1#50 mo EEN ECHTE PAKJESA VOND Het begin van de schoenenmode De eerste versiering Het sportieve model Pagina 13 Honderdduizenden schoentjes stonden inde loop der eeuwen klaar om de Sint-Nicolaasgaven in ontvangst te nemen Zaterdag 23 november 1967 DE VRIJE ZEEUW ZEVEN EEUWEN SCHOENEN Het !s nog slechts enkele tientallen jaren geleden, dat in yijf en negentig van de honderd Nederlandse gezinnen 't voornaamste cadeau dat een lid van het gezin met St. Nicolaas kreeg, bestond uit een warm kledingstuk of een paar pantoffeltjes of een huishoudelijk voorwerp. In elk geval iets, dat men tóch nodig had en waarvoor de vijfde december werd afgewacht om het te kunnen geven. In de beste gevallen werd dat dan nog voor de kinderen aange vuld met een suikerbeest, een speculaaspop of dergelijk vrij goedkoop snoepgoed. Desalniettemin waren die Sin terklaasavonden feesten vol verrassing, mede door de rijmpjes en grapjes, waarvan men de huisgenoten liet genieten. Dat was ook de tijd waarin de bakkers de achter hun winkel gelegen huiskamer ontruimden veertien dagen vóór de verjaardag van de bisschop, om daar het bijzon dere snoepgoed voor deze dag teii toon te stellen en vele Winkels een apart hoekje, maar ook niet meer, met spe ciale geschenkartikelen uitstalden. Van intochten van de goedheiligman was toen nog niet of nauwelijks sprake. De brievenbussen werden toen nog niet overstroomd met de talloze en vrij nutteloze reclame folders en -krantjes, waarmede ze in deze weken dag aan dag gevuld worden. De „echte" Sint Nicolaas verscheen alleen op de lagere scholen en bij sommigen kwam hij nog weledns 's avonds aan huis, in een rijtuig met be- pluimde paarden. li Die wat eenvoudiger maar romantische viering van de St. Nicolaasavond is (helaas) voorbij. Het winkelbedrijf heeft zich, georganiseerd'of niet, van de exploitatie van de Sinterklaasviering meester gemaakt. We kunnen de middenstanders daarin geen ongelijk geven, want het lag in de lijn der ontwikkeling, die geschraagd werd door hogere lonen. Een zekere luxe heeft haar intrede gedaan, ook in het gezin van de arbeider of andere loontrekkende. En daarmede ook in de aard der cadeau's die men elkan der thans met St. Nicolaas wil schenken. Al is het nuttige cadeau in vele gezinnen zeker nog een aangewezen en ook welkom geschenk, daarnaast is er to-h een veel bredere groep dan vroeger ontstaan, die het r onzakelijk in dure geschenken zoekt. Overdrijvingen daarin zijn fflfv «aa d« orde van de dag, Want wat te zeggen van ouders, die hun 18-jarige zoon een eigen autootje of scooter schonken? Of het gezin waarin de twee kinderen van 12 en 14 jaar verrast werden met res pectievelijk een gouden horloge en een gouden halsket ting? We menen, dat met al te luxueuze cadeaus iets van de romantiek en van de leutigheid rondom 5 december ver loren gaat. Het aantrekkelijke waarmede men de ge schenken gepaard laat gaan, meer nog dan in het cadeau zelf. Het is een gezinsavond en dus zeker geen aange wezen gelegenheid om „dik" te doen. In de huidige wel vaartsstaat waarin vele gezinnen leven, wil men dit wei eens vergeten. Als de ouders aan hun eigen jeugdjaren denken, dan zullen ze zich herinneren, dat ze feitelijk meer plezier beleefden aan het uitpakken dan aan de cadeaus zelf. Het was veel belangrijker dat men 'n heleboel pakjes kreeg open te maken, al kwam daar maar 'n borstplaatje of andere kleinigheid uit, want de spanning van wat er te voorschijn zou komen bepaalde eigenlijk de sfeer van de avond meer dan wat het cadeau zou zijn. Nu men in vele gevallen over ruimere beurzen beschikt, ontstaat ook de neiging zich wat gemakkelijker van de surprise-avond af te maken. Men is geneigd om maar gauw wat cadeaus te kopen en daarmee klaar. Maar daar gaat het nu juist niet om. Het plezier van de Sinterklaas viering kan eigenlijk niet gekocht maar moet gemaakt worden. Gemaakt met eigen handen, met eigen ideeën. De uitkomst daarvan bepaalt het plezier dat men die avond thuis zal hebben. Dat vergt dus eerder tijd en moeite dan geld. Iedereen kan met-heel weinig geld een bijzonder genoeglijke Sinterklaasavond bereiden en anderzijds met veel geld er alle aardigheid en zelfs de verrassing aan ontnemen. Die verrassing zit voor iedere ontvanger(ster) meer in de wijze waarop het cadeautje wordt geschonken dan in het cadeau zelf. Probeer daar om een „echte" pakjesavond te maken, met gedichten, plagerijen, grapjes en moeilijkheidjes. Dan hebt u die avond het plezier dat wij u van harte toewensen. H. VAN WERMESKERKEN „Sinterklaas Kapoentje, gooi wat in mijn schoentje, gooi wat in mijn laarsje, dank u Sinterklaasje!" Hoeveel kinderen zingen dit zeer oude Sint- Nicolaas-bedelversje in deze tijd, wanneer zij hun schoentje bij de gashaard of de ra diator plaatsen? Duizenden en nog eens dui zenden kleintjes doen dit omstreeks eind no vember, begin december. Met een hart vol verwachting zingen zij hun liedje. Dan gaan ze naar bed endaar staan ze, de schoentjes! Zo ging het door de eeuwen heen. Jaar in jaar uit stonden de echoentjes bij de haard. Schoentjes vol verwachting. Schoentjes, die hopelijk de volgende morgen gevuld zouden worden weergevonden, gevuld met zoete ga ven, waarmee de goedheiligman in deze tijd van het jaar zo gul is. .We weten, dat ook onze ouders dit deden en onze grootouders in de vorige eeuw en zo zouden we enige honderden jaren terug kun nen gaan. We zien ze in onze verbeelding, schoentjes uit die vervlogen tijden, staande bij het potkacheltje, de schouw, het open vuur, kortom schoentjes van die tijden in hun passend milieu. In diepste wezen is er een grote gelijkenis met het heden. Van het moment af dat de mens tot het inzicht kwam dat het lopen op de blote voet zekere nadelen inhield en dat men er verstandiger aan deed die kwetsbare voetzool op de een of andere manier te be schermen, werd de schoen geboren, die steeds een bescherming van de voet bleef. Wel heeft de mode door de eeuwen heen het uiterlijk van de schoen sterk beïnvloed. Daar waar de schoen het stadium van de sandaal is ontgroeid, begint de mode. In de vroegere middeleeuwen droegen de edelen en de rijke poorters schoenen en laar zen uit verschillende materialen, die zich bij de vorm van de voet geheel aansloten. In de loop van de 13e eeuw werden de vormen iets puntiger. In de 14e eeuw werd dit nog sterker. We zien dan puntige schoenen Van over het algemeen zeer soepel materiaal, dat zich naar de voet vormt, waarbij de schoen uit niet meer bestaat dan een zool, met een verhoogd hakstuk en waarvan het voorste puntige deel een lange lip over de wreef voert, welke lip via banden met het hak stuk is verbonden (zie schoen van 1250). Naar gelang in de loop der tijden de schoenen nog puntiger worden, ontstaat de behoefte ook de zijkanten van de schoen te sluiten hetgeen we duidelijk zien in de „tootschoenen" van 1450, het zeer puntige model, waarbij de ge hele voet bedekt is en de schoen opzij geslo ten wordt door een veter. Ala reactie op de bijzonder puntige schoen krijgen we dadelijk aan het begin van de zestiende eeuw, in overeenstemming met de geheel andere stylering van de menselijke figuur, platte brede schoenen, met afgeplatte neuzen, de zogenaamde „koeiemuilen" in het Duits „Ochsenmauler" genaamd. Aan het begin van de zeventiende eeuw ont staat er als het ware een soort revolutie in de schoenenmode. We zien weer een meer sierlijke schoenvorm en daarboven meer ver siering. De schoen van 1600 toont dit duide lijk. We gaan het tijdperk binnen van het decoratieve, sierlijke en sterk modieuze. De schoen van 1600 geeft hiervan een voorbeeld, doch dit is toch nog een schoen die in een zeker opzicht aan de oude vorm vasthoudt want*deze heeft nog geen hak! De hak zien we zich ontwikkelen in de ze ventiende eeuw, terwijl de versiering in onze ogen soms overdreven vormen aanneemt. Schoenen met strikken, fraai gestyleerde lip pen en rozetten zijn schering en inslag in die tijd evenals trouwens in de volgende eeuw. Het spel met de hak is in die tijd begonnen en gaat nog steeds voort, ook in onze tijd. We behoeven daarbij maar te denken aan de vrij snelle wijzigingen in hakvormen al leen al in onze eeuw, vooral bij de dames schoenen. De heren- en jongensschoenen hebben veel van hun vroegere opschik verloren. Sinds de vorige eeuw worden deze schoenen eenvou diger en minder opvallend, om tenslotte via de soliede, sportieve modellen terug te keren naar sierlijker schoeisel met brede neus en-nieuwe opschik in diverse opvallen de kleuren. Zo stonden ze daar bij de haard gedurende al die honderden jaren, de eenvoudige kin derstappertjes zoner hak van enige honder den jaren geleden, de, tot in het overdrevene versierde schoentje van jongens en meisjes uit de zeventiende en achttiende eeuw en tenslotte de stevige trappers, die net als in al die vervlogen eeuwen omstreeks begin december door weer en wind over de daken rijdt en door zijn zwarte knecht de kleine geschenken in de kinderschoentjes laat de poneren.

Krantenbank Zeeland

de Vrije Zeeuw | 1967 | | pagina 13