Nieuw Zeeuws secundair- en tertiair-wegenplan lil Noodkreet uit West-lrian Ontwerp verdelingsverordening wegenuitkeringen 580.1. STAATSLOTERIJ Duitse helpers van Van den Doorn vry Pagina 2 DE VRIJE ZEEUW Donderdag 17 angastas 1967 Afwijkende opzet Rijkswegenplan Definitie Tertiaire wegen Kilometers Uitkeringen Aardbeving in Sowjet-Unie K.V.P.-bestuur wellicht sneller bijeen Sectie toonde doodsoorzaak aan in Dordtse sterfgevallen Embleem „Klaagzangen Ten Provinciehuize te Middel burg liggen tot en met 18 sep tember a.s. ter visie ontwerp voorstellen aan de Provinciale Staten tot vaststelling van een secundair- en een tertiair-wegen plan voor Zeeland. Deze wegen plannen komen, op grond van de nieuwe wet uitkeringen wegen, in de plaats van het pro vinciaal- en het tertiair-wegen plan voor Zeeland 1958. Ter visie ligt ook een ontwerp- statenvoorstel tot vaststelling van een verdelingsverordening uitkeringen wegen. Exemplaren van deze stukken zijn ter ken nisneming toegezonden aan alle Zeeuwse gemeenten en water- schappen. Iedere belanghebben de is in de gelegenheid tot en met 18 septetmber bij Ge deputeerde Staten bezwaren in te dienen tegen de ontwerpen. In het najaar zullen Provinciale Staten plannen en verordening vaststellen, waarna zij behou dens goedkeuring van de Kroon op 1 januari 1968 in werking zullen treden. De opzet van de secundaire- en tertiaire wegenplannen nieu we stijl wijkt nogal af van de oude opzet. Het is nu, met het oog op de rijksuitkeringen, niet meer van belang of de tracees van een plan al dan niet samen vallen met bestaande wegen. De ter visie gelegde ontwerpen om vatten die wegen of geprojec teerde wegen, welke samen met de rijkswegen een aaneenslui tend en logisch net van wegen bestemd en geschikt voor door gaand verkeer zullen vormen. Aan de hand van een vooront werp is in uitvoerig overleg met functionarissen van rijkswater staat het nieuwe rijkswegenplan geconstrueerd. Op dit stramien dat nog wijzigingen kan on dergaan zijn de wegenplannen van de provincie geënt. Bij het ontwerpen der provin ciale wegenplannen is van de volgende rijkswegen (bestaande en nieuwe) uitgegaan Oost-westverbinding op Schou- wen-Duiveland volgens de huidige rijksweg nr. 18 en de provinciale weg Zierikzee Haamstede. Oost-westverbinding over Z.- Beveland, Walcheren en West Zeeuws-Vlaanderen volgens het ontwerp-tracee van rijks weg 58. Noord-zuidverbinding over Schouwen-Duiveland, Noord- Beveland en Walcheren (Dammenweg) volgens een tracee bepaald op grond van technisch overleg. Oost-westverbinding in West en Midden Zeeuws-Vlaande- ren volgens het tracee van de huidige provinciale wegen SchoondijkeIJzendijke HoekSluiskil. Noord-zuidverbinding in ka naalzone Zeeuws-Vlaanderen (Tractaatweg) volgens tracee bepaald door de provincie. Noord-zuidverbinding in Oost Zeeuws-Vlaanderen volgens bestaand of ontworpen tracee van de huidige rijksweg nr. 60. Behalve met dit schema van rijkswegen is bij de opzet van de eigen wegenplannen rekening gehouden met de planologische visie op de ontwikkeling van Zeeland, zoals die tot uiting komt in de tweede nota over de ruimtelijke ordening en in de diverse streekplannen. Derde uitgangspunt was de definitie voor de wegen. Deze is overgenomen uit de nieuwe wet. Daarin is een secundaire weg, een weg, die naast de rijks wegen een belangrijke ver binding vormt of zal vormen voor het doorgaande verkeer met motorvoertuigen. In begin sel zal zo'n weg niet door be bouwde kommen lopen. Dit be tekent, dat een groot aantal wegen, die voorheen op het pro vinciaal-wegenplan stonden, niet op het secundair-wegenplan kun nen worden geplaatst. Voorbeel den daarvan zijn o.a. de recrea tiewegen in de westhoek van Schouwen-Duiveland, de kust- ontsluitingsweg op Walcheren (door de kommen van Koude- kerke, Biggekerke, Zoutelande, Westkapelle, Domburg, Oostka- pelle en Serooskerke), de ont sluitingswég door de zak van Zuid-Beveland, de kustontslui- tingsweg in West Zeeuws-Vlaan deren énz. Tertiaire wegen zijn volgens de nieuwe wet wegen, die naast de rijks- en secundaire wegen als belangrijke interlocale ver bindingen nodig zijn voor het verkeer met motorvoertuigen. Het gaat hier dus om wegen, die dorpen of dorpskommen van enige betekenis met elkaar of met het doorgaande wegennet verbinden. Uit één en ander vloeit voort, dat aantal en lengte van de op het ontwerp secundair-wegen plan voorkomende wegen be perkter zijn geworden. Vele wegen, waarop het nieuwe be- prip „secundair" niet meer van toepassing is of die niet kunnen worden aangepast aan de eisen van secundaire wegen en die dus moeten worden vervangen, zijn Verklaring bestaande wegen van het rijkswegenplan aan te leggen wegen van het rijkswegenplan bestaande wegen van het secundair wegenplan aan te leggen wegen van het secundair wegenplan bestaande wegen van het tertiair wegenplan aan te leggen wegen van het tertiair wegenplan overgebracht naar het tertiair- wegenplan. In totaal bedraagt de lengte van de op het ontwerp secun dair-wegenplan voorkomende wegen of aan te leggen wegen ongeveer 258 kilometer, tegen 368 km voorkomend op het pro- vinciaal-wegenplan 1958. Voor het tertiaire wëgenplan ziin de cijfers 485 („nieuw") en 443 km („oud"). De lengte van wegen, voorkomende op het oude pro- vinciaal-wegenplan, die naar het nog niet definitief bekende rijkswegenplan 1968 overgaat, zal ongeveer 32,5 km bedragen. Circa 32,9 km bestaande rijks weg zal naar verwachting naar het secundair- en tertiair-wegen plan worden overgeheveld. Van het provinciaal-wegenplan 1958 is ongeveer 138 km overge bracht naar het tertiar-wegen- plan en circa 70 km afgevoerd. Het grootste deel zal worden aangewezen als quartaire weg. Van het tertiaire-wegenplan 1958 tenslotte is ongeveer 161 km af gevoerd. Gaan Provinciale Staten over tot vaststelling van de ontwor pen verdelingsverordening uit keringen wegen Zeeland en krijgt deze de goedkeuring van de Kroon, dan zal 60 procent van het aan Zeeland op grond van de wet uitkeringen wegen toeko mende bedrag worden bestemd voor de secundaire wegen, 15 procent voor de tertiaire wegen en 15 procent voor de quartaire wegen. De resterende 10 procent zal worden gebruikt of gereser veerd voor bijzondere gevallen. In afwijking van het nu gel dende systeem, waarbij het tota le bedrag van de voor de aanleg van een weg of een weggedeelte noodzakelijke investering aan stonds beschikbaar dient te zijn, zal in de nieuwe opzet dit be drag over tien jaar kunnen wor den uitgesmeerd. Gezegd mag worden dat de nieuwe regeling voor de beheerders van de wegen, die onder de regeling val len, een belangrijke financiële verbetering met zich zal brengen. De omgeving van Spassk, 185 km van Wladiwostok, is dinsdag avond getroffen door een aard beving. Er werd geen melding gemaakt van schade. De beving werd ook in Wladiwostok ge voeld. In de Kaukasus zijn honderden meters van een gaspijpleiding on langs vernield door een modder stroom, die ook bruggen en stuk ken weg heeft vernield. Twintig breuken in de leiding zijn in zes dagen hersteld. In verband met de jongste ont wikkelingen in de K.V.P. acht tweede voorzitter drs. Horbach het gewenst dat op korte termijn bijeenkomsten worden belegd van zowel het dagelijks bestuur als het volledig partijbestuur. De woordvoerder van de K.V.P. die dit meedeelde, voegde hieraan toe dat een aantal bestuursleden op het ogenblik nog met vakan tie is. Zou men echter een rede lijk aantal leden kunnen vinden, dan zouden de bijeenkomsten al in de loop van de volgende week plaatsvinden. Het dagelijks be stuur zou oorspronkelijk op 4 september, het partijbestuur op 9 september bijeenkomen. De woordvoerder ontkende overigens, dat het partijbestuur overweegt om wie dan ook te royeren. „Daar is geen sprake van", zo werd gezegd. De vraag, of die ondertekenaars van het „adres", die mede betrokken zijn bij het overleg met C.H.U. en A.R.P., hieraan kunnen blijven deelnemen, zal ongetwijfeld in de eerstvolgende vergadering van het partijbestuur aan de or de worden gesteld, zo werd nog meegedeeld. Van K.V.P.-zijde nemen aan dit gemeenschappelijk beraad over christelijke politiek deel mr. P. J. Aalberse, dr. L. A. H. Albering, mr. J. M. L. Th. Cals, drs. G. J. M. Horbach, mr. E. C. M. Jurgens en H. M. B. W. Gie- len. Het onderzoek naar de dood van de 54-jarige heer K. van Ag- teren, portier-bewaker te Dor drecht, en van zijn 64-jarige huis houdster M. H. Nuij, heeft uitge wezen dat er geen abnormale om standigheden in het spel zijn ge weest. Uit op de stoffelijke over schotten verrichte sectie is ge bleken, dat beiden aan een hart aanval zijn overleden. Men con stateerde zowel bij de heer Van Agteren als bij mej. Nuij hart afwijkingen. Waarschijnlijk is de heer Van Agteren plotseling overleden en is de huishoudster, die kennelijk met de bedoeling om hulp te halen, de straat oprende, gestor ven tengevolge van de grote emotie. De koninklijke landmacht heeft een officieel embleem. Nog nooit heeft dit krijgsmachtdeel een embleem gehad, maar blijkens de Staatscourant is het nu dan toch vastgesteld. De officiële omschrij ving ervan, waarbij niets aan het toeval is overgelaten, luidt als volgt: in een rond schild van oranje, omgeven door een aan sluitende geparelde band, een klimmende rechtsgewende leeuw, gekroond met een kroon van drie bladeren en twee parelpunten, in de rechtervoorklauw, opgeheven houdende in schuinlinkse stand een ontbloot Romeins zwaard en in de linkervoorklauw een bun del van zeven pijlen, de punt om hoog en tezamen gebonden met een lint, alles van goud. Het schild gedekt door de konink lijke kroon, gelijkvormig aan die bedoeld in artikel 4, sub. a., van het kon. besluit van 10 juli 1907 (Staatsblad 181). Tot dusver, aldus defensie, hanteerde de landmacht bij wijze van niet officieel vastgesteld embleem de „mouwleeuw". Nu er een officieel embleem is moet de niet-officiële mouwleeuw het veld gaan ruimen. Het is niet de bedoeling om de „mouwleeuw" op stel en sprong op allerlei plaatsen te gaan vervangen. Ge leidelijk is het motto bij deze operatie. WOENSDAG 16 AUGUSTUS 1967 VIERDE KLASSE 17) Ik was vreselijk opgewonden en Terry zag dit beslist, want hij stelde me gerust: „Het zal wel anders zijn, hoor! Maar ik wil je er alleen maar op voor bereiden, dat Alette Enbourg niet het lammetje schijnt te zijn dat ze ons voorspelt. Want dat geval met die auto is toch dui delijk niet in orde, hè?" „Nee", stemde ik toe. „Het is maar, Terry lachte, „ik vertel je dit, omdat ik niet wil dat' je nou verliefd wordt op dat juffie. Begrijp je, Han? Je moet mij helpen en aan een bevooroordeelde assistent heb ik geen snars." Het bloed vloog me naar het hoofd, maar ik hield me koest, want wat hij zei was tenslotte begrijpelijk. „Ze zal wel niet zó geraffi neerd zijn," voegde hij er nog bij. „Maar jij moet op alles be dacht zijn als je straks naar haar toe gaat." „Ik ga helemaal niet naar haar toe," antwoordde ik verbaasd. „Dat doe je wel, Han I" zei Terry bestraffend. „Je gaat van avond naar haar toe, als Ter ry van der Linden. Ik heb an dere dingen te doen. Ik moet in stilte kunnen werken, vanavond, zonder dat iemand weet waar ik ben." „Maar zal zij het onder scheid niet zien?" weifelde ik. DOOR OLAF J. DE LANDELL „Welnee," stelde hij me ge rust. „Je weet niet half hoe vol ledig je op me lijkt als je je op de voorgeschreven manier ver momt. Je moet interessant zijn hoor En haar een beetje boeien. Ze moet tot half elf vastgehou den worden. Daarna ga je weg en enfin, dat spreken we van middag nog wel af." We kwamen erg goedgeluimd aan de lunch, waar madame Ar- lette ons al wachtte. „Messieurs, messieurs!" hoofd- schudde ze. „U bent veel te druk bezig!" Ik. in het vooruitzicht van het aardige avontuur, stelde haar overmoedig gerust. De tafel was allersmakelijkst gedekt en met deze charmante gastvrouw erbij bleek onze honger nog groter dan we eerst meenden. Ze vroeg naar de toestand van Henri en wij brachten zijn groe ten over. Tussen het eten door informeerde ze verder, wat we in de middag zouden gaan doen. „We zouden het lichaam van monsieur Martijn graag willen zien," lichtte Terry toe. „En dan zouden we eigenlijk enkele din gen in het huis wensen te be kijken." Ze glimlachte zonderling, als met een zweem van spijt en zei zacht: „Doe mijn groeten aan dat arme clavichord, dat daar zo eenzaam staat, in dat sombere huis...." Terry lachte tegen haar en antwoordde: „Als dat instrument werkelijk antiek is, heeft het toch al veel meer meegemaakt, madame!" Ze sloeg haar prachtige grijze ogen op en vroeg zacht: „Zou ik niet met u mee mogenom het éven te zien?" Een ogenblik zweeg Terry weifelend, maar dan schudde hij langzaam het hoofd. „Het spijt me verschrikkelijk, madame zei hij. „Ik durf u niet binnen te smokkelen Wat zou de poli tie zeggen? Voor uw eigen vei ligheid mag ik het niet toe staan Het staat in de kamer van Henri, nietwaar?" „Ja," gaf ze toe, met een rilling. „In die afschuwelijke kamer, waar een hele nacht een dode gelegen heeft Wie weet, hoe langzaam hij gestorven isf „Dan begrijpt u toch wel," praatte Terry hier zacht over heen, „dat ik er niemand mag toelaten. De kleinste vingertast kan een heel ander licht op de misdaad werpen En stelt u zich eens voor dat de justitie daardoor op een dwaalspoor ge leid werd." „U bent geens Fransman, mon sieur," glimlachte ze. „En geen musicus." Terry aanvaardde dit verwijt rustig en at met smaak door. Na de lunch wensten we ma dame Enbourg een prettige wan deling, wat ze lachend een gren zeloze hatelijkheid noemde. Ze beweerde te «uilen gaan slapen om de dag door te komen zoals ze alle dagen moest trachten te verschalken, tot ze Henri zou mogen bezoeken. Terry en ik zochten Burgheem op, die met ons naar het politie- buieau ging. Daar haalden we inspecteur Menters op, en met zijn vieren reden we naar een nabijgelegen grotere plaats, waar men het lijk van Martijn van Doff heen vervoerd had, voor sectie. De vermoorde lag in een lijken huisje. Het was de meest troos teloze plaats waar ik ooit een gestorvene heb zien liggen. Het was een grijze cel met schelwit elektrisch licht. In het midden was een bank van beton en hier op lag, onder een grof laken, het lichaam. Ik schaamde me een beetje, dat we zo critisch stonden te kijken naar deze verlaten man, die naakt lag uitgestrekt onder het wreede schijnsel. Zijn geel bleke masker was strak en leeg. De gelijkenis met de levende broer in het ziekenhuis was tref fend, juist door die bleekheid. Ik vroeg me af hoe twee men sen, die zo op elkaar geleken, geheel van elkaar hadden kun nen afdwalen. Terry boog zich over de wond, die aan de rechterslaap te zien was: een kleine, diepe schram, met wat bloed eraan; de omge ving was een beetje blauw. Het moest een korte vinnige tik ge weest zijn, van die pook, anders had het vlees erger geblesseerd moeten zijn. Op het been was inderdaad een dergelijke wond. Deze was groter, zwaarder, dieper. „Was er geen watten tegen de hoofdwond gelegd?" vroeg Ter ry aan Menters. Deze verzekerde hem, dat dit niet het geval was geweest; er was geen pluisje op gevonden. (Wordt vervolgd.) Prijzen van: 20 zijn gevallen op nummers eindigende op 50 zijn gevallen op nummers eindigende op 100 zijn gevallep op nummers eindigende op 200 zijn gevallen op nummers eindigende op 400 zijn gevallen op nummers eindigende op ƒ1000 zijn gevallen op nummers eindigende op ƒ2000 zijn gevallen op nummers eindigende op 0 78 08 25 705 585 0464 Een prijs van 5000 is gevallen op het nummer 004477 Een prijs van ƒ5000 is gevallen op het nummer 017640*) Een prijs van ƒ5000 is gevallen op het nummer 013360*) Een prijs van 5000 is gevallen op het nummer 092743 Een prijs van ƒ5000 is gevallen op het nummer 040698 De prijs van 10.000 is gevallen op het 'nummer 019303 De prijs van ƒ20.000 is gevallen op het nummer 021076 De prijs van 25.000 is gevallen op het nummer 029593 De prijs van 50.000 is gevallen op hel nummer 053475 De prijs van 100.000 is gevallen op het nummer 040599 Let welop dit nummer zijn twee prijzen gevallen. De voorzitter van het vrijheids- comité West Papua, de heer N. Jouwe, heeft gisterochtend tijdens een persconferentie in Den Haag een brief voorgelezen die hij kort geleden van een waarnemer van het comité in West-lrian heeft ont vangen. De brief bevat een opsomming van gewelddaden die sinds mei van het vorig jaar door het Indo nesische leger zouden zijn bedre ven tegen de bevolking van West- lrian. „Sinds het standrecht op 4 mei 1966 van kracht werd, houden de Indonesiërs moord- en slachtpar tijen op grote schaal in ons vader land, zodat wij besloten hebben naar het oostelijke deel van Nieuw- Guinea te vluchten. Helaas zijn wij hier in de bossen gestrand en vrouwen en kinderen stierven en sterven nog steeds als ratten", aldus dit schrijven dat was ge voegd bij het driemaandelijkse ver slag van deze waarnemer over het laatste kwartaal van 1966 en over de eerste twee maanden van dit jaar. In oktober 1966 zouden volgens het rapport Indonesische militairen 19 mannen van het dorp Boenggiak hebben doodgeschoten. De reden hiertoe is onbekend. Op 28 januari 1967 zouden Indo nesische militairen 80 mannelijke inwoners van het dorp Goeloene hebben gedood. Een tienjarig jon getje zou zijn opgehangen. Bi} het zien van deze massamoord spron gen de vrouwen uit angst en wan hoop in de Baliemrivier, waar zij door verdrinking omkwamen. De reden voor deze Indonesische woede was, aldus het rapport, dat de Baliemers weigerden „Iriane- zen" te worden genoemd. Het aan nemen van een andere naam bete kent naar de opvatting van de Ba- Iiemer ontworteling van zijn ver trouwde omgeving en vooral van de geesten van zijn voorvaderen. Op 20 februari 1967: inspecteur van politie Nico Jacadewa doodge schoten. Met hem werden nog meer politiemannen gedood. De reden: zij hadden minachting voor het Indonesische gezag. Twee dagen later vermeldt het rapport de aanhouding van de voormalige Indonesische gouver neur Liezer Bonay, ds. Goestaf a Lanta, ds. Silas Hay, inspecteurs van politie David R. Hanasbey, Njaro, Fltowen en de heer Amos Th. Pattipeme. Zij worden nog steeds gevangen gehouden op Ifar (het vroegere Macarthur Hill), de reden van deze aanhouding is on bekend. Op 15 februa'ri van dit jaar zou „Bapa" Johan Ariks, de oudste Papoea-nationalist, ten gevolge van zware mishandeling in de gevan genis van Manokwari zijn omge komen. Het rapport bevat voorts nog een lange lijst van geweldplegingen, verkrachtingen en executies. Het vervólgt: „Vanaf januari tot en mét juni J.l. bombardeerde de Indonesische luchtmacht de dorpen in het binnenland van de Vogelkop terwijl de Indonesische oorlogsschepen de kustdorpen be stookten met raketten. Gedurende die periode zijn meer dan 2000 mensen als gevolg van Indonesi sche militaire operaties om het leven gekomen". De heer Jouwe deelde mee dat dit rapport ter kennis zal worden gebracht van de verenigde naties en van de Nederlandse regering. „Nederland mag niet langer werkeloos toezien dat het Papoea volk wordt afgemaakt. Ik daag hierbij de Indonesische ambassa deur in Nederland of een andere functionaris uit voor een televisie debat", zo zei hij. Hij toonde een exemplaar van het verslag over de „moesjawarah" (gemeenschappelijk overleg) tussen Indonesië en West-lrian. „Dit boekwerk, uitgegeven door de In donesische regering, bevat een aantal verklaringen en resoluties die mede zijn 'ondertekend door Papoea's. Van de ondertekenaars is een aantal inmiddels vermoord of gevangen genomen", aldus de heer Jouwe die de hoop uitsprak dat onder het nieuwe bewind in Indo nesië de situatie spoedig zal ver beteren. „Ik juich het toe dat de betrekkingen tussen Indonesië en Nederland verbeteren, maar dit mag niet tot gevolg hebben dat de Papoea het kind van de. rekening wordt. De koffie en de thee zou naar bloed smaken". De woordvoerder van de Indo nesische ambassade betitelde de mededelingen over West-lrian des gevraagd als de klaagzangen van de heer Jouwe, waaraan het publiek zo langzamerhand wel gewend be gint te geraken. „AI in het begin van dit jaar heeft hij beschuldigin gen geuit. Toen wij fouten in zijn beweringen aantoonden hebben wij nooit meer iets van hem verno men". Het optreden van de Indo nesische luchtmacht tegen recalci trante stammen in de Vogelkop is al eerder gepubliceerd, aldus de woordvoerder. „In --daze gebieden zijn de mensen altijd zeer opstan dig geweest, dat weet-iedereen'die in West-lrian geweest is. Intussen zijn waarnemers van de verenigde naties in West-lrian geweest. Zij weten dat Indonesië loyaal staat tegenover het in 1962 gesloten ak koord van New York. Ook de Ne derlandse regering weet dit", aldus de woordvoerder. De twee Westduitsers die on langs tezamen met de 29-jarige Nederlander T. van der Boorn in Bulgarije waren verdwenen toen zij wilden pogen de schoonzuster van Van den Boorn, Gudrun Leh- mann, naar het westen te smok kelen, keren in de hondsrepu bliek terug. Dit heeft een woord voerder van het Westduitse mi nisterie van buitenlandse zaken in Bonn meegedeeld. Hij zei zijn inlichtingen te hebben van de advocaat van de beide Duitsers. Omtrent het lot van Van -den Boorn kon de Westduitse woord voerder niets zeggen omdat dat een Nederlandse aangelegenheid is. Volgens het ministerie in Bonn hadden de beide Duitsers, de leraren Peter Lehmann (een broer van Gudrun) en Winfried Kadur uit Solingen gevangen ge zeten en had volgens onbeves tigde berichten Gudrun Leh mann, arts van beroep, toen de vluchtpoging mislukte zelfmo.or-d gepleegd. a De advocaat van de familie Lehmann, dr. F. Lauterjung, zei woensdagmiddag in Soli'ngen dat Lehmanns echtgenote dinsdag een telegram uit Villach had ont vangen dat was ondertekend met de namen van de beide Duitsers. Over de Nederlander T. van den Boorn werd in het telegram niet gesproken. Tot gistermiddag wis.t men niet of er sprake was van een vervalst telegram. De drie mannen waren ip -29 juli met twee wagens vanuit Vil lach via Zuid-Slavië naar Bulga rije gereden. Vanaf die dag was niets meer van hen vernomen, in Maastricht was wel een telegram uit Oost-Duitsland ontvangen waarin werd gezegd:.„Gudrun in Bulgarije overleden. Doodsoor zaak onbekend". Dr. Lauterjung zei woensdag: „Omtrent de werkelijke doods oorzaak weten we niets". Op een vraag of het drietal de 28-jarige arts Gudrun Lehmann wilden helpen vluchten naar het westen zei hij: „Daarover mag ik nog niets zeggen."

Krantenbank Zeeland

de Vrije Zeeuw | 1967 | | pagina 2