doordrenkt van de ge dachte van de grenzeloze be drieglijkheid waaruit de we reld is opgebouwd. Geen enkel leven is bestand tegen de ver vlakking en afstomping die de jaren met zich mee brengen. Siimone de Beauvoir koos als hoofdfiguur voor haa-r boek een intellectuele vrouw, maar universeerde het gevoelsproces dat die vrouw moest doorma ken met een beklemmende overtuigingskracht. Het meisje Catherine en haar wijze vrien dinnetje Brigitte, blijven daarbij wat op de achtergrond als tweee gave mensen die zich gelukkig nog kunnen verbazen over alle absurde gebeurtenis sen van alledag en daar nog echt over kunnen huilen. De wanhoop van de jonge vrouw Laurence steekt daar schril tegen af. Ook zij huilt, maar het is van machteloos heid en wanhoop. De andere figuren steken niet een af, want zij leven in een heel' andere wereld. Simone de Beauvoir schreef het boek in een directe, bijna slordige stijl, als ln een roes van op stand. Indireeter, maar psychologi- scher en niet minder overtui gend is de novellenbunde! „De gebroken vrouw", waarin drie vrouwentypes voortreffelijk getekend zijn. Bij het lezen van haar hoeken, zit je erbij als derde die het proces van groeiende misverstanden tus sen .wee mensen meemaakt. Vaak zie je de oorzaak, maar vaak ook de uitzichtloosheid van het misverstand dat men sen steeds verder uiteen driift. J.P. Een boekje, dat ongetwijfeld ln een behoefte kan voorzien is geschreven door de psycho- logie-docent aan de Portland State Universiteit in Oregon; FRANK WESLEY: MENSEN KINDEREN (oorspr. Childrea- ring Psychology; uitg. Dekker en Van de Vegt f 21,50). Hij wil met dit boek de kloof overbruggen, die er bestaat tussen boeken met doe-het- zelf pedagogie en de theoreti sche wetenschappelijke litera tuur. Het 193 pagina's tellende boekje is theoretisch èn prak tisch en bevat twee overzich telijke delen. Het eerste deel is theore tisch en geeft in het kort de opvaititimigein weer vain Freud, Pia-get en Watson. Daarin wordit tevens een poging on dernomen om enkele conclu sies te trekken, door een aain- tal onderzoeken te vergelijken rond begrippen als leren, in telligentie, beloning ein straf en gedragsbeïnvloeding. Wesley sitalt zich sympa thiek op en heeft niet veel pretenties. „De vraag naar psychologisch advies heeft het aanlbod verre overtroffen. Veel psychologen zijn bang, dat hun wetenschap door een al te koopgraag publiek gedwongen is tot een onverantwoorde uit verkoop", zegt hij. Zelf kiest hij duidelijk voor een behavi ourist ische benadering; dat wil zeggen, dat hij als effectief (werkzaam model) beschouwt, dat gedrag door beloning of versterking in bepaal-de banen te leiden is. Hoewel je je twij fels kunt hebben over het be- haviouristische principe a-ls verklaring(smodeï) van het menselijk handelen, is het toch in een aantal gevallen een praktisch zeer bruikbare benadering. Het tweede deel gaat in op het hanteren van veel voorko mende problemen in de kin deropvoeding als: bedrwateren, duiimzu-igen. eten, slapen etc. Duidelijke en overzichtelijk baseert Wesley zich daarbij op verschillende onderzoeken, zo- Jat zijn beweringen niet ais droge theorieën uit de lucht vallen. Bezwaarlijk vind ik daarbij, dat kwesties als per soonlijkheid en identiteit -niet aangeroerd worden, waardoor je soms de indruk krijgt, dat d mens uitsluitend een bun del gedragspatronen is. Erg aardig is bv. tie lezen, dat Franse ouders openlijK met elkaar over het i.q. van hun kinderen spreken. Een laag i.q. is daar geen gevoelde schande. Het boekje is niet moeilijk en is daarom geschikt voor veel mensen, die op wel ke wijze dan ook met kinde ren te maken hebben. MARIANNE EGBERS Onze huidige georganiseerde systeem van de maatschappij heeft geen volwassen mens nodig. Ze zijn gevaarlijk. Ze passen er niet in. Dat zegt PAUL GOODMAN o.a. in zijn boek GROOTWORDEN IS GEKKENWERK (u itg. Bert Bakker - Alpha boek - f 21,90); een vertaling van zijn boek „Amerika". Hij schreef dit op het eind der vijftiger jaren, hetgeen dan ook te mer ken is aan de voorbeelden, die hij aanhaalt. Maar de geldig heid van dit boek is nog actu eel, ook al omdat het Ameri kaanse leefsysteem Iets later naar Europa overwaait. Goodman schrijft, zoals waarschijnlijk bekend, provo cerend, maar daardoor wel duidelijk. Wat moeten jonge ren met een maatschappij waarin werk minder belang rijk is dan geld-verdienen? vraagt hij zich bv. af. In zijn geheel is onze economische maatschappij niet afgestemd op het ontwikkelen van haar jongeren of het bereiken van belangrijke doelen. Alle ideo logie en cultuur komt tegen woordig voort uit de middelste stand van het georganiseerde systeem, zegt hij in het hoofd stuk klassenstructuur. Wat dit voor gevolgen heeft voor be grippen als bekwaamheid, va derlandsliefde, geloof e.d.licht hij snijdend toe. Hoewel hij daarbij de verschijnselen van de beatgeneration der jaren vijftig analyseert, ia dit nu toch niet alleen maar een his torisch stuk geworden. Deze uitstekende typeringen met hun mogelijk toen extreme uitwendige verschijningsvor men heeft op dit moment in onze samenleving verlengstuk ken gekregen, die min of meer geassimileerd zijn. „De be wijslast van wie er „ver keerd" is, ligt niet bij de jon geren maar altijd bij het maatschappijsysteem", conclu deert hij. Hoewel deze kreet op dit moment niet vreemd is, geeft Goodman daaraan toch zoveel body, dat het boek nog steeds lezenswaardig is. Bij het sleutelen aan allerlei maatschappijsystemen en de leefbaarheid daarvan, wordt dikwijls naar „het oosten" ge keken; met kritiekloze bewon dering of met kritische Argus ogen. Maa rhet leggen van adekwate verbindingslijnen, het goed integreren van een oosters- en westers waarden systeem lukt nog slecht. Wie daartoe wel veel bijgedragen heeft is ALAN W. WATTS; hetgeen o.a. te lezen is in z(jn boek PSYCHOTHERAPIE OOST EN WEST (uitg. Bert Bakker-Alpha boeken, f 14,90). De Nederlandse psychiater- neuroloog dr. C. Manse, die heit boek vertaalde, schrijft te recht in de inleiding: ik kan de bestudering van dit werk ten zeerste aanbevelen, om tot een meer universele en voor alle levensbeschouwingen bruikbare psychotherapie te komen. Het woord „bestude ren" is hier op zijn plaats, want het boekje is niet zo simpel van inhoud. Watts do A een poging om een gemeen schappelijk basispatroon te vinden dat ten grondslag ligt aan onze psychotherapie en het Boedhisme, Taoisme, Ve- danta en Yoga. Hij legt daar bij de nadruk op het verband tussen de oosterse disciplines en vormen van psychotherapie met een sociale, intermenselij ke en communicatieve filoso fie. Onder invloed van het chris tendom hebben we in het wes ten allemaal geïsoleerde „e- gootjes" individuen gekweekt, eer ideale kweekgrond om psychosen te cultiveren, zegt hij. Tegenover „de" oosterse opvatting, dat de wereld een systeem van liefde is staat de westerse psychiater als de of ficiële vertegenwoordiger van een ziek systeem van instel lingen. Momenteel, aldus Watts, begrijpt men in Azië, dat bevrijding meer bevrijding is van sociale condities dan van fysische of metafysische con dities. Therapie is veel meer dan aanpassing, maar op zijn best het vormen van moedige wanhoop. Watts zet daarbij de begrippen „ego", ..reïncarna tie vanuit de oosterse filoso fie recht, en komt o.a. bij de Gestaltopvattingen uit. Een in spirerend boekje. HENK EGBERS Milieuverontreiniging, een probleem waaraan al geruime tijd op alle mogelijke mame ren aandacht wordt besteed. Het gebeurt zo vaak en zo intensief, dat velen er de buik van vol hebben en het verder we! geloven. Maar het milieu wordt nog steeds vervuild en daarom houdt ook de stroom adviezen voor een milieube wust leven nog niet op. GREET BUCHNER bijvoor beeld wijst op een en ander in drie boekjes, die onlangs uit kwamen. Ze kregen de titels: „WEGEN NAAR GEZOND HEID"; „ALlEKNATiEVE SCHOONHEIDSVERZOR GING" en „MILIEUVRIEN DELIJKE ADVIEZEN". Aan het laatste boek verleende Fieke Hoogvelt medewer king. „Wegen naar gezondheid" is een soort catalogus waarin verschillende voedingssyste men aan de orde komen. Het uitermate ongezonde voedings patroon van de mens in de Westerse wereld is volgens Greet Buehner een van de al lerbelangrijkste factoren, die de gezondheid bedreigen of vernietigen. De schrijfster geeeft onder andere een uiteen zetting over de macrobiotiek, vegetarisme, het dieet van dr. Johanna Budwig, verma- ringsdiëten en de schijf van vijf. Ter verduidelijking is een aantal recepten toege voegd. Alle systemen leiden 'ot een soberder, eenvoudiger leven dan de meeste West- ■uropeanen nu leiden. Voor degenen, die dit niet als ono verkomelijk beschouwen kan het boek van Greet Buehner een goede richtwijzer rijn. Wil mer echter volgens een van de systemen gaan leven dan is het aan te raden meer gerichte literatuur aan te schaffen. In tegenstelling tot „Wegen naar gezondheid" gaat „Mi lieuvriendelijke adviezen" diep op enkele zaken in. Uit 4 Greet Buehner. de ondertitel van het boek blijkt in welke richting Greet Buehner met behulp van Fie ke Hoogveld de adviezen wil geven: zelf compost maken- bonden hebben een hekel aan wij nrui t-af weerplan ten jagen luis en slakken op de vlucht- wat doen we met muggen en mieren-muizen hebben een he kel aan kruizemunt- vlooien en spinnen zijn ook niet zo leuk. Op duidelijke manier ge ven de schrijfsters oplossingen voor problemen en probleem pjes en gaan ze preventief te werk. In „Alternatieve sohoon- heidisverzorgin.g" gaat Greet Bu.'iner im op het gebruik van natuurlijke schoonheidsprepa raten. die dooi de eeuwen heen hun nut hebben bewezen. Ze beschr.jft onder andere hoe men zelf natuurlijke brouw sels kan maken voor het reini gen, voeden en beschermen van de huid. Ze kent middel tjes tegen zonnebrand, wratten en wallen onder de ogen en ze wijst er op, dat een mooi li chaam niet alleen afhankelijk is van deze verzorging, maar dat ook de geestelijke gesteld heid, de voeding en de omge ving van groot belang zijn. Het boek bevat tips, die veel vrouwen graag zullen opvol gen, maar daartegenover staat, dat er maar weinig vrouwen zullen zijn, die de onnatuurlij ke make-up, waaronder veel omstreden middelen zitten, willen prijsgeven. De Driehoek in Amsterdam geeft de drie boeken uit. „Mi lieuvriendelijke adviezen" kost f 8,90 en de twee andere f 12.50 per stuk. RIA VAN AART

Krantenbank Zeeland

de Vrije Zeeuw | 1974 | | pagina 13