E
Verkoop van noten in opmars
:isyifc
Ontmoeting met Arabische cultuur
Drie Vlamingen vertellen verhalen
TEKENS AAN DE WAND
CONVENTIE VAN RAAD VAN EUROPA WIL ARCHEOLOGISCHE VONDSTEN VEILIG STELLEN fJ OBE ZONDER GEZICHT
ijdschrift
eleid
xpositie
ota bene
Zaterdag 2 februari 1974
600,- een geschenk van Ph;.
Jsfaïheldere gefufcf en de uiterst
■rtabele bediening. Dit is pasèchtTVl
luxe Philips all-transistor heefteen
Iwaarde van 2.595,- en is een
lenk van Philips Nederland B.V.
J luxe editie, inct, supplement
lOosthoek Uitgeversmij. n.v
I andere BauknecM-apparatsu
i aangeboden door Baukneckt
lolledruk waardoor u kW
Iden doorCarnielli Nederland.
[Starlet, ter waarde van ƒ541'
lam.
Aangeboden door
KODAK Nederland BV
Odijk
lis meedoen maken kans op
n.l. één van de 26 weken aange-
oie aan het eind van de aktieb*
lldvliegreis
JLPLAN b.v.
Jen Haag.
i™/
lersonen per KLM (halfpension).
IET b.v., Alkmaar.
|van het
sschermings-
^gaven, die
>rden
fantastische
eindhoofdprijze11'
n deze
al letters N
Idiagrammen.
issingen (niet de
in. Men telt ze
én horizontaal
It u de N's
inde van de
taal aantal N's
ie u hiermede
op deze paging
W f-' r ':i
JAAl
matisc!
februa:
•GKI TA Vermeulen demon
streert de door haar ontwor-
2. fluit op 4 februari om
14.00 u in het Brabantse Con
servatorium, Kempenbaan 2'
te Tilburg. Belangstellenden
riiilwetkom
m OLIE-maatschappijen laten
het Brabantse Reger Trio (Du-
.anfearp:s'/k John Sekreve.
beiden van HBO en Lucius
Voorhorst) rond de carnavals-
dager. naar Perzië komen
Voor Iconcerten in Abadan.
Ahwez. Emmayez, Isfahan
Shiraz en drie in Teheran.,
waarao ;e Perzinche tv aan
dacht icher.kt
BABARliT-concours, geor
ganiseerd door Conamus, m
maart n april. Voorronden in
Amsterdam, Den Haag,
Utrecht en Antwerpen. Finale
"9 april in Amsterdam. Hoofd
prijs: reis naar Londen en
twee geldprijzen van f 1250,-
an t 750.-.
KONINGIN Elisabeth, in
ternationale muziekwedstrijd,
voor piano dit jaar, in mei te
Brusse Inschrijvingsvoor-
waarden verkrijgbaar bij Con
cours Musical International
Reine Elisbeth, Rue Baron
Horta 1L Brussel.
JAAP Egmond met syste-
reliëfs, van 2 tot 25
'n galerie Kokon.
^^^Eandstraat. Tilburg.
WERELD Jeiigd Orkest
197| van 23 juni tot 1 augus
tus,feerste bijeenkomst in We
nen van 23 juni tot 8 juli,
waar kandidaten op geschikt
heid worden bekeken. Een se
lectie zal daarna repeteren en
eonlërter' in Londen, Tamg-
lewoot. (USA) en Ottawa,
o.I.W Tilson, Ozawa en Bern
stein. .Vergevorderde muzieka-
mateur en leerlingen van
conser loria kunnen zich als
gegHigden opgeven (tel 020-
163701)
INTERNATIONAAL Voca
listen Concours Den Bosch,
vindtdit jaar plaats van 31
augustu ot en met 11 sep
tember.
WAT EEN Planeet, de mu
sical wan Annie MG Sehmid
en Hary Bannink beleefde al
over de 100 voorstellingen. Na
3 ffejjru, laatste voorstel
ling it Carré —gaat de musi
cal hs land n o.a, naar Breda.
Tilburg en Middelburg.
0 Kposrn ICS om naar toe
to gaan: in galerie Micro, Oos-
tot 9 februari, Vijf
WeAbr-biortse kunstenaars
(Gerard Konings, Ruud Nelis-
sen. Peter Oosterbos, Fritz
SSwemmer. Jac. v. d. Smis
sen) Han Claesen, beelden en
Kees Mandos, schilderijen, tot
25 febr Bij BKS, Tilburg;
schilderijen, tekeningen en li
nosneden van Guido Reijer-
man en Ton Gravelijn in
Kruithuis Den Bosch (tot 20
febr.).
NOSTALGISCHE Hoeren
liederen va-n Berthold Brecht
eKKjdgenoten zullen op 5 fe
bruari bij de Sissies hun lan
delijks première beleven in de
Haarlemse Toneelschuur aan
pedestraat.
deSmedesti
Dertien van de zeventien
lidstaten van de Raad van Eu
ropa hebben een Conventie
ondertekend om verdere on
herstelbare schade aan het ar
cheologische erfdeel te voor
komen. De Conventie, die niet
aan een bepaald termijn is ge-
honden, is bekrachtigd door S
lidstaten (België, Denemarken
Cyprus, Frankrijk, Luxemburg.
Malta, Zwitserland en het Ver
enigd Koninkrijk) en onderte
kend door 5 andere staten (Oos
tenrijk, de Duitse Bondsrepu
bliek, IJsland, Italië en Zwe
den). De heilige stoel heeft
eveneens ingestemd met de
Conventie. Tot nu toe hebben
vier belangrijke staten (Ier
land, Nederland," Noorwegen
en Turkije) zich nog niet aan
gesloten.
Maar waaruit bestaat dit ar
cheologisch erfdeel? Archeolo
gische monumenten worden
geboren, wanneer kunstwer
ken na gebruik weer tot hun
natuurlijke omgeving terugke
ren, door de mens verwaar
loosd en vergeten worden en
door de bodem bewaard wór
den. Zij hebben een documen
taire waarde. In sommige lan
den is het een regel, dat ar
cheologische vondsten staats-
bezig zijn, in andere dat ze
eigendom van de eigenaar van
het terrein zijn. Doorgaans is
geen toestemming voor opgra
vingen nodig en de leiding is
in handen van wetenschappe
lijke instellingen. In de mees
te Europese landen worden
het stijgend aantal onwettige
opgravingen beschouwd als
een ernstig gevaar voor het
onderzoekingswerk van oude
tijdperken. Vaak is de douane
controle aan de grens ontoe
reikend en buitenlandse verza
melaars, leden van archeologi
sche commissies en diploma-
tenkoffers worden met wan
trouwen bekeken, hoewel zij
waarschijnlijk slechts een re
latief klein gevaar vormen.
Daarom heeft de Rand van
Europa geprobeerd een oplos-
sing te vinden voor het pro-
dcem in zijn geheel. De eerste
suggestie hiervoor kwam uit
vlexico en Peru. Zij, evenals
andere landen met een rijk
dom aan archeologische schat
ten, wensen niet geplunderd te
worden. In de landen, die
minder kunstschatten bezitten,
bestaat er daarentegen een
grote vraag naar en de menin
gen zijn verdeeld over de
vraag, of zij een culturele
waarde voor de hele wereld of
slechts economische waarde
bezitten.
Itaiië is rijker dan welk
land dan ook aan nog onont
dekte overblijfselen van oude
culturen. Daar men niet over
voldoende personeel beschikt
om de talrijke Etruskische
graven te bewaken, hebben de
„tombaroli" of grafplunderaars
het makkelijk- In 1963 werden
5000 vazen het land uitge
smokkeld. „Italia Nostra" de
organisatie de belast is met de
bescherming van Italiës ar
cheologische en kunstschatten,
schat het jaarlijks verlies op
10 miljoen dollar
Het is de bedoeling van de
Conventie te garanderen, dat
opgravingen alleen door be
voegde personen met speciale
toestemming worden uitge
voerd, die de verantwoording
dragen voor toezicht op de
vondsten en hun behoud. In
formatie over de opgravingen
en ontdekkingen moeten in
wetenschappelijke publikaties
zo snel en volledig mogelijk
worden bekend gemaakt. Het
archeologisch erfdeel wordt
'beschouwd als één van de be
langrijkste bronnen van ken
nis van oude culturen en van
de oudste Europese geschiede
nis. De vernieling hiervan is
een onherstelbaar verlies voor
ieder land. Daarom is het de
plicht van alle Europese lan
den dit te voorkomen, aldus
de Conventie.
„In Brabant en Limburg
wordt opvallend minder op
het electronische orgel ge
speeld dan elders in het land
bij geen ander instrument is
dit verschil zó opmerkelijk
Zeeland is daarentegen het or
gelland bij uitstek". Dat ver
telt een van de nazaten van
van Johannes de Heer, de uit
gever S. J. de Heer. Hij staat
met een tiental andere uitge
vers van muziek op de mu-
ziekbeurs voor de drie zuide
lijke provincies en Vlaanderen
in Tilburg. In navolging van
Het unieke van de vereniging
is, dat zowel de uitgevers als
dé detailhandelaren erin vere
nigd zijn. Er blijken maar vijf
detailhandelaren in heel het
land te zijn, die zich alleen
gespecialiseerd hebben in
bladmuziek de meesten
verkopen er instrumenten
ol'aten etc. bij, waarvan
Spiero in Ti'burg de enige is
in de drie zuidelijke provin
cies.
Door de groei van het musi
ceren op lagere scholen, mu-
Harmoniuim-methoden lijken
uit de tijd, maar in Zeeland,
de Achterhoek en Groningen
is er nog een grote vraag
naar.
Anecdotisch is het volgende.
De zangbundel van Johannes
de Heer (nog jaarlijks onder
steund door de toogdag) is een
begrip in de protestantse we
reld. Het vorig jaar werden er
nog een miljoen exemplaren
van verkocht „Geen produkt
voor het zuiden", zegt S. J.
de eer, „maar opvallend is. dat
teert. „Sedert 1899 doen wij
alleen in blaasmuziek en slag
werk", verbelt een Tierolff-
vertegenwoordiger. Opvallend
is de bak met bewerkingen
van werken van Gabrieli Pa-
lestrina. Bach, Mozart, Coupe-
rin e.d. voor blaaninstrumen-
ten. ,.Zeer in trek op het
ogenblik. Maar evengoed
wordt op dit moment gewerkt
aan een bewerking' van „Den
ui'l zit in de olie" voor fanfa
re. Bij Donemus vind je de
partituren met composities van
Toebosch, Van de Boorera, De
gezegd. Natuurlijk geven de
uitgevers ook opdrachten. Zo
worden, in opdradht, buiten
landse musea afgestroopt om
oude manziek op te siporen en
te bewerken voor de Velle-
koop-serie. De auteursrechten
zijn met de jubilerende Bu-
ma op de achtergrond, zeer
stringent geregeld: een derde
voor de componist, een derde
voor de uitgever en eenderde
voor de tekstdichter. De win
kel verkoop biedt 35 tot 40%.
„Een van onze grootste proble
men is nog steeds het over-
de bockerbeurs organiseert de
Vereniging van Muziekhande
laren en Uitgevers in Neder
land de laatste jaren ook beur
zen. waarop voor alle moge-
Ijjkkc instumenten alle moge
lijke muziek getoond wordt.
„Een van de positieve resulta
ten is, dat de vraag naar min
der bekende werken bij het
publiek toeneemt", aldus De
Heer.
Nederland telt ongeveer 70
uitgevers van muziek en een
kleine 400 muziekhandelaren.
Éjt'
it
r"" ré
Tfir Sr.
ziekscholen, maar ook in de
privé-sector, is de vraag naar
noten op papier groot. Natuur
lijk liggen op de beurs nog de
klassieke Peeters-banden e.d.,
de pianoboeken van Ciementi
en Kuhlau, maar zegt P. van
Zuylen va de uitgeverij X-
IJ-Z: „De vraag naar eenvou
dige methodes neemt steeds
meer toe; de mensen willen
iets gezelligs kunnen doen met
een ihstrument en zijn gauw
tevreden met het spelen van
enkele melodieën. De Bach-
Inventionen gaan eruit"
de laatste twee jaar waar
schijnlijk onder oecumenische
invloeden de bundel, ook
herhaaldelijk in de zuidelijke
provincies gekocht wordt."
In de harmonie- en fanfare
muziek is er ook wel iets aan
de hand. De twee enige Ne
derlandse uitgevers op dit ge
bied zijn Molenaar uit Wor-
merveer en Tierolff uit Roo
sendaal beide op de beurs aan
wezig.
e eerste specialiseert zich
vooral op Nederlands werk,
terwijl de tweede veel impor-
Leeuw, Loevendie e.a., die val
len onder de moeilijk ver
koopbare (gesubsidieerde)
stukken. Uit Amerika komt
een stortvloed van „publiek-
trekkers', zoals Tierolff ze
noemt. „Populaire muziek van
b.v. Walters, die gemakkelijk
in het gehoor ligt". Muziek
Noël Coward, uit de Showboat,
van Count Basie, uit de
New Orleans Jazz Style voor
piano; je kunt het zo gek niet-
denken of het ligt er.
Het aanbod van briginele
composities is matig, wordt
schrijven van partijen, het
geen tegenwoordig met licht
drukapparaten e.d. gemakke
lijk gaat", zegt S. de Heer.
„Wij trachten dit te voorko
men door een folder, waarop
gewezen wordt dat dit een
misdrijf (dierstal) is. Maar de
meeste mensen van koren en
korpsen beseffen gewoon niet
dat het fout is". Dat is dan
ook een van de weinige valse
noten bij de handel en wandel
van het notenschrift tot lering
en vermaak van een groeiend
publiek. H E.
TONEEL-TEATRAAL -1:
„Nu ligt aan ieder beleid, dus
ook aan subsidiebeleid de
vraag ten grondslag: „Wat heb
je met de mensheid voor?".
Als het antwoord daarop ver
doving is, subsidieer dan Podi
um en alle vrjje produkties,
ach, eigenlijk alle amuse
ment... Dat wil niet zeggen,
dat amusementt verboden
moet worden. Maar 't door sub
sidie stimuleren van bepaalde
vormen van amusement is niet
te verdedigen", aldus Lien
Heyting m „Geen geld voor
Podium". Verder o.a. een kri
tische beschouwing over het
nieuwe culturele centrum van
Groningen; Tom Blokdijk en
Nico Brink over de toneel
voorziening in Rotterdam;
Wordt Living Theatre een
tweede Sater? (Blokdijk) en
een gesprek met Jefry Shaw
en -Theo Botssthuyver van de
^Bjentstrueture Research
Group over Diadrana en an
dere plannen op diadrama-
tisch gebied (T.-T., postbus 58,
woningen
HOLLANDS MAAND
BLAD -314: „Het leerstuk
van de consumentensoeverei-
niteit is een van de meest
Uitgewerkte mythen van de
Jjurgerlijke economie", zegt J.
Velmer n „Een kritiek op de
burger', nee economie". Het ge-
wenste doel van de democrati
sche staatsvorm, sociale recht
vaardigheid, is iets totaal an
ders dan inspiratie, het ele
ment dat richting geven toe
voeg! aan onderzoekarbeid
meent A. Sleeswijk in zijn
bijdrage over „De universiteit
Mpiousiasten en ambtena
ren"
^Voudraiiu oeweert dat zij.
boek (Wie is van hout) eei
wetenschappelijke kant heef'
maar aan alle kanten blijk
het niet zo te zijn. Foudraim
heeft ons een rad voor dc
ogen gedraaid. Zijn boek kal
de prullemand in, Foudraine;
ideologie is in tegenspraal
met de realiteit", beweert Ju
dy van Emmerik o.a. in „Wii
is van goud?". Verder o.a. lite
raire bijdragen van Korteweg
Guepin en Kuijer. (HM. No
(tolstraat 27, Den Haag).
De laatste tijd hebben de
Arabieren ons westerlingen
verrast door handelwijzen en
uitspraken, die verwarring
zaaiden. Ze klopten vaak niet
met onze westerse logica. Wat
zit daar achter? Wat zijn het
voor mensen? Vanuit welke
cultuur leven zij? We zullgn
waarschijnlijk om deze en an
dere vragen, rond een Ara
bische cultuur, niet meer heen
kunnen in de toekomst. Een
gelukkige toevalligheid is
daarom de tentoonstelling
SCHOONHEID VAN DE
MAGHREB, die tot en met 26
mei te zien is in het Bredase
Rijksmuseum voor Volkenkun
de Justinus van Nassau: de
dependance van het gelijkna
mige Leidse museum en ge
richt op een functie voor heel
zuidwest-Nederland. De voor
werpen laten je proeven aan
het artistieke leefklimaat van
een cultuur, waarvan we ons
het bestaan maar al te bewust
worden, maar waarvan we te
weinig weten.
Het is de eerste keer, dat
een deel van de bijzondere
collectie uit de landen van de
Maghreb (Algerije, Marokko
en Tunesië) bezit van het Mu-
sée National de Arts Africains
et Océaniens (afd. Arts Magh-
rebins Musul mans te Parijs),
aangevuld met stukken uit het
museum voor Land- en Vol
kenkunde in Rotterdam, bui
ten Frankrijk geëxposeerd
wordt. Na Rotterdam en Brus
sel is Breda de derde stad, die
deze tentoonstelling toont
Honderdnegentien stukken
van grote kwaliteit, die als
sieraden, borduurwerk - voor
al! brokaat, wapens, waar-
dewerk, kostuums en koperen
vaatwerk, vertellen van een
zeer persoonlijke Islamitische
kunst. Vanaf het einde der 16e
eeuw, toen de handelsbetrek-
cataglogus (f 7,50) veel we
tenswaardigheden voor een
goed begrip vertelt. De expo
sitie toont voorwerpen uit de
periiode van het einde der 17e
tot het begin der 20e eeuw.
Het is vooral de stadscultuur,
die aan de orde komt. Geïllus-
:reerd met foto's over oude-
9 Parjumbrander (20e eeuw) uit Casablanca.
kingen steeds meer toenamen
en elk der drie landen min of
ginele eigen persoonlijkheid
gevonden, schrijft Marguerite
meer begon te breken met de Olagnier-Riottot, die met twee
oude tradities, hebben zij uit- collega's van het Parijse mu-
eindelijk hun definitieve, ori- seum in de pover uitgegeven
en nieuwe situaties in deze
gebieden, met kaarten en tek
sten, zij n de voorwerpen uit
stekend geëxposeerd in het
Bredase museum.
Tunesië, Algerije en Marok
ko zijn in de loop der eeuwen
beïnvloed door talloze cultu
ren, vorstenhuizen etc. Dat er
op den duur toch een typisch
eigen cultuur is ontstaan,
wordt toegeschreven aan het
geestelijke cement, dat de hei
lige boeken van Mohamed (De
Koran) leverden. Een authen
tieke Islamitische kunst; me
ditatief en abstract, geaccentu
eerd door de kundige vlakver
deling, schoonheid van calli-
grafie, wiskundig lijnenspel en
charmante decoraties, die
veelal geïnspireerd zijn door
de natuurl.
Wat is er zoal te zien? Uit
Tunesië is er b.v. onder de
collectie sieraden (enkelban
den, armbanden) een zoge
naamde Rihana te zien; typi
sche voorbeeld van beroemd
geworden Tunesische edel
smeedkunst, waarbij aaneenge
schakelde ringen geen spoor
van soldeerwerk vertonen. Bi]
he Tunesische borduurwerk
vallen bijzonder op de bor
duursels van goud- of zilver
draad; je denkt aan het kli
maat (letterlijk) als je b.v.
een bloes uit Tunis ziet van
zijde-fluweel, met zwaar ge
vlochten galons van zijde en
gouddraad, pailletten en koor
den; of een kinderkostuum
van hetzelfde gewicht. Een
prachtige grote dekschaal uit
het eind der 17e eeuw maakt
deel uit van de vrije grote
collectie aardewerk. In Alge
rije is vooral centrum Algiers,
dat de toon aangeeft; de wat
weelderiger vormen verraden
invloeden van elders. Bij het
borduurwerk een aantal ma
jesteitelijke, maar zeer fijn
zinnige sjaals met lofwerkver
sieringen op Linnen. Bij de Ma
rokkaanse afdeling vallen de
wapens op; rijk versierde dol
ken, kruithoorns e.d. Marokko
heeft zijn versieringen zeer
sterk gestyleerd en maakt
t.a.v. de beide andere landen
een statische indruk bij de
decoraties (niet in de vor
men). Een andere uitschieter
is het beschilderde houtwerk;
een wandkastje en enkele
deurpanelen van cederhout en
beschilderd op een folkloristi
sche wijze. Het Marokkaanse
brokaat (met Spaanse invloe
den) dient ook vermeld, als
mede het koperwerk, waarbij
een opvallend mooie parfum
brander - gegraveerd en open
gewerkt -, waar men roze- en
oranj ebloesemwater indeed.
Dit zijn maar enkele tips uit
deze tentoonstelling, die je
laat proeven aan een cultuur
met zeer specifieke eigen ka
raktertrekken. Ongetwijfeld is
de huidige Maghreb aan het
verwesteren, maar de bodem
is er nog gedrenkt met typisch
eigen karakteristieken, waar
van een deel ongetwijfeld via
deze tentoonstelling op je af
komt.
H.E.
MARNIX GIJSEN is om
schreven als „de laatste god
van de Nederlandse letterkun
de en: „het is ook wel een.'
-voorgekomen maar toei
had ik teveel gedronken
dat ik tijdens mijn orgasm
stamelde: Ik ben de grote Go
Pan'zo luidt de laatste rege
van zijn verhalen-bundel: Dl
GROTE GOD PAN (uitg
ionS en ^an Ditmar - I
18,90). Gijsen mag dan een
(oddelijke scheppingskrach'
lezitten, maar hij lg dan we
■en god met een grote grijz*
iaard, die als vlotte causseu:
'en mooie maar afgesloten
'aal spreekt over anekdotisch!
taken. Zijn kritische observa-
:es worden tot een goed
geconstrueerd kostelijk
amusement gep daar een
liefhebber van en s'oren zijn
schijn-pretenties je niet, dan
levert deze bundel aangename
leesstof op. Hij vertelt er in
over zijn jeugd: merkwaardigi
gebeurtenissen in de sfeer van
•en bourgeoisie-cu.'uur; zoal:
,De daghit en de maintenee"
3epaald niet ongeestig is met
■rudiet vertoon geschreven ti-
el-verhaal over een obscuui
irovinciaal ieraar, die wereld
leroemd werd. Toch be
<ruipt je het gevoel, dat prol
ir. J. Goris ondanks zijn kos-
nopolitische ervaringen is
olijven steken in denkpatro-
ïen, die wel geavanceerd lij
ken, maar dat niu zeker niei
neer zijn. Voor gezellige mij
meringen kun je in deze bun
del goed terecht.
Indringender zijn de verha
ien van WARD RUYSLINCK
waarvan er weer vijf bijeen
gebracht zijn in D E VERLIEF
DE AKELA (uitg. Paris-Man-
teau-Marnixpoi- '(6- f 4,50).
Ook nu hanu Ruyslinck
weer een tragiscu wereld van
egenstellingen. Zeer poëtisch
s het titelverhaal, waarir
iroom en werkelijkheid elkaa
nsseren. „Het was of ik i
oek
•vee helften uit elkaar viel.
Jie van elkaar vervreemden"
Ruyslinck, die noga] kritisch
staat tegenover huidige maat
schappelijke ontwikkelingen
ironiseert in „Twaalf miljoen
laatjes" op aangrijpende wijze
ongezonde arbeidsverhoudin
gen; gal en humor. Ook in de
drie andere novellen tekent
hij op een subtiele manier de
wijze waarop mensen elkaar
manipuleren in een onoprechts
samenleving. Boeiende verhr
en om te lezen.
JEF GEERAERTS is doorgi
ichoten naar „de groten", du
crijgt hij na de pockets ooi
■en volwassen boek. In VEK
1ALEN (uitg. Manteau -
9.90 zijn een tiental verha-
en, die eerder verschenen in
„De tragolieten" en „Indian
Summer" opnieuw, maar nu in
een linnen band. De Gee-
-earts-liefhbebers kennel
waarschijnlijk zijn verhalei
sis „De vulkanen". Lieve ma
ma" en „Anovlar". De laatste
vijftig pagina's zijn gevuld
met een viertal nieuwe verha
len, die hij zelf noemt „vinger
oefeningen in voorbereiding
tot Gangreen-3", Poëzie
wreedheid blijven bij Gee-
raerts gevangen in van doods
angst bevangen knappe woor-
ienstromen. Een bitter vitalis-
ne, dat voor vele lezers eei
lanslag op het eigen zenuwge
del zal opleveren. Wat hi
chrijft gebeurt toevallig alle
naai wel. maar in een gc
itroomlijnde en gedrogeerd
maatschappij wordt het ontlo
oen. „Schematisch relaas pos
actum van een verstandskiee
-xtraetie" en „Heer Hasi" b>
?etuigen van een bijna moor
lende vorm van introspectie
Gn je vraagt je af of er vee
/erschil is tussen de grijzi
sfeer in „Wintertje aan Zee"
en de opgetogen stemming in
..Een blijde, onvoorziene dag".
Het leven is een wrede vreug
de bij Geeraerts. Sterke type
ringen.
H E.
Dreigt Zuidelijk Toneel Glo
be geen uitgehold mechanisme
te worden, nat uank zij het za
kelijke talent, respectievelijk
het intuïtieve genie van zijn
twee leidcis (Lutz en Bloem
kolk) blijft rollen? Dat vraagt
de commissie Beoordeling To
neelgezelschappen van de
Raad voor de Kunst zich af
bij het uitbrengen van een ad
vies over de taakstelling en
begrotingen, door toneelgezel
schappen ingediend met het
oog op het volgende speelsei
zoen. De achtkoppige commis
sie, onder wie directeur Ul-
iings van de Eindhovense
schouwburg, neemt in dit ad
vies een twintigtal toneelinsti
tuten in ons land op de korrel.
Ten aanzien van de door Glo
be geformuleerde taakstelling
vraagt de commissie zich af
wat alle fraaie volzinnen eruit
werkelijk inhouden. „In de
praktijk blijkt het artistiek
hoge niveau niet haalbaar bij
gebrek aan een sterk tableau,
terwijl de kwaliteit van de
voorstellingen zeer afwisse
lend is", zo wordt gezegd.
„Van het handhaven of verbe
teren van het niveau is hier
door geen sprake. De zo fraai
geformuleerde clichés worden
in het tot nog toe vertoonde
zelden waargemaakt. Het be
staan van een regio wordt niet
ontkend, maar van specifieke
wensen of eisen vanuit die
regio wordt niet gerept en ook
uit het gespeelde repertoire
dat in middelgrote zalen nooit
adekwaat gebracht kan wor
den, zoals ook in het advies
over Globe met betrekking tot
het huidige seizoen werd op
gemerkt blijkt niet of die
bestaan...
Van enige interne bewust
wording omtrent datgene
waarmee men bezig is, blijkt
uit de taakstelling niets. Er
ontbreekt een geformuleerde
neerslag van groepsdenken
over motivatie, structuur etc.
Wellicht, zegt het advies, ver
dient het aanbeveling de artis
tieke leiding meer invloed op
het beleid te geven en zich
duidelijker op zijn regio te
richten.
Het gezelschap mist nu een
herkenbare identiteit". De
commissie beslist uiteindelijk
positief over de subsidie-aan
vrage van Globe onder voor
behoud, dat enkele drastische
bezuinigingen nodig zijn, met
name op de representatiekos
ten.
Over Proloog wordt gezegd:
„Tot nu toe werd geen subsi
dieverzoek voorgelegd. Zodra
dit ontvangen is, kan de be
oordeling, met inbegrip van
pre-advisering door de com
missie Jeugdtheater, plaatsvin
den" In de voorbemerkingen
van het advies-rapport zegt
men o.a. dat het wenselijk is,
dat de beoordelingsnormen
van de verschillende overhe
den een grotere parallel gaan
vertonen. Deze commissie ad
viseert niet kritiekloos
het rijk positief met betrek
king tot het subsidiëren van
Globe. Maar wat doet de com
missie Van Dijk, die in het
najaar '73 door de provincie
werd ingesteld? Zoals bekend
is er, juist in verband met het
subsidiëren van Globe (en
Proloog) bij de grootste subsi-
diënt, de provincie Noord-Bra
bant (i.e. de vier grote steden
daarin) nogal wat rumoer ge
weest. Er werd een provincia
le studiegroep, onder leiding
van de Tilburgse hoogleraar in
het belastingrecht J. van
Dijk ingesteld, die het functio
neren van het beroepstoneel in
het zuiden moest bestuderen.
In verband met de te nemen
beslissingen zou de groep vóór
31 december '73 de provincie
een advies uitbrengen. Dat is
nog niet gebeurd; de groep
blijkt nog steeds te studeren.
Nu de vanzelfsprekendheid,
waarmee in het verleden sub
sidies van rijk, provincie en
steden aan elkaar gekoppeld
werden, blijkt weg te vallen,
komt ook bovengenoemd ad
vies in de lucht te hangen.
Temeer, omdat een totale her
structurering van het beroeps
toneel in het zuiden een voor
de hand liggende zaak lijkt.
Een spoedig advies van de
groep Van Dijk, lijkt dan ook
wenselijk, anders zullen er ga
ten vallen in de beleidsbeslis
singen op diverse niveaus,
wanneer er beslist moet wor
den over het voortbestaan van
Globe en Proloog.
De commissie Beoordeling
zegt verder o.a. van de Haagse
Comedie, dat er sprake is van
een kwalitatieve afbrokkeling
bij de groep. Het gezelschap,
dat speelt op zaalbezettingsze
kerheid en het sterrensysteem
hanteert, schijnt zich hiervan
niet voldoende bewust. Er is
sprake van bedrijfsblindheid.
„Evenals voor Globe geldt, zal
ook hier in de naaste toekomst
een totale beleidsombuiging
hoognodig zijn", staat te lezen.
De negatieve advisering t.a.v.
Podium heeft al de nodige re
acties opgeroepen. „Er is geen
enkel argument Podium op
nieuw subsidie te verlenen.
Door het kiezen van een citaat
van Noel Coward: „Succes
means box-office" plaatst Bob
de Lange zich naast de weg
die naar subsidie kan leiden.
De door Podium gekozen doel
stelling is uitgemond in een
bedroevend resultaat". Tegen
over dit meest negatieve ge
luid staan als meest positieve
waarderingen die voor Theater
en het Werktheater. Een be
langrijk besluit bij dit alles is,
dat de commissie de gehele
problematiek van de thans
geldende subsidieverhoudingen
nader zal bestuderen. De ne
gatieve resultaten van vele ge
zelschappen worden namelijk
mede veroorzaakt door de thans
geldende subsidieverhogingen.
Verbruikers uit bepaalde intellectuele en artistieke milieus
gaven tot voor kort de voorkeur aan de ongedecoreerde vorm.
Gladde witte polyester stoelen, serviesgoed zonder bloemetjes,
blange muren in huis etc. Clean heet dat. Geen flauwekul met
tierelantijnen. De nadruk ligt helemaal op de vorm. Maar omdat
we op de lagere school nog steeds niet Ieren wat beter wonen
en leven in onze tijd betekent heeft de grootste kopersgroep
nauwelijks aandacht of belangstelling voor die vorm. Ornament,
decor en sier vragen echter de laatste tijd opnieuw om aan
dacht. Een nieuwe trend naar kitsch en romantiek, ook in de
vormgeving, is echter daarbij speurbaar. Het ornament wordt
daarbij vaak misbruikt om iets onnodig op te dirken of meer te
doen schijnen dan het is. Dat komt. omdat men niet meer goed
weet. waar de oorsprong ligt van de tekens, symbolen en orna
menten, die worden gebruikt. Het z(jn inhoudloze dingen ge-
vorden. die niet meer verwijzen naar onze wijze van bestaan.
Ie oud-directeur van de Eindhovens Academie voor Industriële
ormgeving RENé SMEETS, die o.a. deze gedachten ventileert
u zijn boek ORNAMENT. SYMBOOL TEKEN (uitg. Cante-
'eer - 32,50). heeft een poging ondernomen de grondbegrippen
an versiering, ornament en decor opnieuw voor onze tijd sa-
len te vatten. Het L« een erg mooi (en duur) boek geworden,
aarin de 168 pagina's voor de helft gevuld zijn met 223 zorg-
uldig geselecteerde afbeeldingen. In de tekst toont Smeets zich
cn goed compilator; zijn tekst geeft met name een samenvat
ing van de vele literatuur op dit terrein. Daarbij gaat hij vooral
lit van de natuur als bron voor orde en maat, in symbolen en
ekens tot uitdrukking gebracht als weerspiegelingen van een
evensritme. Aandacht heeft hij daarbij vooral voor de samen
hang tussen geometrie en schoonheid. Bij oude cultuurvolken en
natuurvolken speurt hij naar de oerkracht van vele tekens. In
onze tijd worden veel symbolen en tekens overboord gezet om
dat ze inhoudloos geworden zijn (b.v. in de liturgie), toch dwingt
de behoefte aan visuele communicatie ons telkens nieuwe te
kens met inhoud te vinden. Dit hoek van Smeets 's daarbij aan
alle geïnteresseerden en creatieve expresslingen aanbevolen.