HET IJSSELMEER VERSCHAFT
ONS GOEDKOPE POLDERGROND
Tussen het riet wordt gewerkt
aan een nieuw stuk Nederland
ww ia
Dragline
verdween
in de
modder
W:
binnenland
buitenland
1
Recreatie
Watertekort
BHMl|Hi
HUP iSIS 8
Weemoed
Wrakken
Gewijzigd
Nederzetting
Scliij
jn
Het eerste
verwerkt.
graanverwerkingsbedrijf
bsBsIIB
Zuidelijk
(Van een onzer verslaggevers)
Het zal in 1980 zijn dat alle vier kappen uit het IJsselnieer
zullen zijn ingepolderd. Nederland zal dan 225.000 hectare
land en tegelijkertijd een uniek randmerencomplex rijker zijn
watersporttoerismedat zich uitstrekt van Roggebotsluis bij
Kampen tot aan Enkhuizen. Het resterende IJsselnieer zal dan
nog een oppervlakte beslaan van 125.000 hectare.
Flevoland. Hier wordt de huidige oogst opgeslagen en
De inpolderingswerkzaamheden
begonnen met de proefpolder An-
dijk, die gevolgd werd door de Wie-
ringermeer (20.00(1 ha.), de Noord
oostpolder (48.000 ha), Oostelijk
Flevoland (54.000 ha.) en Zuidelijk
Flevoland (43.000 ha.). De Mar
kerwaard zal 56.000 ha. groot wor
den.
Aanvankelijk wilde men beide
Flevolanden in één keer inpolderen.
Maar spitse cijferaars rekenden uit,
dat ondanks de aanleg van een 30
km lange dijk, het voordeliger zou
zijn eerst Oostelijk en daarna Zui
delijk Flevoland droog te leggen. Zo
geschiedde, al vormen de beide Fle
volanden in waterstaatkundig op
zicht wel één geheel. De 30 km
lange Knardijk de „scheidings
muur" tusse de beide Flevolanden
vervult thans de rol van Slaper
dijk vor Oostelijk Flevoland. Ove
rigens wordt de kans dat een dijk in
de IJsselmeerpolder door zou breken
geschat in een verhouding van 1 op
10.000.
Ondanks de gigantische bedragen,
die het rijk via de Rijksdienst voor
de IJsselmeerpolders en Zuiderzee
werken, in de gedeeltelijke droog
legging van de voormalige Zuider
zee steekt, is de nieuw gewonnen
poldergrond betrekkelijk goedkoop.
Eén vierkante meter bouwrijpe
grond in de Noordoostpolder heelt
het rijk f 1,50 gekost. In Oostelijk
Flevoland kwam men op een be
drag, dat schommelt lussen de 1,50
en 2 gulden en in Zuidelijk Flevo
land rekent men op een kostprijs
van rond 2 gulden per vierkante
meter. Dait cijfer zal een plezierige
bijkomstigheid zijn, wanneer de
bouwplannen voor de nieuwe stad
Almere (tegenover Muiderberg) ter
sprake komt. Deze stad, bestaande
uit zeven sateliet-stadjes, zal een
kwart miljoen inwoners moeten
gaan tellen. Bij de stad komt een
groot industrieterrein. Dit alles om
als overloop te fungeren voor de
bomvolle randstad en het Gooi.
Hadden de eerder drooggelegde
IJsselmeerpolders vrijwel een uit
sluitende agrarische bestemming, in
Zuidelijk Flevoland krijgen boer en
tuinder slechts de helft van de
grond toegemeten. Een kwart wordt
bestemd voor recreatieve doelein
den, terwijl de resterende 25 procent
gereserveerd is voor stedebouw en
industrievestiging, (overigens ziet
het er naar uit dat Almere de enige
stad in Zuidelijk Flevoland wordt:
het plan om in deze polder ook nog
Zeewolde te bouwen, schijnt defini
tief van de baan te zijn). De akker
een bedrijf dat zeker groter is dan 65
hectare, (ter vergelijking:, de be-
hextare. (ter vergelijking:, de be-
drijfsgrootte in de Wieringevmeer
was 30 ha., die in de N.O.P. 24 ha,
die in Oostelijk Flevoland 40 ha).
Op dit ogenblik is in Zuidelijk
Flevoland zo'n 6.000 ha. ontwaterd.
Daartoe is 5.000 kilometer greppel
getrokken, (in Oostelijk Flevoland
ligt 30.000 kilometer). Het ontgin
ningsplan voor Zuidelijk Flevoland
ziet er als volgt uit: dit jaar zal
4.740 ha. ontgonnen worden, volgend
jaar komt daar 3.300 ha. bij, in 1973
nog eens 3.170 ha. en in 1974 3.440
ha. Alles hangt echter af van de
scheuterigheid van de minister van
verkeer en waterstaat, waaronder
beide diensten, die in de IJsselmeer
polders werken (de rijksdienst en
Zuiderzeewerken) vallen. En wat
dat betreft heeft men geen hoge
verwachtingen van Drees jr.
Het de Blocq van Kuffeler-gemaal
heeft in zeven maanden tijd bijna
1.400 miljoen kubieke meter water
uit het omdijkte Zuidelijk Flevoland
gepompt. Het schrijnende „beetje",
dat er na de inpoldering van de
Markerwaard nog overblijft, heeft al
protesten opgeleverd tegen de in-
dijkwoede van Zuiderzeewerken.
Men vreest in de toekomst een ■-
(drink)watertekort wanneer binnen^
afzienbare tijd ook de Markerwaard
zal zijn drooggemalen.
Wat dat betreft is de doelstelling
van de wet tot afsluiting en gedeel
telijke drooglegging van de Zuider
zee (grotere veiligheid, betere wa
terhuishouding en vergroting van de
oppervlakte landbouwgrond) een
achterhaalde zaak geworden. Maar
daarvoor dateerde ze ook uit 1918.
Vt"-vrr^rv-v.
(Van een onzer verslaggevers)
Uit een dichte stofwolk gromt een zwaar heiaden vracht-
wagen moeizaam tevoorschijn. De jankende motor zingt
een handvol tonen lager, wanneer de chauffeur schakelt.
Dan schommelt en schudt hij langzaam de bocht om, en
verdwijnt uit het gezicht. Hoog in de lucht, scherp afge
tekend tegen de witte stapelwolken, zweeft sierlijk en sta
tig een buizerd. Een kapmeeuw geeft een felle schreeuw.
De zon schroeit de droog gevallen grond. Hier en daar
is de zware klei opengebarsten. In die wonden bloeien
grote pollen moerasandijvie. Soms nog geel, meestal
reeds vervormd tot wollige pluisbollen. Zeebies, verschil
lende soorten melde en vreemd opgeschoten wilgetak-
ken vormen de rest van de vegetatie. En dan het riet. De
wind ruist speels door de immense, groene massa.
lUK tt ÉIÜ
Dat is het landschap van Zuidelijk
Flevoland. De 430 vierkante kilome
ter grote IJsselmeerpolder, die op 25
mei 1968 droog viel. Dit jaar wordt
er geoogst: wintertarwe, gerst en
vooral koolzaad. Het grote graanver-
werkingsgebouw rijst kollosaal op
uit het vlakke landschap dat hier
ontdaan is van zijn begroeiing. Er
ligt zelfs al een asfaltweg, voorzien
van allerlei verkeersborden. Ze doen
wat komisch aan in deze vreemde
lege polder, die in 1980 geheel in
cultuur moet zijn gebracht.
„Ja, die douwen door", zegt de
man van de Rijksdienst voor de
IJsselmeerpolder. Over de rond
scheurende vrachtwagens. Vroeger
heeft hij als landmeter de Noord
oostpolder in kaart gebracht.
„Toen zaaiden ze nog geen riet in.
Als ik iets zag glinsteren ging il: er
direct op af. Je was in een gebied
waar nog geen mens oit geweest
was. En je had trippen onder je
voeten om je voor het wegzakken te
behoeden".
In zijn stem klinkt wat weemoed
door. Weemoed aan de pionierstijd
van de Noordoostpolder, die in 1942
droog kwam. Een polder die met de
hand in cultuur is gebracht.
Nu is het de machine, die dat
werk doet. Een greppelfrees vreet
zich langzaam door het riet heen. 's
Morgens om 6 uur wordt de chauf
feur per bus opgehaald en samen
met andere polderwerkers in Zuide
lijk Flevoland gedropt. Je vindt ze
niet terug in deze groene wereld
van manshoog opgeschoten riet. 's
Avonds komen ze weer tevoorschijn
om met dezelfde bus naar huis te
wordèn gebracht. Onzichtbaar wordt
het land in cultuur gebracht. „Ze
willen het werk niet graag missen",
zegt de man naast mij. „Velen heb
ben ook de begintijd van de Noord
oostpolder en Oostelijk Flevoland
meegemaakt. Het geeft voldoening
dat pionieren".
pen de chauffeur uit de zwarte brij.
Machines beheersen het tegenwoor
dige ontginningsbeeld. Toen het
rietscherm -moest worden' aange
bracht, stegen kleine vliegtuigen, op
van de dijk. De operatie verliep
vlekkeloos. Eén ponld rietzaad per
hectare. Thans is Zuidelijk Flevo
land, op enkele stukken na, bedekt
met een manshoog groen riettapijt.
„Om de grond vlugger begaanbaar
te maken en om lucht in de bodem
te brengen", zegt hij. Hoewel het
voor de mens op sommige plaatsen
nog levensgevaarlijk is Zuidelijk
Flevoland te betreden, hebben de
dieren de nieuwe polder alontdekt.
HaZen en "Köhijfiai zijn fer volop.
Reeën zjjn vanuit Oostelijk Flevo
land de 30 kilometer lange Knardijk
overgestoken. Schuw als ze zijn, la
ten ze zich vandaag niet zien. Er is
een weelderig vogelleven. Maar
naarmate de ontginning oprukt,
neemt de intensiteit van het vogelle
ven af. Waar de mens vordert, wijkt
het dier. Een algemeenheid, die ook
in de nieuwste IJsselmeerpolder op
geld doet.
Hier en daar steken rood-witte
meetstokken in de lucht. Het zijn de
allereerste markeringen van waar
straks een weg zal lopen. Er zijn al
kanalen. De Hoge- en Lage Vaart.
Gegraven toen de polder nog onder
water stond. Langs die kanalen is
het water weggevloeid dat de vier
reusachtige pompen van het Blocq
van Kuffeler-gemaal (totale capaci
teit 3.000 kubiekemeter water per
minuut!) in zeven maanden tijds uit
Zuidelijk Flevoland wegzogen. Hon
derden naar lucht happende vissen
bleven over, hoewel de omringde
polder van te voren zo goed moge
lijk was leeg gevist. Hier en daar
staken ook vreemde voorwerpen uit
de zwarte modder omhoog. Wrakken
van oude schepen, overblijfselen van
neergeschoten oorlogsvliegtuigen. De
achtergebleven munitie vormt een
levensgroot gevaar voor souvenierja
gers, die wanneer ze er lucht van
krijgen dat een in het IJsselmeer
Borden bij de IJsselmeerdijk in Zuidelijk Flevoland geven aan hoe
gevaarlijk het is, het gebied te betreden.
weggezonken vliegtuigwrak is aan
getroffen, onmiddellijk proberen de
resten te bereiken. Een niet alleen
gevaarlijke, maar ook onjuiste han
delwijze, want er kunnen dingen
worden meegenomen, die tot identi
ficatie van het toestel (en de inzit
tenden) zouden kunnen leiden. De
mijnopruimingsdienst van defensie
probeert deze lieden voor te zijn.
Het lukt niet altijd. Voor de gevon
den scheepswrakken komt de arche
ologische afdeling van de rijksuni
versiteit in de benen.
Terug naar de 69 kilometer asfalt
weg, die reeds in Zuidelijk Flevo
land gegraven is. Geen tijdelijke
tracé's. Wegen aanleggen doe ,.je
maar één keer, ook in Zuidelijk
Flevoland. Langs die wegen/zijn de
vier „nederzettingen" van de Rijks
dienst bereikbaar. Ze staan bekend
onder nummers en cijfers: FZ-58,
NZ-40, QZ-23 en MZ-9. Een land
bouwkundig opzichter, een ploeg
baas en een handvol machineperso-
neel verblijven er dagelijks. QZ23 is
de enige plaats waar op dit ogenblik
landbouwgewassen verbouwd wor
den. Geen hakvruchten. Die kan de
grond nog niet „verdragen". Pas in
een later stadium van de ontginning
worden aardappelen en suikerbieten
verbouwd.
Maar in mindere mate dan in de'.
Noordoostpolder en Oostelijk Flevo-
land het geval is. Want de inzichten
van de inpolderaars zijn wat dev
bestemming van een IJsselmeerpol-;~
der betreft, in 25 jaar tijd drastisch b
gewijzigd.
Js
Kavel KZ-4: langs de weg een
partij helgele landbouwwerktuigen.
Een klein stukje schoongemaakte
grond met wat spercieboontjes, aard
appelen. en worteltjes. Een piep
klein, houten kantoortje. Het domein
van wat genoemd wordt een land
bouwkundig opzichter. Een „neder
zetting" in Zuidelijk Flevoland. Aan
de kant van de weg, die er langs
loopt, vaten met olie. Daaruit vullen
de onzichtbare chauffeurs, die de
draglines, rupsvoertuigen en ander
rijdend materieel bedienen, hun
olievoorraad aan. Want benzine-sta
tions zijn in een omtrek van enkele
tientallen kilometers niet te beken-
nen. „Ze gaan nooit alleen het riet
in", klinkt de stem van mijn bege
leider. „Dat is te gevaarlijk. Er zou
eens wat kunnen gebeuren, en dan
moet er hulp bij de hand zijn".
De zon heeft de uitgedroogde grond in Zuidelijk Flevoland open
doen barsten.
Geen overbodige voorzorgsmaatre
gel. Want vorig jaar verdween een
complete dragline in de modder. De
bodem lijkt op het oog stevig ge
noeg. Maar dat is schijn. Zelfs op de
hoogst gelegen gronden nog altijd
5.20 meter beneden N.A..P raakt nog
een rupstrekker vast. Collega's sle-
Achter de Knardijk van Oostelijk Flevoland kruipen rupstrekkers over de met riet bedekte bodem, op weg naar de ontainnina
nieuw stuk Nederland. v
van een