Kroelend
in
memoires
uit zijn
vette
jaren
Zelfverheerlijking van
De Gaulle zonder weerga
Schaapachtig mode?
SUIKER: NIET ALTIJD ZOETHOUDERTJE
AUTORITEITEN OP
ALLES VOORBEREID
BIJ BEZOEK TITO
99
99
Kwestie Berlijn
Verheerlijking
Mond
open
Tegenhanger
Voor de klas
Bankwerker krijgt
huis aangeboden
Te „soepele"
pastoor voor
kantonrechter
Rekening houden
Door
Greet
Buchner
Research
eeristukjelef^
mjaarstziinl
VRIJDAG 9 OKTOBER 1970
BE GAULLE:
„Ik lieb John Kennedy, toen hij in
het voorjaar van 1961 Parijs be
zocht, gewaarschuwd, dat de inter
ventie in Indochina een wespennest
en een uitzichtloze zaak zou blijven".
„Het opstellen van tv-toespraken
vond ik altijd een bar lastig kar-
„Ben Goerion heb ik de eventuele
consequenties voorgehouden van
het Israëlisch grondgebied. Ook heb
ik een eind gemaakt aan de „ver
keerde vormen van samenwerking"
op het gebied van de kernenergie
tussen Frankrijk en Israël, waarmee
begonnen was na de Suez-crisis.
(Van onze Parijse correspondent)
Een maand eerder dan verwacht, is het vierde deel van De Gaulle's
gedenkschriften verschenen, lopende over de jaren 1958 tot 1962. De uit
gever Pion is zo verstandig geweest het boek niet eerst aan de critici
te sturen, want dat heeft het nadeel, dat iedereen de uitvoerige kritiek
kan lezen in de kranten en het boek zelf niet meer koopt. Voordat de
kranten er een woord over hadden kunnen schrijven, lag het boek in alle
Parijse boekwinkels te koop. Het kost 27.50 frank en telt meer dan 300
bladzijden.
Uitvoerig schrijft De Gaulle over
de mislukte vredesconferentie van
1962 in Parijs, „Mijn rendez-vous".
Voor de conferentie begon was een
Amerikaans verkenningsvliegtuig
boven Rusland neergeschoten. De
Gaulle noemt het „een absurde
schending" van het Russische
grondgebied. Chroestsjev in Parijs
vat dat zo hoog op, dat hij pas aan
de conferentie wil deelnemen als
de Amerikanen in het openbaar
deze agressie veroordelen, hun
verontschuldigingen aanbieden en
de schuldige piloten straffen.
Daar is Eisenhower natuurlijk
niet toe te bewegen. De Gaulle
doet alles om de conferentie toch
nog op gang te brengen. Een Ame
rikaans vliegtuig heeft boven Rus
land gevlogen, zegt hij in de con
ferentie. Maar op ditzelfde ogen
blik vliegt binnen de 24 uur een
Russische satelliet 18 maal boven
Frankrijk en wie zegt, dat die
satelliet geen foto's maakt? Wie
zegt dat er geen satellieten boven
de aarde vliegen, die vandaag of
morgen hun bommen laten vallen
waar zij wilton? Chroestsjev, die
naar Parijs vergezeld is door Mali-
nofsky, de maarschalk van de Rus
sische raketten, houdt voet bij
stuk. Mijn openbare mening, zegt
hij, zal niet toestaan over iets an
ders te spreken dan over deze
Amerikaanse agressie, want ik zit
hier in Parijs met drie landen, die
alle solidair zijn met de NATO.
„Welike duivel, zeglt Chroestsjev,
heeft de Amerikanen ertoe aange
zet zulk een afschuwelijke daad te
begaan?", waarop De Gaulle: „Er
zijn in deze wereld heel wat dui
vels, die de zaken bederven" En
met die woorden maakt hij een
eind aan de eerste zitting die te
vens de laatste is.
„Als Kennedy naar Parijs komt
op weg naar Wenen om een ouder-
houid te hebben met Chroestsjev,
zeigit De Gaiuüle: „AOs Chroeistsjev je
voorstelt om het statuut van Ber
lijn te veranderen, met andere
woorden, Berlijn aan de Russen
over te leveren, sta dan op je stuk,
daar doe je de hele wereld een
plezier mee. Rusland inbegrepen".
Inderdaad komt het Russische
plan om van Berlijn een zoge
naamde vrije stad te maken, als
een zeeslang het water uit, wat
voor Kennedy aanleiding is om de
Amerikaanse verdediging in Euro
pa te versterken. De Gaulle doet
hetzelfde met de Franse troepen
aan de Rijn.
„Wanneer de Russen een crisis
veroorzaken over Berlijn
schrijft De Gaulle aan Kennedy
dan kunnen de slechte gevolgen
ervan alleen worden vermeden
door een vastberaden solidariteit
tussen Amerika, Engeland en
Frankrijk". De Russen trekken er
de consequenties uit en gooien het
plotseling over een andere boeg.
De muur tussen West- en Oost-
Berlijn wordt een feit.
De Gaulle zou de Gaulle niet
zijn, wanneer dit deel van zijn
gedenkschriften niet eindigde met
een en al verheerlijking van zich
zelf. De eerste minister, toen nog
Debré, is „Le mien", de mijne. Er
is weliswaar een volksvertegen
woordiging, „maar die mag die
verantwoordelijkheid niet aarvtasiten
en bovendien heb ik juridisch het
recht de kamer naar huis te sturen
en een referendum uit te schrij
ven".
In de vergadering van de minis
terraad zegt de eerste minister wat
hij van de toestand denkt, maar ik,
De Gaulle neem de besluiten en ik
stel het communiqué voor de pers
op. Als ik van eerste minister ver
ander, dan raadpleeg ik vanzelf
sprekend niet de parlementaire
fracties, want dat behoort niet tot
hun taak. Volksvertegenwoordigers
kunnen wel de bijeenroeping van
het parlement verlangen, maar ik
ben het die decreteert. Bovenal
richt De Gaulle zich per televisie
tot het volk en dan zeggen de
mensen: „Dat was toch maar weer
ernstige taal!. De Gaulle is altijd
dezelfde. Ah, ons Frankrijk toch,
dat betekent iets in de wereld".
Het beoogde doel is derhalve be
reikt, zegt De Gaulle „want het
volk heft de hoofden omhoog naar
de toppen".
„Als mij in een persconferentie
lastige vragen worden gesteld om
mij in verlegenheid te brengen,
dan maak ik daar een eind aan
door een boutade, zodat iedereen
begint te lachen. En men leze wat
De Gaulle schrijft over zijn bezoe
ken aan de provincies: Overal
waar ik de Marseillaise begin te
zingen, zingt iedereen van harte
mee. Als ik mij in de menigte
begeef of te voet door de straten
loop, komt er een glans op alle
gezichten. Dan staan alle monden
open van genot, dan zijn alle han
den naar mij uitgestrekt. In 70
dagen heb ik 12 miljoen Fransen
gezien. 40.000 km afgelegd, in ver
gaderingen 600 redevoeringen ge
houden, 400 maal heb ik op de
tribunes gestaan en honderddui
zenden handen gedrukt en in die
tijd heeft mijn vrouw in alle be
scheidenheid 300 ziekenhuizen,
rusthuizen, weeshuizen en kdraider-
ziekenhuizen bezocht".
Wat minder zelfingenomenheid
zou de schrijver hebben gesierd.
Maar desondanks, men leest het
boek in één adem uit.
Ook de auteur Philippe Alexan
dre heeft een Gaullistisch boek ge
schreven, maar daar komt De
Gaulle minder mooi uit de verf.
Het boek heet: „Le duel De Gaul-
Ie-Pompidou", uitgever Grassel in
Parijs, 28 frank. In zijn eenzaam
heid van Colombey-les-deux-Egli-
ses zal de generaal het met grote
verbittering lezen.
Hij had gedacht na zijn aftreden
de naitdomale held te zuilen blijven,
die de Fransen, mocht de nood
weer eens aan de man komen,
zouden terugroepen naar het Elys-
sée. Maar daar is geen sprake van.
De Fransen zijn De Gaulle verge
ten. Op de wereldgeschiedenis
heeft hij geen invloed gehad. Hij
komt uit verbolgenheid niet eens
meer naar Parijs, waar de regering
een gebouw met een paar kamers
voor hem beschikbaar heeft ge
steld. En hooghartig weigert hij
zijn pensioen. Het enige, wat wij
de laatste dagen nog van hem
hoorden was een telegram van
rouwbeklag aan de weduwe van
Nasser.
Maar om op het boek van
Alexandre terug te komen. Hij
heeft aan zijn oeuvre van meer
dan 400 pagina's een romantische
vorm gegeven: „Een koppel, dat
van elkaar houdt, een beetje, veel,
de een krijgt genoeg van de ander,
meningsverschillen, zoals zoveel
koppels. Een wonderlijke speling
van het lot heeft naast elkaar ge
plaatst twee mannen, die elkaar
slecht konden verdragen. De een,
het hoofd in de wolken, monarch
van een vorige eeuw, voor wie de
dagen eeuwen zijin en die droomt
van Frankrijk. De ander, gekozen
uit 50 miljoen Fransen, een Auver-
gnat, een beetje boer, die let op de
jaargetijden en die de schone ge
schenken van de voorzienigheid
oogst".
Toen De Gaulle, uit Londen te
rug, Pompidou voor het eerst in
dienst nam, had Pompidou geen
enkele politieke scholing achter de
rug. Tijdens de oorlogsjaren zat de
Gaulle in Londen en stond Pompi
dou als leraar voor de klas. De
Gaulle nam hem in dienst als ka
binetsdirecteur en op die post
hoorde Pompidou het op de hoge
Olympus vele malen donderen te
gen de politieke partijen, die na
gels aan zijn doodkist waren.
Toen die partijen zich door ge
neraal niet zomaar lieten wegbeze-
men, ging De Gaulle bruusk weg,
afscheid nam hij zo goed als niet
van zijn naaste medewerkers en
trok zich terug in Colombey, op
zijn landgoed. Pompidou voorspel
de: hij komt nooit meer terug en
is een legendarische figuur gewor
den.
(ADVERTENTIE)
Ligt eraan hoe u 't bekijkt. Maar
het is een feit, dat lamsbont helemaal
en vogue is.
Wat begon in hippe kringen,
zien we nu ook in concertgebouw en
schouwburg.
Daar komt nog bij, dat lam niet
alleen een van de warmste, maar ook
een van de allersterkste bontsoorten is.
En voor de prijzen hoeft u nog
niet alle schaapjes op het
droge te hebben: de korte modellen
kosten 325.-, het lange ƒ450.-.
BredaGrote Markt 25, tel. 01600-30650
(Van onze correspondent)
KONINGSBOSCH De bank
werker uit Koningsbosch, die niet
in een Sittardse flat thuis zou ho
ren heeft een huis aangeboden ge
kregen in Hoensbroek. De heer De
Maagd heeft dit aanbod aanvaard.
Zoals gemeld was hem te elfder
ure door een makelaar een flatwo
ning geweigerd omdat hij als bank
werker „niet in die buurt paste".
Hij zou een arts als buurman heb
ben gekregen.
(Van onze correspondent)
WANSUM Pastoor P.J. Slots
van Wansum zal 5 november voor
de kantonrechter in Venlo moeten
verschijnen wegens het kerkelijk
inzegenen van een huwelijk terwijl
het paar niet voor de wet getrouwd
was.
Door een openbare behandeling
van deze zaak krijgt pastoor Slots
die vreesde dat de kwestie in
alle stilte zou worden afgehandeld
dan toch zijn zin. Pastoor Slots
heeft namelijk altijd aangedrongen
op een openbare behandeling. Hij
heeft inmiddels dan ook al aange
kondigd dat de zitting „een rel" kan
worden omdat hij zijn eigen verde
diging voert en met materiaal zal
verschijnen dat „het standpunt van
de justitie belachelijk zal maken".
Sinds pastoor Slots een niet wette
lijk gehuwd paar wel kerkelijk
trouwde heeft hij vele reacties ge
kregen van priesters die zijn stand
punt delen.
Het woord suiker heeft in ons
land twee geheel verschillende
betekenissen.
Het gros van de mensen, laten
we zeggen 98%, verstaat onder
dit woord het doodgewone zoet-
middel dat in grote hoeveelhe
den geconsumeerd en verwerkt
wordt.
Voor ongeveer 2% van onze
bevolking heeft hetzelfde woord
een onaangename betekenis.
Zij duiden er hun kwaal mee aan.
Ze zeggen simpelweg: „Ik heb sui
ker". Dat is de vereenvoudigde
vorm van het Nederlandse woord
suikerziekte, dat in het „net" ver
vangen kan worden door diabetes
mellites. Een oeroude kwaal waar
van de Egyptenaren en Grieken al
weet hadden.
Wat is „suiker" nu precies?
Daarop kan men niet zomaar een
antwoord geven, maar vertaald in
voor de leek begrijpelijke termen,
kan men zeggen dat het optreden
van suikerziekte samenhangt met
een stoornis i n de koolhydraat-
stofwisseling, waarbij insuline een
belangrijke rol speelt. Tot een jaar
of vijftig geleden was suikerziekte
een zeer gevreesde, dodelijke
kwaal. Men kon zich niet verwe
ren tegen de gevolgen van deze
ziekte. Nu is dat wel anders. Se
dert in 1922 de arts Frederick
Banting, na lange research, voor
het eerst insuline inspoot bij een
ernstig suikerziek kind, dat daarna
weer gewoon deel kon nemen aan
het leven van alledag, behoort sui
kerziekte beslist niet langer tot de
ernstige kwalen. Maar het is en
blijft een lastige kwaal. Degenen
die er aan lijden moeten immers
levenslang een streng dieet hou
den, waarvan onder geen beding
afgeweken mag worden. Velen van
hen moeten zich bovendien gere
geld injecteren met insuline en
een deel van de oudere patiënten
kan volstaan met het innemen van
de sedert 1956 in de handel zijnde
tabletten.
Nu hebben de 98 pet. die niet
aan diabetes lijden, weinig van
doen met de medische behandeling
in d!e zin vam injecteren of inne
men van de tabletten. Dat is een
kwestie tussen arts en patiënt. Ze
hebben echter wel een sociale taak
ten aanzien van de personen die
aan suikerziekte lijden en dat zijn
er nogal wat.
Uitgaande van een schatting van
2 pet. van onze bevolking komen
we tot een aantal van 300.000 di
abetici in ons land. Het is dus
helemaal niet zo onwaarschijnlijk
dat een van onze familieleden of
kennissen diabeticus is. Daar moe
ten we dan op zijn minst rekening
mee houden bij visites, feestjes en
nog meer bij een eventueel eten
tje.
Het goedbedoelde „zondig nu
maar voor een keertje" is een
slechte raad en in feite bescha
mend voor de gastvrouw, die ken
nelijk niet de moeite genomen
heeft om iets speciaals voor haar
diabetische gast klaar te zetten.
Beter en juister is het om reke
ning te houden met het voorge
schreven dieet of op z'n minst
even contact op te nemen met de
persoon in kwestie, om te vragen
wat nu wel en niet gebruikt mag
worden.
Er zijn momenteel in elke plaats
wel winkels of afdelingen van su
permarkets waar men suikervrije
dranken en snoepwaar kan krij-
gen. Iets moeilijker is het met
suikervrij gebak, dat door veel di
abetici niet op prijs wordt gesteld.
Veel ervan wordt namelijk in gro
te hoeveelheden gemaakt en in
diepvries bewaard, hetgeen de
kwaliteit niet ten goede komt.
Maar wat let u om zelf iets te
maken volgens het voorschrift van
de patiënt in kwestieT
Moge het rekening houden met
de eisen van het dieet van de
diabeticus al gelden voor volwas
senen. het is een dwingende nood
zaak als we met een suikerziek
kind in onze omgeving te maken
hebben.
Moeders van diabetische kinde
ren kunnen je reinste gruwelver
halen vertellen over het onver
stand en de botheid waarmee hun
kinderen op feestjes behandend
worden. Er zijn gastvrouwen die
het kind overslaan onder het motto
„dat mag jij toch niet" Er zijn
anderen die het vol trachten te
stoppen met zoetigheid onder het
motto: „Voor een keertje kan dat
geen kwaad". In beide gevallen
komt het kind onthutst thuis, in
het laatste geval misschien wel
ziek. Even contact opnemen met
de moeder van een diabetisch kind
lijkt niet teveel gevraagd, temeer
daar veel van deze moeders graag
zelf wait klaarmaken en meegeven
aain hum kind om alto moeilijkheden
en misverstanden te voorkomen. Tot
zover dan heel in 't kort de adviezen
aan hen die niet aan suikerziekte
lijden.
Er is ook nog een advies aan
degenen die er wel aan lijden en
dat luidt: wordt lid van de Neder
landse Vereniging van Suikerzie
ken die op 17 oktober a.s. haar 25-
jarig bestaan herdenkt en op de
bres staat voor de belangen van de
diabetici. De NVS heeft al heel
wat bereikt. Dankzij het medefi
nancieren van een onderzoek naar
het vertet en d)e gemiddelde levens
verwachting van de diabeticus die
in dezelfde orde van grootte ligt
als van degenen die niet aan sui
kerziekte lijden, kon de mogelijk
heid tot een vaste aanstelling in
rijksdienst en bij grootbedrijven
bedongen worden en kon men on
derhandelen met levensverzekerin
gen. Dankzij de bemiddeling van
de NVS is het voor een diabeticus
mogelijk een rijbewijs te halen.
Ook warden suikervrije levems-
miiddeten geregeld door de NVS
gekeurd en van haar merk voor
zien. Maar er moet nog veel meer
gebeuren
Men wil toe naar oen uitgebrei
de research naar de oorzaak van
deze kwaal, die nog steeds niet
bekend is. Men wil naar een ge
makkelijker methode dan het in
jecteren met insuline, waarop met
name de jongere patiënten zijn
aangewezen, men wil naar meer
verkooppunten van dieetartakelen
voor deze groep mensen.
Kortom men wil nog zoveel doen
om het leven van de diabeticus zo
normaal mogelijk te laten verlo
pen. Maar daarvoor zijn wel wat
meer leden nodig dan de huidige
30.000 (slechts 10 pet. van degenen
die aan diabetes lijden). Waarom
zou je als diabeticus geen lid wor
den van een vereniging die je
eigen specifieke belangen behar
tigt?
(Van onze parlementaire redactie)
DEN HAAG In bevoegde kringen in Den Haag is men het eens. Risi
co's bij staatsbezoeken zullen niet meer worden genomen. Momenteel is men
volop bezig met de voorbereidingen van het staatsbezoek van president
Tito van Joegoslavië dat duurt van 20 tot 23 oktober. Onder leiding van
minister Beernink (binnenlandse zaken) worden alle denkbare veiligheids
maatregelen getroffen, ook al zal het bezoek van Tito een vriendelijker
karakter dragen dan dat van Soeharto, kortom men is op alles voorbereid,
zeker nu in België is gebleken dat er toch hier en daar enkele al dan niet
Zuid-Slavische lieden rondlopen, die het met zijn komst naar de EEG-landen
niet helemaal eens zijn.
En als het aan mr. Van Riel, Eer-
ste-Kamer-lid voor de VVD, ligt zul
len bij ordeverstoringen in het uiter
ste geval ook nog eenheden van het
corps mariniers en de commando's
ingezet kunnen worden.
Mr. Van Riel heeft premier De
Jong en de ministers Polak (Justi
tie), Beernink (Binnenlandse zaken)
en Den Toom (Defensie) voorge
steld deze onderdelen van de strijd
krachten in te zetten bij ernstige
vormen van straatterreur. Hij vindt
dat het niet langer meer kan, dat
fatsoenlijke ambtenaren, die meestal
bijzonder geschikte mensen zijn,
zich langer mogen laten bekogelen
met stenen door allerlei merkwaar
dige lieden, zonder dat zij zich vol
doende geruggesteund voelen door
de overheid. Mevrouw Haya van
Someren-Downer: „Ik kan me best
voorstellen, dat de heer Van Riel
vragen heeft willen stellen nu ge
bleken is dat er bij de politie een
groeiend onbehagen bestaat over de
toenemende onveiligheid die zij er
vaart bij de uitoefening van haar
werk. Het is toch niet zo vreemd
dat kamerleden ook vragen willen
stellen als er bij ernstige ordever
storingen een groot aantal politie
mensen gewond zijn geraakt. Als
demonstranten bij rellen door de
politie worden verwond, regent het
altijd vragen".
Ik kan me de Haagse politiemen
sen best voorstellen, als ze zeggen
dat ze het niet langer meer nemen.
Deze woorden hebben alle grond
van redelijkheid. Op dergelijke
massale ordeverstoringen is men
kennelijk niet voorbereid. Over de
jongste rellen van de Ambonezen bij
het huis van bewaring in Schevenin-
gen zei mevrouw Van Someren:
„Het is een walgelijke situatie om
met een dergelijke bewapening zo
veel geweld te ontplooien. Twintig
gewonde politiemensen, het moet je
man of je verloofde maar zijn die zo
in elkaar geslagen naar huis ge
bracht wordt".
Dat men er bij de Haagse politie
ernst mee maakt, bleek wel uit het
feit, dat tijdens het bezoek van ir.
Manusama aan premier De Jong
maar liefst 4 pantserwagens van de
mobiele eenheid van de marechaus
see rond het kabinet van de minis
ter-president waren opgesteld.
Als Tito in Den Haag aankomt,
zal de residentie wel niet zo'n bele
gerde indruk maken als bij het be
zoek van Soeharto, maar het is dui
delijk dat eventualiteiten uitgesloten
zullen worden. Inmiddels heeft het
Joegoslavische staatshoofd al laten
weten, dat hij er prijs op zal stellen
met vertegenwoordigers van het Ne
derlandse volk in het parlement te
willen praten. Dit zal nu een beperkt
aantal kamerleden zijn om de dis
cussie zo zinvol mogelijk te maken.
(ADVERTENTIE)