Pagina 10 DE- VRIJE ZEEUW Zaterdar 5 februari 1965 VLIEGTUIG STORTTE NEER OP HUIZEN ONTSNAPTE GEVANGENE AANGEHOUDEN Door elektrische stroom gedood Dodelijk verkeersongeval Mond- en klauwzeer in Zuidwolde Bij grondwerkzaamheden graven blootgelegd Ondergrondse Amerikaanse kernontploffing WAAR IS KARDINAAL SUENENS (Vervolg van vorige pagina) in Terneuzen voordoet, dan zullen wij daaraan on getwijfeld ook onze medewerking verlenen, maar ik ben, wat dat betreft, niet optimistisch, gezien het feit dat het nu al niet altijd mogelijk is om bejaardenwoningen werkelijk aan bejaarden toe te wijzen. De meeste bejaarden wonen immers vaak in de oudere goedkopere woningen en zij gaan er niet zo gemakkelijk uit, wellicht ook al vanwege het huurverschil. Geïnformeerd wordt door de heer De Feijter naar het aamtal personen, dat hier werkzaam is, elders woont en hier zou willen komen wonen. Het is bijzonder moeilijk dit aantal exact te stel len, omdat lang niet alle personen, die in die om standigheden verkeren, ingeschreven staan. Voor zover ons bekend zou dat aantal per 1 oktober j.l. ongeveer 200 zijn. De opgave, die ik gekregen heb, geeft een aantal van 199. Het aantal ingeschreven woningzoekenden, dit in antwoord op een desbetreffende vraag van even eens de heer De Feijter, bedroeg per 1 oktober j.l. in totaal 653. Dit aantal wijzigt eigenlijk in de loop der jaren heel weinig. Het ene laai' is het wat hoger, het andere jaar weer wat lager, maar er blijft altijd nog efen groot aantal woningzoeken den, die nog niet geholpen kunnen worden. Wij hopen hierin verandering te brengen door de realisering van de industriële woningbouwplan nen. Natuurlijk houdt dit ook verband met het aan tal mensen van elders, die zich hier willen vesti gen in verband met hun werk en daarvoor is weer bepalend hoe snel en in welke omvang de werkgelegenheid zich uitbreidt. De heer Ribbens vraagt de doorstroming naar duurdere woningen te bevorderen, zulks ten be hoeve van de gezinnen met lage inkomens. Vorig jaar hebben wij bij de behandeling van de be groting reeds gesteld, dat het niet zo eenvoudig is om deze doorstroming te bevorderen, want om dat te kunnen doen moeten er ook woningen zijn waarnaar „doorgestroomd" kan worden. Dat zou den dan b.v. premiewoningen en z.g. vrije-seetor- woningen moeten zijn. Ik heb in een vergadering van de raad al eens de percentages medegedeeld van de woningen die na de oorlog zijn gbouwd, namelijk 43 in de woningwetsector, 45 c/c in de premiesector en de rest vrije-sectorwoningen. De premiewoningen bijvoorbeeld zijn in de regel koop woningen en ik meen dat op die manier al van een zekere doorstroming kan worden gesproken. Telkens als weer een complex woningen gereed komt gebeurt dit opnieuw. Ik vraag mjj aan ook af, of dit probleem hier werkelijk zo groot is als men wei denkt. De Minister heeft echter in de Tweede Kamer verklaard, dat hij overweegt bepaalde maatrege len te treffen, welke ook inhouden het toekennen van een bepaald bedrag om deze doorstroming die natuurlijk altijd kosten met zich brengt aantrekkelijker te maken. Zoals wij reeds in de memorie van antwoord hebben medegedeeld, zul len wij, indien hiervoor de medewerking van de gemeente wordt gevraagd, daar zeker, voorzover in ons vermogen ligt, verlenen. Gevraagd wordt door de heer Hol hoe het staat met de realisering van het bestemmingsplan „Oos telijk Bolwerk". Ik meen, dat daar op het ogen blik weinig aan te realiseren is, omdat het be lt-effende terrein praktisch geheel overhoop ligt door de uitvoering van verschillende werken, ter wijl bovendien ook vaststaat dat dit plan gewijzigd zal moeten worden. Dit bestemmingsplan zal met. de omgeving van de Van Steenbergenlaan opge nomen worden in het nieuwe bestemmingsplan voor de binnenstad, het z.g. saneringsplan. De z.g. Oesterputten zullen worden opgenomen in de herzieningen van de plannen „Zuid" en „Ser- lippenspoldor". Het bestemmingsplan „Oostelijk Bolwerk" komt dus door middel van het saneringsplan binnen kort opnieuw aan de orde. De vraag is gesteld door de hoer Ribbens wan neer de opgespoten terreinen in de Serlippenspol- der bouwrijp zullen zijn. Ik durf mij nauwelijks aan een voorspelling te wagen. In 1964 is mijnerzijds, op grond van destijds verkregen inlichtingen, medegedeeld, dat dit in augustus 1965 het geval zou zijn. U hebt kunnen merken dat hiervan niets is terecht gekomen. Ik verwacht nu, doch ik kan daarover geen zekerheid geven, dat de opspuiting in 1966 zjjn beslag zal krijgen, hetgeen niet be tekent dat er dan gebouwd kan worden, omdat, zoals U zeker bekend is, deze grond nog moet in klinken. Enige maanden geleden is door de gemeente raad besloten een krediet te verlenen voor de ver betering van de Pierssenspolderstraat, waarnaar de heer Hol informeerde. Ik kan U mededelen, dat volgens onze inlichtingen het materiaal is be steld door de N.V. P.Z.E.M. en wij hopen, dat op korte termijn met deze verbetering kan worden aangevangen. De heer De Feijter vraagt of de aanpassing van de rioleringen in deze gemeente tijdig gereed kun nen zijn als de afvalwaterleiding eind 1966 klaar is. Verwacht wordt dat de nodige aanpassingswerken wel voor een gedeelte, maar niet voor het geheel uitgevoerd zullen zijn als deze afvalwaterleiding dan gereed is. Zoals wij in de memorie van antwoord ai heb ben medegedeeld hopen wij binnenkort een kr ediet te vragen aan uw raad. Wat de financiële gevolgen daarvan betreft, meen ik, mijnheer de voorzitter, dat U daarover reeds heeft gesproken. De kosten van een en an der zullen, jammer genoeg, voor een belangrijk gedeelte voor rekening van de gemeente komen. Meerdere leden hebben geïnformeerd naar het saneringsplan. De voorzitter heeft die vragen al voor een groot gedeelte beantwoord. Ik zou daar nog aan willen toevoegen, nu de heer De Fejjter opmerkte, dat het huidige plan niet uitvoerbaar is en men met een eenvoudiger plan moet komen, dat ik niet verwacht dat het plan, hetwelk bin nenkort aan de raad za] worden voorgelegd, veel eenvoudiger zal zjjn, althans zeker niet voor be paalde gedeelten. Ik meen wel dat het, voor wat betreft sommige gedeelten, eenvoudiger wordt, al thans voor de eerstvolgende jaren, doordat een gedeelte van het plan zal worden uitgewerkt in onderdelen en een ander gedeelte het grootste een globale bestemming zal krijgen. Wat dit laatste aangaat merk ik op, dat daardoor geen al te grote belemmeringen zullen worden gelegd op de eventuele uitvoering van verbouwingsplan nen e.d. Ik ben, wat dit betreft, overigens van mening, dat, in tegensttelling tot hetgeen wel eens wordt beweerd men van het oude plan niet zoveel na deel heeft ondervonden. Wij maken immers veel vuldig gebruik van de ontheffingsmogelijkheden, die het oude plan biedt, en het komt sporadisch voor dat bouwvergunningen moeten worden ge weigerd op grond van het oude plan. De heer Ribbens verzoekt er rekening mee te houden dat de bestaande winkels kunnen uitbrei den en eventueel mogelijkheden worden gescha pen voor nieuwe winkelzaken. Zodra dit plan bij uw raad is ingediend zal alle gelegenheid bestaan daarover te spreken. U zult dan wel zien, dat er op bepaalde1 plaatsen inderdaad mogelijkheden zjjn. Nu is door de heer Hol gevraagd de oude wo ningwetwoningen op het Java in het saneringsplan op te nemen. Zoeven heb ik al gezegd, dat het de bedoeling is in het bestemmingsplan voor de binnenstad ook het Java op te némen, hetgeen impliceert de opname van de oude woningwet woningen aldaar. Dit wil overigens niet zeggen, dat deze reeds binnenkort in aanmerking zullen komen voor «aadwerkeiflke sanering. Het eerst dient echter het plan te worden vastgesteld en daarna kan de daadwerkelijke sanering worden voorbereid, wat wel enige tijd zal vergen. Met betrekking tot de Dekkerstraat en de ene zijde van de Kerkhoflaan ligt het wellicht iets gemakkelijker, omdat die omgeving al enige jaren in. een goedgekeurd plan is «WKMtnnfc «Xlftt dMUWOor geen nieuwe plan nen meer- behoeven te worden gemaakt. De acqui sitie daarvoor is al wat verder gevorderd. Door de heer Ribbens is voorts nog gevraagd of een verdere doorvoering van het éénrichtings verkeer in de binnenstad enig soulaas kan bieden. Enige tijd geleden zijn in een vergadering van de verkeerscommissie de verkeersproblemen in de binnenstad aan de orde geweest. Voor deze binnen stad zijn een aantal ingrijpende verkeersmaatrege len. geadviseerd aan ons college en wij hebben gemeend deze over te nemen. Gedeeltelijk zjjn dat. overigens maatregelen die van de zijde van de Minister van Verkeer en Waterstaat moeten wor den genomen, omdat het eigendommen van het Rijk betreft. Eén belangrijke maatregel is dat de Herengracht niet meer bereden zou mogen wor den vanaf de De Jongestraat. naar de Axelsebrug. De verkeersdeskundigen en de commissie verwach ten daarvan belangrijke voordelen. Persoonlijk sta ik daar wat pessimistischer te genover. Ik geloof namelijk wel, dat daardoor het verkeer vanaf de Axelsebrug naar de Schoolweg vlotter zal kunnen doorstromen, maar de moge lijkheid, dat door een dergelijke maatregel elders weer moeilijkheden ontstaan, is niet denkbeeldig, maar de voordelen moeten wel worden afgewo gen tegen de nadelen. In ieder geval is dit een goedbedoelde poging om de situatie bij de Axelse brug te verbeteren. De resultaten zullen wij moeten afwachten. In het begin van dit jaar is het maken van een nieu we overgang over de oostelijke kanaalarm nog eens uitvoerig besproken. Het bleek dat daarvoor geen mogelijkheden aanwezig waren. Indien dat al zou gebeuren, zou het zó lang duren dat in feite de definitieve regeling ook al in zicht was. Wij moeten ons nu dus beperken tot het bevorderen van een zo vlot mogelijke doorstroming van het verkeer bij de Axelsebrug. De heer Weterings sprak zoëven nog over de V. V. V. en vindt, dat deze vereniging te weinig initiatief ontwikkelt. Hij gaat zelfs zóver om te stellen dat het subsidie eventueel maar aan het Handelscentrum Terneuzen moet worden gegeven. Wij zullen geen van allen beweren dat er van de V. V. V. enorme initiatieven uitgaan de laatste jaren, maar met het inkomen, dat deze vereniging altijd heeft gehad ik bedoel niet het subsidie, maar de contributies vind ik dat men toch ook maar heel weinig kan doen. Men kan dan zeggen, dat de belanghebbenden altijd nog te weinig geld aan deze vereniging heb ben gegeven. Wellicht is dit echter een wissel werking, in de geest van: indien er meer activitei ten werden ontwikkeld, zouden de bijdragen ook hoger worden, en omgekeerd. Ik meen echter, dat het zeker een taak is voor de belanghebbenden, d.i. voor de particulieren, om deze vereniging veel meer te steunen. Dan kan de vereniging ook meer doen. Ik meen dat men gemiddeld ƒ2,50 per lid per jaar ontvangt en dat is dan het voornaamste inkomen van de V. V. V. In andere gemeenten ontvangen dergelijke verenigingen veel meer van het bedrijfsleven. De heer Hol heeft gevraagd of in 1966 zal wor den aangevangen met de aanleg van sportvelden te Sluiskil. In antwoord daarop kan ik mede delen, dat de subsidie-toezegging van de dienst van aanvullende werken inmiddels is ontvangen, zo dat de financiering van dit werk dus rond is. Er is nu nog een kleine technische kwestie, aie overigens vlug genoeg kan worden opgelost, terwijl bovendien nog de vraag is of er arbeids krachten beschikbaar zuilen zijn om spoedig met de aanleg te beginnen. Wij hebben overigens goede hoop dat dit het geval zal zijn. Wij hopen zelfs, dat al zal kunnen worden begonnen in de aan vang van het volgend jaar. Dat is echter ook nog afhankelijk van het weer. Wij kunnen U over het beschikbaar zijn van arbeidskrachten geen enkele zekerheid geven, want deze zijn hier niet beschikbaar en zullen van eiders in Zeeuws-Vlaan- deren moeten komen en wellicht is men bereid die mensen hier te werk te stellen. Mijnheer de voorzitter, de heer De Feijter heeft gemeend nog eens een pleidooi te moeten houden voor een koopavond. Ik meen dat het niet veel zin heeft hierop nog eens in te gaan. Immers, nog niet zo lang geleden heeft de gemeenteraad be sloten niet over te gaan tot instelling van een koopavond. Ik kom daar alleen maar even op terug, omdat, de heer De Feijter zegt, dat bij het groter worden van de gemeente er nog meer be hoefte bestaat aan een koopavond. Ik meen echter dat er in de grotere gemeenten helemaal geen koopavond gehouden wordt, In de regel wordt er in de kleine gemeenten een koop avond gehouden en in de grotere gemeenten juist niet. Dit is echter een zaak die, dacht ik, is afge daan en ik geloof niet dat het zin heeft daarover opnieuw een discussie te houden. Mijnheer de voorzitter, ik meen dat ik alle vragen, die geacht kunnen worden meer op mijn terrein te liggen, heb beantwoord en ik wil het hierbij in eerste instantie laten. De heer De Meijer: Mevrouw, mijne heren, graag wil ik nog een paar vragen, die onbeantwoord bleven, trachten te beantwoorden, alhoewel dat er niet veel meer zijn. Deze begroting geeft ook nu weer een tekort te zien, waardoor wij ook het komende jaar weer geconfronteerd zullen worden met een zekere afwezigheid van financiële armslag, hetgeen ove rigens niets nieuws is, omdat wij al enige jaren met dat euvel zitten. Wij moeten dit overigens niet te zwaar opnemen. Wij hebben als eerste taak die voorzieningen te treffen, die nodig zijn voor de volkshuisvesting, de leefbaarheid, het on derwijs, de handel en de industrie. Wat daarvoor nodig is, zal ook in het komende jaar worden ge daan. Ten aanzien van enkele grote uitgaven, zoals voor een nieuw gemeentehuis en een nieuw politie bureau, geef ik graag toe, dat deze al meerdere jaren op ons verlanglijstje staan. Wij zullen der gelijke objecten echter onder de aandacht van hogere bestuurscolleges blijven brengen, doch ik meen niet erg optimistisch te kunnen zijn ten aan zien van de realisering daarvan, tenminste wat het gemeentehuis betreft. Immers, wij hebben voor dergelijke objecten zelf vrijwel geen midde len, zodat, wij daarvoor geheel afhankelijk zijn van de hogere organen. Dat ook wij, als college van burgemeester en wethouders, niet gelukkig zijn met deze situatie, spreekt vanzelf. Wij hebben zojuist vele wensen van uw raad gehoord, zoals een sporthal, een over dekt instructiebad, e.d. Wij verhelen U echter niet, dat een uitvoering op betrekkelijk korte termijn niet mogelijk zal blijken te zijn. Niettemin achten wij het juist dat de voor dergelijke voorzieningen nodige plannen worden opgemaakt. De heer Hol heeft gevraagd een prioriteitensche ma op te stellen. U zult het met mij eens zijn, dat het opstellen van een prioriteitenschema voor een gemeente, die financieel geheel afhankelijk is, weinig zin heeft, In het algemeen wordt een. der gelijk schema opgesteld in de volgorde van be langrijkheid. Natuurlijk kunnen wij een dergelijk schema opstellen, doch ik verwacht daarvan geen reële resultaten. In de regel presenteert de gelegenheid tot het treffen van een voorziening zich en dan wordt daarvan gebruik gemaakt. De volgorde van een schema is dan meestal van bijzonder belang. Indien de gelegenheid zich voordoet, dan zal een ieder het er mee eens zijn, dat wij dan tot realise ring van het dan toegestane object moetfen over gaan. Niettemin acht ik het mogelijk een dergelijk schema op te stellen, maar U moet daaraan geen andere consequentie verbinden dan dat .wij deze lijst, waar zulks nodig is, aan de orde zullen stel len, zonder dat teveel aandacht kan worden be steed aan de volgorde. De heer Hol acht het verder onjuist, dat nog geen financieringsschema ten aanzien van de afvalwaterleiding is overgelegd. Ik dacht dat het totale object, inclusief secundaire leidingen, nu werd begroot op 16 a 18 miljoen gulden. Op aandrang van uw raad is in mei 1965 aan net bestuur van de afvalwalerleiding gevraagd een dergelijk schema over te leggen waarop ge antwoord werd dat zulks eerst mogelijk zal zijn zodra ook de kosten van de secundaire leidingen bekend zijn. Wij verwachten dat het mogelijk zal zijn dit schema binnenkort over te leggen. De heer De Feijter vraagt op welke manier wij het stadhuis denken te financieren. Tot mijn spijt moet ik U daarop het antwoord schuldig blijven, omdat wij dit zelf ook nog niet weten. Ieder jaar weer reserveren wij een bedrag van 1000,voor de bouw van dit stadhuis, hetgeen uiteraard slechts een min of meer symbolische handeling is. Zowel voor het bouwen van een politiebureau als van een stadhuis zijn wij aangewezen op extra-uitke ringen. Wij moeten echter zorgen dat wij deze plannen besteksklaar hebben zodra uitvoering mogelijk zal blijken te zijn. Ik wil het nu nog niet hebben over de gemeentelijke herindeling. Maar een van de goede dingen, die hieraan vast zitten, is toch wel dat alsdan de kans op een nieuw stad huis beslist dichterbij zal komen te liggen; meer dan nu het geval is. De heer De Feijter merkte verder nog op, dat wij voorlopig maar van verhoging van gemeentelijke belastingen gespaard moeten blijven. Ik geloof ech ter dat ik hem hierin moet teleurstellen. Ik wijs in dit verband alleen al op de noodzaak de ge meentelijke belastingen gelijke tred te doen hou den met, laat ik maar zeggen, de geldontwaar ding. Ik meen dat wij over enkele jaren weder om de hoogte van de gemeentelijke belastingen zullen moeten bezien. Ik merk nog op, dat reeds eerder een herziening nodig zal zijn voor wat be treft de rioolaansluitingen in verband met het gereedkomen van de afvalwaterleiding. Daaraan zullen wij zeker niet ontkomen. Zoëven is nog gesproken over het open jeugd werk. Ik had kortgeleden het genoegen aan wezig te zijn bij de opening van een clubhuis en ik moet zeggen dat ik daarover enthousiast ben. Graag spreek ik de hoop uit dat ook nog andere groeperingen hierdoor zullen worden gestimu leerd. Graag zou ik zien dat de jeugd, die veel meer voor „openheid" open staat dan wij, niet meer in een te nauwe „kotjesgeest" wordt gedre ven en dat men voortgaat te streven naar het doel dat men zich thans voor ogen stelt. In dit geval waren er zelfs mannen die letter lijk voor dit clubhuis stenen gedragen hebben en zelf hebben gemetseld en dat is het wat het en thousiasme in de zaak houdt. Laat men proberen de jeugd in dit jeugdwerk te krijgen, maar ook te houden. De heer Hol heeft nog gesproken over het plaatsen van beeldhouwwerkjes in deze gemeente. Wij hebben enkele dagen geleden verschillende af beeldingen gezien van bepaalde beeldhouwwerken. Er waren verschillende werken bij die ik be slist mooi vond. Wij moeten dit nog verder in een vergadering van ons college hespreken. Voor de financiering zou kunnen worden geput uit het fonds stadsontwikkeling, welk fonds overigens ook bestemd is voor veel grotere projecten. Over enkele maanden geloof ik dat wij U enig resul taat zullen kunnen laten zien. Ik meen, mevrouw, mijne heren, dat ik het hier bij in eerste instantie kan laten. Indien er bij de postgewjize behandeling van de begroting nog vragen naar voren komen, dan zal ik die trach ten te beantwoorden. De Voorzitter: Graag wil ik, mevrouw, mijne heren, hetgeen de heer De Meijer heeft gezegd, met een kleinigheid aanvullen, betrekking hebbend op het politiebureau. De financiering van het poli tiebureau geeft geen moeilijkheden. Primair is het echter een kwestie van het afkomen van de rijks goedkeuring. Ik geef thans gelegenheid het woord in tweede instantie te voeren. De heer Hol: Ik dank de leden van het college van burgemeester en wethouder voor de uitvoe rige beantwoording van de gestelde vragen. Heb ik het goed begrepen dat de voorzitter van de C. H. U.-fractie voornemens is niet meer mede te werken aan nieuwe investeringen, indien deze het begrotingstekort verhogen, en zo ja, acht de heer De Feijter dat dan geen gevaarlijk stand punt? Graag wil ik ook nog iets mededelen ten aan zien van de situatie bij de Axelsebrug. Wij hebben allen de brief van de Rijkswaterstaat kunnen lezen, waarin werd vermeld dat het niet mogelijk was een noodbrug te slaan over de sluishoofdlen of elders. Weliswaar ben ik op dit gebied zeker niet deskundig, doch ik meen dat na de bevrijding een brug over die sluishoofden is geslagen en dat was in betrekkelijk korte tijd voor elkaar. Ik dacht dat het toch wel mogelijk is, zij het dan een pro visorische, oplossing te realiseren ter overbrug ging van de periode totdat er een dam is gelegd. Naar aanleiding van de beantwoording van de vraag over het prioriteitenschema door U, mijn heer de voorzitter, en door wethouder De Meijer, moge ik benadrukken, dat er uiteraard in een der gelijk schema een zekere flexibiliteit moet zjjn. Wij zijn, ais gemeenteraad, naar ik meen niet zo star, dat wij daarvoor geen oog zouden hebben. Om de bedoeling van een dergelijk schema duide lijk te maken moge ik het volgende voorbeeld geven. Als men mij b.v. gevraagd had welke voor keur ik gegeven had tussen realisering van de bouw van het stadhuis of het kostbare project de schouwburg, dan had ik persoonlijk prioriteit ge geven aan het stadhuis, In die geest pleiten wij voor een prioriteitensche ma. Ik acht het bovendien mogelijk bij al de gewens te projecten vooruit te zien, ook al is men er zelf van overtuigd dat de totstandkoming nog wel enige tijd kan aanlopen. Wij achten het daarnaast van belang dat de plannen tijdig besteksklaar zijn, ook al moeten wij dan nog wachten in verband met het ontbreken van financieringsmogeiiikheden. Met betrekking tot de afvalwaterleiding deel ik U mede, dat de beantwoording door wethouder De Meijer van de vraag over het financierings- sehema mij niet heeft bevredigd. Ik acht het een vreemde zaak wanneer betrek kelijk kleine gemeenten voor een zo enorm pro ject worden geplaatst, waarvan zij echter de draag wijdte niet kunnen overzien. Ik ben van mening, dat, wanneer men dat financieringsscheina zou verstrekken en dat zou doen in een goed gespeci ficeerde vorm, ook de raden van de deelnemende gemeenten dan de zaak op de voet zouden kunnen volgen. Ik kan me voorstellen dat er inderdaad kosten verhogende factoren zijn opgetreden, waardoor de ramingen zo hoog zijn geworden. Maar het gaat hier om de beoordeling daarvan. Men onttrekt zich aan het inzicht van de raden der deelnemende ge meenten, hetgeen lk absoluut fout acht. Het uit gangspunt alleen al is geheel verkeerd, namelijk dat een dergelijk schema reeds niet vanaf het be gin, reeds enige jaren geleden, is overgelegd. De heer Weterings: In de eerste plaats zeg ik de leden van het college van burgemeester en wet houders hartelijk dank voor de beantwoording van de vragen. Met betrekking tot de Axelsebrug heb ik ge hoord. dat de definitieve oplossing van de situa tie aldaar eerst in 1968 zal kunnen plaats hebben. Met de overige sprekers ben ik er van overtuigd, dat dit een hopeloze zaak wordt. Graag wil ik mij aansluiten bij hetgeen de heer Hol gezegd heeft over een noodbrug. Wij hebben al eens een der gelijke brug gehad en dat ging vrij goed. Natuur lijk behoeft die noodbrug niet geschikt te zijn voor het zware verkeer, maar het lijkt me toch moge lijk met niet al te hoge kosten een mogelijkheid te scheppen voor het lichte verkeer. Mjjnheer de voorzitter, ook ik zou graag een nadere toelichting horen van de voorzitter, van de C. H. U,-fr actie met betrekking tot zijn mede deling, dat hij niet jgeer mee «al werken gp in-j vesteringen, die een verdere verhoging van het begrotingstekort tot gevolg hebben. Deze uitla ting van hem frappeerde mij toch ook wel. Wij denken wel eens aan een plan tot het maken van insteekhavens ten oosten van Terneuzen. Ik wil voorop stellen dat realisering daarvan niet zo eenvoudig zal zijn. Ik wil echter vragen of het. mogelijk is daaraan wat meer ruchtbaarheid te geven, zodat bepaalde industrieën niet worden afgeschrikt door een eventueel tekort aan ter reinen aan open vaarwater. Met betrekking tot de V. V. V. wil ik nog_ op merken, dat die instelling tenslotte toch activitei ten moet ontplooien. Men doet er echter niets aan en daarom vind ik, dat er maar eens een punt achter gezet moet worden. Mogelijk dat het be- vriezen van het subsidie tot een grotere activi teit zal leiden. De heer De Feijter: Bij dit laatste wil ilc mij direct aansluiten. Ik moge het college van burge meester en wethouders dank zeggen voor de uit voerige en duidelijke wijze van beantwoording van de vragen. Onze fractie wil zich bovendien graag aansluiten bij de waarderende woorden, gesproken ten aan zien van hen die geen deel meer van de gemeen teraad uitmaken, te weten de hei-en Bleijenberg, Van Langevelde en Fijn van Draat. De heren Hol en Weterings hebben mij vex-keerd begrepen wanneer ik spi-ak over de nieuwe inves teringen. Ook onze fractie is daar niet tegen, maar men zal daarbij toch zeker de begrotingspositie in aanmei-king moeten nemen. Zolang er een tekort is zal men de nodige voor zichtigheid moeten betrachten. Wanneer het be grotingstekort niet belangrijk stijgt, hebben wij in principe geen bezwaar tegen nieuwe investerin gen. Eerst in de loop van het begrotingsjaar wor den voorstellen ingediend voor nieuwe investerin gen, hetgeen onze instemming heeft, omdat dan voorkomen wordt dat een hele reeks van objec ten wordt opgenomen waarvan een groot gedeelte toch niet kan worden gerealiseerd. Het getuigt van werkelijkheidszin wanneer men een dergelijke gedragslijn volgt. Wij zullen, wanneer het college nieuwe investeringen voorstelt, die voorstellen steunen, zoals w'ij dat altijd ul gedaan hebben. Hieruit blijkt dus wel, dat de heren mij niet goed hebben begrepen, of het is ook mogelijk dat ik mij niet goed heb uitgedrukt. Met betrekking tot de koopavond kan ik U mededelen, dat het niet mijn bedoeling is daar over opnieuw te discussiëren. Ik heb alleen maar willen zeggen wat er in de gemeente leeft. Indien een gemeente groter wordt en men verder van het centrum af komt te wonen, meen ik dat een koopavond gewenst is. De heer De Vos: In grote gemeenten kent men geen koopavonden. De heer De Feijter: Ik heb ook geen grote ge meente als voorbeeld genoemd. Wanneer Terneu zen een centrale plaats wil innemen, ook wat de handeldrijvende middenstand betreft, zal men toch de koopavond moeten instellen. Mijnerzijds was het de bedoeling de aandacht te vestigen op hetgeen bij de betrokken personen leeft. De heer Ribbens: Mijnheer de voorzitter, ik wil U en de overige leden van het college van burge meester en wethouders hartelijk danken voor de wijze waarop de vragen beantwoord zijn. Ik ben tevredengesteld en ik hoop, dat de verschillende plannen, zoals deze naar voren zijn gekomen, kun nen worden uitgevoerd. De heer Ramondt: Ik wil voorop stellen, dat ik de herindeling van gemeenten, zoals deze nu is voorgesteld, in tegenstelling tot anderen, niet als een drama zie. Mijnheer de voorzitter, ik ben minder optimis tisch dan U gestemd over de realisering van het plan voor de zuidelijke kanaalhaven in verband met de omlegging van de spoorlijn. Persoonlijk ben ik bevreesd, dat de omlegging van deze spoor lijn problemen zal opleveren, welke een uitvoering van het havenplan zullen belemmeren. De heer Huijhrecht: Vanwege onze fractie zijn in de algemene beschouwingen vragen gesteld over de aanleg van industrieterreinen aan diep vaarwater-, Wij doelen daarbij niet op de terrei nen in de Nieuw-Neuzenpolder, maar op de ter reinen ten oosten van Terneuzen, zoals deze op de structuurschets zijn geprojectèerd. Mevr. DoornsOrtelee: Mijnheer de voorzitter, er is ook nog geen antwoord gegeven op de vraag betreffende het postkantoor. Graag zullen wij daarover nog iets naders vernemen. De Voorzitter: Mevrouw, mijne heren, ik zeg U, namens het college van burgemeester en wet houders, toe dat wij nogmaals zullen vragen om een finaneieringssehema van de afvalwaterleiding, als door U bedoeld. Het is mij bekend, dat men hieraan volop bezig is. Wij zullen op spoed aan dringen. Onzerzijds zal nog moeten worden onderzocht welke mogelijkheden er zijn tot ontsluiting van de industrieterreinen aan diep vaarwater ten oosten van Terneuzen. Wij zullen daarbij rekening moe ten houden met hetgeen wij van de zijde van Rijks waterstaat hebben vernomen, namelijk dat aldaar geen steigers meer zullen mogen worden aange legd. Hieruit volgt, dat de ontsluiting dus zal moeten geschieden door middel van een haven. Wij houden er overigens zeker wel rekening mee, dat deze terreinen een dergelijke functie krijgen. Een zeer moeilijk punt is b.v. de ontsluiting naai de waterkant. Het geheel heeft echter onze volle aandacht. Mevrouw, mijne heren, onzerzijds is concreet aan de Rijkswaterstaat gevraagd een noodbrug te leggen over de oostelijke kanaalarm, maar dat is categorisch afgewezen. De heer Weterings: Dat vind ik een schandaal. Wij moeten daarop terugkomen. De Voorzitter: Wij zeggen toe dit nog eens een keer aanhangig te maken. Wat de Zuidelijke Kanaaihaven belieft, waar naar de heer Ramondt informeerde, zeg ik U toe, dat wij dit nog eens zullen laten onderzoeken. De bouw van een nieuw postkantoor is een zaak die nog niet definitief is beslist door de P. T. T. Enige tijd geleden heeft men van die zijde ons een bezoek gebracht om de perspectieven te bezien. Dit is nog in studie bij de dienst der P. T. T. De heer De Vos: Ik wil nog wel iets toevoegen aan de toezegging de bouw van een noodbrug nog eens aan de orde te stellen. Inderdaad is in het begin van dit jaar heel beslist gesteld, dat het slaan van een brug over de sluishoofden niet meer kan omdat deze hoofden daarvoor niet meer geschikt zijn en men het niet meer verantwoord acht daarover het verkeer te leiden. Dat zou m.i. niet zo zeer gelden voor het lichtere verkeer, maar men moet toch ook bedenken, dat ook daar grote moeilijkheden zouden ontstaan. Op welke wijze moet men b.v. het lichtere verkeer uitsorteren, wanneer het zwaardere verkeer vóór de brug blijft staan op die Axelsestraat, terwijl dat tóch de toe gangsweg is naar de sluishoofden. Natuurlijk kun nen wij deze zaak nog eens aan de orde stellen, maar veel verwacht ik daarvan niet. De heer Hol: Dat zai inderdaad niet zo gemak kelijk zijn, maar ais ik de lange rijen auto's zie op de Axelsestraat staan de auto's soms tot aan de Moffenschans dan vind ik toch dat ex- iets aan gedaan moet worden. Een oplossing voox- het rijden, naar de sluishoofden zou b.v. zijn de opheffing van het inrijverbod dat geldt voor de Emmalaan. Dooi- de Emmalaan zou men dan in de richting van de sluishoofden künnen rijden. De heer De Vos: En dan verder door de Kazerne- stx-aat? De heer Hol: Inderdaad, dan rijdt men er recht naar toe. De Voorzitter: Wellicht kan deze zaak nog eens nader besproken worden in een vergadering van de verkeerscommissie, .(Wwdt V«ïVOl«d,) Een tweemotorig privé-vlieg- tuig is donderdagavond te Phoe nix in de Amerikaanse staat Arizona neergestort op een aan tal huizen. De twee inzittenden van het toestel en een tweejarig jongetje in een van de huizen vonden de dood. Vijf kindei-en werden gewond. Volgens een ooggetuige was een van de mo toren van het vliegtuig in brand gevlogen. Het toestel dook om laag, rukte het dak van een leeg staand huis af, raakte nog twee woningen en boorde zich tenslot te in een vierde huis, waarin zich het omgekomen kind bevond. De 24-jai-ige H. D., een van de vijf gedetineerden die donderdag uit de gevangenis in Haarlem zijn ontsnapt, is gisternacht op dé Hoogtekadijk in Amsterdam aangehouden. Om kwart voor drie reden enkele mannen van de motorpolitie over de Hoogte kadijk, bezig om foto's en signa lementen van de vluchtelingen langs de politiebureau's te bren gen. Toen de politiemannen D. zagen lopen herkenden zij hem onmiddellijk van de foto's. D. bood geen tegenstand en werd opgebracht naar het hoofdbureau van politie in Amsterdam. De twintigjarige P. Verhoef uit Sliedrecht is gisteren op de scheepswerf Slob door elektri sche stroom gedood tijdens werk zaamheden op een in aanbouw zijnd schip. Toen de jongeman 's avonds niet thuiskwam stelden zijn ouders zich in verbinding met de directeur van de werf. Tijdens een daarop ingesteld onderzoek werd het stoffelijk overschot van de jongeman in een luchtkast van het schip gevonden. Een arts stelde vast, dat de dood enkele uren tevoren was in getreden. Uit het onderzoek van de arbeidsinspectie bleek, dat het slachtoffer bij het verwisselen van elektroden in een lasstang moet zijn getroffen. Op de Poolweg in Dwingelo is donderdagmiddag de '74-jarige heer H. Rijgersberg, die met zijn vrouw links van de weg liep, aan gereden door een hem tegemoet komend motorrijtuig, bstuur-d door de 43-jarige heer W. G. Het bejaarde slachtoffer over leed op weg naar het. ziekenhuis te Assen. De motorrijder, die samen met het slachtoffer op twintig meter afstand van de aanrijding in een sloot langs de weg terechtkwam, is ernstig ge wond in het ziekenhuis opgeno men. Op het bedrijf van de landbou wer A. Dolddersum aan de Sla- genweg in de Drentse gemeente Zuidwolde, is mond- en klauw zeer uitgebroken. 524 varkens moesten worden afgemaakt. In Doesburg zijn tijdens grond werkzaamheden voor de aanleg van een weg naar een te bou wen gymnastieklokaal door een dragline op zeer geringe diepte vier noodgraven bloot gelegd. In een der daarin aangetroffen geraamten werd een kogel uit een Duits wapen gevonden. De voorlopige conclusie is dat men hier te maken heeft met vier mensen, die tijdens de bezet tingstijd werden gefusilleerd. Ex- zal een officieel onderzoek wor den ingesteld. Donderdag is in de woestijn van Nevada een ondergrondse kernontploffing van betrekkelijk geringe kracht tot stand ge bracht. Dit is de vierde derge lijke Amei-ikaanse proef dit jaar, waarvan althans melding is ge maakt, Het aantal bekendgemaakte ondergrondse Amerikaanse kex-n- proeven sinds augustus 1963 be draagt 61. Nadat kardinaal Suenens, de aartsbisschop van Mechelen- Brussel, woensdagochtend Rome had verlaten, heeft men zijn verblijfplaats niet meer kunnen achtex-halen. Hij was met een secretaris uit het Belgisch col lege, waar hij in Rome vertoef de, vertrokken. Ook de politie heeft zijn vertrek niet geregis treerd, althans niet onder zijn eigen naam, en de Italiaanse pers was er evenmin van op de hoogte. Men vraagt zich af of de kardinaal zich onvindbaar ge maakt heeft in verband met een speciale zending waaromtrent bij. publiciteit zou willen ver mijden, of dat hij zich eenvou dig voor een retraite, een gees telijke oefening van enkele da gen, heeft willen afzonderen. Destijds werd kardinaal Su#~ nens door paus Johannes de 23ste belast met het overhandigen van de tekst van de encycliek „Pa- cem in Terris" aan de Verenig de Naties.

Krantenbank Zeeland

de Vrije Zeeuw | 1966 | | pagina 10