PROBLEMEN ROND EEN VERBOUWING spits vrn uit' DROOM VRAGEN BALLET door jan wintraecken DE STEM ZATERDAG 16 DECEMBER 1972 EEN rijk heer moest tot zijn grote ergernis al tientallen jaren aan horen, dat zijn kasteel de tand des tijds niet had weten te doorstaan. Maar het kasteel was zo groot, dat er in het he le land niet één architect te vinden was, die het karwei aandurfde om het hele kasteel te verbouwen. Dat was extra moeilijk omdat de kasteelheer er op stond met zijn vrouw, kinderen, knechten en maag den ook tijdens de verbouwing in het kasteel te kunnen blij ven wonen. Op zekere dag meldde zich echter een bouwmeester, die vo'orstelde het kasteel in fa sen te verbouwen. Het karwei zou daardoor niet al te gigan tisch worden en de familie kon er blijven wonen. De bouwmeester stelde voor om met de middenverdieping te beginnen, want zei hij, die verdieping met een doolhof aan kamertjes en gangen, kan heel eenvoudig moderner worden opgezet. Hij kreeg zijn opdracht en begon er in au gustus 1968 aan. Vrij spoedig daarna belde er een andere architect aan de kasteelpoort. Hij wees op het dak vol tierlantijnen en beweerde dat de dakkamers veel efficiënter konden wor den ingedeeld. De kasteelheer keek naar de volledig in de steigers staande middenver dieping en vervolgens in zijn brandkast. Hij rekende even iets uit op de achterkant van de radiogids en zei dat de bouwmeester in 1974 met de verbouwing van het dak mocht beginnen. Tientallen bescheiden te kenaartjes in het land begre pen er niets meer van. Ze belegden samen een vergade ring en nodigden de kasteel- heer uit. Heer, zeiden ze, uw kasteel dondert straks in el kaar. De fundamenten en de benedenverdieping zijn niet in staat om alles te dragen. Wie zo drastisch gaat ver bouwen, moet onderaan be ginnen. De kasteelheer dacht diep na en zei: Jullie hebben gelijk. Hij ging naar huis, keek weer in zijn brandkast en sloeg opnieuw aan het reke nen. Hij liet vervolgens be kend maken dat reeds in 1973 met de verbouwing van de be nedenverdieping begonnen zou worden. Maar omdat dit zo'n groot karwei was, zou de verbouwing over 10 jaar wor den uitgesmeerd. DE kasteelheer was nu heel tevreden, alles zou veranderen. Hij zou binnenkort over een modern kasteel beschikken. Toen vroeg de architect van de middenverdieping belet. De man was diep teleurge steld. Ik had, zei hij, zo'n mooi plan uitgewerkt voor 'n middenverdieping, die nieuw zou zijn en toch precies tus sen het dak en de onderver dieping zou- passen. Maar nu hebt u opdracht ge geven om èn dat dak èn de benedenverdieping drastisch te laten veranderen. Daarom past mijn plan niet meer in het geheel. Ik heb 'n nieuw plan voor de midden verdieping gemaakt en ik zie kans om alles in tien tot twin tig jaar te realiseren. Kan ik beginnen? Nee, zei de kasteelheer, dat kan niet. Vindt U het dan geen goed plan, vroeg de architect ge raakt. Dat zeg ik niet, zei de kasteelheer, ik heb geen cen ten meer. TT ELAAS, dit is een waar tl verhaal. Het verhaal van de vernieuwing van ons onderwijs. In 1968 is de Mammoetwet het voort gezet onderwijs gaan regelen. Spoedig zal een begin worden gemaakt met de verandering van het onderwijs aan univer siteiten en hogescholen. Deze krant heeft U op 25 no vember kunnen melden dat 't kleuter- en het lager onder wijs vanaf het volgend jaar worden aangepakt. Terwijl die plannen worden uitgewerkt, - wordt er in toenemende mate om een middenschool ge vraagd. Die middenschool zou passen op het vernieuwde ba sisonderwijs en in een meer eigentijds onderwijssysteem. Omdat er echter al te weinig geld is voor de oorspronkelijke verbouwing van de midden verdieping, de Mammoet, voe len nogal wat leraren bitter weinig voor nóg een verbou wing. In het actieprogramma van de vakbeweging tot 1975 staat daarentegen dat die mid denschool er moet komen. De Stichting Wetenschappelijk Onderzoek Vakcentrales, heeft nu een rapport over die middenschool gepubliceerd- onder de titel: De jonge tiener en zijn school Jan is twaalf en heeft zonder problemen de lagere school doorlopen. Wat nu Keus genoeg: LTS, LHNO, LDS, LEAO, de Lagere Landbouw-, Tuinbouw-, Bos bouw- en Landbouwtechnologische School, de Visserijschool, de School voor de Kust-, Rijn- en binnenvaart, de Havenvakschool, LAYO, MAYO, HAVO, Athe neum of gymnasium Arme Jan. Arme ouders van Jan. Zes jaar basisonderwijs was vroeger misschien voldoende om de wijde wereld in te gaan, vandaag de dag niet meer. De samenleving is veel ingewikkelder geworden en de leden van die samenleving U en ik en Jan moe ten op veel meer terreinen oordelen en beslissen. Daar om, aldus de vakbeweging, - moet de basisschool worden gevolgd door een tweede pe riode van algemeen onder wijs: de middenschool. Het gaat om een uiterst belangrijke zaak. Minister v. Veen was van plan regelma tig met de mensen uit het onderwijs te gaan praten op zogenaamde resonans-bij- eenkomsten. Het is bij één bijeenkomst gebleven, maar die ging wel over de midden school. We tasten over de vormgeving van zo'n school nog wel wat in het duister. Drs. J. Struijk beschreef het zo: „Het probleem van de middenschool doet denken aan een legpuzzel die hoewel onaf, toch in de handel is gebracht en waaraan puzze laars en puzzelmakers verder werken zonder wat wjj kun nen onderscheiden wie bij wie hoort". Anderzijds is er buiten de grenzen wel iets in de geest van de midden school te vinden en het rap port van de vakbeweging constateert dan ook: „De middenschool is geen waag- halzig experiment, maar 'n navolging van elders reeds gegeven voorbeelden." Het rapport is geschreven omdat men „de discussie over de middenschool weg wil halen uit het kringetje van de des kundigen". U en ik en Jan moeten er over mee kunnen prats». Nadat de nota van de vak beweging eerst heel le zenswaardig de kenmerken en manco's van ons huidige onderwijssysteem heeft be handeld (besteladres: Ravel- laan 1 Utrecht), volgt dit ci taat: „De gedachte van de middenschool begint met 'n droom: over onderwijs, dat werkelijk gelijke kansen biedt aan alle kinderen, dat de jonge mensen opvoedt tot vrijheid en verantwoorde lijkheid. waar teamgeest heerst en waar jongens en meisjes plezier beleven aan hun eigen groei in kennen en kunnen." Lang niet alle dromen zijn bedrog. Om te weten waar we het nu precies over hebben, wat kenmerken van die midden school Het is een school gÊBÊÊÊÊÊM In principe kan het huiswerk vervallen. ...het beeld dat ze in hun jeugd hebben opgedaan. Tekst: Jos Ahlers die de kinderen na de basisschool nog een aantal jaren samen houdt, zodat ze hoezeer onderling ook verschillend in karakter, vaardigheden en intelli gentie zich kunnen voorbereiden op een maatschappij, waarin zij ook samen moeten le ven; daardoor wordt de be roepskeuze naar tenmin ste 15-16 jarige leef tijd uitgesteld, waardoor niet vroegtijdig moge lijkheden worden afge sneden; de middenschool biedt in verschillende vakken on derwijs op meerdere ni veaus, zodat kinderen zich in eigen tempo en afgestemd op eigen mo gelijkheden kunnen ont wikkelen; de school brengt de mo gelijkheid van een har monische vorming van de persoonlijkheid omdat ze zowel theoretische, - musische, technische als praktische bekwaamhe den bevordert; en sluit via een volgende trap (de bovenschool?) aan op verdergaande studie bij het hoger be roepsonderwijs en de u- niversiteiten. Ik ben nu in het boekje nog maar op bladzijde 44 (van de 96), maar 'n stroom vragen barst al los: Hoe kan men de matige of slechte leerling van het huishoud- onderwijs in één klas zetten met de begaafde gymnasi ast? Komen beiden dan niet tekort? Welke zin heeft het, het kind van de sjouwerman en de advocaat gezamenlijk op te voeden: hun cultuurpa tronen liggen immers ver van elkaar. De moeilijkheid van dit kan nog geen spijker recht in een plank slaan. .volgens sommigen een sprong in het duister. ...dat hij op een gegeven moment bepaalde kinderen „opgeeft". Het is niet meer mogelijk alle bestaande kennis zinvol op te nemen. soort vragen is, aldus de no ta, dat ze kloppen als men vanuit het huidige systeem denkt. Maar die midden school verandert het sys teem en daarom passen die vragen dan niet meer. Wanneer men alle kinderen van,dezelfde leeftijd binnen dezelfde tijd dezelfde wis kundige onderwerpen wil la ten begrijpen, zullen de re sultaten weinig bevredigend zijn. Onderwijs en opvoeding betreffen echter zoveel fa cetten van de zich ontwik kelende persoonlijkheid, dat men voor dat probleem van de verschillende wiskundige begaafdheid in de midden school maar een oplossing moet vinden. In de midden school komt ock een aan zienlijke verschuiving van verantwoordelijkheden tot stand: de leerling zal veel sterker zelf verantwoordelijk worden voor tempo en studierichting. Als een school tot doel heeft balletdansers af te le veren, dan zal ze zich daar zo vroeg en zo volledig mo gelijk op moeten richten. Dat leidt dan tot een ver waarlozing van alles wat niet met ballet samenhangt. De middenschool is ongeveer 't tegenovergestelde. Ze wil de leerling juist zo lang moge lijk kansen geven om zich in 'n voor hem geschikt lijken de richting te ontwikkelen. Dat betekent dat hij met veel zaken moet kennis ma ken, hoe kan hij anders we ten wat hem belang inboe zemt? De middenschool is boven dien op een alzijdige ontwik keling van de leerling geba seerd. „Precies", roept een groep tegenstanders, „er zijn leerlingen, die nu eenmaal gericht zijn op praktisch werken, wat moeten die straks op zo'n midden school? Laat ze toch fijn naar de l.t.s. gaan." Natuurlijk zijn er verschil len tussen mensen, ook op het gebied van de praktische begaafdheid. De een maakt met zijn handen wat zijn o- gen zien, de ander kan nog geen spijker recht in een plank slaan. Maar wat zegt dat? Dat alleen degene die weinig theoretisch begaafd is die spijker recht slaat? On zin natuurlijk. Iemand met veel theoretische begaafd heid kan best een hoge en best een lage praktische be gaafdheid hebben. Bij tand artsen en chirurgen is een combinatie van hoge be gaafdheid op beide gebieden zelfs nodig. Het gaat er om dat de middenschool elke leerling de kans biedt beide begaafdheden te ontwikke len. Beide zijn voor iedereen waardevol. TTiE bak van Anderlecht 1 was met 12.000 man en een handvol vrouwen niet eens voor de helft ge vuld. De in een royalistische opwelling Astrid-park ge noemde bebossing droop van het water. Over het groene veld hing tot op kniehoogte de grijze mist der oververza diging. Vele bezoekers droe gen bouffanten en er werd zwaar gehoest, maar dat mocht het roken niet hinde ren. Er wordt tijdens zo'n wedstrijd (Anderlecht-Ant werp 2—2) wat afgerookt. Ofschoon Pol van Himst zo vlak voor de kerst veel koffie verkoopt, hij handelt daarin met een zwager, betrad hij het veld met bedrukt gezicht. Omlaag strevende schouders, onzekere tred, genegen hoofd. Dat zag er dus niet best uit. Iedereen weet intussen wat 't is, maar niemand praat er over. Pol kan namelijk zijn draai niet meer vinden en dat is voor een profvoetballer een nare zaak. Het is begon nen met het heengaan van Jan Mulder. Toen moest Pol op bevel van die onverbeter lijke George Kessler de spits in. En u weet zelf wat een spits is. De spits is de plaats die op deze aarde de hel het dichtst benadert. Er zijn door wrochten in zonde en geweld die zich daar op hun gemak en kiplekker voelen. Door de bok zijn dat forse knapen, met lage gewetens, joyriders met scheenbeschermers, meiden jagers, jagers met polkakop, doordouwers met een gouden hoektand en gaten in de oor lellen. Jan Mulder was er zo een. Leefde alleen in de spits de rest van zijn bestaan was sterven. Maar Polleke niet ge zien. Die stond in de spits met naar binnen gedraaide voet jes, de knietjes tegen elkaar bang te wezen van al die grijpgrage grauwe grimmi- gaards zonder lip of zonder tand. Pol raakte geen bal, baadde in het zweet en deed het in zijn broek. Pol is weer Pol dus weer uit de spits en het middenveld in. Maar se dertdien is hij zijn draai kwijt en kan hem niet meer vinden. OOK tegen Antwerp niet. Antwerp heeft een ze kere Oostenrijker Karl Kodat in de voorste gelede ren lopen. Niet dat die het zo geweldig doet, maar tegen het ontredderde Anderlecht kreeg deze man het toch maar klaar binnen het eerste kwartier tweemaal te scoren. De slan genlederen vrouwen op de tribune gilden van afgrijzen. Aanvoerder van Himst zei: - „Non de doeme, non de doe- me", en had daarmee het ge lijk aan zijn kant. George Kessler, in de laatste tijden toch al wat pips, verbleekte zienderogen. De redding kwam van scheidsrechter Doris Derijcke en dus van onverwachte zij de. Want eerder in de strijd breekt me daar toch die Rob bie Rensenbrink door op een wijze die slechts in kwatrijnen beschreven zou kunnen wor den. Robbie snelt en snelt en blijft maar snellen met de bal aan zijn voeten. Zijn persoon lijke bewaker Gilbert Mar- menhout, de beul van Hobo ken genaamd, heeft het schuim op de mond. Op het moment waarop Robbie aan legt, werpt de beul van Hobo ken zich op zijn bekende wijze vooruit en trapt Robbie met alles wat hij heeft ten onder ste boven. Zulks geschiedde midden in het strafschopge bied maar Doris Derijcke kon kennelijk zijn fluit niet vin den. Er werd nog wel 'nwoud van geheven wijsvingers opge richt, maar Doris bleef hard en Robbie kroop uit de krater die hij geslagen had. Toch moet Derijcke's gewe ten geknaagd hebben, want tijden later struikelt Polleke van Himst over zijn eigen linkse voeten en laat me Do- ris nu wel naar de witte stip wijzen. De Antwerpenaren met Marmenhout van Hoboken voorop zijn op ditzelfde mo ment nog steeds niet uitge- protesteerd, maar dat weer hield Rob Rensenbrink er niet van de penalty diezelfde mid dag nog om te zetten in een doelpunt. Een droge schuiver met de linkervoet onder de grondmist door naar de rech terhoek, 12. GOED, het werd nog 22 ook, maar velen van hen die Anderlecht in de grote jaren hebben gekend lieten de tranen de vrije loop. nl een Brusselse nachtclub - waar vele sportlieden op- kruisen om op zuiver ethnolo- gische gronden een zwarte stripteaseuse in ogenschouw te nemen, werd nog in die zelfde nacht een plan gesmeed tot de terugkoop van Jan Mulder. Uit bed gebeld, weigerde Jan echter pertinent m te gaan op het grootse aan bod: 500.000 gulden, 'n sport wagen en als extra premie die zwarte stripmeid. „Jan is ver anderd" zeggen ze in Brussel, „en dat is de ondergang van Anderlecht." De vrouwen van Anderlecht zijn van plan bfj de volgende wedstrijd rouw te dragen. De oogwallen worden dan paars.

Krantenbank Zeeland

de Vrije Zeeuw | 1972 | | pagina 21