WAT ER ZOAL TE LEZEN IS
Kinderboeken
„Kinderboeken maken
is een niet serieus
genoeg te nemen vak"
Over 't kind
Je moet kinderen laten
zien hoe fout wij het
doen als volwassenen'
Paul Biegel met twee griffels:
Kamerlid met griffel Jan Terlouw:
kunst
cultuur
Leeftijdsloos
Zilveren griffel
Heksen
Zoet liouden
De kinderboekenweek kan niet afgedaan worden
met „een uitgeversstunt". Het is niet alleen voor hen
een droevige zaak dat het kinderboek een onder
geschoven kind is, ook voor de kinderen zelf wordt
het kinderboek nog teveel gehanteerd als een zoet
houdertje of een cadeau als je anders niets meer
weet. Voor een krant (is: lezers) is politiek Den Haag,
Nixon en vul zelf maar aan, belangrijker dan een
kinderboek. Op deze pagina komen twee mensen
aan het woord, die zinnige dingen zeggen over het
kinderboek. Mogelijk zitten er voor u conclusies in.
AMSTERDAM In een
sprookjeshuis aan de Amster
damse Keizersgracht woont
Paul Biegel. „Na eindeloos
miskleunen op schrijversge-
hied vond ik in sprookjesver-
halen 't kanaal om me te uiten.
Het sprooikjesverhaal was het
eerste, dat ik rond kreeg," zegt
hij. Dat tijdens de kinderboe
kenweek zijn „Kleine Kapi
tein" een Gouden Griffel krijgt
omgehangen, bewijst dat Paul
Biegel voor zijn zelfkritiek
waardering krijgt. Die waarde
ring is overigens in '65 al met
de Kinderboekenprijs (voor
malige griffel) gebleken. „De
kleine Kapitein" Den lille
Sheppam, The Little Caiptain,
Der kleine Kapitan.in vijf
talen, ging dit jeugdboek al de
wereld rond. Met de mooie te
keningen van Carel Hollander
blijkt dit boek overal aan te
slaan. Wie is de „roerganger"
van dit succes-ship 7
Paul Biegel (47) stamt uit de
journalistiek. „Vier-vijf" jaar
gieteden heb ik de sprong naar
free-lance weiik gewaagd. Tot
nu toe met het grootste genoe
gen; hoewél ik altijd beweerd
heb het schrijversschap nooit
voor mijn brood te willen heb
ben. Via vriend Jaap-ter Haar
werd ik adviseur van een
jeugdfonds bij een uitgeverij.
Nee, niet mijn éigen uitgever;
dat moet je gescheiden houden.
Dat is mijn basis; kost me drie
dagen in de week; rest is voor
het schrijven. Geweldig veel
werk; genotet ervan; vrijheid is
gewéldig. Sociale voorzienin
gen kosten me nu wel een ont
zaglijke hap. Maar met wat
organisatie redden we het.
Komt omdat ik zo'n geweldige
vrouw naast me heb; werkt
ook; bij de kinderbescherming.
Vooral na de prijs in '65 kreeg
ik veel opdrachten voor kin
derverhalen, hoorspel etc. Het
is een vak, dat je niet serieus
genoeg kunt nemen. Het gekke
is overigens, dat mijn boeken
steeds meer „leeftijdsloos"
worden. Tolkien.een gebied
van schrijven, dat me bijzon
dér aantrekt. Dat is begonnen
toan.at twee jaar geleden „De
tuinier van Dor" schreef. Dit
is echt niet voor kinderen. Wat
is het dan Het boek
gaat beter dan de uitgever
verwachtte."
Je zou het bijna vergeten bij
die gouden griffel, maar Paul
Biegel krijgt ook nog een zil
veren griffel voor zijn boek
„De twaalf rovers". „Ook een
leeftijdsloos boek," zegt hij. En
zo komt dé cirkel eigenlijk
weer rond, want Paul Biegel
ging „zo maar" schrijven. Een
uitgever zei hem toen; „U
schrijft voor kinderen." Zijn
reactie: „Hè.voor kinde
ren En daarna is hij zijn
taal en stijl bewuster op het
kind gaan richten. De inhoud
niet.
Prof. J. H. v.d. Berg schrijft:
„Wat de kinderen doorstonden
in de 17e, 18e eeuw, overkwam
sedert kort de volwassenen; zij
werden allen onmondig. Wij
laten ons ook als kinderen be
handelen. Daiardoor is het
sprookje tussen volwassenen
en kinderen niet meer nodig.
Mocht men het, uit letterkun
dig behagen, toch nog willen
voorlezen, dan mag het in ie
der geval niet meer wreed
zijn. Het wrede van onze da
gen treft iedereen." (,,'s Mor
gens jagen, 's middags vis
sen").
Paul Biegel': „Ik heb grote be
wondering voor v.d. Berg,
maaT zie dat kinderen het al
tijd nog heerlijk vinden. Merk
het ook aan mijn beide eigen
kinderen. Nee, ik schrijf niet
bewust op mijn kinderen en
ook met het kimderbescher-
mingswerk van mijn vrouw
heeft het niets te maken. Ik
denk niet eens bewust aan kin
deren; vertel gewoom wat er
gebeurt.
Oh nee, ik schrijf niet vanuit
bepaalde opvoedkundige prin
cipes, maar voor mijn eigen
plezier. Kies wel de symbolen
zo, dat ze bij kindéren overko
men; heksen, jonkvrouwen en
reuzen, staan bij kinderen er
gens voor. AJles wat in onze
cultuur jongetje is, wordt
geïmponeerd door schieten
b.v.; het heeft waairschdjnJiijk
met vruchtbaarheid te maken,
dié op een ander gerichte ge
weren. Originele sprookjes zijn
erg wreed, moor dat zijn kin
deren ook. Een herkerniimgs-
1
wereld voor de kinderen.
Toch krijg ik met taboes te
maken. Schreef onlangs een
sprookje voor een damesblad;
om voor te lezen. Het ontstond
naar aanleiding van een dooie
muis in een vuilnisvat. Het
werd geweigerd; de muis
mocht niet doodgaan. Een
döodstaboe. Gevaarlijk vind ik
overigens schoolmeesterij in
een sprookje. Ook voel ik me
niet geroepen om zogenaam
de geëngageerde verhalen te
schrijven, hetgeen door andere
bv. Mdep Diekmam al
voortreffelijk gebeurt. Ik
schep een fantasiewereld,
waarvan ik het gevoel heb, dat
ik er toch een realiteit in
schuif.
Ik heb nu een stuk of veertien
kinderboeken geschreven. De
Kleinie Kapitein en De twaalf
Ravens, waarvoor ik de grif
fels krijg, liggen al een jaar op
de markt. Van het laaltste boek
komt nu een herdruk met
twaalf nieuwe tekeningen door
Peter Vos.
Ik vind het moeilijk om over
kinderboeken te praten. Heb
het gevoel dat i(k dan voor
mijn eigen straatje bezig ben.
Toch lijkt mij een goed kin
derboek enorm belangrijk. Ze
worden te vaak nog als zoet
houdertjes beschouwd. Ze
hebben te maken met de vor
ming van de volwassenen van
straks. Voor een krant zijn
Nixon en Vietnam natuurlijk
beter verkoopbaar, maar ei
genlijk zou je per dag een hal
ve pagina aan kinderen en
kinderboeken moeten besteden.
Er zijn in Nederland verschil
lende goede kinderfondsen; er
komt heel wat op de markt.
Maar met het betere kinder
boek, wordt nog maar een
klein percentage groot ge
bracht. Maximale oplagen van
3000 exemplaren verder
durft een uitgever meestal niet
te gaian bij goede kinder
boeken is „normaal". Kinder
boeken: een bijdrage tot het
volwassen worden van kinde
ren. Maar ik begrijp, dat dat
zakelijk moeilijk ligt.
HENK EGBERS
In de najaarsaanbieding van
de uitgevers zijn o.a. de vol
gende jeugd- en kinderboeken
te vinden:
SPROOKJES van Andersen: de
sprookjes van de geliefde
Deense verteller in een
nieuwe vertaling - f 15,90.
SPROOKJES van Moeder de
Gans: Assepoester, Klein
Duimpje etc., maar ook min
der bekende verhalen - f
15,90.
SPROOKJES van Hauff: mo
derne bewerking van de
mooiste Hauff-sprookjes - f
15,90.
SPROOKJES en vertellingen
van Shakespeare. Deze grote
auteur ook voor kinderen
toegankelijk - f 15,90.
SPROOKJES van Grimm: ver
rukkelijke bekende sprook
jes - f 15,90
GODFRIED BOMANS:
voor kinderen - f 15,90.
W. BLECHER-W. SCHRÖDER:
Mijn bonte harlekijn; zelf
plaatjes maken en kijken
met een toverpop, voorzien
van 20 koppen - f 9,90.
V. CTVRTEK: Hoera een bal
en H. Rézacovd: Peter en
Paul op Safari: Twee origi
nele verhaten met tekenin
gen van onze oosterburen,
die op dit terrein goedé din
gen doen - per deel f 4,90.
ANNIE SCHMIDT: Het fluit
keteltje; de Toren van Bem-
melen en Ik ben lekker
stout. Drie bundels met zes
klassieke verhalen van deze
bekende schrijfster; per
deel f 3,95.
P. DOBSINSKY: Slowaakse
sprookjes - een echt ge
schenkboek mét veel mooi»
platen - f 22,50.
PH. VAN AKOÓY: De stunt
van de Visveer: een india-
nenpop als middelpunt van
een spannend en komisch
verhaal - f 5,90.
PH. VAN AKOÓY: Een mand
vol dwazen. Een avontuur
van kinderen met honden -
f 5,90.
JAN TERLOUW: Koning van
Katoren; heldendaden van
Stach, die onze sociale mis
standen te lijf gaat - f
10,90.
JAN TERLOUW: Oorlogswin
ter. Een 15-jorige jongen in
ondergronds werk tijdens de
hongerwinter '44-'45. Be
kroond met gouden griffel -
f 11,50.
TH. BECKMANMickey en
de Fiebeldewiebels: Een beat-
groep zet zich in voor een
arme kunstenaar - f 9,50.
TH. BECKMAN: Met Korilu
de griemel rond; een onge
wone wereldreis zonder cent
t
op zak (zilveren griffel - f
8.70.
O. PREUSSLER: De avonturen
van Sterke Wanja; Hoe een
boerenzoon tsaar van Rus
land werd (zilveren griffel)
- f 8,90.
E. CARLE: Het Haneboek en
Het Katteboek. Kijk-telboe-
ken van dé auteur, die ook
Rupsje Nooitgenoeg en Wil
je mijn vriendje zijn, maak
te. Bovendien zijn van hem
de zigzag-boeken Kleine
muis en De Dierentreim
(meterslange stevige strips).
J. BRYCHTA: Het Grote cir
cus. Ieder kind mag circus
directeur zijn.
W. BLECHER: Jacob met de
rode ladder. Geen pagina's,
maar rechtoerechtaan een
origineel verhaal in origine
le vorm.
H. LAUREY: De Beren. Nieuw
deeltje in de serie Bij do
dieren thuis.
r. KORTOOMS: De pratende
aap. Vierde deeltje over de
belevenissen van Dikdorus-
ke en Dun Drieske.
CHR. TITULAER: Het grote
hemelboek: een eerste ken
nismaking met de sterren
kunde voor 8- tot 13-iairi-
gen.
L. ROGGEVEEN: De baard
van Daantje en Daantje gaat
schaatsenrijden. Dg Daantjes
komen terug met deze twee
deeltjes - per deel f 4,50.
I. CARROL: Alice in Wonder
land: blijft hardnekkig po
pulair - f 4,50.
C. COLLODI: De avonturen
van Pinokkio: Onverwoest
baar - f 4,50.
H. MALLOT: Alleen op de
wereldrotsvaste j eugdlec-
tuur - f 4,50.
ASTRID LINDGREN: Op stap
met Pippi Langkous. Met
kleurenfoto's udt de film - t
9,50.
Dick Dreux: Jan Volc-
kertszoon, uitg. De Fonteijn.
Een jeugdboek, waarin de
hoofdpersoon, de Westfries
Jan Volckertszoon, door de
Hollandse ridder Koene van
Randzate gevangen genomen
wordt, ondanks een verbod
daartoe van graaf Floris V. Jan
vlucht en ontmoet de zwer
vende gezel meester Virtolo
met dienst muziekgezelschap.
Een van de muzikanten is de
slome Jehan. Een prachtig
verhaald waarin de riddertijd
zo geweldig beschreven wordt,
dat het lijkt of je er zelf
helemaal bij bent. Zo wordt
o.m. een boeiend verslag gege
ven van het beleg van het
kasteel van Heemskerk
Heinz Sielman: Baby's in
de wildernis (Hoe jonge die
ren leren leven) Uitgave Esso
- f 3.45)
Esso zet de confrontatie van
haar klanten met de natuur
voort. Na de uitgaven van
het album Koningen in het
dierenrijk is nu verschenen
Baby's in de wildernis, weer
van Heinz Sielman. Zoals de
titel duidelijk maakt gaat het
in dit (platen)boek vooral om
het prille leven van jonge
zoogdieren en vogels, .hun re
laties met de ouders en hun
eerste zelfstandige schreden
'op hun bedreigde levenspad.
Ook nu is het weer een album
dat, naast een groot aantal
fraaie kleurenfoto's en teke
ningen, een hoeveelheid witte
plekken bevat, waarvoor losse
foto's ter beschikking zijn. Het*
album is ruimschoots voorzien
van bondige, duidelijke, in
structieve teksten.
Wij en onze wereld (uitg.
Van Goor - f 19.50)
Een boek vol nuttige infor
matie voor de jeugd over de
aarde, het ontstaan van leven
daarop, de dieren- en planten
wereld, de ontwikkeling van
mechanische hulpmiddelen, de
voedselvoorziening, de ontwik
keling van het verkeer, het
gesproken en geschreven
woord, grondstoffen en wat
daarvan te maken is, over de
technische vooruitgang en het
ruimte-onderzoek.
Overvloedig, duidelijk en
kleurig illustratiemateriaal
maken dit kloeke boek tot een
aantrekkelijk naslagwerk voor
speciaal de studerende jonge
ren in de leeftijd van 10 tot 16
jaar. Het boek verdient zeker
oen plaats in schoolbibliothe
ken en -documentatiecentra.
Bouke Jagt en Peter Vos:
Het Boekebeest (Uitg. Van
Holkema en Warendorf - f
7.90)
Bas en zijn zusje Marjanne-
ke ontmoeten thuis op de rom
melzolder een vreemd maar
toch overwegend vriendelijk
wezen: het Boekebeest waar
mee je bet een en ander kunt
beleven. Een fijn boekje voor
de lagere schooljeugd: eenvou
dig en zuiver van taal met een
zwaar accent op de tekeningen
van Peter Vos.
Chris Rabé: Zingen van al
lerlei dingen, uitg. De Toorts
per deeltje f 7,50.
„Zingen van allerlei dingen"
is de titel van twee bundeltjes
waarin een groot aantal eerder
losbladig uitgegeven liedjes
voor de lagere school zijn bij
eengebracht. De bundelt) es
zijn bedoeld voor respectieve
lijk de le, 2e en 3e en de 4e
en 5e en 6e klas. Het resultaat
is een verzameling aantrekke
lijke kinderliedjes, die veel
meer zijn dan alleen maar een
speels tijdverdrijf. Ze zijn er
duidelijk op gericht kinder
stemmen al vroegtijdig en op
behoedzame manier tot ont
wikkeling te brengen. Veel
van de liedjes zijn berekend
op begeleiding met delen van
een Orff-instrumentarium.
maar altijd zodanig dat het
zingen en de kinderstem de
volle kans krijgen. Het ge
bruik van de bundeltjes lijkt
ons geen eenvoudige opgave,
maar met vakkundigheid en
inzet moeten er leuke resulta
ten mee te bereiken ziin.
Ole Lund Kirkegaard: Lutje
Giel (uitg. Kosmos f 6,90).
Soort j ongensachtige tegen
hanger van Pipi Langkous-
Lutje leidt met enkele vrien
den zijn eigen avontuurlijke
leven, waar de volwassenen
niets van snappen of met een
knipoog naar kijken. Leuke
avonturen.
Baukje Colpaart-Vellekoop:
Wie fluit er mee in december
(uitg. De Toorts): Verzame
ling sinterklaas- en kerstlied
jes voor blokfluit van auteur,
die geen verdere aanbeveling
nodig heeft.
Ten dele bekende melodieën
en gedeeltelijk speciaal voor
deze bundel geschreven of
improviserend ontstaan in een
2e klas van het basisonder
wijs. Moeilijkheidsgraad gelijk
aan bekende bundels Wie fluit
er mee? DL. 1 en 2.
Boeken OVER kinderen uit
de najaarsaanbieding van de
uitgevers; o.a.:
Dr. A. CHAPMAN: Kinde
ren spelen met ouders - f
16.50: Een kostelijk boek over
de wijze waarop kinderen van
alle leeftijden ouders om hun
vinigers winden en hoe inzicht
daaromtrent van belang is
KINDERBIJBELRAPPORT
f 8.-. Een onderzoek naar de
waarde van alle thans ver
krijgbare kinderbijbels door
Ned. Bijbel Genootschap en
Katholieke Bijbel Stichting.
DR. P DAMSTé: Stotteren,
een studie van onvrijwillig en
vrijwillig gedrag - f 25: Uitge
breide studie over het pro
bleem van stotteren.
DRS. W. DE HEY: Hoe leer ik
mijn kinderen kennen? - I
17.50. De vierde druk van dit
boek beveelt zich vanzelf in
uw aandacht aan.
E. REIMER: De school is dood
- f 9.50: Strategie voor onder
wijs en opvoeding van de toe
komst.
I. M. FENNEMA: Meespe
lende grootouders - f 17.90-
Over bezig zijn met kleinkinde
ren.
DAT WAS NOG EENS LE
ZEN - f 4,50: Veertig auteurs
over de boeken van hun
jeugdjaren.
Jan Terlouw kreeg ter gele
genheid van de kinderboeken
week „De Gouden griffel voor
zijn jeugdboek „Koning van
Katoren". Het is niet de eerste
prijs die hij voor zijn kinder
boeken ontvangt. Zijn debuut
„Pjotr" (1970) werd destijds
door de kinderen zelf uitgeko
zen als het beste boek van het
jaar. Verder schreef Terlouw
„Bij ons in Caddum" (1971)
dat zich afspeelt in een niet
bestaand dorpje op de Veluwe
met elementen van Otterlo,
Garderen en Wezep, en „De
avonturen van oom Willi-
brord" (1971), meer bestemd
voor kleine kinderen. Zijn
jongste boek heet „Oorlogs
winter" en in voorbereiding is
een verhaal „Het briefgeheim"
waarin hij de kinderen vertelt
dat sommige huwelijken in
puin liggen.
Dr. J.C. Terlouw va-n huis
uit fysicus is lid van de Twee
de Kamer voor D '66 en verte
genwoordiger van dezelfde
partij in de Utrechtse gemeen
teraad. In het parlement houdt
hij zich voornamelijk bezig
met de milieuhygiëne en eco
nomische aangelegenheden.
„Kinderen zijn heerlijke
mensen. Ze staan nog hele
maal open voor nieuwe ideeën,
ze kennen nog medelijden en
ze vergeven erg vlug". Dat.
zegt Jan Terlouw, tweemaal
bekroond schrijver van kin
derboeken, in zijn huis tegen
over het Utrechtse Tolsteeg
plantsoen.
Schaft, de hoofdpersoon
in „Koning van Katoren"
heeft een zg. anti-autoritaire
opvoeding genoten. Gelooft u
daarin?
Terlouw: „Belangrijk is de
opvoeding is dat kinderen op
groeien tot vrije mensen, zon
der remmingen. Ze moeten zo
min mogelijk barrières tegen
komen. Wij praten zelf in ons
gezin alles door met de kinde
ren en we zijn erg gevoelig
voor argumenten. Dat brengt
nauwelijks moeilijkheden met
zich mee. Alleen het naar bed
gaan gaat vaak met enige
dwang van onze kant".
Vertelt u uw verhalen eerst
aan uw kinderen voordat u ze
opschrijft?
Terlouw: „Ja, eerst heb ik
vrijwel alle verhalen aan de
kinderen verteld maar met
veel minder dubbele bodems.
Ik heb welbewust altijd het
verhaal gehanteerd als instru
ment bij de opvoeding. Ik ge
loof in het verhaal. In alle
culturen heeft het een enorme
functie gehad, omdat de men
sen er graag naar luisteren.
Later, als ik de verhalen op ga
schrijven breng ik bewust de
dubbele bodems aan. Kinderen
vanaf 10 jaar zien het dan als
een sprookje, oudere kinderen
lezen het om de satire. Je
moet er natuurlijk wel voor
waken dat het verhaal ge
schaad wordt door de satiri
sche elementen, dat het ge
kunsteld wordt Maar aan de
andere kant mag je de waar
heid niet verdoezelen. Dat
hoort bij een goede opvoeding:
je moet de kinderen laten zien
hoe fout wij het doen als vol
wassenen, welke rotzooi wij
ervan hebben gemaakt. Dat
probeer ik in deze jeugdboe
ken uit te dragen, maar niet te
fatalistisch. Je moet de kinde
ren evengoed laten zien dat er
nog mogelijkheden zijn om het
anders te doen".
U tracht in uw kinderboe
ken uw politieke inzichten op
geen enkele manier te verdoe
zelen.
Terlouw: „Nee, in „Koning
van Katoren" wel het duide
lijkst. Daar kun je zo onge
veer het hele programma van
D '66 uithalen. Het milieu gaat
me erg ter harte, en de econo
mie. En de gezondheidszorg.
Die zou ik graag in strijd met
het D '66 programma genatio
naliseerd zien. Ik vind ziekte
als winstobject, en zo kun je
de huidige toestand toch wel
noemen, verwerpelijk".
Het bekroonde bock begint
met een soort regeringscrisis.
Wat vindt u van de toestand
zoals die nu in Nederland
meemaken? Terlouw: „Op
merkelijk is dat deze crisis
niet ontstaat is uit een botsing
tussen regering en parlement
maar in de boezem van het
kabinet zelf. Dat onderstreept
nog eens hoe onbelangrijk het
parlement is geworden. Dat
betreur ik zeer want het is
een regelrechte aantasting van
de parlementaire democratie.
De hele affaire toont de nood
zaak aan om te komen tot
staatsrechtelijke hervormingen
van D '66. Daardoor zouden de
discussies in het parlement
veel meer waarde krijgen.
Hoe denkt u over de nieuwe
vervroegde verkiezingen?
Terlouw: „Wij hebben erg
veel hoop op de jeugd. Ik
persoonlijk geloof in de jeugd.
Het is niet voor niets dat ik
me in mijn boeken ook richt
tot de jongeren: ze staan open
voor veranderingen".