Tunesië... markant ontmoetingspunt van de eeuwen van Keulse pot tot Gammastraal Het amfitheater in Ei Djem herinnert aan de Romeinse cultuur, die op de puinhopen van Carthago bloeide. Het Romeinse amfitheater van El Djem in Tunesië heeft met het colosseum in Rome al les gemeen, alleen is het minder bekend. In de stenen, waarop de tijd zijn tanden heeft stukgebeten, staan namen gegrift van vrij recente bezoekers. Gaicomo Zoli heeft in 1940 de trappen van het theater beklommen en later heeft Helmut Winkler er tussen twee veldslagen door aan cultuur gedaan. Hetzelfde geldt voor Bill Andersen uit Arizona, die ach ter zijn naam het jaartal 1943 geschreven heeft en van wie we niet weten of hij het nu, zevenentwintig jaar later, nog zou kunnen navertellen. Het theater van El Djem staat tussen Sousse en Sfax, aan de rand van de steppe. Inder tijd moet het omgeven geweest zijn door Romeinse nederzettingen, maar van die bouwsels is geen spoor meer te bekennen. Alleen het theater staat er nog, een beetje dwaas, een een beetje sinister. Weerbarstige getuige van wat eens gebeurd en geweest is. Eenzaam en i>nvergankelijk symbool van vergankelijkheid. Tunesié is een land, waar sinds de stichting van Carthago, legers en culturen ietwat nonchalant doorheen zijn gespoeld en, schijnbaar even ter loops, hun merktekens hebben ach tergelaten. De ruïnes van Carthago bijvoorbeeld hebben niet de majesteit van het Forum Romanum, maar wie zal zich daarover verwonderen? De woede waarmee de Romeinse legers, anderhalve eeuw voor Christus, de stad overvielen, liet weinig plaats voor culturele overwegingen. Over de resten van Carthago, aan het strand ten Oosten van Tunis, spoelt nu de zee. En van jaar tot jaar brok kelen ze verder af. Een beetje oud heid hier, een beetje oudheid daar. En verder de sinds eeuwen onveran derde en weinig naar verandering zoekende cultuur van de Arabische wereld. Moskeeën en Souks, ezels en kamelen en de indolentie van mensen die weten dat morgen en overmorgen de zon ook weer zal schijnen. Tunesië was tot voor kort nog een Frans protectoraat. Nu is het zelf standig en het wil die zelfstandig heid waar maken. Het land heeft geld nodig en omdat de fosfaatmij- nen en een opkomende industrie maar een beperkte bron van inkom sten vormen, kijkt men uit naar toe risten. Overal langs de kust verrij zen moderne hotels en minister Mondher ben Hammar, die de porte feuille van toerisme houdt, spaart geld noch moeite om de kwaliteiten van zijn land in de welvaartsstaten te propageren. Dat hij daarmee suc ces heeft, bewijzen de cijfers: sinds 1964 gaat de curve van het toeristen bezoek in sterk stijgende lijn. Wat zoekt de toerist in Tunesié? En wat vindt hij er? Voor de zon- aanbidders is het niet zo moeilijk. Want stranden zijn er genoeg en de zon vindt er slechts met moeite wat wolken waarachter ze zich zou kun nen verschuilen. Voor degenen die het strand niet haten, maar toch wel wat meer willen zien dan zand en bloot, is het een andere zaak. Want iedereen heeft zo zijn eigen smaak en over smaak valt niet te rede twisten. In elk geval is het, i'oor wie het land echt wil zien, nuttig te vermel den, dat Tunesié uit twee duidelijk te onderscheiden delen bestaat. Het noorden met zijn mediterrane kli maat, zijn sinaasappel- en olijfbo men, en het zuiden, dat tegen de Sa hara aanleunt en waar de natuur een wanhoopsgevecht schijnt te leveren tegen de agressieve woestijn. Dit zuiden, dat bij Gabès en Gafsa be gint, heeft ons oneindig geboeid. De olijfbomen krijgen er geen kans meer. De grond is er dor en droog en steenachtig. En in de oasen, waar de opdringende woestijn haar nederlaag moest erkennen, schieten de palmen uit de grond met het groeigeweld van de tropen. Gabès zelf, een bad plaats, 400 kilometer ten zuiden van Tunis, is zo'n oase. De wegen, die er van het noorden uit heen leiden zijn goed tot zeer redelijk. De stad zelf is een uitstekende basis voor v/ie met een minimum aan ontberingen (of moeten we zeggen een maximum aan comfort?) de woestijn wil ver kennen. Even buiten de stad begint de verlatenheid. Hier en daar nog wat groen en dan, dertig tot veertig kilometer naar het zuidwesten, niets meer dat aan de bewoonde wereld herinnert. De auto spoedt zich door een maanlandschap -van eendere, ronde, steenachtige heuvels, die door de zon worden geteisterd. En dan, na nog eens twintig kilometer, Matma- ta, de ondergrondse stad. Een stad van Berbers, die er hun kuilwonin- gen hebben gegraven en al juist vol doende toeristen hebben gezien om hun kamelen klaar te houden voor wie op een verre van gerieflijke zit het geheel overschouwen wil. Matmata. Bruingeel en met huizen die geen huizen meer zijn. De bewo ners, zwartgebrand en zo arm als mieren, maken een vriendelijke in druk. Hun historie is er een van eeu wen. Eerst hebben ze zich moeten verschuilen voor de indringers uit het noorden en omdat ze geen nieu we risico's wilden lopen zijn ze maar gebleven waar ze waren, kennelijk in de overtuiging dat veiligheid nog belangrijker is dan een beetje wel vaart. Het enige hotel dat Matmata rijk is blijkt eveneens een uitgebrei de kuilwoning te zijn. De onder grondse vertrekken zijn helder en zindelijk gemeubileerd en we schamen ons bijna voor de medede ling de pernod is er van dezelfde kwaliteit als in een Parijse bistro. Terug naar Gabès. En dan een an dere weg op, die naar het zuidoosten voert, en vervolgens, met de kust mee, weer naar het noorden buigt. De weg naar Djerba, het groene ei land, met zijn duizenden en duizen den palmbomen. Ze groeien er in het wild en het is alsof ze de krijtwitte dorpjes trachten te overwoekeren, waarvan de daken nooit hoger zijn dan de palmen. De vrouwen dragen er hun kruiken statiger dan in de rest van Tunesië, met een haast bij belse trots en met dezelfde verach ting voor tijd en uur als de kameel drijver, die zijn vierbenige en bultige slaaf gebruikt om uit diepe putten het water te hijsen, dat voor de be vloeiing van het land onontbeerlijk is. Djerba heeft een groot aantal luxueuze hotels. En nog steeds zijn er nieuwe hotels in aanbouw. Of ze de ongereptheid van het eiland niet zul len aantasten, staat te bezien. Tot nu toe heeft men, mede dankzij strenge architectonische voorschriften, de witte bouwsels langs de kust aardig in overeenstemming weten te houden met de ongereptheid van het land schap en de eeuwen-oude cultuur. Het zijn de tegenstellingen die Tu nesië interessant maken. Het con trast tussen de olijfbomen van het noorden en de palmen van het zui den, tussen de moderne stadswijken van Tunis en het Arabische stads deel, waar in de overdekte souks en in de aanpalende stegen de meest uiteenlopende zaken te koop zijn. subcommissie van de gezondheids raad toestemming gaf voor een be perkte afzet van de handel van enke le bestraalde voedingsmiddelen. Het ging om zestien ton aardappelen, drie ton aardbeien, een ton asperges en een ton cacaobonen. Later in novem ber, kwamen daar nog champignons bij. Bindende voorwaarde, de be straalde prodnkten moeten duidelijk herkenbaar zijn aan de verpakking. Het bioemvignet maakt dat onder andere mogelijk. Doel van bet be stralen van asperges is de groei af te remmen. Bij de aardbeien wordt schimmelvorming voorkomen even als bij champignons. Bij de aardap pels wordt spruitvorming voorkomen. „Bij de bestraling van aardappels gaat het om een keuze: conserveren en spruitremmen is mogelijk met chemische middelen en door bestra ling. De chemische spruitremmings- middelen zijn vrij sterk werkende stoffen. Je mag er dus niet te veel van gebruiken. Die stoffen verdwij nen bovendien niet zo maar, er blij ven resten van in de aardappel. Ook al was je en schil je de aardappels nog zo grondig, je raakt de resten van de chemische middelen niet kwijt. Nu hebben we dus de keus, wil ik mijn aardappels gaan conser veren met chemische remmings middelen die voor een deel meeko men in de keuken of wil ik het doen door bestraling waardoor niets ach terblijft. Een van de voordelen van bestraling is immers dat het een fy sisch proces is. Als het stralen af gelopen is is het ook weg. Als u in de zon loopt, dan reflecteert u de zonnestraling maar als de zon ach ter een wolk verdwijnt, dan straalt u geen zonlicht uit. De straling is er, maar als die weg is dan is hij ook weg. Dat is het voordeel van fysi sche processen, er blijft niets van ach ter. En daarom heeft het bepaald voor delen vanuit gezondheidsoogpunt de bestraling, als die net zo goed werkt als chemische stoffen, niets in de weg te leggen, misschien zelfs op een gegeven moment de voorkeur te ge ven. Als men van die chemische stoffen afkan moeten we er ook van af". De employees van het rijksinstituut voor de volksgezondheid hebben vrij Men kan er afdingen op de prijs van een gouden armband of van een kleurig tapijt. Maar wie toevallig meer behoefte heeft aan de kop van een pas geslachte geit, hoeft er even min lang te zoekn. Voor één gulden veertig is hij de man! Voor de onverbeterlijke chauvinis ten zij nog vermeld, dat Tunis een Hollandstraat heeft en dat een schoenpoetsertje uit de medina be langstellend informeerde hoe het met Croefie ging, want met die eigenwijze Nederlandse ui hebben ze daar wat moeite. En nu we toch op de vader landse toer zijn gegaan: van de mili tairen die na de desastreuze over stromingen herstelwerk verrichtten bij Kairouan, hebben we er nog maar twee ontmoet. Een kapitein en een luitenant. Ze stonden op het strand van Monastir en staarden weemoedig in de verte, zoals eens zuster An na. Ze waren achtergebleven om het scheepstransport van het rol lende materiaal m de gaten te houden en ze vroegen zich geïr riteerd af waar die verloekte boot nu eigenlijk wel bleef. Want op een gegeven moment wil je, on danks het zomerse zonnetje en de rijpe sinaasappelen, toch wel weer naar huis. J. VERDIESEN willig: de primeur gehad van de be straalde aardappels voor ons land. Dr. Spaander: „Wat ligt er nu meer voor de hand om, wanneer het aankomt op een eerste zogenaamde gebruikers-proef de medewerking van je eigen des kundigen in te roepen. Zij kennen de materie. Het begrip straling heeft voor hen niets geladens. Overigens het meest overtuigende bewijs, dat een produkt zo veilig is als je be weert, wordt toch wel geleverd wan neer je het zelf als eerste gebruikt. Alle medewerkers van het rijksinsti tuut voor de volksgezondheid hebben een circulaire thuis gehad met de vraag of ze mee wilden doen. Er hebben er honderden meegedaan. Die vonden het gewoon een sport". En van te voren was nadrukke lijk vastgesteld, dat dit geen nade lig gevolg kon hebben? „Nee, van die aardappelbestraling kon je geen kwaad verwachten. Ik zie het zo: ik kan met een aardappel drie dingen doen. Ik kan hem bewa ren door bevriezen, door koken, en daar tussen in kan ik gaan bestralen. Een aardappel die bevroren geweest is, is niets meer aan, een aardappel die je gekookt hebt, loopt niet uit. Maar daartussenin bereik je met veel minder energie dan je nodig hebt voor vriezen of koken, toch hetzelfde effect met bestralen: het niet uitlopen van de aardappel. Het is eigenlijk grappig dat bij de voedselbewarings- technieken 't bevriezen geweldig veel heeft gewonnen. Een grote hoeveel heid voedsel wordt in bevroren toe stand klaargemaakt. Denk aan bevro ren maaltijden, aan diepvries, het vriezen heeft dus een deel overgeno men van wat vroeger door het kook- proces gedaan werd, nl. het inblikken. Want wat is het inblikken anders dan het koken onder afsluiting. Als men mij nu vraagt is bestraling gevaar lijk dat zeg ik koken of bevriezen gevaarlijk? Dat koken doet veel meer bij die aardappel, kijk maar eens naar een gekookte aardappel of naar de slapte van de bevroren aardappel. Bestraling blijft ook niet in de aardappel achter, dus de ver wachting dat er iets gebeuren zal is minimaal. Vroeger heeft men voor het inblikken en het bevriezen nooit De toerist die Tunesië bezoekt, moet in het bezit zijn van een geldig paspoort voor alle we relddelen en van een pokken briefje dat niet ouder is dan drie jaar. Bovendien kan voor hem (of haar) het volgende nog wetenswaard zijn De Tunesische munteenheid is d>e dinar, verdeeld in duizend millimes. Eén dinar is zeven gulden. Dinars moeten ter plaatse wor den gekocht. Ze mogen ook niet worden uitgevoerd.^ Wil men voor zijn vertrek méér dan vijf dinar temigwissëlen, dan moet men kunnen aantonen dat men per dag minstens vier dinar heeft besteed. De prijzen van de maaltijden in een goed hotel zijn aan de ma tige kant. Een Tunesisch bier tje, uitstekend van kwaliteit, kost ongeveer één gulden veer tig. Wie aan het vaderlandse bier wil moet een rijksdaalder neertellen. Overigens heeft Tu nesië ook excellente wijnen. Sigaretten zijn in Tunesië duur. Behalve i!n Monastir, waar men in een free duty shop de we reldmerken kan kopen voor één gulden per pakje. Een goede inheemse drank is de boukha, een vijgenjenever. Hij kost nauwelijks meer dan onze vaderlandse borrel en men moet er rekening mee houden dat hij iets meer alco hol bevat. Wie gaat winkelen in de souks* mag op de prijs met zo'n veer tig procent afdingen. Veogler moet men niet gaan. Want die kooplieden zijn op slot van re kening ook niet gek. Voor gemiddeld 24 gulden per dag kan men in de Tunesische steden auto's huren. Men be taalt daarnaast de benzine. Goedkoop is het niet, maar het maakt je vakantie wel interes santer. Voor een bezoek aan de woes tijn kan men niet met een zo mershirt of een gebloemd jurk je volstaan. Want de Sahara mag overdag een oven zijn, 's nachts is het er koud. En dan in je hotel blijven, met zö'n sterrenhemel, zou bijna misda dig zijn. Bij een bezoek aan Carthaagse of Romeinse oudheden biedt men de toerist quasi-tersluiks oude munten aan tegen een verre van schappelijke prijs. Of ze echt zijn moet men maar afwachten. Beter is het dus geen risico te lopen, ook al is de kop van Hamilcar duidelijk herkenbaar. Wie de oudheid zoekt kan zich overigens troosten met de we tenschap dat er bijzonder in teressante musea zijn, waarvan we vooral het Bardo-museum in Tunis kunnen aanbevelen. De luchtverbindingen met Tu nesië zijn uitstekend. K.L.M. en Tunis Air vliegen met straalvliegtuigen regelmatig van Amsterdam op Tunis en omgekeerd. De vlucht duurt ongeveer drie uur. De taal hoeft in Tunesië niet veel problemen te geven. Met Frans kan men overal terecht. In de hotels spreekt men ook Engels en Duits. En in één van de souks zei een koopman grijnzend: kijkeniekope! Waar uit mag blijken dat ook het Nederlands er al aardig in burgert. de vraag gesteld of dat gevaarlijk was. Men heeft het gedaan en nie mand maakte zich daar zorg over. Bij de inblikindustrie heeft men de veranderingen die men teweeg brengt met koken en zo nooit als bezwaarlijk beschouwd en die veranderingen zijn niet gering'. En evenzo bij het zouten en het roken, processen die men ook niet uitvoerig heeft onderzocht". Op het gebed van voedselbewaring zitten rus duidelijk grote veramderi- nen in de lucht. Maar ook op het ge bied van de sterilisatie door bestraling Medische appendages en labaraitori- umartikelen zullen dit jaar voor het eerst op fabrieksschaal gesteriliseerd worden door gammabestraling. De „onderlinge pharmaceutisehe groot handel G. A. „in Utrecht heeft een eigen gammabestralingsunit aange schaft, die, geplaatst in Ede, nog dit jaar gaat „draaien". De bestraling van de wegwerpartikelen vindt dan in hun eindverpakking plaats, waar door herbesmetting tengevolge vam in pakken absoluut is uitgesloten. Een bijkomend voordeel is dat bij gam- mabestralingen geen temperatuur - yerhogingen in het behandelde mater, riaal optreden, hetgeen vooral bij het gebruik van thermoplastische ma terialen van groot belang is. Een grenzeloze toekomst voor de bestraling dus? „Ik ben geen ziener, ik ben onderzoeker", zegt dr. Spaander. Bestraling als con serveringstechniek is zeker niet alleen-zaligmakend. M\jn ver wachting is dat in toenemende mate men zich zal gaan interesse ren voor deze nieuwe mogelijk heid als men die maar niet gaat zien als een concurrentie van de bestaande methoden. Ik zie be straling niet ais een methode die de bestaande conserveringstech nieken, die op zich goed zijn, weg wil werken". (Van een onzer verslaggevers) UTRECHT De tijd van de zwaar in de pekel ingelegde boontjes is lang voorbij. De huisvrouw van vandaag heeft nu in de winter maanden een ruime keus in zomergroenten. Gesteriliseerd in potten, blikken of diepvries. Daarnaast echter is de laatste jaren een andere wijze van conserveren opgekomen, deels reeds op vrij grote schaal toegepast, deels nog in het experimentele stadium. Het bestralen met gammastralen. Wij Nederlanders zijn een bar voorzichtig volkje. Over ijs van één nacht wagen wij ons niet. En dat is maar goed ook, zeker waar het om onze gezondheid gaat. Wordt in lan den als Canada, Israël en Rusland bestraling van voedsel al heel lang op grote schaal toegepast, wij gaan er stapje voor stapje in uitgebrei de proefnemingen, voor elk produkt apart een goedkeuring van het minis terie van sociale zaken en volksge zondheid toe over. Maar de lijst van vrijgegeven produkten groeit ge stadig: aardappels, aardbeien, cham pignons, ziekenhuisvoedsel en binnen, kort vis. Die goedkeuringen komen niet zo heel voorzichtig als het gaat om be straalde produkten. Niet omdat het bang is dat bestraald voedsel gevaar op zou leveren voor de volksgezond heid. Meer uit gebrek aan technische ervaring met deze nieuwe conser veringsmethode. Daar komt nog iets bij: als de man-in-de-straat het woord bestraling hoort, denkt hij meteen aan Hirosjima en zijn gevolgen. De consument kan niet beter op zijn ge mak gesteld worden dan door zeer strenge eisen die van overheidswege aan voedingsmiddelen gesteld wor den. Hoe groot die angst wel kan zijn, is onlangs in Turkije gebleken waar een graanbestralingsinstallatie een grapje van bijna twee miljoen dol lar, voor de helft door de UNO be kostigd weer wordt afgebroken, zonder ooit in bedrijf te zijn geweest. De publieke opinie was er tegen Een wat moderner land als Zwit serland heeft juist de bestraling van graan dankbaar aangegrepen om het zonder chemische middelen insekten- vrij te maken. Dat dan in het bijzon der voor het voedergraan. De aanlei ding ertoe was het afkeuren in Ame rika van een partij Zwitserse kaas: er zat een te hoog gehalte aan resi duen van chemische bestrijdingsmid delen, DDT en Lindaan, in. Met het voedergraan hadden de koeien de middelen geslikt en dat was aan de kaas te merken. Waarom nu naast de bekende en reeds lang geaccepteerde methoden van conservering nog een nieuwe er bij? Zijn daar dan zoveel voordelen aan verbonden? Die vraag hebben we, gesteld aan dr. J. Spaander, di recteur-generaal van het Rijksinsti tuut voor de Volksgezondheid. „Zoals de meeste methoden van conservering heeft ook deze methode zijn eigen toepassing. In bepaalde ge vallen kan de bestraling conserve ring teweeg brengen waar we tot nu toe geen methode voor hebben om te conserveren of misschien methoden die veel moeilijker zijn. Laat ik u een voorbeeld noemen: vis. Vis is een belangrijke bron voor eiwitvoe ding voor hele volksdelen. Men zal dus graag die vis nog verder land inwaarts brengen, maar vis is een bederfelijke waar. Ze moet nu ver voerd worden in koelwagens en dat is een kostbare geschiedenis. Als je vis bestraalt dan blijft die bij norma le temperatuur langer houdbaar. Op die wijze is het mogelijk om vis over veel grotere afstanden in gebruiks klare, zo goed mogelijke verse toe stand te vervoeren zodat mensen in bijvoorbeeld Afrika die nu niet in staat zijn voldoende eiwit in hun voedsel te krijgen, wel dit eiwit kan brengen. Dat is dus een duidfflijk technologisch voordeel." Nee, het ministerie is voorzichtig genoeg. Het duurde tot half mei, vo rig jaar voor de staatssecretaris van sociale zaken en volksgezondheid, dr. R. J. H. Kruisinga, op advies van de commissie voedselbestraling, een Het bioemvignet waaraan be straald voedsel herkenbaar is.

Krantenbank Zeeland

de Vrije Zeeuw | 1970 | | pagina 7