VOOR WINTER EN ZOMER TEGEN VORST EN ROEST! ONVOLDOENDE ACCOMODATIE BELETSEL VOOR HUWELIJKS VOLTREKKING IN DEN HAAG JONGE AMERIKAAN ZAAIDE PANIEK IN VLIEGTUIG De heer Ramondt: In hoeverre is de gemeente zelf verzekerd? Ik zou hier graag een duidelijke uitspraak over hebben of het mogelijk is deze kosten te verhalen. De Voorzitter: De daders zijn bekend en wij zul len afwachten waartoe het justitiële proces zal leiden. Uiteraard hebben wij ons beraden over de vraag of er een mogelijkheid van verhaal is en, zo deze er is, zal uiteraard verhaal worden toe gepast. De heer Ramondt: Het kan voorkomen dat de school in plaats van het op de ouders te verhalen het. probeert te verhalen op de gemeente. Ik acht het juist dat men de aansprakelijkheid in het ge ding brengt, gezien de baldadigheid, die gebeurd De Voorzitter: Wanneer er inderdaad verhaal mogelijk is op de ouders zal het natuurlijk wor den ingesteld. De gemeente is echter hiervoor niet verzekerd. Wij zijn verzekerd voor brand, maar dergelijke bijzonderheden te verzekeren brengt zodanige hoge uitgaven met zich mee, dat het verstandig is hier en daar het risico te dragen. De heer Weterings: En het schoolbestuur Is hiertegen ook niet verzekerd? De Voorzitter: Naar ik meen niet. Zonder hoofdelijke stemming wordt conform het voorstel besloten. 13. idem inzake de stichting van een cultureel centrum. De heer Huijbrecht: Mijnheer de voorzitter, al vorens in te stemmen met uw voorstel zou ik graag ingelicht worden over wat het college onder de beheersvorm verstaat. Geeft men er de voorkeur aan dat het beheer geschiedt als bij het zwembad en de sportvelden? Een sportveld moet men enkel onderhouden en verder kan dat dan verhuurd worden, evenals bij het zwembad. Ik wil weten of dat ook opgaat bij het cultureel centrum. Onderhouden wij dat en verhuren wij dit dan aan instellingen? Of verstaat U onder beheer het organiseren van evenementen? Zo ja, kunt U enig inzicht verschaffen over het tekort dat dit alsdan jaarlijks zal opleveren? De heer Weterings: Dit waren voor mij ook vraagpunten en ik zou daar ook graag een duide lijke uitspraak over horen, daaraan vastkoppe lend of het college ook gedacht heeft de beheers vorm eventueel over te dragen aan een particu lier. Omtrent de exploitatiebegroting weet ik niet, wat ik daarvan moet zeggen, want daarover zijn geen gegevens bekend. Het vormen allemaal vraagtekens voor mij. Ik kan er heel veel vragen over stellen, doch eigen lijk geen enkele verstandige, want er is praktisch niets van bekend. Het is een eigenaardig voorstel om het zo, zonder meer, te aanvaarden. Overigens ben ik blij dat wij zover zijn en dat het Rijk van ons een beslissing verwacht. Ik ge loof echter, dat wij toch wel met zeer hoge kos ten komen te zitten. De heer Ramondt: Ik wil mij bij de voorgaand? sprekers aansluiten, wat gezegd is ten aanzien van de exploitatie. Ik ben echter niet zo geporteerd voor een beheer door de gemeente zelf. Een tweede punt is, dat er nog steeds geen defi nitieve regeling met het Rijk is. Het is mij niet duidelijk geworden waarom dit niet mogelijk is. Wij doen hiermede een stap in het donker. De heer Fijn van Draat: Mijnheer de voorzitter, ik sluit mij hierbij aan. Hoe komt het overigens dat deze kosten zo ontstellend omhoog zijn ge gaan? De heer Hol; Mijnheer de voorzitter, voor een hPdrag van ruim 6 ton moeten nog dekkingsmid delen worden gevonden. Nu spreekt het college de verwachting uit dat hogere bijdragen van bepaalde instanties kunnen worden tegemoet gezien. Kunt U ons misschien nader informeren of er een rede lijke kans op bestaat, want ik vind ook wel dat het erg moeilijk is om hier gefundeerd een be slissing te nemen. Wij mogen overigens deze zaak, die al zo lang loopt, ook niet ophouden. Wij staan hiermee tegen de muur. De heer De Feijter: Mijnheer de voorzitter, ten aanzien van de beheersvorm dacht ik dat inder tijd, toen het in de raad besproken werd, van de zijde van burgemeester en wethouders aan een stichting werd gedacht. Nu hoor ik helemaal niets meer van een stichting. Is daar geen belangstel ling meer voor of hoe zit dat? Er zou een bijdra ge worden ingezameld van particulieren en bedrij ven. Ook hiervan staat niets in het voorstel. Nu wordt gevraagd een beslissing te nemen, maar waarover eigenlijk? Het geheel is zo duister, dat wij hier moeilijk een beslissing over kunnen ne men, vind ik. is het juist, dat door deze schouw burg de bouw van het lyceum eigenlijk min of meer vertraagd wordt? De heer Dieleman: Wat betreft dit punt bestaan er bij mij principiële bezwaren, maar ook ander zijds financiële bezwaren, want ik vind het erg duur, terwijl niet bekend is wat er nu eigenlijk voor terug komt. De Voorzitter: Graag wil ik in eerste instantie namens ons college antwoorden, waarbij ik graag uitdrukking wil geven van mijn waardering voor de vragen, zoals die uwerzijds zijn gesteld. Wanneer ik de beantwoording ter hand mag nemen, dan wil ik dat graag een beetje omzichtig doen. U moet bedenken dat dit centrum hp het ly ceum ergens de normale procedure moet doorma ken bp de Rijksgebouwendienst, welke dienst de opdracht geeft voor het plan en zorgt voor de uitvoering daarvan. Als zodanig moet U ook zien het principiële besluit dat wij U gevraagd hebben als gemeente raad, omdat de Rijksgebouwendienst, als uitvoer der van het plan, moet weten of men in principe met deze gedachtengang instemt. Zo ja, dan zou dit kunnen betekenen maar ik ben wat voor zichtig geworden met voorspellingen op dit gebied dat in januari a.s. met de bouw van het totale complex zou kunnen worden begonnen omdat de rijksgoedkeuring daarvoor verzekerd lijkt. De Minister van Onderwijs heeft in grote lijnen zijn fiat gegeven en het Rijk vraagt nu hoe uw college hierover denkt. Door ons college is gesteld dat wij zoveel moge lijk voortgang willen maken met de ontwikkeling van dit plan, omdat er op dit punt een bijzonder grote behoefte bestaat in onze gemeente. Met alle waardering voor hetgeen hier gepresteerd is tot dusverre, zult het met mij eens zijn, dat een project als het onderhavige onmisbaar is voor een gemeente als Terneuzen. Wanneer wp in ons voorstel spreken over de beheersvorm dan is daar onzerzijds primair gedacht aan het beheer van het gebouw in de eerste ronde. De gedachten van ons college gaan verder uit ry-w een bredere basis voor het beiheer van deze schouwburg, met een mogelijke Inschakeling van cultureel geïnteresseerden uit onze gemeente hij het beheer of anderszins, -jnaar wij wilden deze zaak graag nader onder ogen zien. Een ei"en gemeentelijke beheersopzet of een semi-gem' enteipke beheersopzet met samenspel van geïnteresseerden, zal naar mijn mening een zaak zijn die overlegd moet worden in een cultu reel adviesorgaan, waarna deze zaak ter beslis sing kan worden voorgelegd aan uw college. Het probleem van een actieve culturele politiek is een probleem van financiële en ook van bepaald politieke aard. Ik geloof dat wij blijvend zullen moeten bedenken dat het ook een kwestie van praktijk is of er ten deze iets ontwikkeld kan wor den in een juist samenspel van overheid en bevol king, mogelijk met verschil van bepaalde inzich ten. Wij zullen hier gezamenlijk misschien ook activiteiten moeten gaan ontwikkelen, ofschoon nog geen enkele beslissing dienaangaande is ge nomen. Ik ben het eens met de heer Weterings wan neer hij zegt „het is vaag, ik kan er niets verstan digs over zeggen." De heer Weterings bedoelt natuurlijk dat hij geen verstandig antwoord van het college kan verwachten. De hogere kosten hangen samen met de prijs stijgingen van 1 a 2 jaar. In de tweede piaats hangen deze samen met het feit dat wij voor deze totale opzet afhankelijk waren van de in stanties van de Rijksoverheid, die met scholen bouw een rijke ervaring hebben, maar op dit punt nog hun sporen moeten gaan verdienen en erva ring moeten opdoen, waardoor de prijzen hier en daar wat zijn onderschat. De verschillende fasen, die ingaan wanneer uw college zich in principe hiertoe zal verbinden, houden natuurlijk onder meer in, dat ook een regeling met de Rijksoverheid getroffen moet worden voor het gebruik van de ruimte. Het komt er op neer dat het Rijk van ons kan gebruiken het schouwburggedeelte, ter wijl wp kunnen gebruikmaken van de ruimte, welke de foyer zal vormen. Hiervoor zijn waterdichte regelingen te treffen, gebaseerd op vaste prijzen, en wij achten dit niet een onoverkomelijk punt in de afhandeling met het Rijk, Wij hebben hoop, dat wp, zoals wij in de eerste ronde een grote openheid hebben gevonden bij de Rijksoverheid voor de financieringsmogelpkhedd, zulks ook zullen ondervinden in de tweede ronde. U weet hoe wp intensief pogingen doen tot het aantrekken van dekkingsmiddelen. Wij hopen op een zeer welkome verhoging van de provinciale bijdrage, terwijl ook nog in een andere richting wordt gedacht. Ons college is verheugd dat de Gedeputeerde Mr. Dr. Mes zich bereid heeft verklaard een gecoördineerde bespreking te beleggen tussen de provinciale en de rijksinstanties en het gemeen telijk bestuursapparaat, om te trachten in de ko mende maanden te komen tot een zo goed moge lijke financiële opzet voor het geheel. Wanneer wij echter nu met het plan komen, dan is het, mevrouw, mijne heren, omdat wij van mening zijn dat het noodzakelijk is dat er in Terneuzen voorzieningen getroffen worden, waarvan wij verwachten dat ze door de bevolking in de meest brede lagen benut kunnen worden, zowel in Ter neuzen als vanuit de omgeving. W'p zijn zeer verheugd, dat een aantal geïnteres seerden in deze zaak, particulieren en bedrijven onder leiding van wethouder De Meijer bereid zijn gevonden hieraan mede te werken, waarvoor reeds een aanzienlijk bedrag is binnengekomen, wat naar de heer De Meijer mij informeerde nog zal kunnen oplopen in de komende maan den. Bij ons staat echter voorop dat spoedig een be sluit genomen wordt, zodat de bouw van het ly ceum niet vertraagd zal worden door ons cul turele centrum. Wij hebben zo lang al gedacht aan een lyceum annex aula. Wij zouden graag zien dat het nu doorgaat om dit totale complex van de grond te krpgert. En in dit licht moet U het raadsbesluit kunnen plaatsen, waarbij ons college U toezegt, dat wp alles zullen doen om de dekkingsmiddelen zo gunstig mogelijk te doen zijn. Dan kan het nog tegenvallen, maar ik geloof dat op een gegeven moment het vertrouwen in de centrale overheid zó groot moet zijn, dat wij goedkeuring kunnen hechten aan een besluit in deze zin. Wij moeten er op vertrouwen dat het dan ook te zijner tijd in orde zal kunnen komen. Ten aanzien van de beheersvorm voor de toe komst hopen wij U binnen niet al te lange tijd een voorstel te doen en ik kan U onvoorwaardelijk toezeggen, dat wij dienaangaande uitsluitend willen handelen in de geest van uw college. Dat is echter een zaak die gemakkelijker van de grond komt wanneer het centrum in aanbouw is. Het geheel is nu nog aan de vage kant. Wij denken in de richting dat de gemeente medewerking wil ver lenen aan de activiteiten, die op het ogenblik bestaan. Tk dacht echter dat het er vandaag op aan kwam of wij het willen en ik meen dat wij een zeker risico zullen moeten aanvaarden. U hebt tenslotte nog gevraagd naar een exploitatie door particulieren. Ik dacht dat daarvan geen sprake zoq kunnen zijn. Er zal wel samenspel kunnen zijn met particulieren, maar dat is heel wat anders. Ik wil het hierbij in eerste instantie laten. De heer Fijn van Draat: Ik ben niet helemaal tevreden gesteld met uw antwoord over de hoge re kosten. De loonsstijgingen zijn er voor eèn ge deelte debet aan, maar het gebouw kost nu 100 meer dan indertijd gezegd is, terwijl de lonen toch geen 100 gestegen zijn. U heeft gezegd dat het Rijk heel weinig ervaring heeft op dit gebied, maar dit gebrek aan ervaring van het Rijk behoeven wij toch niet voor onze rekening te nemen? De heer Huijbrecht: Ik vind het ook moeilijk. Ik hoop dat er geen twijfel over bestaat dat wij er vóór zijn dat er een cultureel centrum komt. Het spijt mij eigenlijk dat wij nu een beslissing moeten nemen, terwijl over de exploitatiebegro ting en de beheersvorm totaal niets bekend is. Het is niet mijn bedoeling de Zaak oo te houden, maar ik zal het bijzonder op prijs stellen indien U zo spoedig mogelijk ons hierover nader wilt in formeren. De heer Weterings: Ik begrijp heel goed dat wij in een zeer moeilijk parket zitten, maar wan neer wp de posten voor de apparaatskosten en voor de toneelaccomodatie enz. eens nagaan, dan vraag ik mij af: heeft men bij de Rijksgebouwen dienst toch wel voldoende verstand van dergelijke dingen want die ramingen zijn toch wel fantas tisch hoog. Ik lees verder dat er maar 431 zitplaatsen zijn en dat vind ik zeer weinig, althans er staat dat er zoveel stoelen nodig zijn. Is dat voor deze ge meente voor de naaste toekomst, binnen nu en 10 a 15 jaar, voldoende? Ik vind dit toch beslist niet te groot. Het huidige concertgebouw heeft meer plaatsen, dus wij gaan er, wat dit betreft, beslist niet op vooruit. De heer Hol: Als ik het goed gezien heb is het zitplaatsenaantal toch 463? De heer Weterings: Er worden maar 431 stoe len gekocht. De VoorzitterEr komen 463 zitplaatsen. De heer Weterings: Dat blijft klein, want, in het huidige concertgebouw kunnen er nog enkele meer bij. De heer De Feijter: Uit uw antwoord heb ik be grepen dat men de stichtingsvorm definitief heeft losgelaten in het college. De Voorzitter: Dat heb ik niet gezegd. De heer De Feijter: Dat heb ik begrepen omdat in hét voorstel staat dat men de voorkeur geeft aan een gemeentelijke exploitatie. Y -- -r ---'V De Voorzitter: Er staat nog bij: voorlopig. De heer Do Feijter: In het verleden is gesteld dat het concertgebouw te klein is; er moet een grotere ruimte komen. Dat leeft ook wel bij de raad. Maar er rijn' niet meer zitplaatsen dan in het concertgebouw. Ik ben het met de heer Wete rings eens, dat wij er niet op vooruit gaan, wat dat betreft. De heer Hamelinh: Indien omroepverenigingen een ontspanningstoernee maken dan vragen zij 550 plaatsen en anders komt men niet. Is daar reke ning mee gehouden? De Voorzitter: Graag wil ik in tweede Instantie op de vragen antwoorden. Ik wil onderstrepen dat, zoals in het voorstel gesteld is, het beheer door de gemeente een voorlopig karakter draagt en het is onze bedoeling bij uw college dienaan gaande met concrete voorstellen te komen. Wij zullen zeker nog vele hindernissen moeten over winnen. Ik wil ook graag, naar aanleiding van de opmerking van de heer Huijbrecht, namens burgemeester en wethouders toezeggen, dat wij, zodra dit mogelijk is, dienaangaande met uw col lege contact zullen opnemen langs de geëigende weg. Ten aanzien van de kosten kan ik U mededelen, dat de rijksgebouwendienst de werkelijke bouw kosten in rekening brengt. Wij krijgen een vol ledig definitief overzicht van de kosten. Het aan tal zitplaatsen bedraagt 463. Naar wij vernemen zijn er in dit gebouw 50 zitplaatsen meer dan in het concertgebouw, zelfs wanneer de stoelen op de eerste rij zijn bijgezet. Er komen dus 463 zit plaatsen. Er is een gemiddelde gezocht en dit was de optimale bezetting. Wanneer dit aantal zou moeten worden vergroot, zou het nog kostbaar der worden. U moet ook bedenken dat de gemiddelde be zetting ongetwijfeld onder deze 463 ligt, soms wel veel en veel minder. Dat ziet men overal in den lande en vergroting zou ongetwijfeld de gemeen te nog veel meer gaan kosten. Maar als U aan de andere kant b.v. eens in de begroting nakijkt wat wij uitgeven aan sportaccomodatie, een uit gave die ik overigens alleszins verantwoord acht, dan geloof ik dat wij op dit punt stellig vanuit de algemene middelen blijk moeten geven van het grote belang van een dergelijke voorziening in onze gemeente. De heer De Feijter kan ik ant woorden dat de stichtingsvorm zeker niet geëli mineerd is. De heer De Feijter: De dekkingsmiddelen zul len toch wel eerst gevonden moeten worden eer men met de bouw kan beginnen? De Voorzitter: De bemiddeling van Gedeputeer de Staten is gevraagd voor de dekkingsmiddelen. Wij hebben bericht gekregen, dat de Gedeputeer de Mr. Dr. Mes bereid is een gesprek te coördi neren en er wordt verder gedacht aan dekkings middelen buiten het provinciale vlak. Dat be tekent natuurlijk nog wel dat wil ik ook nog even zeggen dat U goed in het oog moet hou den, dat, wanneer het definitief is, U nog een voorstel krijgt tot goedkeuring van het plan als zodanig; d.i. dus de uiteindelijke beoordeling als mede de aanbesteding aan een daarvoor aange zochte aannemer. De heer Weterings; Dit wordt toch gebouwd door de aannemer die ook de school bouwt? De Voorzitter: Inderdaad. De heer Weterings: Wij moeten nu een besluit nemen en dit is geen principebesluit. Nu moet een definitief besluit genomen worden op basis van deze cijfers. Ik ben er niet tegen dat de gemeente hier jaarlijks een bedrag tegenaan gooit. Ik meen echter dat wij zónder meer niets in de melk te brokkelen hebben wanneer dit besluit genomen is. De Voorzitter: In grote lijnen zit U vast, aan het besluit als het goedgekeurd is, doch het plan krijgt U nog ter beoordeling. De heer De Vos: Ik kan begrijpen dat er allerlei vragen worden gesteld want deze vragen zijn na tuurlijk bij ons college ook gerezen en besproken, maar ook wij weten daar geen antwoord op. Men kan moeililk een exploitatiebegroting gaan opstel len zolang men in de eerste plaats niet weet hoe hoog de kapitaalslasten'zijn die op dit object blij ven drukken. Dit is een heel belangrijke factor. Wij zijn voorts afhankelijk van de bijdragen. Wan neer \rij weten hoe hoog de kapitaalslasten zijn, is het misschien enigszins mogelijk een begroting op te stellen. Ik stel mij voor dat de exploitatie van het gebouw als zodanig niet zo moeilijk is. Dat zijn tenslotte kapitaalslasten en onderhoudskos ten. Maar ik denk dat het het meeste gaat kosten via subsidie op te geven voorstellingen e.d. Dat is helemaal moeilijk te begroten. Daar moet men een schema voor hebben. Ik geloof dat het goed is dat er een of andere instelling komt die zich hiermee gaat belasten. Ik geloof overigens niet dat het hee] veel scheelt of men het gebouw gaat exploiteren via een ge meentelijke stichting, waarbij de gemeente de kos- den draagt, danwel rechtstreeks door de gemeen te met medewerking van een cultureel adviesor gaan. Dat is een punt waarover wij het in de toe komst eeng moeten worden. Wij zullen daar nog tijd voor hebben. Wij moeten ons niet voorstellen dat dit gebouw dat vaak een schouwburg wordt genoemd, maar een cultureel centrum is reeds binnenkort in gebruik zal kunnen worden geno men. Dat duurt nog wel enkele jaren. Wij hebben dus nog de tijd om die exploitatievorm op te stel len. Ik vind inderdaad dat wij op vrij vage ge gevens deze beslissing moeten nemen, maar wij zijn er van overtuigd dat wij die beslissing moeten nemen, omdat anders deze zaak niet van de grond komt. Wat bedoelen de heer Weterings en anderen wanneer zij zeggen: wij weten helemaal niet wat het gaat kosten? Is men er vóór wanneer het jaarlijks 40.000,gaat kosten en is men er tegen als het ƒ60.000,— is? In zulke grootheden moet men gaan denken en ik geloof niet dat er één is in de raad die zegt dan moet dat gebouw er maar niet komen, be halve dan de heer Dieleman. Dan moet deze be slissing genomen worden. Er is geen andere weg en wij moeten zien bijdragen te krijgen. Wat de exploitatiekosten betreft, die zaak zul len wij later moeten bekijken, waarbij wij dan rekening zullen moeten houden met de financiële mogelijkheden die de gemeente op dat moment heeft. Er zijn tenslotte gelukkig nog andere mo gelijkheden. Het is niet zó, dat culturele voorstel lingen alleen maar door de gemeente worden ge subsidieerd. Er zijn ook mogelijkheden dat dit via de Provincie gebeurt. Wij zullen dit zo moeten bekijken en om de zaak van de grond te krijgen kunnen wij op het ogenblik niets anders doen. De heer De Meijer: Mijnheer de voorzitter, zo als U en de heer De Vos al gezegd hebben was het ons veel gemakkelijker geweest om èn het lyceum ên deze schouwburg of cultureel centrum van de grond te krijgen als wij dat hadden kun nen staven met een duidelijker inzicht en meer voor de hand liggende cijfers wat de financiën betreft. Wp zijn destijds uitgegaan van de toezeg gingen die ons gedaan zijn, toen in eerste instan tie dit cultureel centrum ter sprake.kwam. Na korte tijd kwam een bedrag van pl.m. 700.000,— uit de bus waarin door de overheid boven ge meentelijk niveau, dus de Provincie en het Rijk voor een door U wel ongeveer bekend percentage zou worden deelgenomen, terwijl van particulie ren en bedrijven een bedrag van 60.000,a 70.000,werd gevraagd. Nu blijkt dat deze kos ten bijna het dubbele bedrag inrichting en ap paratuur er bij begrepen zijn. De in eerste instantie gedachte bedragen spelen nu ongeveer in dezelfde verhouding door onze geest. Daar gaan wij nu van uit. Zekerheid daar over is nu nog niet te geven. Zoals de voorzitter zei, worden wij hierin geruggesteund door het col lege van Gedeputeerde Staten en dit college zal uiteindelijk dit besluit dat U naar wij hopen neemt, moeten bekrachtigen. Wij mogen aannemen dat Gedeputeerde Sta ten dit niet zullen bekrachtigen vóórdat men van hun kant duidelijk inzicht zal hebben gekregen in de financiering en dat, wat wij hier op ons nemen, onze draagkracht niet te boven zal gaan. Wat de grootte betreft, rijst de vraag, moeten dat er 400, 500 of 600 plaatsen zijn. De vele des kundigen. mensen die werkelijk van deze zaken afwisten, hebben gezegd dat voor een plaats van 25 a 30 duizend inwoners het Terneuzen van de naaste toekomst 1 een zaal van 450—480 eigenlijk wel voldoende was. Bovendien maakte de ruimte, afgezien van de financiële kant, het niet mogelijk om hier hoger te grijpen. De heer Weterings: Men spreekt hier van een principieel besluit, maar hier is toch sprake van een definitief besluit? Dan zou ik willen weten of bekend is hoeveel procent het Rijk hierin zai bij dragen. Ik meen dat daar cijfers van bekend moe ten zijn. De Voorzitter: Mijnheer Weterings. die zijn niet bekend. De heer Weterings: Is er rekening mee gehou den dat er ook films kunnen geprojecteerd wor den? De Voorzitter; Wat uw eerste vraag betreft moet ik zeggen dat daarvoor geen definitief schema is en ten tweede dat er niet in voorzien is dat daar films zuilen kunnen gegeven worden. Ik ge loof niet dat dit noodzakelijk is voor Terneuzen. De heer Weterings: Daardoor worden de moge lijkheden van een exploitatie vergroot. De Voorzitter: Ik geloof niet dat dit veel winst oplevert voor Terneuzen. Als ik gezegd heb dat het ging om een principieel besluit, dan ben ik niet exact geweest. Ik heb alleen bedoeld dat U later nog de definitieve voorstellen krijgt voor de opdracht aan de aannemer enz. De heer Hol: Misschien herinneren de meesten van ons nog wel dat een van de deskundigen nog een bedrag noemde wanneer men b.v. een schouw burg van 550 zitplaatsen zou bouwen. Als wij er 550 van willen maken dan zullen er dekkingsmid delen moeten worden gezocht tot circa één mil joen gulden. Dat is de consequentie. De heer Hamelink: Mijnheer de voorzitter, ik zal mijn stem aan dit voorstel niet onthouden, maar ik betreur het dat vanavond een dergelijk voorstel op een dergelijk wankel fundament zal moeten worden genomen. De Voorzitter: Wij hadden U stpllig liever een vastere basis gegeven,' maar wij hebben niet ver der kunnen reiken. De heer DielemanOm de door mij genoemde reden verzoek ik geacht te worden te hebben tegengestemd. Zonder hoofdelijke stemming wordt conform het voorstel besloten, waarbij de heer Dieleman wordt geacht te hebben tegengestemd. 14. idem tot wijziging van de overeenkomst ter zake van het gebruik van het gymnastiek lokaal, Leeuwenlaan 29, alhier. Zonder bespreking en hoofdelijke stemming wordt conform het voorstel besloten. 15. Rondvraag. De heer Ramondt: Met betrekking tot de prij zen in het plan Serlippenspolder kan ik mij voor stellen dat straks de kosten daarvan nog belang rijk hoger zullen blijken te zijn. Indien er globale berekeningen plaatsvinden, dan zal hiermede toch rekening moeten worden gehouden. De Voorzitter: In verband met de opspuiting zal het uitbreidingsplan herzien moeten worden. De heer Brakman: Ik zou graag mijn dank uit spreken voor de vlotte wijze waarop de verlich ting op de gewijzigde invalsweg In Sluiskil is vol bracht. De Voorzitter sluit de vergadering. VISFILET PANKLAAR VAN BOORD In West-Duitsland werd de eerste vis- kotter ter wereld vol tooid, die zijn vangst tot filet verwerkt en panklaar gesneden, gekruid, gepaneerd, verpakt en diepge vroren in de haven afgelevert. De fa- brieksinstallatie van het schip kan met enkele handgrepen zó ingesteld worden, dat naar keuze verse vis of diepvriesfilet wordt opgeslagen, in een verpakking voor de detail- of groot handel. In vriesrui- men met een capaci teit van 870 mJ kan de gehele vangst na de verwerking diep gevroren opgeslagen worden. De „Hamburg" is 82 m. lang en meet 2400 brt en is eigendom van de rederij „Cranzer Fischdampfer A.G.". Het schip heeft een 50 koppen tellende bemanning daronder 25 Portugezen. (Adv) Ga voor permanente bescherming van het koelsysteem naar een Esso dealer. Hij vertelt u hoe belangrijk dit nieuws is voor üw auto Dat voor het huwelijk van prinses Beatrix de keuze op Amsterdam is gevallen, moet uitsluitend in verband worden gebracht met de omstandigheid dat Den Haag niet meer beschikt over een paleisaccömodatie, wel ke op het aantal te verwachten bruidsgasten is berekend. Dit heeft burgemeester mr. H. A. M. T. Kolfschoten verklaard tijdens de voortgezette behandeling van de Haagse gemeentebegroting. Uit een langdurig gesprek met de koningin is mij gebleken, al dus de burgemeester, dat tot het laatste toe ernstig is overwogen en onderzocht of de bruilofts plechtigheid niet over beide ste den konden worden verdeeld en wel zo, dat de kerkelijke plech tigheid in Den Haag en de bur- gelijke huwelijksvoltrekking in Amsterdam zou kunnen plaats vinden. Dit is evenwel onmoge lijk gebleken door de onover komelijke moeilijkheden in ver band met de verplaatsing van de omvangrijke bruisstoet. Er bestaan evenwel goede re denen voor de verwachting dat Den Haag bij de viering van de bruidstijd op eigen wijze en met eigen recht als residentiestad zal worden betrokken. De gevoelens van Den Haag kunnen bij deze gebeurtenis in ons nationale le ven niet worden gemist, aldus de burgemeester. Zodra deze plannen een vastere vorm heb ben gekregen, zal de gemeente raad hierover worden ingelicht. Een 16-jarige Amerikaan, Tho mas Robinson, heeft woensdag avond getracht onder bedrei ging met een revolver de be manning van een DC-8 met 113 passagiers te dwingen naar Cu ba te vliegen. Hij vond dat Ame rika te weinig doet om het ver zet tegen Castro te steunen en wilde nu zelf naar Cuba om het nodige te verrichten. Kort nadat het toestel van New Orleans was opgestegen met bestemming Miami, haalde Robinson die uit Texas afkom stig is, zijn wapen tevoorschijn en loste enkele schoten die nie mand troffen. Een passagier wist de jongen te ontwapenen. Chris Kraft, de directeur van het Ge- mini-project, bevond zich onder de passagiers. Het vliegtuig keerde naar New Orleans terug, waar Ro binson werd gearresteerd. Nader wordt gemeld dat zich behalve Kraft nog een 20-tal Amerikaanse ruimtevaartdes kundigen in het vliegtuig be vonden. Zij waren op weg naar Cape Kennedy voor besprekin gen over de volgende Gemini- lancering. Kraft heeft gezegd dat hij medelijden met de jon gen had. „Hij bedreigde nie mand". Roblnson heeft een stuk of zes schoten gelost in de vloer van het vliegtuig.

Krantenbank Zeeland

de Vrije Zeeuw | 1965 | | pagina 5