OP ONS PAAS BEST PAASNUMMEU DE VRIJE ZEEUW PASEN IN HET MODERNE WESTEN Met de komst van de vrije zaterdag is het economisch accent op het paasfeest zwaar der dan ooit gaan drukken. Het wordt tijd om er eens op zijn „paasbest" uit te zien, waardóór de omzet in kleding rondom deze feestdagen voor een aantal zaken een top bereikt. Er is daarnaast in lange tijd geen feestdag geweest, zodat ook de inwen dige mens op deze dagen eens extra wordt verwend. Het einde van de vasten accentueert dit verschijnsel. Er ontstaat een geweldige koop lust voor paasbrood, eieren, vlees en speciale paasversnaperingen. Ook op ander gebied worden de uitgaven opgevoerd. Met de feestdagen zorgt men ervoor dat het beschikbare vervoermiddel tot in de puntjes verzorgd gereed staat. Dit bezorgt veel bedrijven een extra omzet aan schoonmaakartikelen, banden, auto-, bromfiets- en motoraccessoires. Bedrijven in reisartikelen, cosmetica enz. krijgen ook stellig een extra deel van de opgevoerde kooplust. Velen leven zich in de vrije uren in de paastijd zo uit, dat zij zich veel meer vermoeien dan op normale werkdagen. Voor zover er nog sprake is van resten der oude paasfolklore worden deze uitgebuit om het geld te laten rollen en niet meer om de zinvolle betekenis, die er achter vele van de oude paasgebruiken schuil gaat. Zo gezien, en het hedendaagse uitzicht is niet anders, is het paasfeest geheel geseculariseerd en vermaterialiseerd. Het is juist als het kerstfeest, verblind door de welvaart, verworden tot een massale verheerlijking van alle materiële geneugten daaraan verbonden. Toch blijft van de immateriële betekenis der kerstviering veel meer bestaan. Het Kind wordt in het centrum gesteld. Wij staan er in brede kring op, dat iedereen deel heeft aan het kerstfeest en wij helpen daaraan mee door giften, het houden van inzamelingen en het organiseren van speciale kerstfeesten. Ergens vindt men de wens nog terug dat iedereen aan elkander de innerlijke vrede wil schenken, die het kerstfeest ons wil brengen. Voor het gezin en de eenheid daarvan is kerstfeest een krachtige sti mulans. Tallozen ontmoeten hun verwanten tenminste bij de kerstboom. Maar op de paasdagen is er geen centrale plaats. Zelfs het kerkbezoek is minimaal, omdat zovelen naar buiten trekken. Pasen brengt geen mensen samen. Zij ontvluchten dan liever de gezinsgemeen schap, die hen in de wintermaanden bijeen gehouden heeft. Vooral de jeugd vliegt uit naar jeugdherbergen, paaskampen en andere soorten van ontspanningsoorden waar zij met velen bijeen zijn, maar geen band voelen of het zou die moeten zijn van de beatmuziek of de bromfiets. Op zijn minst is het paasfeest een viering van de komst van nieuw leven. Dit heeft echter niets te maken met knallende uitlaatpijpen die voortrazen langs bloeiende bollenvelden of iets wat daarop lijkt. Het leven is het grootste wonder dat bestaat en dit aanschouwt men in stilte. Boven het geknetter van de voortjagende brom fietsen en het gezoem van de volgeladen toeringcar moet uitstijgen onze verwon dering dat het leven voortgaat en dit roept om dankbaarheid. Het ware paasfeest vraagt veel meer bezinning over de opstandingsgedachte, bij andere volken met andere godsdiensten het grootste kerkelijke feest van het jaar. Jn onze tijd hebben wij meer dan ooit behoefte aan de opstanding. Wij zijn immers ondergegaan in een wereld waarin wij ons zelf niet meer kennen. Er zijn meer mensen dan vroeger maar wij kennen elkaar niet meer. Wij zijn het heelal aan het veroveren maar ontdekken er niets dan leegte in. Wij aanbidden niet het Leven maar vernietigen het in verkeersongelukken, politieke twisten, zelfs en bij uit stek op de paasdagen. Terwijl wij in paastochten naar allerlei richtingen uiteen stuiven om ergens leven te zoeken waar wij het niet vinden, komt het grote Leven naar ons toe in de per soon van de opgestane Christus. Alleen wanneer wij zo in de christelijke westerse wereld het paasfeest willen beleven, hebben wij deel aan de opstanding. De op gestane Christus geeft nieuwe hoop aan een geestelijk uiteengevallen maatschappij. Zijn verschijnen geeft nieuwe binding aan de in paastochten uiteenspattende ge zinnen. Het beleven van de terugkeer van Christus in de wereld kan bezieling geven aan de westerse samenleving. Geen enkele vermeerdering van materiële welvaart of vrije tijd kan daarvoor surrogaat bieden. Drs. A. G. H. fflllllllllMMMIIIIBffllimnillllllllllllMIIIIMIIIIIIllllB^ llllllllililllllllliffllllOiBIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIBIIIBI „En toen zij opzagen, aanschouwden zij, dat de steen afgewenteld was." Marcus 16 4 Marcus is in de Paasgeschiedenis het soberste van de vier evan gelisten. De opstanding en de verschijningen, daarna, worden eigenlijk alleen terloops genoemd. Maar deze soberheid betekent geen vaagheid of onzekerheid. Want één ding staat er toch wel heel duidelijk de steen, aan de ingang van het graf, is afgewen teld. Het graf is leeg, de dode Heer werd de levende Heer. „De steen van de ingang", in de Statenvertaling is sprake van „de deur". De steen is de deur van het graf. Vreselijke deur Elke deur heeft een kruk, maar dit is een deur zonder kruk. Of, als er een deur is, dan zit die aan de binnenkant, dus onbereikbaar voor onze handen. „Wij weten dat gij zijt een poort, die zich ontsluit voor allen, achter allen dicht sluit, maar waar die poort toe leidt, weten wij niet." (H.R.H.). Zo zou het zijn, zonder Paasfeest. „Wij menen, wij gissen, wij geloven en wij ontkennen, maar wij weten niets" zo spreekt dezelfde dichteres. Maar het is niet waar. „De Heer is waarlijk opgestaanHij heeft de deur van binnenuit geopend. Men heeft Hem begraven, weg gestuurd, voor altijd Zo dacht men, maar Hij is teruggekomen. Hij heeft de wereld, die Hem wegstuurde, niet losgelaten. In tegendeel. Zijn eerste groet, bij zijn terugkeer luidde „Vrede zij ulieden". Nu blijft er nog veel over, dat wij niet weten. Maar één ding is zekerzelfs de dood kan ons niet schc'den van zijn liefde. (Uit: Hij sprak en ik hoorde.) Dit jaar vieren wij een late Pasen. Door velen wordt dit extra gewaardeerd, omdat dan de kans op mooi weer op die dagen veel groter is. Zij kunnen nu dit feest uit bundiger vieren door er op uit te trekken. De kans daarvoor is beter dan ooit. Het voorjaar heeft reeds volop zijn intrede gedaan; de Goede Vrijdag is gemak kelijk als een vrije dag of snipperdag verworven; op zaterdag wordt niet meer gewerkt. Er zijn dus vier vrije dagen achtereen beschikbaar, die volop worden uitge buit om een korte vakantie te houden.

Krantenbank Zeeland

de Vrije Zeeuw | 1968 | | pagina 9