handvaardigheid
vraagt inzet
van hele persoon
kleuterleidster
krijgt meer
waardering
h.a.v.o.
werken aan de toekomst 1972
tilburg
avonduren
moeilijkheid
kritisch
ouders
door frits stommels
Academies en creatieve centra
worden overstelpt met aanvragen
voor cursussen (diploma's l.o. en
m.o.) handvaardigheid.
De vraag blijft wel of men na het
afstuderen terecht kan om aan
scholen (m.a.v.o., h.a.v.o. enz)
onderwijs te geven. Nog altijd zit
het lesprogramma daar zo dicht dat
er maar weinig ruimte is voor dit
soort vakken.
En het ziet er niet direct naar uit
dat de scholen in de nabije toekomst
uren en outillage beschikbaar
hebben voor deze „speelse"
voorbereiding op het „leven". Het
zou wel een vollediger naleven zijn
van het principe: „non scolae sed
vitae discimus" (niet voor de school
maar voor het leven volgen wij
onderwijs).
Maar de academies en creatieve centra
mochten de scholen hen blijven
ontsnappen kunnen zich troosten met
de gedachte dat veel (toekomstige) vrije
tijd voor mogelijkheden zorgt. Bovendien
zijn er toepassingen mogelijk in
bejaardentehuizen en andere niet aan het
(directe) onderwijs deelnemende
groepen. Denk aan vrije academies, waar
volwassenen in de avonduren terecht
kunnen voor pottenbakken, tekenen,
schilderen, boetseren, naaldwerken enz.
Jongeren die zich nu op de
handvaardigheidsvakken storten hoeven
dus niet bang te zijn dadelijk met hun
werkloze handen in het haar te zitten.
Een van de centra waar wekelijks zo'n
vierhonderd jongemensen zich komen
bekwamen in het inventieve vak
handvaardigheid is het „Kreatief
Centrum Weurt". Dit centrum, werkend
onder verantwoording van de Stichting
Instituut voor Handenarbeid Nijmegen,
wordt tot nu toe niet gesubsidieerd. Het
betekent dat de studenten geen
aanspraak kunnen maken op een
rijksstudietoelage. Het drie-en-een-half
jaar draaiende centrum hoopt dit jaar
een regeling rond te krijgen, waardoor in
het studiejaar 1972-1973 wel met toelagen
gewerkt kan worden. Er zijn vergaande
onderhandelingen een dépendance te
worden van de Tilburgse academie.
Directeur Ben van Pinxteren: „We
hebben contact gehad met de
hoofdinspectie van het onderwijs. Maar
ze wilden er niet nog eens een
onderwijsinstelling bij. We zijn nu bezig
ons te scharen onder de academie van
Tilburg en dat het lukt zit er dik in".
Voor Van Pinxteren en zijn leraren
(beeldende kunstenaars) staat de
mens-mensrelatie centraal. Hij zegt: „Dat
is het mooie hier dat iedereen iedereen
kent. We drijven samen dit centrum. De
studenten brengen het vaak „dure" geld
in om te kunnen blijven draaien. Wij op
onze beurt zijn de doorgevers van het
geld dat deze studenten betalen. We
calculeren zo scherp mogelijk en kunnen
daardoor ook rekening houden met de
betaalkracht van de mensen".
Van Pinxteren, afkomstig uit het
onderwijs, ziet de starheid bij yelen die
voorbeschikt waren de grote vernieuwers
te worden. „Expressievakken,
mensvakken, moet je als zodanig ook
laten bestaan. Je kunt zo'n vak nooit
star hanteren. Je hebt te maken met
menselijke eigenschappen en bij een
mensvak als handenarbeid bestaan geen
absolute waarden. Het is niet: een kastje
hiervoor en een kastje daarvoor in je
hersens. Steeds opnieuw ben je er
helemaal bij betrokken, met je hele
inventiviteit en creativiteit. Wat uit je
handen komt wil iets van jou zijn en
dus verschillend van iets dat uit iemand
anders handen komt".
Het Kreatief Centrum Weurt geeft
voornamelijk cursussen in de avonduren.
Met ingang van dit studiejaar is er
echter naast een avondopleiding
handvaardigheid mo-A een dagopleiding
handvaardigheid mo-A van start gegaan.
De volgende opleidingen en cursussen
zijn te halen: staatsexamen
handvaardigheid A, dag- en
avondopleiding; staatsexamen
handvaardigheid B, avondopleiding; akte
handenarbeid lo, avondopleiding; akte
tekenen lo, avondopleiding;
bijscholingscursussen.
Voor vrijetijdsbegeleiding: diploma
creatieve handvaardigheid voor
jeugdleiding A en B, dag- en
avondcursus; speciale en aangepaste
cursussen.
Voor eigen plezier: batikken, keramiek,
metaal, spinnen en weven, textiel
applicatie.
Voor de Voortgezette Studie
Handenarbeid (VSH), een
avondopleiding, worden geen nieuwe
studenten meer aangenomen.
Om een indruk te geven van de
vereisten en de vorming volgt hier een
klein stukje informatie wat het
staatsexamen handvaardigheid mo-A
betreft.
De Dagopleiding. De vooropleiding moet
zijn h.a.vo. of gelijkwaardig. De studie
duurt drie jaar. Het studiejaar omvat 36
weken, ingedeeld in drie eenheden van
12 weken met omlijnde programma's. De
vakken (per week) zijn de volgende:
constructief vormen: zes uur; plastisch
vormen: zes uur; vormgeving in het
vlak: negen uur; pedagogiek en
psychologie: 1 uur theorieen didaktiek,
1 uur.
Het inschrijfgeld
De culturele sector is zeer moeilijk met een definitie af te palen.
Heel vrij vertaald zou men kunnen zeggen dat in cultuur betekent:
door de mens gemaakt. Er zijn tal van gespecialiseerde opleidingen
die zich met uitingen van cultuur bezig houden: beeldende kunst,
film, toneel, muziek enz.
van deze cursus bedraagt 45; het
lesgeld per studiejaar 1500. Daarbij
komt voor eigen gereedschappen,
materialen en literatuur nog een bedrag
van 350 per jaar.
De avondopleiding. De vooropleiding
moet zijn h.a.v.o. of gelijkwaardig. De
studie duurt vier jaar. Het studiejaar
omvat 36 weken, ingedeeld in drie
eenheden van 12 weken met omlijnde
programma's. Men heeft twee avonden
per week continu vier uur les. Vakken:
constructief vormen: twee uur; plastisch
vormen: twee uur; pedagogiek,
psychologie twee uur per vier weken;
didactiek: twee uur per vier weken;
kunstbeschouwing: twee uur per vier
weken. Er moet rekening gehouden
worden met veel thuiswerk. De kosten
van de opleiding zijn: inschrijfgeld: ƒ60;
lesgeld per studiejaar: 620. Voor eigen
gereedschappen, materialen en
literatuur moet op 350 per jaar worden
gerekend.
Van Pinxteren: „Het is mogelijk dat men
ook met terugwerkende kracht
studietoelagen kan aanvragen. Bovendien
hebben deze studenten van een
particuliere opleiding nog een
„moeilijkheid" ten opzichte van de wel
gesubsidieerde. Zij moeten namelijk het
examen ineens afleggen. De
gesubsidieerde opleidingen kennen
tussentijdse vrijstellende
schooltentamens. Daarom vind ik deze
opleiding slechts te volbrengen door een
zeer ambitieuze aanpak van een
geselecteerde groep studenten".
eindexamenvakken, waarvan alleen
Nederlands en één vreemde taal verplicht zijn.
Goede leerlingen kunnen vanuit het h.a.v.o.
overigens ook doorstromen naar het
atheneum. Er bestaan slechts enkele
zelfstandige scholen voor h.a.v.o. In de regel
is het h.a.v.o. onderdeel van een
scholengemeenschap een combinatie van
twee of meer scholen onder één leiding en
met de mogelijkheid van een
gemeenschappelijk brugjaar).
I A.
Over geen enkel bestaand schooltype is
sinds de invoering van de Mammoetwet
zoveel te doen geweest als over het h.a.v.o.
a hoger algemeen voortgezet onderwijs).
Eerst vreesde het m.a.v.o. door het h.a.v.o. te
worden leeggezogen, vervolgens begonnen
allerlei vormen van hoger beroepsonderwijs te
klagen over het niveau van het h.a.v.o. en ten
slotte bleek het h.a.v.o. een struikelblok op
de weg naar de vrije beroepsuitoefening
binnen de E.E.G. Nederland Is het enige land
met het verschijnsel h.a.v.o. en wa zitten er
zelf al mee In de maag bij de ontwikkeling
van het hoger onderwijs, omdat voor het
ene gedeelte (universiteiten) h.a.v.o. niet en
voor de rest (hoger beroepsonderwijs) h.a.v.o.
wel voldoende Is als vooropleiding.
Niettemin Is er een enorme belangstelling voor
het h.a.v.o. Men mag de m.m.s. als een
voorloper van het h.a.v.o. beschouwen met
twee belangrijke verschillen: het h.a.v.o. is
voor jongens èn meisjes en de cursus duurt
vijf /aar. Het h.a.v.o. is trouwens voor een
deel ook de voortzetting van de oude h.b.s..
namelijk voor zover men na de h.b.s. direct
ging werken of naar een vorm van
beroepsonderwijs ging. Het h.a.v.o. is zonder
meer de aangewezen voorbereiding voor het
hoger beroepsonderwijs en dat h.b.o. bestaat
uit liefst 350 opleidingen. Scholen als de
Pedagogische Academie of de School voor
Journalistiek achten een havo-diploma zonder
meer voldoende als toegangsbewijs, andere
scholen als de h.t.s. of het h.e.a.o. verlangen
wel een bepaald examenpakket. Net als bij
mavo-4 zijn er bij het h.a.v.o. zes
HyiWMIiWi^—iM'l'l 'II liHI li—
door nelie de wit-krikke
Kleuterleidster, een beroep dat
steeds meer gewaardeerd wordt.
Een beroep, waarvoor de opleiding
ook steeds intensiever wordt.
Bovendien een beroep, waarvoor
zich ook al de eerste mannelijke
kandidaten bij de
opleidingsinstituten hebben laten
inschrijven. (In Maastricht meldde
zich voor de komende cursus één
jongen aan. In Haarlem is al een
kleuterleider in opleiding).
De vernieuwingen en de roep om
democratisering van het onderwijs
hebben er inderdaad toe bijgedragen dat
het kleuteronderwijs van gezellige
bewaarplaats naar basisleggend instituut
voor de verdere ontwikkeling van het
kind is geëvolueerd. In de
opleidingsinstituten heeft dat natuurlijk
eveneens een belangrijke wijziging
teweeg gebracht.
De heer Dijkstra, directeur van de
kleuterleidstersopleiding in Maastricht,
zegt daarover: „Als je ervan overtuigd
bent dat de vernieuwing in het onderwijs
tot een democratiseringsproces moet
leiden, dan heb je als onderwijsinstituut
als eerste de taak dat proces binnen je
eigen opleiding op gang te brengen. Er
is de laatste jaren daarom bij ons veel
veranderd. De toelatingseisen zijn echter
nog wel dezelfde gebleven: m.a.v.o. of
afgeronde drie jaar (dus over naar de
vierde) in het hoger voortgezet
onderwijs. Met einddiploma h.a.v.o. kun
je meteen in de tweede, je mist dan
natuurlijk wel praktijkervaring, maar dat
is toch wel in te lopen. Er zijn soms
gevallen waarin mensen na een
kweekschoolopleiding willen overstappen
naar het kleuteronderwijs. Die kunnen
dan in de derde (laatste) klas terecht.
Na die drie jaar is er bovendien nog een
hoofdakte-opleiding van één jaar. De
deelname aan deze cursus wordt de
laatste jaren steeds groter, vooral ook
van leidsters die al een tijd in het vak
zitten. Een soort bijscholing".
Wat kun je na die opleiding nog meer
doen dan naar een kleuterschool gaan
„In kindertehuizen, ziekenhuizen,
vormingswerk (vooral buurthuiswerk),
scholen voor buitengewoon onderwijs,
woonwagenkampscholen gaan werken,
lo-akten of mo-pedagogiek gaan halen".
Wat krijgt bij de opleiding naast de
vaktechnische kennis in het bijzonder de
aandacht
„Het ontplooien van de creativiteit als
levenshouding, waardoor je je open kunt
opstellen tegenover de kinderen en hun
ouders. Het bevorderen van een
maatschappij-kritische instelling en heel
belangrijk is verder het leren werken in
teamverband".
In de kleuterschool Bernadette in het
kleine Zuidlimburgse dorpje Ulestraten
hebben we een gesprek gehad met een
team van kleuterleidsters, dat aan het
begin van dit schooljaar het klassikale
systeem in „hun" school doorbroken
heeft.
Met deze op het eerste oog rommelige
onderwijsvernieuwing zijn ze enthousiast
maar ook kritisch bezig. Ze worden
daarbij geruggesteund door de inspectie
voor het kleuteronderwijs.
De drie leidsters in deze eerste open
kleuterschool in Zuid-Limburg zijn de
28-jarige hoofdleidster Mieni Smits-Petit
(11 jaar in het vak), de 22-jarige
Bernadette Erckens (in het derde jaar)
en de 19-jarige Trees Vossen (eerste jaar
als kleuterleidster)
Het uitgangspunt voor dit opengooien
van de klassen: „Er is de laatste jaren
enorm veel op gang gekomen. Het
kleuteronderwijs heeft in die
vernieuwingsgolf een belangrijke taak
gekregen. De leeftijd van 4 tot 6 jaar is
een bijzonder belangrijke
ontwikkelingsfase van het kind. Er is de
laatste jaren veel getheoretiseerd over
hoe de onderwijsvernieuwing en het
democratiseren van het onderwijs op
gang moet komen. Op een gegeven
De opvoedingssector
kan vaag worden
omschreven als: het
overdragen van kennis
en vaardigheden, het
begeleiden bij
moeilijkheden en
bieden van hulp.
Binnen het onderwijs
zijn er de verschillen
van kleuterschool tot
universiteit, maar de
functies in deze sectoi
kunnen zich behalve
op het onderwijs ook
op het gezin, de kerk
en het vormingswezen
richten.
tegelijk met hetzelfde spelen of bezig
zijn.
Ook is in deze opzet plaats voor de
ouders. Ze kunnen gaan meedoen in het
geheel van de school.
Deze drie kleuterleidsters zijn zo
enthousiast bezig met hun vak, dat het
eigenlijk wel aanstekelijk moet werken,
eveneens op ouders. Voor degenen, die
ook nog willen weten hoe zo'n
enthousiaste inzet financieel gehonoreerd
wordt, het volgende:
De 28-jarige hoofdleidster (in bezit van
de hoofdakte) verdient per maand netto
960,de 22-jarige (bezig voor haar
hoofdakte) krijgt per maand
700,netto en de 19-jarige is begonnen
met 610,netto.
ogenblik moet je na zorgvuldig overleg
tot de praktijk komen. Als team hebben
we gewoon een enorm vertrouwen in de
zelfontplooiing van ieder kind. Een kind
tussen 4 en 6 jaar kan de vrijheid om
zelf te kiezen heel goed aan. Die enkele
kinderen, die daar moeite mee hebben,
kun je als leidster nu beter opvangen. In
een klassikaal systeem moeten de
kinderen beantwoorden aan wat je als
kleuterleidster van ze verwacht. Nu ze
in dit open systeem meer vrijheid
hebben, zie je dat kinderen met
materialen gaan spelen en dingen doen
uit zichzelf die je als leidster nooit van
ze verwacht had. De benadering wordt
zo door het kind zelf positiever. Ook
zie je een enorm saamhorigheidsgevoel
onder de kinderen ontstaan. Ze lossen de
probleempjes, die zich voordoen, meestal
zelf op. Je kunt tenslotte niet allemaal