Monster van het neo-nazisme is nog niet dood Een sociologie van de nazi-barbarij Eén boek van Jozef Hindels I Gevaar au sêrieux nemefli MP VU de twee Wertdultte televisiezen ders regelmatig volgt in hun uitzen dingen op de terreinen van de poli tieke actualiteit, van het maatschap pelijk verkeer en van de .culturele uitingen in de Bondsrepubliek die •nder de loep worden genomen, zal hebben kunnen constateren dat men bij het indringende medium de be schikking heeft over een aantal voor treffelijke medewerkers, die de gang van zaken in de Bondsrepu bliek niet alleen op de voet volgen, maar ook niet schromen kritisch te begeleiden bij gebeurtenissen en fei ten, die op een bepaald moment in de belangstelling staan. Die gebeurtenissen grijpen dan niet ■elden terug in bet Duitse verleden: een pijnlijke zaak voor de ouderen en niet minder voor de bewustleven- de jongeren van West-Duitsland. Wie de kritische begeleiding heeft ge volgd die bijvoorbeeld de beschuldi ging van het weekblad „Der Stern" met betrekking tot hetgeen te berde werd gebracht over de Westduitse president Heinrich Lübke (de hand- tekeningen-affaire met betrekking tot de bouw van barakken voor con centratiekampgevangenen), heeft •veneens kunnen constateren dat de televisiemedia in de Bondsrepubliek er zich maar niet zo met een Jantje van Leiden van af maken, maar er aich in beijveren op objectieve wijze geuite besehuldigingen nader te ana lyseren. Met als gevolg dat de Westduitse bondspresident er niet zo best af kwam. Het is niet overdreven te zeg gen dat in een West-Duitsland, waar de aanhangers van Adolf von Thad- den's NPD weer velen dreigen te worden (een gevaar dat men er ook werkelijk onderkent), de huidige te- levisiemedia een bolwerk vormen dat in een „democratiseringsproces" dat nu al jaren aan de gang is een zeer belangrijke functie kan vervullen. Onlangs volgden we de gehele avond uitzendingen in het kader van de jaar lijkse „Volkstrauertag" in de Bonds republiek, de zondag waarop West- Duitsland zijn doden uit twee wereld oorlogen herdenkt. In het Bundeshaus was een bijeenkomst, tijdens welke de korte bewoordingen die de vroegere burgemeester van West-Berlijn uitsprak ter nagedachtenis van de Duitse do den, door hun soberheid indringender overkwamen dan de langdurige rede even tevoren uitgesproken door de voorzitter van het comité dat de plech tigheid had georganiseerd. Brandt is overigens in Duitsland door zijn houding tijdens de tweede wereld oorlog nog steeds in bepaalde en niet zo kleine kringen een omstreden fi guur, waarvan men, als Nederlander met vakantie zijnde op Ameland, van Duitsers die men iets beter heeft le ren kennen, anno 1968 kan horen zeg gen: „Willy Brandt ist ein Landver- rater!Op zo'n Volkstrauertag kan men met de Westduitse televisie een ironi sche rondgang door het land maken langs de honderden „Denkmahler", vaak protserig van opzet en herinneringen oproepend aan verschrikkelijke tijden en schuld, maar niettemin tijdens zo'n Volkstrauertag bedolven onder kransen en bloemen. Het volk denkt aan zijn doden, ter wijl overal de vlaggen halfstok wap peren. Het is een boeiende bezigheid om vanuit een Nederlandse huiskamer dergelijke programma's te volgen, het zakelijke commentaar van de verslag gevers bij de plechtigheden te verne men en tevens getuige te zijn van de terughoudende gezindheid die uit die commentaren blijkt. Nooit, zo dachten we, is het Westduitse volk zo ver schrikkelijk alleen als juist op die trieste zondag van „Volkstrauertag". alleen met de herinneringen aan vroe ger. ADOLF VON THADDEN Wie in staat is de uitzendingen van de Westduitse televisie regelmatig te volgen, bewaart ook herinneringen aan de diverse recente landdagverkiezin gen in de Bondsrepubliek, tijdens wel ke Von Thadden's NPD naar voren kwam. Ook dan ziet men de West duitse commentatoren aan het werk, te midden van hun buitenlandse collega's Koel analyseren zij de cijfers temid den van computers en enorme projec tieschermen; politici lopen de studio's in en uit. Von Thadden wordt onder vuur ge nomen en in het nuchter analyserende commentaar verneemt men de zorg over de opnieuw gebleken, NPD-winst, voor een deel voortkomend uit de ge lederen van oud-nazi's, voor een an der en geringer gedeelte afkomstig van nieuwe kiezers. Beduchtheid voor het effect op het „ausland" klinkt ln leder commentaar door. Want men is er in West-Duitsland ner- gens zo bevreesd voor ais juist voor de indruk, die dergelijke onloochenba re getallen op het buitenland zullen ma ken. Is er reden tot bezorgdheid over deze de kop opstekende neo-nazistische tendensen in de Bondsrepubliek? Wie onlangs getuige was van het in terview, dat in het Nederlandse t.v.- programma „Denkbeeld" is gehouden met de leider van de NPD Adolf von Thadden, zal die vraag gemakkelijk kunnen beantwoorden. Von Thadden vond de bloed- en bodemtheorieën wel verouderd, maar de grote aantallen gastarbeiders konden, zo zei hij, een ongewenste vermenging tot gevolg heb ben. De verbondenheid van het bloed is sterker dan alle ideologieën samen, zo zei hij. En er zijn geen zes mil joen, maar tussen de 350.000 en een miljoen joden vermoord.... Volgens de enquêtes telt West-Duitsland momenteel zo'n 15 procent potentiële NDP-kiezers, „een partijnaam waaraan slechts de letters SA ontbreken om er NSDAP van te maken", zoals een Ne derlandse krant schreef. PSYCHOLOGISCHE ANALYSE Met -alle goede bedoelingen ten op zichte van West-Duitsland als partner in de Europese gemeenschap kan men zijn ogen niet sluiten voor de symp tomen, die frequent blijven wijzen op een herleving van datgene, wat oor zaak is geweest van de verschrikkin gen waaraan de wereld gedurende de jaren 1940-1945 bloot heeft .gestaan. Een kritische begeleiding van wat in de Bondsrepubliek geschiedt blijft dan ook noodzakelijk. En de literatuur die de ze kritische bezinning kan begeleiden, wordt ieder jaar groter, niet uit een onverantwoorde hetze tegen West-Duits land, maar als waarschuwing. Zo is er bijvoorbeeld hei boek van Josef Hindels, „Hitier was geen toe val" genaamd, dat een bijdrage wil zijn tot de studie over ile historische, psychologische en maatschappelijke ach tergronden van het nazisme Het boek geeft een uiterst kritische analyse over het ontstaan van het nazisme. Hitiers methoden in fle strijd om de macht en beschrijft indringend de Ic- gendenvorming en het neo-nazistischc gevaar, dat in onze tijd de kop weer opsteekt. Hindels wijst op de omvang van de toenemende nazi-literatuur, ln kranten tijdschriften en boeken. Zo staat hij uit voerig stil bij het in 1956 elf jaar na de ineenstorting van net Derde Rijk in Oostenrijk legaal verschenen boek .Wir rufen Europa!" van de neo-naz' i'heodor Souck uit Graz. „BLINDE HAAT EN AFGUNST Wat schrijft deze Souck wiens boek een grote oplage haalde, bijvoorbeeld over Adolf Hitler? Het volgende: „Tot op dit ogenblik ontbreek: elke zakelij ke, objectieve en rechtvaardige histo rische beoordeling voor de politieke ver schijning van Adolf Hitler «n tQn ra tiona ai-.socialistische beweging. Of de blinde haat heeft de pen gevoerd, At de afgunst. Werkelijk historisch, name lijk in overeenstemming met de waar heid, vanuit het gezichtspunt van het verloop der gebeurtenissen 'en niet van uit de „wijsheid van de verstandig*n", die „achteraf" alles betsr weten, heeft nauwelijks één auteur of verslaggever de tijd tussen 1916 en 1945 behandeld, zonder zichzelf een brevet van onbe kwaamheid te geven. De waarheid zeg gen was jarenlang niet mogelijk, ge zien de dreigend geheven wijsvinger van de Officier van Justitie. De politici en schrijvers van de Westelijke wereld heb ben weinig recht tot voortdurende min achting van de Duitse rijkskanselier Adolf Hitler, wiens onvoorwaardelijke innerlijke consequentie in elk geval het bewijs leverde voor de ongewone histo rische moed van de vrijwillige dood, terwijl men een dergelijke onzelfzuch tige inzet van de persoonlijkheid bij de politici van de andere kant vergeefs zal zoeken", aldus een citaat uit „Wir rufen Europa!" Het boek is vrij op de markt te koop. „LFIENSRAUM" Josef Hindels citeert in zijn studie verder o.a. de geschriften van de voor malige kolonel bij de Luftwaffe Hans Ulrich Rudel, in iedere boekhandel te krijgen. Met typische nazistische aan matiging schrijft hij aan welke voor waarden voldaan moet worden sis hij en zijn soortgenoten aan de zijde vgp het Westen moeten strijden: dat wij alleen dan bereid zijn nog eens een oorlog te voeren, als het de moei te waard is..." „Bovendien moeten wij ,.een toon ontvangen voor onzè inzet, dat wil zeggen dat wij niet alleen ze ker willen weten dat het gevaar van ons vaderland of van Europa is af gewend, maar dat bovendien ons volk verzekerd wordt van de noodzakelijke ruimte om te leven. Het laat ons koud of bij het woord „Lebensraum" het gehele Westen of de gehele geallieerde wereld weer kippe- vel krijgt Het boek van Rudel draagt de ken merkende titel „Wir Frontsoldaten zur Wiederaufrüstung. Hindels citeert het boek van e»n ze kere Hans Grimm, getiteld „Warpm, woher, aber wohin", waarin over Adolf Hitler wordt gezegd: „Hitler was de grootste staatsman die Europa ooit ge kend heeft. Dit zal de geschiedenis le ren, als de opgezweepte hartstochten van onze tijd tot bedaren zijn gebömèn. Hij was nuchterder, tegenover de massa, tegemoetkomender dan Napoleon. Hit ter zelf bezat het genie, de juiste maat staf, de onbevooroordeeldheid en be slist noodzakelijke voorültfclendé blik. Hij beschikte overeen autoriteit, dié in de geschiedenis van het continent haar gelijke niet vindt. Zijn succes zou de macht, de rijkdom en de be schaving van Europa voor eeuwen, waar schijnlijk voor goed, hebben gevestigd... Het geslaagde Europa-plan van Hitler zou de redding voor ons allen hebben betekend...", aldus dit neo-npzistlsche geschrift, bij het lezen waarvan men zich de ogen uitwrijft en het griezelige gevoel krijgt dat de persoon Hitler wel dood is, maar zijn geest nog stetf* dreigend rondWaart... Josef Hindels zegt in zijn bijdrage tot de sociologlfl der nazi-barbarij dat de boeken van nu de dadeil zijn van morgen. „Wie zou er aan kunnen twijfelen dat de schrijvers van dergelijk neo-nazistisch maak* werk (waarvan er slechts enkele genoemd konden worden) en de hen omringende groepen, bereid zijn de daden van de door hen verheerlijkte Hitler s met inachtneming van de veranderde omstandighe* den te herhalen? Zij zijn niet veranderd. En niets',, wijst erop dat zij nog zullen veranderen. De getui* genverklaringen in het Eichmann-proces laten hen al even koud als de ook hen bekende fotodocumen* ten over 't vermoorden van hulpeloze gevangenen door de SS. Iedere poging tot geestelijk contact id hier zinloos: met de bestialiteit kan men niet dis* cussiëren. Advocaten van de massamoord behoren niet tot de menselijke gemeenschap. Zij moeten tol zwijgen gebracht worden." Wlq.de sfeer bent van een groot vakverenigingscongred' weet, so schrijft Hindels, dat de daar vergaderde reële vakverenigingsmensen weinig voelen voor overdrijving* Wanneer zij desondanks besluiten voor het front van d$ Duitse en internationale openbare mening vast te stellen, dat onverbeterlijke nazi's „weer leidende posities in lands* bestuur en bedrijfsleven innemen" en „dat de bankroe* tiers van gisteren alweer aanzienlijke invloed uitoefenen •p de geschiedenis van bet heden", dan is dat alarmerend, Immers, het congres van de D.G.B. beschikte over om* vangrijk bewijsmateriaal betreffende de neo-nazistischa activiteit. Enkele schokkende details zijn weliswaar paa later, in verband met het geklodder van hakenkruisen en met het Eichmann-proces, bekend geworden. Niet alleen in kringen van de vakbonden, maar ook in christelijk-reli* (leuze kringen heeft men alarm geslagen. Zo schreef het leidende weekblad van Oostenrijk „Die Fürche" (De Vore)] in een verslag van een militaristische Stahlhelm-reüniel! „Generaal Kesselring, de Bondsleider van het nieuwa Btahlhelmverband, zag met energieke gelaatsuitdrukking de mannen van Stahlhelm marcheren tijdens de bijeen* komst van het Stahlhelmverbond in Erlangen. Er zijn ooit veertienjarigen bij. Die heeft men zelfs in uniform gesto* ken. Ook zij blikken vastberaden in de Duitse wind, die de oude vaandels op de oude wijze doet opbollen. Wat doet het er toe, als de colonnes nog steeds langs ruïnes van hulzen marcheren? Links twee, drie, vier. „Laat daarom de vaandels wapp'ren in het grote morgenrood dat licht •ver nieuwe zege of onz zengt ter dood!" DE DUITSE JEUGD De verwijzing naar de veertienjarigen is van bijzonder veel belang, aldus Josef Hindels. Deze maakt ons er im mers op attent dat het de onverbeterlijken gelukt is, ook jongeren die het Derde Rijk niet hebben meegemaakt, te verleiden. Processen, die in Duitsland en Oostenrijk ge roerd werden tegen neo-nazistische jeundfunctionaris.sen, hebben dit feit op indrukwekkende wijze bevestigd. Eg werd in de rechtzaal geconstateerd, dat er op de avond bijeenkomsten in de jeugdclubhuizen voordrachten over onderwerpen ais „Het Duitse bloed van vreemde smetten vrij te honden" worden gehouden. Bovendien zingen de jongeren oude naziliederen, maar ook nieuwe, na 1945 ontstane neo-nazistische wijsjes. De tekst van een bijzon der vaak gezongen lied drijft de spot met de slachtoffers van Hitiers jodenvervolging en belooft, dat voor de over geblevenen grotere gaskamers gebouwd zullen worden Zoals voorts in de rechtzaal werd vastgesteld, houdeif neo-nazistische jeugdverenigingen zich bezig met veld- oefeningen, afstandmarsen „met volle bepakking" tot da grens van lichamelijke uitputting en met het verzamelen van wapens en explosieve stoffen. De milde vonnissen die zonder uitzondering door de recht banken werden geveld, staan in huiveringwekkend con trast met wat bijvoorbeeld het neo-nazistische tijdschrift „Nation Europa" schrijft: „Wie hedentendage de jeugd van de Bondsrepubliek nauwlettend gadeslaat, zal consta» teren dat de jongens en meisjes die zich op het ogenblik in de puberteit bevinden, reeds een veel verheugende* beeld te zien geven dan hun leeftijdgenoten van nog maag twee of drie jaar geleden. Zij beginnen'er zich tegen te verzetten dat er maar steeds verwezen wordt naar de zwarte bladzijden van de tijd voor 1945. Het oude Europa met zijn heerserseigenschap pen zit onze jeugd in het bloed. De goede kern verloochent zich niet in Frankrijk, Vlaanderen, Nederland en bij do Noordse volken al evenmin als ln ons land". In deze woorden van het tijdschrift, aldus Hindels, schuilt een diepe psychologische waarheidhoe groter het aantal jaren Is die de huidige tijd scheiden van de nazi-barbarij, des te gunstiger zijn de kansen van een gevaarlijke legen- denvorming. En deze legendenvorming wordt in de hand gewerkt door degenen, die zich ertegen verzetten dat „oude wonden worden opengereten", waarmee een eer lijke discussie met het nog niet overwonnen verleden be doeld wordt. GEVAAR AU SERIEUX NEMEN Hindels besluit zijn boek met de verontrustende erken ning: Er bestaat een neo-nazistisch gevaar dat volstrekt au sérieux genomen dient te worden. De Duitse en Oosten rijkse neo-nazi's zijn ook geenszins geïsoleerd. Ze ontvan gen van internationale rechts-extremistische centra ideo logische en materiële steun. Ze leven ook niet aan da maatschappelijke periferie, ofschoon er onder hen „bui tenstaanders", querulanten en sektariërs zijn. Zij beschik- ken immers over het grote reservoir van de „vatbaren", de fellow-travelers, die hun Innerlijke nazi-zijn niet heb ben overwonnen. Niet te ontkennen valt voorts dat het neo-nazisme in het klimaat van de koude oorlog, van de tegenstelling Oost- West, goed gedijt. Wat er moet gebeuren valt met weinig woorden te zeggen, aldus Hindels in dit boek. Het gaat er •m toe te passen wat bet jongste verleden ons beeft ln- gehamerd: Niet zwijgen, niet sussen, maar tijdig en een drachtig de defensieve strijd organiseren. Of jnoet$n Wil wachten tot het weer eenc te laat to? l

Krantenbank Zeeland

de Vrije Zeeuw | 1968 | | pagina 1