Johan en Cornelis
De Witt gelyncht
Bundeswehr
brengt geld in
het laatje
genot
vrij
uit'
Volkswoede
oorzaak van
bloedige
moord in
Den Haag
Akelig
Klachten
Goed aangepakt
Brood op de plank
.Souvenirs"
Verbannen
Valse melding
door
corn, verhoeven
- ZATERDAG 26 AUGUSTUS 1972
Tekst:
PIET DE BONT
Foto's:
René de SWART
BUDEL, Boedel, Büdel:
bont neonlicht tegen
de donkere hemel, on
afzienbare rijen auto's
en afgeladen bars, waar Duit
se rijkdom met verve wordt
verteerd. Dat is het beeld dat
het tegen de grens van Lim
burg en België aangedrukte
Brabantse dorp avond aan
avond biedt.
Tied jaar geleden nog was
Budel een onbetekenende vlek
op de kaart van zuidoost-Ne
derland. Veel armoe, veel pen
del naar het naburige Wèert
en Eindhoven, weinig vertier.
„Niks te doen" was de klacht
van de jeugd. Een paar hand
tekeningen die hoge Pieten
begin '63 in Den Haag en
Bonn zetten, betekenden voor
Budel revolutionaire verande
ringen. Protesten ten spijt
van opgewonden Amsterdam
mers, die met tientallen bus
sen naar het plaatsje aan de
grens waren getogen, waar zij
Voordien nooit van hadden
gehoord, marcheerde in juni
van dat jaar een regiment
van de Deutsche Luftwaffe de
grote poort van de legerplaats
binnen. Budel hield de adem
in.
Tien jaar geleden was
Budel Brabants dorp op
de grens van Limburg en
België een onbetekenen
de vlek op de kaart van
zuidoost-Nederland. Maar
dat is de laatste jaren goed
veranderd. Dankzij hele
regimenten Duitse militai
ren die Budel omhoog heb
ben gestoten in de vaart
der volkeren.
Centrum van Budel.
Nieuwbouw dankzij Duitse
geldstroom.
De Duitsers gedroegen zich
correct, akelig correct zelfs.
Ze hielden zich stipt aan het
boekje vol geboden, dat „Pa
pa" Wittmann, de eerste com
mandant van het legioen die
per se geen gedonder met de
Hollaender wilde, had laten
uitreiken. Pijnlijke momenten
zijn er toch wel geweest, zoals
op één van de eerste recepties
die de nieuwe heren van de
legerplaats gaven, toen een
Duitse kapitein en een Ne
derlandse overste die in de
meidagen van '40 aan de
Moerdijk dapper op elkaar
hadden liggen schieten, oog
in oog met elkaar kwamen te
staan. Dergelijke „Schönheits-
fehler" hebben zich overigens
niet herhaald.
De Bulanders (zo heten de
inwoners van het grens-
plaatsje) keken de kat uit de
boom, maar toen zij merkten
dat de Duitsers er warmpjes
bijzaten, en best bereid waren
een flinke duit in de Budelse
zak te doen, vonden zij dat
zij het nog niet zo slecht had
den getroffen.
Budel
een
Duits
Negen jaar Duitsers in de legerplaats....
Er kwamen Duitse gezinnen.
Eerst een paar, toen tiental
len. Nu zijn het er al meer
dan driehonderd die in keu
rige, speciaal voor hen aan
gelegde, wijken neerstreken,
om er zich vervolgens „sehr
wohl' te voelen, ook al zijn er
klachten. Zo vindt menige
Duitse huisvrouw, die in
Duitsland in een voor de
eeuwigheid gebouwd huis
woonde, haar Budelse woning
wel wat luchtig. Zó open en
zonder kelder, zonder zolder
en met een berging, ver weg
gedoken in het achtertuintje
en dan nog wel een berging
in Nederland
zonder ceevee, zodat je er je
wasmachine niet kwijtkunt.
Allemaal dingen waarmee
Helga uit Stade en Frieda uit
Buxtehude toch wel moeite
hebben.
Andere klacht: levensmid
delen zijn peperduur in Budel.
In Weert en Eindhoven kun
je veel goedkoper terecht.
De huidige commandant van
de legerplaats, Oberst Fried-
rich-Karl Krützmann, een
aimabel man die stamt uit 't
Pommerse Greifenberg, dat
nu zeer Pools is, tilt niet zo
zwaar aan die klachten. „Kan
wel waar zijn, dat levensmid
delen in Budel wat duurder
zijn dan in de stad, maar we
kunnen hier ook letterlijk alles
krijgen. De Budelse midden
stand is grandioos aan onze
verlangens tegemoetgekomen
- dan moeten we daar maar
voor betalen ook".
De Budelse winkeliers heb
ben de zaken goed aange
pakt. Toen zij bespeurden, dat
er aan de Duitsers goud te
verdienen was, sloegen zij op
weergaloze wijze aan het mo
derniseren. Kleine kruide
nierswinkeltjes uit grootmoe
ders tijd werden supermar
kets. Budelse bakkers togen
naar Duitsland om te kijken
hoe de Duitsers zoete brood
jes bakten en bieden nu in
hun winkels het hooggeachte
Duitse publiek een sterke ver
scheidenheid aan waren,
waarop menig vakbroeder in
Krefeld en Diisseldorf jaloers
kan zijn.
Ook de plaatselijke brouwer
heeft alle reden om zich ver
genoegd in de handen te wrij
ven: sinds de Luftwaffe zich
in Budel nestelde is zijn bier-
omzet met sprongen gestegen.
Op dit moment gaat zeventig
procent van al zijn gerste
nat naar de Duitsers die het
lichte biertje met Beierse in
slag, dat in Budel wordt ge
brouwen even goed vinden als
hun eigen bier en dat wil wat
zeggen.
Bars en café's met een bar
zijn er tientallen in het Bu-
del-van-vandaag. Er wordt
meer verteerd dan in de beste
bars van Eindhoven en geen
wonder dan ook, dat het aan
tal verzoeken dat bij burge
meester Boudrie binnenkomt
van lieden die ook graag de
dorst van de Duitsers willen
lessen, zéér groot is.
Duitsers komen en gaan en
dat betekent brood op de
plank voor verhuizers, maar
ook voor de eigenaren van de
meubeipaleisjes in Budel.
Meubels „made in Germa
ny" worden er hoe kan het
anders grif verkocht.
De lokale bus- en taxi-on
dernemer gaat het eveneens
naar den vleze. De Duitsers
zijn zijn beste klanten. Iede
re morgen brengt hij zestig
scholieren naar Duitsland. Ze
volgen er middelbaar onder
wijs. 's Middags rijdt hij ze
weer naar Budel. In de leger
plaats Budel krijgen zo'n slor
dige zestienhonderd recruten
hun basisopleiding. Na drie
maanden vertrekken zij weer.
Geen gedonder met vrou
wen?
„Geen problemen", zegt
Friedrich-Karl Krützmann
nadrukkelijk. „Geen proble
men" beaamt burgemeester
Boudrie. Mochten er toch
problemen zijn, dan biedt het
witte boekje van „Papa" Witt
mann de Duitse militair uit-
komst. Op pagina 21 staat:
„Man verhaelt sich gegenüber
einem niederlaendischen
Maedchen so, wie man es von
einem fremden Manne seiner
Schwester gegenüber wün-
schen würde". En dat laat
aan duidelijkheid niets te
wensen over.
Tekst: THEO WEENING
In 1667 was de Nederlandse republiek in Europa opper
machtig. Zfjn raadpensionaris Johan de Witt was het in
eigen land.
Engeland was tot de vernederende vrede van Breda
gedwongen, nadat de Nederlandse vloot onder De Euyter
de Engelsen in eigen huis had opgezocht. Door de be
faamde tocht naar Chatham, waar de Engelse vloot in
brand was gestoken, moesten de Britten alle eisen van
De Witt wel inwilligen.
Johan de Witt had afgerekend met de Oranje-partij,
die alle geoorloofde en ongeoorloofde middelen had aan
gegrepen om de jonge Willem tot de belangrijkste man
van het land te maken. In 1666 was Henri Buat, schoon
zoon van Jacob Cats, die de val van De Witt had willen
bereiken met hulp van de Engelse koning, als dubbel
spion ontmaskerd en onthoofd en na de vrede van Breda
kon de oranjepartij nog verder worden teruggedrongen.
Maar juist de successen van De Witt werden hem fataal.
Engeland (vooral koning Karei II) wilde wraak. De
Britten kregen steun van Frankrijks Lodewjjk XIV, die
het net als Karei II onverdraaglijk vond, dat de heren
van de republiek in Europa de toon aangaven in plaats
van de gekroonde hoofden van de koninkrijken.
Door (geheime) verdragen aan elkaar verbonden be
reidden Fransen en Engelsen de vernietiging van de re
publiek voor. Johan de Witt zag het gevaar, probeerde
het land sterk in de verdediging te maken, maar onder
vond te veel tegenwerking. Niet alleen van de Oranje-
gezinden, maar vooral ook van de zuinige gewesten.
In 1672 kwam de aanval. De Fransen rukten op met
een leger groter dan Europa ooit had gezien. De bisschop
van Munster en de aartsbisschop-keurvorst van Keulen
stuurden hun troepen weer op de veldtocht. In een on
stuitbare opmars trokken Fransen, Munstersen en Keuisen
door Limburg, het (toen Nederlandse) Land van Kleef,
Gelderland, Utrecht, Overijssel en Drenthe. Alleen de
waterlinie kon ze uit Holland houden en alleen de stad
Groningen bleek een vesting, die niet in een paar dagen
onder de voet gelopen kon worden.
Gelukkig versloeg De Ruyter de gecombineerde Engels-
Franse vloot, waardoor een invasie uit zee verijdeld werd.
In het eigen land verlamde de oorlog de economie. Er
was armoede en werkloosheid. Velen leden gebrek. Het
publiek zocht een zondebok en vond die gemakkelijk:
Johan de Witt.
De haat tegen hem werd fiks aangewakkerd door de
weer oplevende Oranje-partij. Tot een uitbarsting kwam
het op 20 augustus 1672 in Den Haag. Johan de Witt en
zijn nog meer gehate broer Cornelis werden er uit de
gevangenpoort gesleept en letterlijk gelyncht.
De weg voor volledig herstel van de oranjes lag open.
Willem III kreeg de macht. Hij strafte de moordenaars
van de De Witten niet en de ironie van het lot wilde, dat
hij in zijn europese politiek de lijn moest doortrekken,
die De Witt had uitgezet.
De moord op de De Witten (pikzwarte bladzij uit onze
vaderlandse geschiedenis) wordt hiernaast beschreven
zoals een journalist van nu het toen gedaan zou hebben.
De moord op de gebroeders De Witt.
bij het gemeentebestuur ont
boden, waar hij openlijk zei,
dat de gebroeders De Witt
binnen een half uur zouden
worden gedood. Vreemd ge
noeg liet men de man onge
hinderd teruggaan naar de
gevangenpoort. Daar kreeg
ongeveer op hetzelfde mo
ment de ruiterij, die tot dan
toe door haar aanwezigheid de
menigte in bedwang had ge
houden, opdracht te vertrek
ken. Reden voor dat bevel was
een valse melding, dat boeren
uit het Westland naar Den
Haag trokken om er te plun
deren. Even later, het was te
gen viei uur, werden de eerste
kogels op de deur van de ge
vangenpoort afgevuurd. Even
later werden met een moker
de grendels stukgeslagen en
de bang geworden cipier
opende daarop de deuren. Een
paar man stormden naar de
gevangenkamer.
Verhoeff sleurde Cornelis de
Witt uit het bed, waarin deze
zich even te rusten had gelegd.
Een ander sloeg Jan de Witt
met een geweerkolf een gat
in het hoofd.
20 Augustus 1672, een woe
dende bloeddorstige menigte
heeft vanmiddag de gebroe
ders Jan en Cornelis de Witt
gelyncht op de plaats voor de
gevangenpoort.
Felle oranjeklanten acht
ten ex-raadspensionaris Jan
de Witt en zijn broer Corne
lls schuldig aan de deplorabe
le toestand, waarin ons land
militair en economisch ver
keert. Ze trokken vanmorgen
naar de gevangenpoort, waar
Cornelis vanmorgen door het
Hof van Holland niet schul
dig werd geacht aan het hem
ten laste gelegde landverraad.
Niettemin werd hij van al zijn
ambten vervallen verklaard
en voor altijd uit Holland ver
bannen.
Zijn broer Jan de Witt.
nauwelijks hersteld van de
gevolgen van de aanslag, die
in de avond van 21 juni op
hem was gepleegd, had zich
na de uitspraak van het hof
bij zijn broer in de gevangen
poort gevoegd, waarschijnlijk
om het vertrek van Cornelis
uit ons land te regelen. Vol
gens geruchten echter zou hij
oo valse voorwendsels naar de
gevangenpoort zijn gelokt.
De broers regelden een aantal
zaken, zoals de betaling van
de kosten van het proces.
Tegen de middag verzamel
den zich de eerste mensen bij
de gevangenpoort. Onder hen
was de kapper Willem Tiche-
laer, die voor het hof had
verklaard, dat Cornelis de Witt
hem geld had geboden als hii
Prins Willem III zou vermoor
den. Cornelis heeft dat steeds
zelfs op de pijnbank
hardnekkig ontkend en ook
voor het Hof van Holland de
beschuldiging van Tichelaer
en ook het Hof van Holland
heeft de beschuldiging van
Tichelaer kennelijk niet ge
loofd.
Maar.De Witt werd het
verblijf in ons land ontzegd
en de van meineed verdachte
Tichelaer vrij gelaten. „De
Witt wordt verbannen en ik
ben vrij" riep Tichelaer de
menigte toe. „Mijn beschul
diging is dus toch juist ge
weest". Het publiek stemde
met hem in en meende dat
de Witt ter dood veroordeeld
had moeten worden.
Nu dat niet was gebeurd wil
den eerst sommigen, later
steeds meer mensen het recht
m eigen hand nemen.
Jan de Witt: die niets ver
moedend om half elf de ge
vangenpoort wilde verlaten, -'
kreeg er de kans niet meer
toe. Steeds luider werd het
geroep om wraak, mede onder
invloed van sterke drank,
volgens sommigen met gulle
hand door vooraanstaande le
den van de oranjepartij uit
gedeeld in de naburige café's,
wakkerde.de volkswoede aan.
Als aanvoerder van de me
nigte wierp zich de zilversmid
Hendrik Verhoeff op. Hii werd
Even later werden de broers
naar buiten geduwd, waar ze
meteen omringd werden door
dreigende mannen: „Wij zijn
onschuldig". „We zijn geen
verraders" riep Johan de Witt.
Even later wordt hij getrof
fen door een kogel uit het
musket van luitenant ter zee
Jan van Valen. Er klonken
meer schoten en terwijl de
broers neervielen stortte de
menigte zich slaand en trap
pend op hen. Men trok de
stervende mannen de kleren
van het lijf. Daarna sneed
men neus, oren, tenen, vin
gers en andere lichaamsdelen
als „souvenirs van de licha
men". De dierlijk verminkte
stoffelijke overschotten wer
den later ondersteboven aan
de galg bij de gevangenpoort
opgehangen.
In de Haagse café's werd
die avond de dood van de De
Witten uitbundig gevierd.
Veel regenten vrezen, dat de
bloedige lynchpartij van van
daag zal wórden gevolgd door
nieuwe rellen tegen het be
staande gezag.
rij waren uitgenodigd op
een dia-avondje. Dat
is, zoals men weet, een
eindeloze zitting waarop ie
mand tweehonderd dia's laat
zien om te bewijzen dat zijn
vakantie zeer geslaagd was.
Negentig proeent daarvan is
niet om aan te zien en was
ook eigenlijk heel anders be
doeld. Kortom, het is een ver
schrikking en als ik rechter
zou zijn en bovendien een sa
distische inslag zou hebben,
dan zou ik extra zware geval
len niet tot levenslang maar
tot twee oj drie dia-avondjes
veroordelen. Wat zouden ze
om genade smeken. Maar
goed, wij zijn nog gewoon tot
levenslange gezelligheid ver
oordeeld, dus vonden we dat
we moesten gaan. Je kunt
toch niet zeggen, dat het je
niet interesseert? Want dat is
ongezellig en ongezelligheid is
een van de grootste misda
den. Daarom dus doken wij
in de eindeloze tunnel waarin
telkens als je denkt dat het nu
toch wel afgelopen is, een
nieuw stuk begint. En als je
de moed al opgegeven hebt,
daagt er ineens licht in de
verte. Zo slecht zijn die zit
tingen gecomponeerd: het is
los zand als in een woestijn.
rOEN de straf uitgeze
ten was en de belang
stelling voor een bor
rel wat meer bovengronds ge
uit kon worden, vroeg ik de
bereisde roei, enigszins met
de stiekeme bedoeling wraak
te nemen, of hij van zijn va
kantie genoten had. Hij fluis
terde mij toe, dat dit inder
daad wel het geval was, maar
dat zijn genot voor het groot
ste deel hierin bestaan had,
dat hij zijn vrouw en kinde
ren zo met volle teugen had
zien genieten. Wat hem zelf
betreft had hij zich liever een
paar weken teruggetrokken
met een koffertje boeken.
Maar zijn vrouw was er zo
aan toe geweest: hij had het
voor haar gedaan. Ik heb niet
de gemene streek begaan ook
zijn vrouw te vragen naar de
aard van haai genot. Het
staat vrijwel vast dat zij in
soortgelijke bewoordingen ge
antwoord zou hebbenHij,
moest er eens uit, vreemde
steden zien. Wat haar zelf be
trof, zou ze best een paar we
ken aan zee hebben willen
liggen. Maar ze deed het voor
hem. En als de kinderen niet
te klein waren geweest voor
zufke kronkels, zouden ze mis-
•schien gezegd hebben dat ze
het voor hun ouders deden.
Iedereen lijkt achter de rug
van een ander om te bepalen
wat voor die ander leuk is.
AT zijn, zoals men ziet,
f ongezellige opmerkin
gen. Want zij hebben
de strekking te suggereren,
dat er eigenlijk helemaal geen
genot geweest is, maar alleen
vriendelijk bedrog en vrolijk
weggekwinkeleerde offervaar
digheid. Nu is opoffering iets
heel moois, maar zij mag on
der geen beding verward wor
den met genot en zij hoeft
ook niet al te ongevraagd te
geschieden. Waarschijnlijk is
het bedrog wederzijds. Ieder
schuift het genot door naar de
ander zonder er zelf van te
nemen. Ieder is de uitzonde
ring op de regel dat er ont
zettend genoten wordt. Dat
heeft twee gevolgen. Het eer
ste is dat ieder van de ander
denkt dat die door zijn offer
vaardigheid een groot en echt
genot ervaart. Hij heeft de
pretentie dit tot stand ge
bracht te hebben, maar ver
zwijgt dat om de pret niet te
bederven of de cirkel niet te
verbreken. Zodra iedereen
dat van ieder ander denkt ont
staat er namelijk een soort
van gesloten cirkel waarin al
les circuleert behalve ieders
grote, nobele geheim.
TT ET tweede gevolg is,
J dat het genot niet op
epn inhoud gecontro
leerd wordt. Niemand weet
er immers iets aan. Het doet
er dus ook niet toe teat voor
inhoud her heeft en of het wel
bestaat. Het ts zoiets als een
doos bonbons waarvan nie
mand houdt en die »an de ene
verjaardag naar de andere
meegesjouwd wordt. Ze kan
voor hetzelfde geld ook leeg
zijn. Want het gaat om de
verpakking of om het gebaar.
Ik denk dat ze dikwijls leeg
ts en dal het grote geheim
minder te maken heeft met de
eigen edelmoedigheid dan
met de leegte van de doorge
geven doos. Dank zij dit ge
heim een van de best be
waarde der wereld, denkt ie
dereen dat iedereen min een
het leuk vindt en komt er
nooit een einde aan het genot
en' aan de dia-avondjes.