OF
JUWFLFNROOF
KANTONGERECHT TE TERNEUZEN
Totale bouwkosten 85 miljoen gulden
Consumptiemelkindustrie
en melkhandel niet tevreden
met prijsverhoging
VLIEGTUIG VERLOOR
RADIO ACTIEF ONDERDEEL
Koningin Juliana opende gebouw Nederlandsche Bank (e Amsterdam
Zitting van 7 mei 1968
Oorkonde
Waardevast geld
Zonder blijvende
schade.
Unieke relatie
HELMA PIT
Engeland wil
straaljagers
leveren aan
Jordanië
Neuskegel
gevonden
Onschadelijk
Geigerteller
GEVOLGEN
VAN DE BELGISCHE
BOUWVAKSTAKING
Met de aanvaarding van de
tegenwaarde In bankbiljetten van
een baar goud van 12,5 kg tegen
de officiële goudprijs heeft konin
gin Juliana dinsdag het nieuwe ge
bouw van de Nederlandsche Bank
aan het Frederikspleln In Amster
dam officieel In gebruik gesteld.
Het geschenk zal ten goede komen
aan het „Koningin Jullanafonds".
De president van de centrale
bank, prof. dr. J. Zijlstra, vroeg de
koningin in een korte toespraak,
hem verlof te geven het bedrag te
overhandigen aan de voorzitter
van het „Koningin Julianafonds",
prof. Schippers, die de plechtigheid
eveneens bijwoonde. Aanvankelijk
was het de bedoeling geweest een
baar goud aan te bieden, maar
zo zei prof. Zijlstra allerlei ont
wikkelingen op het gebied van het
goud hadden enigszins storend op
dit voornemen gewerkt. Het ge
schenk in goud werd echter als
symbool gehandhaafd door een
baar van 12,5 kg zichtbaar voor
de aanwezigen op te stellen.
Na de openingshandeling ver
zocht prof. Zijlstra aan koningin
Juliana en prins Bernhard een oor
konde te ondertekenen van de vol
gende tekst: „Hare Majesteit ko
ningin Juliana in tegenwoordig
heid van prins Bernhard' heeft
heden, dinsdag de zevende mei
1968, het gebouw van de Neder
landsche Bank officieel geopend.
De nieuwe hoofdbank, onder sig
natuur van architect M. F. Duin-
tjes gebouwd, staat op de plaats
van het voormalige Paleis voor
Volksvlijt, gesticht in 1864 en in
de nacht van 17 op 18 april 1929
door brand verwoest. Aldus heeft
vandaag het hoogste gezag in den
lande de bestemming van het ge
bouw tot werkplaats van de cen
trale bank bevestigd. Dit zij een
blijvende aansporing tot het dienen
van dat eminente belang der natie,
de handhaving der waardevastheid
van het door volksvlijt verworven
geld".
De president sprak de wens uit
dat het gezamenlijke personeel
van de bank mag werken aan de
groei en bloei, of in de taal der
economisten aan welvaart en wel
zijn van het goede vaderland.
Prof. Zijlstra betwijfelde of de
identificatie van de Nederlandsche
Bank met de „mammon" als juist
mag worden aanvaard. In een dis
cussie over de toewijzing van het
Frederiksplein aan de Nederland
sche Bank werd n.l. in de Amster
damse gemeenteraad het volgende
gezegd: „Om het Frederiksplein
^strijden de muzen (bedoeld werd
de bouw van een opera op het
plein) en „mammon" en dan weet
men in Nederland tevoren wel wie
de sterkste is".
Ik hecht eraan te zeggen, dat de
directie van de bank de waarde
vastheid van ons geld ziet als een
middel tot een hoger doel, name
lijk een rechtvaardige samenleving.
Over de daartoe te gebruiken me
thode kan verschil van mening be
staan.
Twijfel aan onze intentie behoort
uitgesloten te zijn, zo verklaarde
de president. Prof. Zijlstra meende
dat burgemeester Van Hall destijds
een moedig en juist initiatief had
genomen, toen hij zijn befaamd
ruilaanbod deed. Wanneer dit ini
tiatief niet zou zijn ontplooid, zo
meende prof. Zijlstra, was er van
daag nog geen Nederlandsche
Bank geweest. Broodnodige ont
plooiingsmogelijkheden voor de
universiteit van Amsterdam zou
den er niet zijn geweest en op het
Frederiksplein zou hoogstwaar
schijnlijk nog geen operagebouw
zijn verrezen.
Bij de stijging van het voor de
bouw benodigde bedrag (uiteinde
lijke totale kosten 85 min), zo
zei prof. Zijlstra, hebben de lonen
een belangrijke rol gespeeld. Bij
allerlei beschouwingen van macro-
economische aard, waarmee de
bank zich nu eenmaal heeft bezig
te houden, is een micro-economi
sche waarneming van tijd tot tijd
nuttig. De bouw die de voor de
binnenlandse conjunctuurontwik
keling zo belangrijke periode van
1961 tot 1967 omvatte, levert daar
toe een ongezochte gelegenheid,
aldus de president. Het gemiddelde
weekloon van een timmerman (in
de zin van belastingplichtig loon)
tezamen met en daarop voor de
aannemer drukkende sociale lasten
bedroeg in 1962 gemiddeld
158,50. Op 1 juli 1967 was dit op
gelopen tot ƒ331,76, een gemiddel
de jaarlijkse stijging van bijna 15
pet. Weliswaar gaat het hierbij
om de bruto-loonkosten, maar ook
deze micro-economische waarne
ming leert, zo merkte prof. Zijlstra
op, dat in de afgelopen jaren ont
wikkelingen zijn opgetreden, die
niet zonder blijvende schade voor
's lands welzijn kunnen worden
voortgezet.
In zijn welkomstwoord, gericht
aan koningin Juliana, herinnerde de
president aan de band die er altijd
tussen het koninklijk huis en de
Nederlandsche Bank heeft bestaan.
Koning Willem I noemde de instel
ling eens „mijn oudste dogter". De
aanwezigheid van prins Bernhard
noemde prof. Zijlstra een her
nieuwd bewijs voor diens grote be
langstelling voor de economische
en financiële ontwikkeling van ons
land. Ook aan de komst van minis
ter Witteveen, „onze enige aan
deelhouder", wijdde prof. Zijlstra
een apart woord.
Na prof. Zijlstra werd het woord
gevoerd door minister Witteveen.
Deze noemde de Nederlandsche
Bank een uniek instituut in onze
samenleving. Ook zijn eigen rela
tie tot de president van de circula
tiebank, die in de bankwet is ge
regeld, achtte de minister uniek.
„Terwijl de president de bewa
ker is van het financiële beleid
van de regering, draagt aan de an
dere kant de minister van finan
ciën de verantwoordelijkheid voor
het beleid van de Nederlandsche
Bank".
Met de president was de minis-
AMSTERDAM: Dit is het pano
rama, dat men ziet vanaf het dak
van de nieuwe Nederlandse Bank.
Op de voorgrond de grote fon
tein, die vanaf gisteren zijn
schuimstralen in de lucht spuit.
ter van mening dat de vergelijking
met de „mammon" niet opgaat.
„De Nederlandsche Bank heeft
juist tot taak het eenzijdig streven
naar materiële rijkdom in te per
ken, zodat een evenwichtige ont
wikkeling mogelijk wordt. Zij
streeft geen materieel, maar een
ideëel doel na". Namens de rege
ring wenste hij prof. Zijlstra en
zijn staf alle succes in het nieuwe
gebouw toe.
In een slotwoord zei prof. Zijl
stra, dat hij eraan hecht dat de Ne
derlandsche Bank een integrerend
deel van Amsterdam wordt. „Wij
horen erbij en willen er ook bij
horen", zo zei de president.
butiesektor, waar de mogelijk
heden tot verdere produktivi-
teitsverhoging zeer beperkt zijn.
De overheid erkent dat eenma
lige verpakking extra-kosten met
zich brengt, maar staat doorbe
rekening in de consumptieprijs
niet toe. Het door de overheid ge
hanteerde prijsbeleid, zo meent
de A.V.M., is gebaseerd op over
wegingen van algemeen politieke
aard, waarmee het bedrijfsbelang
van de consumptiemelkvoorzie-
ning niet is gediend en waarvan
het bedrijfsleven zich dan ook
uitdrukkelijk wenst te distan'
De "melkdetailhandel en de
consumptiemelkindustrie zijn
niet tevreden met hun aandeel
van resp. 0,4 cent en 0,2 cent in
de verhoging van de consumptie
melkprijs met 2 cent die maan
dag is ingegaan. Hun samenwer
kingsorgaan, de algemene ver
eniging voor melkvoorziening,
heeft dit meegedeeld.
Volgens de A.V.M. houdt de
toegestane margeverhoging geen
enkel verband met de door melk
detailhandel en consumptiemelk
fabrieken aangetoonde kosten
stijgingen. Die stijgingen vol
trekken zich vooral in de distri-
Dinsdag was het de dag der ver
gelding voor de snelheidsovertre
ders op wie de boetes als een
„milde" lenteregen neerdaalden...
W. J. A. M. S. te Raamsdonk-
veer die in Zaamslag te hard had
gereden was geschrokken van het
hoge schikkingsvoorstel (90 gld),
waarop de officier van justitie,
mr. Th. Lebret: „Dat was precies
de bedoeling", „maar", zei de heer
S., „dit ging boven mijn begroting:
ik heb niet kunnen betalen, 't spijt
me
De officier wilde de schrik
enigszins compenseren door nu 80
gld te vorderen en kantonrechter
mr. C. J. M. van Hees was nog in
schikkelijker en vonniste 60 gld.
Te Kapellebrug had J. J. M. B.
de rijsnelheid overschreden. Tegen
hem werd 90 gld geëist. De uit
spraak was 60 gld.
De heer J. H. M. te Hulst kreeg
op hetzelfde weggedeelte wegens
te hard rijden een bekeuring, maar
twijfel aan de rechtvaardigheid
hiervan had hem een situatieschets
doen vervaardigen, die hij ter zit
ting toonde. M. stelde, dat men bij
de Belgische douanepost te Kapel
lebrug als automobilist met al zijn
aandacht geconcentreerd wordt op
het grote aantal borden dat daar
is geplaatst. Het waarschuwings
bord met het cijfer 50 staat ver
borgen achter de grenspaal. „Men
zou een zwanenhals moeten heb
ben om het te kunnen zien".
Voor deze verdachte was de eis
60 gld en de uitspraak 40 gld.
Van het rijtje Belgen dat wegens
snelheidsovertredingen terecht
stond, sprak J. M. G. v. d. P. te
St. Kruis zijn verwondering uit
over de „exhorbitant" hoge boete-
eisen in zulke gevallen. „Bij ons is
dat 500 francs".
De kantonrechter twijfelde aan
de juistheid van deze bewering.
Tegen v. d. P. had mr. Lebret
110 gld gevorderd voor de 86 km-
vaart, waarmee de verdachte over
de Kanaalkade te Axel had gere
den. De uitspraak luidde 75 gld.
Correct en loyaal gaf de koop
man J. K. uit Middelburg toe, dat
hij te Axel te hard had gereden.
Als reden gaf hij op ziekte van
zijn vrouw, waardoor hij zich
haastte om thuis te komen. Ook
hier was de eis 90 en de uitspraak
60 gld boete.
GEEN WEGPIRAAT
„Ik ben geen wegpiraat", zei de
heer R. R. uit Heemstede, maar hij
had wel al enkele keren op korte
termijn boetes moeten voldoen
wegens te hard rijden, ditmaal te
Axel. Eis en boete in dit geval 50
gld.
E. A. R. v. S. uit Schoten (B.)
kreeg 75 gld boete na een eis van
90 gld. Plaats van handeling: Hul-
sterweg te Hontenisse.
J. B. de B. te Vogelwaarde
bracht het er met een „zachte"
boete af. n.l. 20 gld. Hij was er in
Zaamslag te hard met de auto van
door gegaan.
Hekkesluiters waren J. A. D. te
Antwerpen en L. F. M. te Mortsel
(B.) die beiden 25 gld moesten be
talen.
door B. J. WITHUIS
18)
„Twijfel je er aan?" verbaasde
de inspecteur zich.
„Misschien wel," zei Pit, ,,'t Is
mij te veel op een presenteer
blaadje aangeboden
„Nou presenteerblaadje." De
inspecteur haalde de schouders
op. „Je bent een goede detective
Pit, maar voorlopig houd ik me
maar liever aan de feiten. En die
wijzen dan toch wel degelijk in
de richting van medeplichtig
heid".
„Niet de feiten," corrigeerde
Pit, „wel de verklaringen van
derden".
De telefoon onderbrak het ge
sprek. Op een wenk van de café
houder beende de inspecteur naar
de cel. Het gesprek düurde maar
kort.
„En?" vroeg Pit gespannen.
„Niemand thuis," zei Jackie,
„ik heb instructies achtergelaten.
Er zal onopvallend worden ge
patrouilleerd. Bovendien wordt
elk kwartier gebeld. Als ze hem
tegenkomen wordt hij onmiddel
lijk naar het hoofdkwartier ge
bracht".
Pit onthield zich van commen
taar.
„Wat ga je verder doen," vroeg
de inspecteur.
„Ik weet het nog niet precies,"
aarzelde Pit. „Tegen een uur of
twaalf loop ik even bij je op, als
je het goed vindt. Tussen twee
haakjes, Tim komt terug. O ja,
dat wist je niet. Hij zat in Leeu
warden. Ik heb hem gevraagd jou
te bellen als hij in Amsterdam
aankomt om te vragen waar ik
zit. Geef als je wilt maar door,
dat ik naar het kantoor ben. Dan
'zie ik hem wel komen",
ft
Pit nam de aantekeningen van
Helnia door, bijgewerkt tot 's
middags half drie. Zin voor zin
bracht het rapport alle details in
zijn geheugen terug. Het nam een
klein half uur in beslag. Toen
ging hij achter 't schrijfmachine
tafeltje zitten en legde zo nauw
keurig mogelijk vast wat er die
middag was besproken, wat hij
nadien met Helma had overlegd,
plakte een afschrift van 't kran
tenbericht in het dossier en stelde
de gebeurtenissen rondom
Lelijke Govert te boek. En over
die nieuwe aantekeningen boog
hij zich na een half uur om de
stroom van vragen en tegenstrij
digheden te verwerken, om hou
vast te krijgen in deze drijfzand
zaak. Het scheen dat een derde
figuur, een derde groep of zoiets
in elk geval een macht buiten
de bekende personen om een
actief aandeel had gehad in de
opeenvolgende gebeurtenissen.
Eén der belangrijkste vragen van
het ogenblik achtte Pit het tele
foongesprek, dat hem destijds,
toen hij met Helma soep zat te
eten, had bereikt. Wie had het
gevoerd en vooral, waarom?
Pit besloot tenslotte dat de be
schikbare gegevens onvoldoende
waren voor enige steekhoudende
conclusies en zeker onvoldoende
voor een actief optreden.
Hij nam de telefoon van de
haak en draaide de ochtendinfor
matie. Hij kreeg de chef van de
nachtredactie.
„Hebt u dat bericht over Jopie
ontvangen?"
„Met wie?"
,.Met Pit. Dat bericht kan na
melijk niet meer worden gepubli
ceerd. Het is inmiddels achter
haald."
„Achterhaald? Wilt u zeggen,
dat u meer nieuws hebt? We kun
nen het nog ruimschoots verwer
ken."
„Hoe laat kunt u nog kopij heb
ben?"
„Tot twee uur."
„Ik heb naar Leeuwarden ge
beld. Waarschijnlijk spreek ik
vanavond uw collega Tim .nog
Die kent het eerste artikel goed.
Ik zal hem straks vragen U even
te bellen, dan weet u op tijd of hij
nog nieuws heeft."
„Graag."
Pit had nauwelijks de hoorn
op de haak gelegd en aanstalten
gemaakt om koffie te zetten toen
de bel overging.
Hij liet de late bezoeker bin
nen. Het was Tim, die hem ver
raste door jongensachtig enthou
siasme.
„Gelukkig dat je me uit het
hoge noorden hebt weggehaald.
Niet dat Leeuwarden geen mooie
stad is, maar van die landbouw
en dat gebrek aqp trams krijg ik
wat. Je hebt inmiddels zeker wel
groot nieuws."
„Ga er bij zitten," ontnuchterde
Pit hem, „koffie?"
„Stellen jullie eigenlijk nooit
andere vragen aan bezoekers?"
„Nauwelijks, andere vragen
moeten worden betaald. Veel sui
ker?"
„Alstublieft edele. Maar vertel
me het laatste nieuws even in
punten. Misschien kan ik voor de
eerste editie nog een verhaal ma
ken."
„Dat plezier zul je hebben. Re
ken maar op een kolom. Ik heb
met de chef-nacht afgesproken
dat je hem zou bellen."
„Vertel op!"
Pit keek op de klok; het was
kwart over elf. „Als jij nu dat
rapport van Helma leest en mijn
getikte aantekeningen, die er
chronologisch aan vast zijn ge
hecht, dan weet je alles. Ik zou
tegen middernacht nog even bij
Jackie langs lopen, 'k Zal even
vragen of hem dat nog schikt. Dan
kunnen we, als ik terug ben,
overleg plegen over dat artikel."
„Geheel de uwe", bromde Tim,
die met de routine van kranten
mensen van de koffie had over
geschakeld op het nieuws en
reeds halfweg de eerste bladzijde
van het rapport van Helma was.
Pit besloot door de late avond
te wandelen. Misschien, dat de
nachtlucht z'n sombere stemming
zou verdrijven. Twee doden in
vier en twintig uur hadden hem
aangegrepen. Niet dat hij senti
menteel was, eerder het tegen
deel. Maar de zinloosheid van de
moord en de misdaad raakten
hem elke keer opnieuw.
Bij 't paleis stapte hij een tele
fooncel binnen, vond nog een
verdwaald dubbeltje en belde het
hoofdbureau. Het kostte enige
overredingskracht aansluiting
met de inspecteur te krijgen.
(Wordt vervolgd.)
KIJKGELD
Iets anders was het met de heer
L. J. H. te Sluiskil. Het kijkgeld
voor de t.v. was niet op tijd be
taald. H. was niet verschenen, zijn
vrouw wèL
Mr. Van Hees: „Moeder de
vrouw moet er als minister van
financiën voor opkomen." De eis
was 30 gld, die mr. Van Hees na
de bezwering van mevr. H. te heb
ben verkregen dat kijken gevolgd
zou worden door betalen, redu
ceerde tot de helft.
ACHTERUIT TEGEN BUS
De heer S. J. G. te Terneuzen
^ad 'n «mge'^kie. toen hij op
de Schoolweg achteruit met zijn
auto tegen een bus reed. Hij gaf
loyaal het foutje toe. Mr. Van
Hees hield er bij zijn vonnis van
15 gld rekening mee. De vordering
was 25 gld.
C. L. S. te Clinge ontkende dat
hij' over rijksweg 60 had gereden,
met een auto waarvan één band
glad was. Vaststond dat deze ont
kenning hem niet glad zat, want
de parketwacht snelde ijlings naar
het depot om het in beslag geno
men corpus delicti te halen.
Nauwkeurige inspectie door offi
cier en kantonrechter leverde het
bewijs van het tegendeel.
De eis was niet mis: 75 gld. De
uitspraak was 50 gld.
PORTIERKRUK IN DE HAND
De heer J. L. B. te Terneuzen
had in een vorige zitting verteld'
dat hij op 3 februari zijn auto aan
de uiterste rechterkant ter hoogte
van de Arsenaalstraat had gepar
keerd. Hij had hierna van buiten
het achterportier geopend, toen er
geen rijdend verkeer in zicht was.
Hij stond nog met de portierkruk
in zijn hand, toen er een auto aan
kwam rijden, bestuurd door P. J.
H. uit Terneuzen. De laatste reed
tegen het geopende portier, hoe
wel hij volgens B. voldoende ruim
te had om te passeren. De heer H.
zei dat het portier pas werd ge
opend, toen hij op korte afstand
was genaderd. Eis en uitspraak 40
guld boete.
Naar in welingelichte kringen
in Londen is vernomen is de
Britse regering bereid een aan
tal „hawker-hunter" jachtbom
menwerpers aan Jordanië te
leveren. Het vinden van derge
lijke toestellen gaat echter moei
lijk: hunters worden niet langer
gebouwd, maar de Royal Air
Force is er nog mee uitgerust.
Koning Hoessein van Jordanië
is op het ogenblik in Londen en
zal besprekingen voeren met
premier Harold Wilson en mi
nister van buitenlandse zaken
Michael Stewart.
Volgens de zegslieden heeft
Engeland sinds de juni-oorlog
van vorig jaar acht of negen
.hunters aan Jordanië verkocht,
waarvan er nog twee moeten
worden geleverd. Ook heeft Jor
danië vorig jaar vier hunters
ontvangen die nog vóór de juni-
oorlog besteld waren.
BOTSING
J. de V. te Hoek moest terecht
staan, omdat hij van de provin
ciale weg te Hoek op onvoorzich
tige wijze met een vrachtauto de
Molendijk was opgezwenkt. Twee
getuigen, bromfietsberijder met
duo-passagiere, door mr. Lebret
als „objectieve buitenstaanders"
bestempeld, vertelden dat d. V.
eerst naar rechts was afgeslagen
en toen pas naar links. Een bot
sing met een achteropkomende
personenauto volgde.
De uitspraak luidde 55 boete.
STENTORSTEM
Tussen de bejaarde heer C. B.
uit De Klinge (B.) en zijn twee
jeugdige plaatsgenoten ontspon
zich voor de balie een in hoog-
Vlaams gesteld' dispuut over de
vraag wie er een aanrijding had
veroorzaakt op het rijwielpad in
de Molenstraat te Clinge, waarbij
B. met zijn bromfies kwam te val
len en aan zijn been werd ge
wond.
„Heer vrederechter, ik riep nog
zo hard als ik kon: Aliez jongen,",
aldus B.
Het stentorgeluid van B. werd
door mr. Van Hees met een be
zwerend handgebaar bedwongen.
De fiere oude heer kwam er
niet zonder boete af en moest f 20
betalen.
Dinsdagochtend even voor half
tien is een „Fokker-friendship"
van de koninklijke luchtmacht ge
troffen door blikseminslag. Het
vliegtuig vloog ongeveer 15 km
ten zuiden van de vliegbasis Soes-
terberg op ruim 1 km hoogte en
verloor tengevolge van deze blik
seminslag een gedeelte van zijn
neus. In deze neus was een radar
systeem geplaatst, waardoor het
niet uitgesloten Is dat het gedeelte
dat op de grond is gekomen, radio
actief is besmet. De friendship is
behouden teruggekeerd op de
vliegbasis Ypenburg, waar hij was
vertrokken voor een oefenvlucht
naar de vliegbasis Twente.
Daar de plaats waar het radio
actieve onderdeel terecht is geko
men, niet bekend was, konden
geen bijzondere maatregelen wor
den getroffen met het oog op het
besmettingsgevaar, dat overigens
gering zou zijn.
Het betreft hier een nogal opval
lend gekleurd onderdeel, dat niet
al te lang buiten het gezicht zal
blijven, aldus de luchtmacht.
Zodra de juiste plaats bekend
was, zouden de nodige voorzienin
gen worden getroffen.
De K.R.O.-actualiteitenrubriek
„Echo" onderbrak de uitzending op
Hilversum II met de mededeling,
dat de neuskegel was gevonden op
het land van boer H. Sturkenboom
in Houten.
De K.R.O. stelde de luchtmacht
op de hoogte.
Het voorwerp in het weiland
van de heer Sturkenboom bleek
inderdaad de neuskegel van de
„Fokker-friendship". Het weiland
ligt ten oosten van het Amster
dam-Rijnkanaal tussen de Schalk-
wijkse brug en het rijdende veer.
Het vliegtuigonderdeel, grijs
met een rode band, is inclusief de
piek anderhalf a twee meter lang.
Het had zich een meter in het
drassige weiland geboord.
De heer Sturkenboom belde
Schalkwijk, opperwachtmeester J.
Aanstoot. Deze stuurde wacht
meester H. van den Oudenalder
naar de boerderij.
De wachtmeester heeft achter
de tien koeien van de heer Stur
kenboom aangejaagd, maar hij
slaagde er niet in, ze van de neus
kegel vandaan te houden.
Om twee uur arriveerden offi
cieren van de luchtmacht uit Soes-
terberg en de marechaussee in
Houten.
Een kapitein en een luitenant
van de civiele luchtverdediging
deelde later mee dat de neuskegel
onschadelijk was.
Inmiddels was de veterinaire in
spectie gewaarschuwd en was de
meetwagen van het rijksinstituut
voor de .volksgezondheid uit Bilt-
hoven gearriveerd.
Een onderzoek met een geiger
teller heeft uitgewezen, dat er
geen radioactiviteit aanwezig was.
De koninklijke luchtmacht heeft
12 „Fokker friendships", waarvan
er twee zijn uitgeleend aan het
binnenlands luchtnet van de N.L.
M. Normaal zijn deze toestellen
niet uitgerust met radarapparatuur,
maar het vliegtuig waarmee het
ongeval is gebeurd, is de zoge
naamde „flying classroom" (vlie
gend leslokaal), bijgenaamd „Flip
per", die was uitgerust met een
neus van een starfighter, waarin
zich radar bevindt. Het toestel
wordt gebruikt om toekomstige
starfighter-vliegers vertrouwd te
maken met deze ingewikkelde ra
darapparatuur en om er andere
instrumenten mee te meten en te
ijken.
De bouwvakstaking in België,
die maandag de derde week is in
gegaan begint ook buiten het
aannemingsbedrijf merkbaar te
worden. In de Rupelstreek in
Vlaanderen zijn 1500 arbeiders
van steenbakkerijen werkloos ge
worden, omdat het werk moest
worden stilgelegd wegens gebrek
aan afzet.
Een poging tot bemiddeling
tussen werkgevers en vakbonden,
die een loonsverhoging eisen van
zes procent in twee jaarlijkse
etappes, is eind vorige week mis
lukt, maar wordt deze week her
vat.
De vakbonden hebben eind
vorige week geweigerd regionale
of locale akkoorden te sluiten
met werkgevers die daartoe be
reid leken.
De staking is volgens de vak
bonden over het gehele land ha-
genoeg algemeen. De werkge
versorganisaties verklaren, dat
er met name in Vlaanderen een
lichte neiging tot werkhervatting
is op kleine werken.