Mevrouw Vermijs krijgt haar geld niet
GENERAAL-MAJOOR BRACKEL:
„Goed zijn
voor
mensen,
dat is democratiseren"
W inkelman
trotseerde
Goering
XXL
van
mens
tot
mens
GESCHREEUW
SERIEUS
BRONZEN KRUIS
Fiat teleurgesteld
over
Referendum over
grondwet in Korea
op 21 november
EEN ZAAK
VAN LEVEN
EN DOOD
binnenland rfrffriïlMTl
ST.-NICOLAAS
Laatste verzet
Lachend
panty
de panty
voorde maten 46-48-50
papier
uw pan
Luns (2)
Vuurtje
Woensdag 1 november 1972
Tl
- - WÊÊÊmmmÊÊm^m
Mevrouw Vèrmijs uit Rij
en krijgt haar twintig gulden
niet. Dat heeft ons de direc
teur van de Naaimachinehan
del de Baronie in Breda
laten weten. Wij hebben eni
ge weken geleden deze
kwestie in Van Mens tot
Mens aan de orde gesteld,
omdat mevrouw Vermijs de
overtuiging heeft, dat zij
recht heeft op een door het
bedrijf beloofde bonus van
twintig gulden omdat zij een
nieuwe klant had aange
bracht, terwijl ze bovendien
van mening is, dat zij door
de Naaimachinehandel de
Baronie op een onheuse ma
nier is behandeld.
De directeur van het be
drijf, de heer Brentjes,
meent, dat mevrouw Vermijs
niet de juiste procedure
heeft gevolgd.
Een aantal jaren geleden
heeft de Naaimachinehandel
de Baronie een actie ge
voerd, waarbij aan kopers
van een naaimachine een bon
werd gegeven. Op die bon
stond, dat wanneer de koper
een nieuwe klant aanbracht
hij (of zij) een bedrag van
twintig gulden zou krijgen
De bedoeling was, aldus de
heer Brentjes, „dat degene,
die dacht dat hij een nieuwe
klant wist, de bon zou invul
len en aan ons opsturen. De
a.s. klant werd dan door een
onzer verkopers bezocht en
wanneer tot aankoop van een
nieuwe naaimachine zou
worden overgegaan, zou aan
de „aanbrenger" ons be
kend.'via de bon het be
drag worden overgemaakt.
zegt echter dat zij ons telefo
nisch heeft getipt. Dat is voor
ons achteraf niet meer na te
gaan. Ze heeft ons pas nadat
'-C-'
Mevrouw Vermijs echter", de nieuwe klant een machine
aldus de heer Brentjes, had gekocht de bon opge-
„heeft niet zo gehandeld: zij stuurd. Dat vinden wij niet
juist. Temeer niet, omdat op
die manier op geen enkele
manier is te controleren of de
nieuwe klant inderdaad door
de bemoeienis van bijvoor
beeld mevrouw Vermijs is
aangebracht. Iedereen, die
indertijd die bonnen van ons
heeft gekregen 10e waren
er niet karig mee en hoort
van een kennis of buur
vrouw, dat zij bij ons een
nieuwe naaimachine heeft
gekocht zou dan een bon
Kunnen opsturen en op zo'n
manier wel erg gemakkelijk
die twintig gulden verdienen.
Dat zou ons eerlijk gezegd
teveel gaan kosten. Vandaar
dat we ons precies houden
can de regels van de actie".
Aldus de heer Brentjes.
Dat is een plausibele zij
het wel erg formele verkla
ring. Blijft over de vraag,
waarom dit verhaal niet al in
mei toen mevrouw Ver
mijs haar bon heeft opge
stuurd dan haar is meege
deeld. Dat had in ieder geval
een heleboel ongenoegen
voorkomen.
We hoorden pas van een
alleraardigst idee om met
Sinterklaas iets te doen dat
een beetje buiten het norma
le kader valt. De leerlingen
van een school hebben samen
met hun leerkracht het vol
gende afgesproken. Iedereen
is nu al aan het sparen voor
de aankoop van fraaie Sin
terklaascadeau; als je nu el
ke week twee kwartjes of
een gulden extra spaartVan
dat extra-geld zou je dan
iets kunnen kopen voor ie
mand, die je (nog) niet kent.
In de buurt woont vast
wel iemand, die alleen is,
een bejaarde, een weduwe,.
Zou het geen aardig idee zijn
om op Sinterklaasavond bij
zo iemand een pakje te be
zorgen. Wellicht, dat er een
aardig contact van over
blijft. Goed idee, vinden wij,
om bekend te maken.
Redactie
Van Mens tot Mens.
BREDA „Als men
zegt: dienstplichtigen
hebben in de krijgsmacht
geen inspraak, dan heeft
men het meestal over
dienstplichtige soldaten.
Die hebben inderdaad
niet veel te vertellen.
Maar men vergeet zo ge
makkelijk dat er ook
dienstplichtige korporaals
en onderofficieren zijn.
En die hebben wel dege
lijk inspraak!"
Aan het woord is generaal-
majoor F. J. G. Brackel, tot
afgelopen maandagmiddag
Territoriaal Bevelhebber
Zuid (afgekort TBZ). Bin
nenkort gaat de rijzige,
kaarsrecht en slank geble
ven generaal met pensioen.
Het leger verliest dan een
man die bij de buitenwacht
de laatste jaren vooral is
opgevallen door zijn mar
kante uitspraken.
Bij nadere kennismaking
blijkt generaal Brackel niet de
reactionaire ijzervreter te zijn
die sommigen van hem hebben
willen maken. Zeker, hij be
dient zich van kernachtige
taal, maar er zit een overtui
ging achter en hij is er zich
heel goed van bewust dat hij
van sommigen het etiket „au-
toriteir en ouderwets" heeft
opgeplakt gekregen. Hij con
stateert dat met een wat spij
tige humor.
„Democratiseren", zegt hij,
„is gewoon goed en correct
omgaan met mensen. Je res
pect voor elkaar hoef je eer
niet bij te verliezen. Jijen en
jouwen heeft er niets mee te
maken. Lang haar evenmin".
Generaaal Brackel is duide
lijk tegen dat lange haar, hoe
wel hij ook hier nuanceringen
aanbrengt. „Goed verzorgd
lang haar, daar ben ik op zich-
de geallieerde voorposten van
daan.
„Een eigenaardige menge
ling van geluk en pech", zegt
hij er nu van. „Pech omdat ik
er na al die moeite nooit in
slaagde Engeland of de geal
lieerden te bereiken; geluk
omdat ik er ondanks die ont
snappingen goed vanaf ben
gekomen".
Generaal Brackel diende
'ook in Indonesië en hij was in
de zestiger jaren militair atta
ché in Zuid-Slavië en Grie
kenland. „In Zuid-Slavië noe
men ze zich ook democra
ten", zegt hij „en men is er
ook 'zeker niet slecht voor de
gewone man. Maar democra
tie? Wat is dat eigenlijk pre
cies? Over de democratisering
van het leger heeft een PSP-
er eens gezegd: als we het
leger gaan democratiseren, dan
betekent dat het einde van het
leger.
Als democratisering bete
kent een te grote, ongelimi
teerde tolerantie, dan ben ik
er tegen. Als men er onder
verstaat dat we iedereen cor
rect als mens moeten behande
len, dan ben ik er voor, maar
dan constateer ik ook dat we
daar al 27 jaar mee bezig zijn.
Vergeleken bij de vooroorlog
se jaren zijn we een heel stuk
verder".
zelf niet tegen. Ik kan ook die
kapsels met het haar over de
oren en tot op de kraag heel
goed aanzien. Mijn bezwaren
tegen lang haar in de krijgs
macht zijn vooral van prakti
sche aard. Bij sommige
werkzaamheden leveren ze ge
vaar op voor de man en onder
omstandigheden die bij de
krijgsmacht heelgewoon zijn,
zoals bivak, langdurige oefe
ningen enz, is een goede ver
zorging van het haar onmoge
lijk of zo moeilijk dat er wei
nig van terecht komt".
Generaal Brackel, die er
zelf van top tot teen zeer ver
zorgd uitziet, stelt wel prijs op
goede omgangsvormen en
een behoorlijke lichamelijke
verzorging. „Als mensen thuis
in de modder willen wentelen,
moeten zij dat zelf weten",
zegt hij, „misschien is het
zelfs wel gezond. Er zijn men
sen die om die reden modder
baden nemen. Maar waar veel
mensen bijeen zijn is hygiëne
een absolute noodzaak.
Deze uitspraak markeert de
omweg waarmee we terugko
men op de inspraak van on
deraf. „Als iemand uit de
troep met een goed voorstel
komt, dan overwegen we dat
serieus en maakt het kans te
worden overgenomen. Maar
soms zit er meer aan vast dan
aanvankelijk de voorsteller
voor ogen heeft gestaan. Neem
nu dat afschaffen van de re
veille en het appel. Op zich
zelf misschien een redelijke
zaak. Maar wat blijkt? Vijfen
zeventig procent ontbijt niet
meer; de verzorging van tenue
en lichaam komt in het ge
drang door tijdgebrek. Bij mij
rijzen dan wel vragen", zegt
de generaal grijpend naar
een citaat dat hij voor me
heeft opgeschreven: „De Ne
derlandse soldaat verdrinkt in
een vrijheid die zijn leeftijd
genoten in de burgermaat
schappij nog op geen stukken
na kennen".
Misschien wel mede omdat
'generaal Brackel zijn overtui
ging en zijn commentaar op
wat er om hem heen gebeurt,
nooit onder stoelen of banken
heeft gestoken, is hij bepaald
niet verbitterd of gefrusteerd
geraakt door de ontwikkelin
gen in en rond de krijgsmacht.
„Ik kijk met genoegen terug
op mijn carrière en ik ben blij
dat ik altijd heb kunnen
blijven staan achter de keuze
die ik op jonge leeftijd heb
gemaakt".
Als een van de hoogtepun
ten van zijn carrière noemt hij
het ontvangen van het Bron
zen Kruis uit handen van zijn
divisie commandant. Hij ont
ving deze hoge koninklijke
onderscheiding voor zijn ge
drag in de oorlog. Tot drie
maal toe wist hij toen uit
krijgsgevangenschap te vluch
ten. De laatste keer (het zui
den was toen al bevrijd) werd
hij gegrepen aan de Maas,
nauwelijks honderd meter van
Een van zijn geliefde uit
spraken is: „Vroeger hadden
we slecht materieel en een
goed moreel; nu hebben we
goed materieel en een (ten
dele!) slecht moreel". Maar
opnieuw is de generaal zelf er
als eerste bij om zijn uit
spraak te relativeren: „Het
valt alles bij elkaar in zoverre
wel mee in Nederland, dat al
het geschreeuw afkomstig is
van een kleine minderheid".
Daarmee wil generaal Brackel
de zaak echter niet .bagatelli
seren: „Ik acht de tegehwoor-
dige anti-bewegingen schade
lijker voor de krijgsmacht dan
„het gebroken geweertje" van
de oorlog".
Opgewekt neemt de gene
raal afscheid. Een ouderwets
man? Of een soldaat die ook
de uitdaging van de „kreten-
oorlog" gewoon heeft aanvaard?
W. KOCK.
Voor generaal Winkel
man, de Nederlandse op
perbevelhebber, was zijn
optreden op Anjerdag min
of incer het einde. H(j
werd in de nacht van 1 op
2 juli 1940 van zyn bed
gelicht en per auto naar
Duitsland overgebracht. In
krijgsgevangenschap.
De geestkracht die hij
als opperbevelhebber van
land- en zeemacht aan de
dag heeft gelegd, verdient
bewondering, aldus meent
professor De Jong. Win
kelman werd na de capi
tulatie drager van het re-
geringsgezag. Hij ging een
wezenlijk staatkundige
functie bekleden.
„De weken die op de capi
tulatie volgden, behoren tot
de moeilijkste perioden uit de
geschiedenis van het Neder
landse volk. Een wereld was
op drift, alle oude zekerheden
leken weggevallen. Winkel
man stond als een rots in de
branding.' Midden in de ne
derlaag heeft hij een over
winning gepersonifieerd waar
nog maar weinigen vast op
durfden vertrouwen en die
misschien ook voor hemzelf
nog geen duidelijke omtrek
ken had aangenomen. Dat
laatste deerde hem niet. Hij
was een onverschrokken man,
door vaste opvattingen ge
dragen. Die bleef hij trouw."
Na zijn afvoering gleden
het Afwikkelingsbureau van
defensie en het Hoofdrege-
lingsbureau tot vérgaande
dienstbaarheid aan de vijand
af. Zijn afwezigheid, en die
van de twee gebroeders Van
Voorst tot Voorst, leidde nog
geen twee weken later tot het
feit dat nagenoeg het hele
beroepspersoneel van land
en zeemacht op erewoord ver
klaarde, zich in de toekomst
van alle anti-Duitse activi
teiten te zullen onthouden.
Winkelmans optreden be-
lettee Seyss-Inquart Neder
land geruisloos gelijk te Scha-
'kelen.
Anjerdag gaf hem, de rijks
commissaris, de kans zich van
die Nederlandse opperbevel
hebber te ontdoen.
7 juni had Winkelman een
gesprek met rijksmaarschalk
Hermann Goering. Seyss'
werkkamer was de plaats van
ontmoeting. „Van Goerings
kant was dit gesprek met
politieke vleierijen begonnen;
het eerste wat hij gezegd had,
was dat hij .Winkelman' zo'n
mooie Duitse naam vond. Och,
we zijn toch immers broers,
generaal," zo was hij voort
gegaan, „wij horen toch alle
maal bij het Grootduitse Rijk
en er zullen nog veel meer
landen bijkomen."
Winkelman had hem ter
stond duidelijk gemaakt dat
hij van die vriendelijkheden
niet gediend was en Goering
was uit een ander vaatje
gaan tappen. „Hij verweet
Winkelman allerlei zaken.
Toen Goering opmerkte dat
de oorlog immers voorbij
was, vertelde Winkelman hem
dat die oorlog niet uit was.
Dat Nederland Indië nog had
en dat de koningin en de
regering in Engeland waren
en dat de oorlog doorging.
Goering werd furieus.
„Het was," aldus Winkel
man, „een warm gesprek.
Goering liep opgewonden
heen en weer voor de tafel
daar had hij menigmaal
met zijn vuist op geslagen,
vooral bij een passage waarbij
h(j op Winkelmans betoog dat
Nederland nog in oorlog was
met Duitsland had gereageerd
met: „Als ik u zeg dat er
geen oorlog meer is, dan is
er geen oorlog meer."
„De Nederlandse be
velhebber was door Goerings
woede en dreigende houding
niet in het minst geïntimi
deerd. Toen hij de kamer uit
kwam, stonden de secretaris-
0 Generaal Winkelman wordt toegejuicht in Den Haag.
sen-generaal te wachten die
alleen door Seyss-Inquart aan
Goering voorgesteldzouden
worden. Hun kwam Winkel
man," herinnerde Hirsehfeld
zich, „beurtelings kwaad en
lachend zijn ervaring ver
tellen."
Toen Seyss-Inquart 22 juni
zijn eerste bezoek aan Rotter
dam bracht, betoogde hij dat
het Duitse bombardement van
de stad het gevolg was ge
weest van „het dralen der
Nederlandse bevelvoerders".
veel ontbroken aan de radio
verbinding met althans een
deel der bommenwerpers. Een
zakelijk verweer had Seyss-
Inquart niet. Tenslotte zei hij,
aldus Winkelman, „u zegt het
zo, maar ik heb inlichtingen
die anders zijn."
Professor De Jong merkt
op dat Winkelman wellicht
in dit gesprek al meedeelde
dat hij de Nederlandse pers
een rectificatie zou aanbie
den. Wellicht besloot hij
daartoe later. In ieder geval
werd opname in de kranten
Dat stond in de Nederlandse
pers. Winkelman tekende
meteen protest aan.
In een - gesprek met Seyss
toonde hij aan de hand van
stukken aan dat Duitse bom
menwerpers hun aanvallen
op het centrum van Rotter
dam midden in de onderhan
delingsperiode ingezet had
den, namelijk vlak nadat de
Duitse bevelhebber gene
raal Schmidt het zoge
naamde tweede ultimatum op
schrift gesteld had. Kennelijk
had er dus aan Duitse kant
door de Duitsers 'verboden.
Winkelman liet het er niet
bij. Hij liet op grote schaal
een rondschrijven versprei
den over de feiten van Rot
terdam en wees er op dat de
Duitse maatregelen om het
bombardement te voorkomen
gefaald hadden.
Dit stuk kwam in handen
van velen. In getypte of ge
stencilde vorm. Het circu
leerde door het land. En wie
het las beschouwde Seyss-
Inquart als een leugenaar.
Ook op andere manieren
verzette Winkelman zich in
woord en geschrift tegen
Duitse lezingen over „Neder
lands vergaande militaire
overeenkomsten" sinds het
einde van de eerste wereld
oorlog, zowel met Frankrijk
als met Engeland. Er zijn
voordat Nederland door
Duitsland werd overvallen
geen besprekingen gevoerd
met de regeringen van België,
Frankrijk of Engeland of met
de generale staven dier lan
den, aldus Winkelman.
De Jong merkt op dat dit
strikt genomen niet helemaal
waar was. Maar de contacten
die vóór 10 mei gelegd wa
ren, hadden niet veel om het
lijf. De zwaarste beschuldi
ging in het witboek van het
Duitse ministerie van Buiten
landse Zaken dat Nederland
al jaren geleden vergaande
militaire overeenkomsten met
Frankrijk en Engeland had
gesloten, was naar strekking
en inhoud totaal ongefun
deerd.
Dat laatste werd ook door
Colijn opgemerkt in een
hoofdartikel in de Standaard
(2 juli) dat in verscheidene
andere bladen geciteerd werd.
Het Duitse ministerie werd
dus van niets meer of minder
dan het verspreiden van mis
leidende informatie beschul
digd.
JACQUES LEVIJ
(Van onze redactie
buitenland)
TURIJN De betrekkingen
van Fiat en Citroen zijn uit
stekend, maar de Italiaanse
autofabriek denkt anders over
de uiteindelijke doelstelling
van de samenwerking dan de
Franse onderneming. Dat heeft
de president van Fiat SPA,
Gisvanni Agnetti, dinsdag ver
klaard op de jaarlijkse pers
conferentie in Turijn.
Fiat stelt als ideaal dat de
twee bedrijven een volledige
serie voertuigen aanbieden,
dat zij de capaciteiten van
beide gebruiken en dat zij het
vraagstuk van de afzonderlij
ke identiteit ondergeschikt
maken. Daarentegen stelt Ci
troën meer belang in de iden
titeit. Indien Citroën overgaat
tot vergroting van haar aande
lenkapitaal, en dat gebeurt
volgens Agnelli over ongeveer
twee jaar, zullen de twee hun
afspraken nog eens moeten
overwegen voordat Fiat naar
rato deelneemt in de vergro
ting van het kapitaal.
Fiat zal dit jaar naar ver
wachting 1,6 miljoen auto's
voortbrengen. Iets meer dan
de 1,59 miljoen stuks van vo
rig jaar maar veel minder dan
het doel van 1,75 miljoen.
Toenemend absenteïsme is de
voornaamste oorzaak van de
moeilijkheden bij Fiat.
SEOEL (UPI) De buiten
gewone staatsraad in Zuid-Ke-
rea, het belangrijkste rege-
ringsorgaan ingevolge de afge
kondigde staat van beleg,
heeft bepaald dat op 21 no
vember een nationaal referen
dum zal worden gehouden
over een nieuwe grondwet ter
versterking van de presiden
tiële bevoegdheden.
Het staatshoofd, Park
Tsjoeng-Hee, wil een structu
rele hervorming van de repu
bliek Korea. Als inleiding
daartoe kondigde hij op 17
oktober de staat van beleg af,
schortte hij een deel van de
oude grondwet op, ontbond hij
het parlement en sloot hij uni
versiteiten.
De nieuwe grondwet zou de
president meer macht geven,
waaronder het recht tot ont
binding van het parlement,
uitbreiding van zijn ambtspe
riode van vier tot zes jaar en
afschaffing van beperkingen
voor herverkiezing tot presi
dent.
In de campagne voor de
aanvaarding van de grondwet
zal men zich moeten beperken
tot propaganda die de kiezers
zal „informeren". Volgens wel
ingelichte kringen zal na de
aanvaarding begin december
een nationale conferentie voor
hereniging door de bevolking
worden gekozen. Deze confe
rentie zal op 17 december een
nieuwe president kiezen.
DE rijkspolitie te Nijmegen
heeft de 18-jarige classificeer
der A. de H. uit Millingen aan
den Rijn gearresteerd in ver
band met twee nachtelijke
boerderij branden, waarbij kort
geleden in Millingen en Ke-
kerdom enkele tientallen stuks
vee omkwamen. De jongen
heeft bekend.
(ADVERTENTIE)
(in de gouden verpakking)
Brieven voor deze rubriek moeten
met volledige naam en adres worden
ondertekend. Bij publikatie zullen deze
vermeld worden. Slechts bij hoge uit
zondering zal van deze regel worden
afgeweken. Naam en adres zijn dan bij
de redactie bekend. Publikatie van brie
dat de redactie het in alle gevallen
ven (verkort of onverkort) betekent niet
eens is met inhoud, c.q. strekking.
Naar aanleiding van uw
hoofdredactioneel commentaar
over Luns in uw blad van
zaterdag 28 oktober, moge ik
u mijn deelneming betuigen
met uw droefenis over die on
dankbare Luns. Ik kan me uw
verdriet zo goed aanvoelen,
omdat ik zelf al zo lang ge
vlast had op dat Navo-baantje!
Luns. bleek echter één dag
langer KVP-lid geweest te
zijn en daarom ging hij, met
een neuslengte vóór. Uiteraard
wist het KVP-bestuur niet,
dat ik wel 30 gulden in de
partij-kas zou hebben gestort;
wellicht had dit het tij nog
juist te mijnen gunste kunnen
keren. Helaas-
Ik heb nu mijn zinnen maar
gezet op het hoofdredacteur
schap van een groot plaatse
lijk. of liever gewestelijk,
blad. Kunt u mij berichten
van welke partij ik daarvoor
lid moet zijn?
BREDA
A. M. NUYTEN
Zeker niet bij een partij,
waar ze gevoel voor humor
hebhen (redactie).
In uw interview met de
CPN-fractieleider Bakker mis
te ik wel enigszins de glas
harde uithoortechniek, die
dergelijke praatjes-bij-de-
haard zo interessant kan ma
ken. Ik herinner mij wel
vraaggesprekken met Luns,
De Quay en Van Riel, waarbij
het er heel anders toeging,
zonder dat nu juist hun privé-
leven ter sprake kwam- Te
recht stelt Bakker, dat we
daar wat hem betreft „geen
bliksem" mee te maken heb
ben. En de onschendbaarheid
Van" de z.g. privacy behoort
vanouds (of de heiligste prin
cipes van het communisme.
Merkwaardig genoeg voelen
wij er over het algemeen maar
weinig voor, zulks persoonlijk
in de communistische landen
te gaan controleren.
Dat Bakker al evenmin
graag spreekt over de verhou
ding van de CPN tot buiten
landse communistische partij
en maakt zo een onderhoud
bepaald moeilijk; om niet te
zeggen zinloos. En als uw ver
slaggever ons dan tracht te
troosten met de mededeling,
dat dat onderwerp hem ook
niet zo boeiend lijkt, dan
raakt men toch geneigd zich
af te vragen waarom hij über
haupt naar Zaandam is ge
reisd.
Om te vernemen, dat Bies
heuvel van Bakker desnoods
wel een vuurtje kan krijgen,
zogoed als elk kamerlid dat
zijn (of haar) aansteker verlo
ren, c.q. vergeten heeft. Maar
dat zijn zo van die algemeen
menselijke zwakheden, die
zich zelfs in de wandelgangen,
van het Kremlin wel eens zul
len manifesteren. Persoonlijk
zou ik mij bijvoorbeeld in
staat achten een communist
uit het water te halen, in ge
val ik de daartoe benodigde
zwemkunst voldoende machtig
was- En dat was dan ook al
niks om over naar huis te
schrijven. Ik zoiu gewoon hulp
gaan halen.
BREDA
L. PISON
NIJMEGEN In de weer
gave van het interview dat
onze redacteur Jacques Levij
in de serie „Een zaak van
leven en dood" had met prof.
Wijdeveld (gepubliceerd za
terdag 28 oktober) is een hin
derlijke fout geslopen met be
trekking tot het aantal nierpa
tiënten dat in Nederland een
transplantatie heeft over
leefd.
De tekst moet als volgt lui
den. Tussen maart 1966 en
september 1972 werden in Ne
derland 243 niertransplantaties
verricht. In september 1972
waren er van deze transplan-
taten nog 157 in functie
(65%). Daarnaast moest bij 50
patiënten de getransplanteerde
nier weer worden weggeno
men. Deze patiënten konden
worden teruggenomen op be
handeling met de kunstnier.
Het aantal patiënten dat over
leed na niertransplantaties be
droeg 36 (15 pot.). Bij 25 van
hen hing het overlijden on
middellijk met de niertrans-
plantaties samen. Bij 11 vsn.
de overleden patiënten waren
bijkomende ziekten de oor
zaak.