►roken!)
zeeuws
le
ft
177
ïaturel
169
us
425
0
98
inator
ist
EVIBEL 25 JAAR
eel werk gedaan
Zevibel draait deuren open
ZEVIBEL
IS VOOR
BRESKENS
GOEDE ZAAK
Rentabiliteit is heel wat verbeterd
mm
ram
stad
ereniging tot bevordering van de
Zeeuwse visserijbelangen, Zevibel, be
staat 25 jaar. Ter gelegenheid van dit
zilveren jubileum wordt er vrijdag 25
januari in Het Scheldekwartier in Vlis-
singt ii tussen 16.00 en 18.00 uur door
hetjbei-tuur van Zevibel een receptie ge-
houden. In die 25 Zevibel jaren is er
voor de Zeeuwse vissers en mosselkwe-
kers veel veranderd en ook voor de toe
komst staan er heel wat nieuwe ontwik
kelingen te wachten. In verband met
het Zevibel-jubileum spraken wij over
ikel
SRV
punten
Voorzitter Lockefeer:
verleden, lieden en toekomst met alge
meen voorzitter A. L. S. Lockefeer, J.
de Winde als voorzitter van de kotter
sector, A. Rammeloo, voorzitter van de
mosselsector en J. Eekliont, oud-burge
meester van Breskens en tevens een der
oprichters van Zevibel.
Vrijdag 18 januari 1974
apparaten en
zeer snelle groei
epaard gaande
technische dienst
:k - V.E.V.
andige funktie
ingen in een
edrijf.
wordt gaarne
bovenstaand
sche Dienst,
(12).
0 A. L. S. Lockefeer.
„In de afgelopen 25 jaar is
(r door Zevibel heel wat ge-
iaan. We hebben samen een
|brok werk verzet. Er is een
amhorigheid onder de leden
ntstaan, die er vroeger niet
vas. De Zeeuwse visserij
leeft via Zevibel een goede
aam gekregen in Den Haag
len bij landelijke organisaties.
Kaar ons wordt nu geluisterd
Be woorden zijn van de heer
L. S. Lockefeer, de man,
flie 25 jaar voorzitter is van
■et even oude Zevibel.
Een Zevibe! dat juist in
let vijfentwintigste jaar met
peel wat problemen heeft te
ampen. Het voornaamste
probleem daarvan is de
raag of de mosselcultuur
Koor Zeeland behouden kan
blijven Volgens de heer
pockefeer kan dat niet als de
sterschelde dicht gaat.
de Oosterschelde dicht,
hn voorziet de heer Locke,
niet alleen het verlies
van de mosselcultuur, maar
■tlgens hem zirn dan ook
peel wat moeilijkheden voor
e Zeeuwse kustvissers te
jerwachten.
De heer Lockefeer blijft
Böpen dat de commissie
Jlaase.z voorstander zal zijn
Iran een open Oosterschelde.
LZolang er leven is, is er
loop. Het is laat, maar nog
piet te laat. De Oosterschelde
nog niet dicht", zegt de
leer Lockefeer in dit ver-
Bnd.
De bemoeienissen van de
beer Lockefeer met de
leeuwse visserij daleren in
feite al uit zijn periode als
Bid van Gedeputeerde Staten
Tan Zeeland. ..In 1946 werd
IBor Provinciale Staten en
frisserijgemeenten een stich
ting in het leven geroepen,
die ziah ten doel stelde de
tijdens de oorlog gehavende
vissersvloot weer op te bou
wen. In de statuten stond dat
een lid van G.S. voorzitter
moest zijn. Ze hebben mij
toen aangezocht en ik heb de
functie aanvaard. Dat duurde
tot 1948 Toen werd de stich
ting ontbonden vanwege het
bereiken van het gestelde
doei. De vissers richtten toen
zelf een stichting op en vroe
gen me om mijn medewer
king. En dat doe ik nu nog.
In ai die jaren is het werk
mij steeds meer gaan boeien.
Het was een mooie taak om
de mensen te helpen met
hun grote, moeilijke proble
men", zegt de heer Locke
feer.
In de kwarteeuw, dat Ze
vibel bestaat, is volgens de
heer Lockefeer veel bereikt.
Hij noemt enkele voorbeel
den:
Toen in 1950 door toe
doen van de mosselparasiet
de mosselleveranties sterk
terugliepen, bereikte Zevibel
dat in de Waddenzee mossel
percelen beschikbaar werden
gesteld.
Gezorgd werd voor een
vrije markt voor mosselen,
waardoor de vaste mossel-
prijs en de regeling voor het
leveren van slechts bepaalde
hoeveelheden verdween. Ook
ontstond toen het mossel
fonds.
—De kottersector groeide
uit van eenvoudige garnalen
visserij tot een bedrijf, dat
thans alle soorten zeevis aan
voert.
—In verband met de ge
volgen van de Deltawet wer
den door Zevibel bergen
werk verzet. Ook kwamen
van deze kant al snel protes
ten tegen de plannen om de
Ooosterschelde af te sluiten.
En dat laatste voorbeeld
brengt de heer Lockefeer
dan meteen weer terug op de
strijd, die hij en vele ande
ren noig steeds voor het
openhouden van de Ooster
schelde voeren.
„Ik heb er vertrouwen in
dat de commissie Klaasesz
objectief is. Ik heb de indruk
dat de leden van deze com
missie de Oosterschelde niet
zonder meer willen afsluiten
en ik heb er vertrouwen in
dat de commissie met alter
natieve voorstellen zal ko
men", zegt de heer Locke
feer ongeveer een maand
voordat een standpunt van
de commissie wordt ver
wacht.
Een verwijt van de kant
van de heer Lockefeer echter
aan het adres van het pro
vinciaal bestuur van Zeeland.
„De staten van Zeeland tillen
niet zwaar genoeg aan de
belangen van de visserij. We
zijn bitter gestemd. We voe
len ons landelijk en provin
cial in de steek gelaten. Bij
het aannemen van de Delta
wet heeft men ons afgeschre
ven", zegt hij.
Op de vraag of hij ook bij
afsluiting van de Ooster
schelde nog de voorvechter
van Zevibel blijft, is het ant
woord van de heer Lockefeer:
„Ik ben bereid om zolang ik
daartoe de kracht heb te
blijven vechten voor behoud
en verbetering van wat er
dan nog te behouden is. Ik
laat mijn mensen niet in de
steek. Ik ben te veel van hen
gaan houden".
0 Visserijhaven van Breskens.
„De Zevibel draait deuren
voor je open, die anders nog
wel eens een tijuje gesloien
nauden Kunnen unjven. De or
ganisatie is een goede zaak
en krijgt dingen voor elkaar,
die wij vissers in aizonuer-
lijke, plaatselijke verenigin
gen nooit voor eiKaar nauuen
gekregen. Dank zij Zevibel
telt ue Zeeuwse visserij lan
delijk wei degelijk mee en
daarmee zijn wij erg geluk
kig".
Visser Jan de Winde, voor
zitter van de sector kotter-
visserij van Zevioei, is een
enthousiast voorstander van
de organisatie. „Zevibel
werkt als het ware in de
keuken, het helpt mee de
maaltijden voor te bereiden.
Daarnaast is in de aigeiopen
25 jaar het walbelang voor
de visserij zo toegenomen.
Denk maar aan accommoda
tie, prijsvorming en noein
maar op. Zaken, die de vis
ser als hij op zee is onvol
doende kan bijhouden. Kijk
dat nu doet Zevibel voor
hem, en goed mag ik wel
zeggen", aldus de heer De
Winde. „Dank zij dit over
koepelend orgaan hebben wij
het nationaal aardig kunnen
rooien Zevibel is een goede
zaak geweest".
De Heer De Winde is al
zo'n 22 jaar in de visserij
organisatie betrokken. In al
die jaren, zo zegt hij, heb ik
noch op onze vergadering
noch op die bij zustervereni
gingen ooit echt ernstige
klachten over Zevibel ge
hoord, en ik vind dat zoiets
toch wel veelbetekenend
is".
Over de invloed van Zevi
bel heeft de heer De Winde
een aardig voorbeeld. Een
aantal jaren terug werden
een paar van onze kotters
vastgehouden in Frankrijk.
Formeel misschien juist. Bui-
M
e J. DE WINDE,
tenlandse Zaken kon niets
voor ons doen. Onze voorzit
ter de heer Lockefeer te
lefoneerde en reisde
daarna naar Frankrijk
als onze vertegenwoordiger
en wist schepen en beman
ning los te krijgen. Ik heb
dat altijd een aardig stuntje
gevonden".
De problemen zijn niet ge
ring voor de visserij, aldus
de heer De Winde. „Het is
een miljoenenzaak geworden
die een heel goede begelei
ding nodig heeft".
In dit verband prees hij de
Zeeuwse visserij gelukkig
met de figuur van zijn huidi
ge voorzitter. „De vraag is of
die figuur ooit te verbeteren
zal zijn, formidabel wat die
allemaal al voor de Zeeuwse
visserij heeft gedaan".
Wij hebben thans een erg
goed bestuur, maar de conti
nuïteit hiervan baart me wel
eens zorgen. Tenslotte kun
nen wij niet ontkennen dat
de top thans aan het vergrij
zen is en met het oog op die
continuïteit zou ik eigen Ijk
wel willen dat er nu al een
man in ons bestuur werd op
geleid die als het onverhoopt
nodig is de vlag kan overne
men, een soort kroonprins
dus. Er zitten beslist capabe
le mensen hiervoor in onze
vereniging", zo besloot de
heer De Winde.
„Vanaf het begin heeft het voormalige gemeentebestuur van
Breskens de ontwikkeling van Zevibel gevolgd en gesteund.
De visserij was tenslotte de kurk waarop een deel van het
economisch leven in Breskens dreef."
Oud-burgemeester J. A.
Eekhout van Breskens is nog
steeds nauw bij de Zeeuwse
visserij betrokken. Vanaf de
oprichting van Zevibêl
maakt hij van het bestuur
deel uit. „Het heeft me geen
moment verveeld en ik denk
ei daarom nog niet aan hier
mee op te houden. Het
maakt thans een stuk van
mijn leven uit", zo vertelde
hij in zijn woning aan de
Dorpsstraat in Breskens.
De heer Eekhout kwam al
in 1921 naar Breskens en
heeft de visserij zich gesta
dig, en na de oorlog zelfs
stormachtig, zien ontwikke
len. „De eerste klap kwam
in 1940, toen de Fransen on
ze vloot tot zinken brachten.
Toen die tijdens de oorlog zo
goed en zo kwaad als moge
lijk was werd opgelapt,
kwam in 1944 de tweede
klap, bij het bombardement
op Breskens. De hele boel
lag 'plat en dat zette het
toenmalige gemeentebestuur
aan het denken. Welke rich
ting moesten wij uit met de
visserij. Er lag uiteindelijk
een economisch terrein braak
dat ontgonnen moest worden.
Duidelijk was wel dat de
visserij in Zeeland, wilde die
tot ontwikkeling komen,
moest samenwerken" Met
volle overtuiging ging Bres
kens dan ook mee in Zevi
bel, die nu 25 jaar geleden
werd opgericht. Grote waar
dering heeft hij voor de stu
wende werkkracht van voor
zitter A. Lockefeer. „Formi
dabel hoe die man zich voor
Zevibel inzet", aldus Eek
hout.
Maar ook Breskens zat niet
stil. Er kwam een steun
maatregel voor vissers die
een nieuw schip wilden laten
bouwen. „Met deze garan
tiestelling hebben wij goed
werk kunnen verrichten",
zegt de heer Eekhout., die
wijst op de ontwikkeling van
de vissersvloten in Zee
land.
Toen Zevibel eenmaal goed
en wel draaide kwam men
tot de ontdekking dat er
meer belangen waren, „er
lag een breder terrein dan
wij dachten. De mosselvisse
rij kwam erbij en om effi
ciënter te kunnen werken
werd het bestuur gesplitst in
de sector kottervisserij en de
sector mossels, met eigen
voorzittérs. „Deze structuur
werkt erg goed", vindt de
heer Eekhout.
Zevibel heeft zich de afge
lopen jaren met allerlei za
ken in en om Zeeland bezig
gehouden. Denk b.v. aan de
Oosterschelde, maar ook aan
de visserij concentratie. Hier
over zegt de heer Eekhout
eigenlijk wel te geloven in
twee vismijnen. „De hieruit
ontstane concurrentie kan
vruchtbaar werken", zo
meent hij. „Men moet Zevi
bel in deze maar laten betij
en. We zullen eerst moeten
afwachten hoe de zaken zich
gaan ontwikkelen".
J. EEKHOUT.
A. RAMMELOO.
In die vijfentwintig jaar
dat Zevibel nu bestaat is de
rentabiliteit van de mossel
kwekerijen er beslist op
vooruit gegaan. Dit is de
conclusie van de heer A.P.R.
Rammeloo uit Philippine, de
voorzitter van de mosselsec
tor binnen Zevibel. „Finan
cieel zijn we erop vooruit ge
gaan", zegt hij.
„Het mater'aal en de accom
modaties zijn ook sterk ver
beterd. Neem nu alleen de
schepen. Vroeger varieerde
het laadvermogen tussen de
150 en 300 ton, waarbij je
dan in aanmerking moet ne
men dat een ton honderd ki
lo is. Het motorvermogen va
rieerde van 30 tot 50 pk. In
de vijftiger jaren is de om
vang van de schepen steeds
toegenomen, evenals het mo
torvermogen en we hebben
nu schepen met een capaci
teit van tussen de 500 en 1000
ton en een vermogen van 200
tot 300 pk. Ook zijn de sche
pen nu veel beter uitgerust,
er is veelal radar en men
beschikt over losinstallaties.
De schepen van nu zijn ook
veel sneller. Vroeger kostte
een toriit naar de Waddenzee
een hele week. Als men nu
's maandags weggaat, dan
kan men 's woensdags weer
thuis zijn", vertelt de heer
Rammeloo.
Hij weet ook te vertellen
dat er steeds meer mossels
worden geconsumeerd. „Over
al zie je restaurants waar
je mossels kunt eten. En
vooral ook de vraag naar
mossels van de conserven-
industrie is toegenomen. Be
halve op de binnenlandse
markt zijn we ook steeds
meer mossels kwijt gaan
raken op de buitenlandse
markt. Met name de vraag
uit Frankrijk is na 1950
sterk toegenomen".Die vraag
vanuit Frankrijk is overigens
op dit moment wel iets min
der dan normaal omdat de
Fransen vrezen nog iets te
merken van de oliesmaak.
Ondanks alle donkere wol
ken. die momenteel boven de
toekomst van de Zeeuwse
mosselcultuur hangen, is er
volgens de lieer Rammeloo
toch wel reden om het zilve
ren jubileum van Zevibel
met gepast feestvertoon te
vieren. „Wat er met de mos
selcultuur gaat gebeuren
hangt af van de vraag of na
afsluiting van de Ooster
schelde het areaal mosselper
celen in de Waddenzee kan
worden uitgebreid", legt de
heer Rammeloo uit.
Het probleem is echter dat
met name de garnalenvissers
van de Waddenzee zich tegen
de uitbreiding van de mos
selpercelen verzetten omdat
daardoor hun werkterrein
wordt verkleind. „De noorde
lijke garnalenvissers laten
zich niet zonder meer ver
drijven. Ze vechten ertegen,
tenzij ze schadeloos gesteld
zouden worden. Maar daarin
voorziet de Delta-schadewet
niet. Die is niet gemaakt
voor de garnalenvissers van
de Waddenzee".
Behalve met de vraag of
er in de toekomst voldoende
areaal zal blijven of komen
voor de mossels heeft Zevi
bel ook te kampen met de
vraag hoe het straks zal gaan
met het verwateren van de
mossels. Momenteel zijn er
vier plannen voor kunstmati
ge verwateren (namelijk voor
Texel, Balsand, Den Oever
en bij de Oosterschel-
dedam) en bovendien wordt
bestudeerd of mogelijk sche
pen voor kunstmatige verwa
tering kunnen worden ge
bruikt. Zevibel is voorstan
der van een kunstmatige
verwaterplaats achter de
Oosterscheldedam volgens
het plan van de Grontmij.
In februari komen wat
meer cijfers beschikbaar
over de kosten van al'.e plan
nen en mogelijk ook exploi
tatie-opzetten. Voor die ex
ploitatie zal de handel moe
ten zorgen en vandaar dat
het volgens de heer Ramme
loo logisch is dat momenteel
de handel wat aarzelend alle
cijfermateriaal afwacht. Na
dat de handel een keuze
heeft gemaakt is het woord
aan de regering, die het pro
ject moet financieren. „Als
de regering nee zegt tegen
kunstmatige verwateren, dan
zal er niets anders opzitten
dan een totale liquidatie van
het mosselbedrijf', zegt de
heer Rammeloo op een toon,
waaruit blijkt dat hij niet
gelooft dat het zover zal ko
men.
Overigens is de heer Ram
meloo zelf geen mosselkwe
ker meer. Dat was hij wel
van 1936 tot 1970. In 1970
stopte hij ermee en hield al
leen zijn fruitbedrijf over.
Behalve voorzitter van de
mosselsector binnen Zevibel
heeft hij op het gebied van
mosselteelt en visserij nog
tal van andere functies.