Gemeenteraad van
Terneuzen
Uw „uitrusting" voor een dag-uit-vissen:
hengel, aas en... Drum!
half zwaar heel lekker!
Maandag 26/Dinsdag 27 juli 1965
DE VRIJE ZEEUW
Pagina 5
f.1.-
gehouden op
dinsdag 29 juni 1965, te 19.30 uur,
Aanwezig
Voorzitter: Mr. H. Rijpstra.
Wethouders: M. de Vos en H. A. M. A. de Meijer
Raadsleden: A. Ramondt, P. Fijn van Draat, R
Hol, P. J. Huijbreoht. J. M. Hamelink, H.
A. Brakman, M. J. M. van Nispen, C. J
Compiet, W. J. Weterings, J. A. de Feijter
mevr. E. DoomsOrtelee en F. Dieleman
Secretaris: A. J. van Pagee.
Afwezig met kennisgeving de heren Van Lange
velde en Waverijn, beiden wegens ziekte, en de
heer Ollebek wegens familie-omstandigheden.
De Voorzitter: Mevrouw, mijne heren, ik heet
U allen hartelijk welkom. Bericht van verhinde
ring is binnengekomen van de heer Van Lange-
velde, die helaas weer ziek is, en van de heer
Ollebek, die verhinderd is, wegens familie-omstan
digheden, alsmede van de heer Waverijn, eveneens
wegens ziekte.
Een eventuele stemming, mevrouw, mijne heren,
vangt aan bij no. 1, dat is de heer Ramondt.
De Voorzitter: Mevrouw, mijne heren, leden van
de raad. Terwijl de Nederlandse pers van alle
zijden de aandacht bepaalt bij de herdenking van
de slag bij Waterloo in de herinnering gemar
keerd door het dappere optreden van de oudste
zoon van onze uit ballingschap teruggekeerde
koning, Willem I verneemt het Nederlandse
volk nog vrij onverwacht de verloving van de
kroonprinses Beatrix.
Ongetwijfeld zuilen de gedachten van menigeen
bij dit bericht teruggaan naar de 31ste januari
1938, toen 51 kanonschoten de geboorte van een
prinses aankondigden.
Veel is sedertdien geschied. Ik behoef U slechts
te herinneren aan de foto's van onze kleine prin
ses, toen zij veilig vertoefde in haar verbannings
oord in Canada met haar Koninklijke familie,
gevlucht voor een overweldiger, die noch de gren
zen van het land eerbiedigde, noch vervuld bleek
te zijn van respect voor het Koninklijk huis.
Moge onze kroonprinses, de keuze van haar hart
aldus bepalend, echt gelukkig zijn en op haar eigen
wijze blijvend inhoud geven aan de verbondenheid
met het Nederlandse volk, dat zich bewust is vei''
bindingen te hebben met het huis van Oranje, dat
in voorspoed en in tegenspoed dicht bij ons stond
Naast vreugde zullen velen gevoelens van reser
ve ervaren welke zij stellig willen trachten te
ecarteren in de verwachting, dat nieuwe tijden
«ndere verhoudingen kunnen scheppen.
Moge God Prinses Beatrix en haar toekomstige
echtgenoot nabij zijn en wijsheid schenken om ons
volk zodanig tegemoet te treden, dat het weet,
dat het verleden verstaan wordt en de toekomst
in het licht daarvan nieuwe inhoud wordt gegeven,
1. Vaststelling van de notulen van de verga
deringen van 4 en 13 mei 1965.
Zonder bespreking en hoofdelijke stemming
worden deze notulen vastgesteld.
2. Ingekomen stukken.
a. het door Gedeputeerde Staten van Zee
land goedgekeurde raadsbesluit van 24
maart 1965 tot aankoop van de hofstede
,w2^1denrust'
„b. jflstn.van 29 april 1965 tot verkoop van
grond aan de heer K. L. de Graaf;
c. idem van 28 mei 1965 tot verkoop van
grond aan mevr. M. A. E. Dijkgraaf
Gheeraert;
d. idem van 29 april 1965 tot onderhandse
aanbesteding van het bouwrijpmaken van
een gedeelte van het exploitatieplan „Cats
polder";
e. idem van 28 mei 1965 tot onderhandse
aanbesteding van- het bouwrijpmaken van
een gedeelte van het exploitatieplan
„Oudelandse Hoeve";
f. idem van 29 april 1965 tot onderhandse
aanbesteding van de aanleg van het ach
terterrein met een tijdelijk toegangspad
en bijkomende werken nabij het winkel
centrum te Sluiskil;
g. idem van 29 april 1965 tot onderhandse
aanbesteding van de aanleg van riolerings-
en bestratingswerken met bijkomende
werken te Sluiskil;
h. idem van 24 maart 1965 tot onderhandse
aanbesteding van de bouw van een stan
daart-gymnastieklokaal
i. idem van 13 mei 1965 tot het aangaan
van een vaste geldlening;
J. idem van 24 maart 1965 tot het verlenen
van machtiging tot het aangaan van vlot
tende schuld gedurende het 2e kwartaal
1965;
k. idem van 29 april 1965 tot wijziging van
het besluit tot overdracht van bepaalde
bevoegdheden;
tnnü... ten Drum!
Een dig aan de waterkant met hengel
en aas? Drum meenemen! Niet dat het
de vangst bevordert maar wel de goede
stemming! Mannen samen aan 't vis
sen, draaien ook samen een Drum.
Begrijpelijke solidairiteit, want half-
zware Drum shag is een mannelijke
mé lange van liefst 17' soorten tabak
van de beste plantages ter wereld. Pit
tige, rijpbruine tabak uit Kentucky en
Tennessee, heldere uit Carolina, geurige
Burley en vele andere. lang- gerijpr,
kundig gemengd èn vers verpakt in
de handige tabakszak. Goede vangst 1'
i wordt gevraagd, menen wij in deze zaak voor-
I alsnog geen stappen te moeten ondernemen".
De heer De Vos: Wanneer er een minderheid in
|het college van burgemeester en wethouders zou
(zijn, dan was die minderheid met vacantie toen
jhet antwoord werd opgesteld.
De heer Weterings: Dan blijkt op dit moment,
(mijnheer de voorzitter, dat in het college geen
(eenstemmigheid hierover schijnt te bestaan.
De heer De Vos: Dat hoeft niet.
De Voorzitter: Ik kan wél zeggen dat er op dit
|punt bij ons college geen verschil van mening he
lstaat. Wij hebbèn vanmiddag hierover nog afge-
sproken, dat, wanneer er gevraagd wordt, eens
I te informeren naar deze persberichten, wij hiêr-
|mede zuilen instemmen.
Dat is iets anders dan „stappen ondernemen",
(zoals in het antwoord staat. Het gaat hier óm
liet stéllen van een vraag. Wanneer de raad in
(meerheid van oordeel is dit niet te doen, dan
(sluiteh W\j ons daarbij aan. Wij hebben er echter
|geen bezwaar tegen inlichtingen te vragen.
De heer Weterings: Ik heb er geen behoefte
|aftn, mijnheer dé voorzitter. De situatie is bekend
(middels de pers en ik neem aan dat de gegevens
(juist zijn verstrekt. Ik wil alleen nog wel op
snerken dat er waarschijnlijk wederom hier óf
(daar een lek heeft gezeten, zoals al meer het gê-
|val is geweest.
De Voorzitter: Dan Wil ik vragen of het voór-
Istel om informaties in te winnen betreffende
(het door Gedeputeerde Staten uitgebrachte advies
|oltdersteund wordt,
Meerdere leden ondersteunen dit voorstel.
Vóór stemmen mevr. DoornsOrtelee en de
(heren Ramondt, Fijn van Draat, Hól, Huijbrecht,
jHamelink, Brakman, Van Nispen, Complet, De
(Feijter, Dieleman, De Meijer en De Vos,
Tegen stemt de heer Weterings.
Het voorstel is aangenomen.
Zonder hoofdelijke stemming wordt voorts con
iform de voorstellen besloten de ingekomen stuk-
jken voor kennisgeving aan te némen en aan het
(Reizend Zeeuws Volkstoneel een eenmalige sub-
Isidle te verstrekken van 100,waarbij ten aan-
(zten van dit laatste de heer Dieleman wenst ge-
lacht te worden tegen te hebben gestemd.
3. Voorstel van burgemeester en wethouders
tot benoeming van een tweetal leraren ln
vaste dienst aan de gymnasiale afdeling van
het Petrus Hondiüs Lyceum.
De Voorzitter verzoekt de heren Weterings en
]De Feijter met hem het stembureau te vormen.
Uitgebracht worden 14 stemmen, alle op de heer
|G. A. den Decker.
De heer Den Decker is benoemd.
Uitgebracht worden 14 stemmen, alle op Dr. J.
Klok.
De heer Klok is benoemd.
4. Idem tot het verlenen van ontslag aan mevr.
H. P. SlooverHamelink als onderwijzeres
in vaste diénst aan de openbare lagere Zuld-
Iandschool, zulks met ingang van een door
burgemeester en wethouders te bepalen
datum.
Zonder bespreking en hoofdelijke
wordt conform het voorstel besloten.
stemming
0w
4 A. Idem tot benoeming van een onderwijzer
in vaste dienst aan de openbare Zuidland-
sohool, zulks met ingang van een door bur
gemeester en wethouders te bepalen datum.
De heer Fijn van Draat: Zou de beslissing van
|de Minister lang op zich laten wachten?
De Voorzitter: Deze kan betrekkelijk gauw
komen. Het verzoek is vorige week uitgegaan.
1. het bij Koninklijk Besluit goedgekeurde
raadsbesluit van 21 januari 1965 tot wij
ziging van de verordening betreffende de
personele belasting in de gemeente Ter-
neuzen;
m. brief van Gedeputeerde Staten inhouden
de de mededeling dat tegen het raadsbe'
sluit van 27 november 1964 inzake de
spaarverordening 1965 geen bedenkingen
bestaan;
n. brief van Gedeputeerde Staten inzake de
bezoldigingsregeling voor de gemèente-
ontvangers in Zeeland;
o. brief van Gedeputeerde Staten inzake sa
larismaatregelen voor secretarissen, ont
vangers en ambtenaren van de burgerlijke
stand;
p. verslag van de vergadering van de com
missie voor de gemeente-financiën, gehou
den op 1 juni 1965;
q. notulen van de vergaderingen d.d. 16
maart en 11 mei 1965 van de commissie
van advies Algemene Bijstandswet;
r. brief van het Israëlietisch Weeshuis
's-Gravenhage en de Stichting Joods Te
huis voor Bejaarden, waarbij bezwaar
wordt gemaakt tegen vaststelling van de
derde partiële herziening „Zuid" van het
uitbreidingsplan in hoofdzaak;
m. brief van, het Reizend Zeeuws Volkstoneel
inhoudende het verzoek om een subsidie
van 100,in verband met deelneming
aan een internationaal amateur-toneel
festival in Monaco;
t. controlerapporten van het Centraal Bu
reau voor verificatie en financiële advie
zen der Vereniging van Nederlandse Ge
meenten;
u. verslag over het boekjaar 15 november
196314 november 1964 van de Woning
bouwvereniging „Werkmansbelang" al
hier;
v. schriftelijke vragen, gesteld door de heer
J. A. de Feijter, raadslid, aan burgemees
ter en wethouders, betreffende de herin
deling van gemeenten in Zeeuwsch-Vlaan
deren, alsmede het antwoord van genoemd
college op deze vragen.
De heer De Feijter; Allereerst wil ik burgemees
ter en wethouders dank zeggen voor de beant
woording van de door mij over de herindeling van
de gemeenten in Zeeuwsch-Vlaanderen gestelde
vragen. Ik heb deze vragen schriftelijk gesteld
teneinde burgemeester en wethouders gelegen
heid te geven de antwoorden zo goed mogelijk te
formuleren.
Wat de zaak op zichzelf betreft kan ik U mede
delen, dat ik er toch nog niet gerust over ben
Onjuist is toch dat de pers door of vanwege Gede
puteerde Staten werd ingelicht en dat de gemeen
ten deze inlichtingen werd onthouden. Waarom
hebben Gedeputeerde Staten van Zeeland bij brief
d.d. 31 mei 1965 en ingekomen 8 juni j.l. wél doen
weten dat zij hun advies' met betrekking tot de
gemeentelijke herindeling van Zeeuwsch-Vlaande
ren aan de Minister van Binnenlandse Zaken heb
ben uitgebracht, maar daarbij niet medegedeeld
wat hun advies inhield?
Ik kan wel zeggen, dat ik dit betreur. Nu stel
len burgemeester en wethouders dat men de zaak
maar even moet aanzien en formeel hebben zij
wel gelijk. Ik vraag mij echter af of het niet het
overwegen waard zou zijn om alsnog, hetzij hij
Gedeputeerde Staten, hetzij bij de Minister, aan
te dringen op bekendmaking van de inhoud van
het advies. Dan kunnen wij ook ons standpunt be-
palen.
De heer Hol: Ik was een zelfde mening toege
daan en ik niet alleen, maar dit heeft ook een
punt van bespreking uitgemaakt in onae fractie en
onze hele fractie heeft dit standpunt ondersteund.
Wij achten het inderdaad nuttig en noodzakelijk
dat inliohtingen worden gevraagd aan Gedepu
teerde Staten of de persberichten over deze 2aak
inderdaad juist zijn Mocht dit zo zijn, dan is het
ons inziens alleszins gewenst om de situatie nader
onder ogen te zien.
De heer Weterings: Mijnheer de voorzitter, ik
ben juist het tegenovergestelde van mening. Ik
geloof dat wij wel een flater zullen slaan, wan
neer wij, in tegenstelling tot de wet, die toch
niets aan duidelijkheid te wensen overlaat, gaan
berichten aan Gedeputeerde Staten dat men fout,
of althans niet vlot genoeg is geweest met een of
andere mededeling en verzoeken dit alsnog te doen
WU kunnen niets doen, want de Gemeentewet laat
hier niets toe.
Wij moeten afwachten wat straks uit de bus
gaat komen en dan kunnen wij, eventueel ook
middels onze partijen, enige invloed op deze situ
atie gaan uitoefenen. Dat wil niet zeggen, dat ik
het ook niet elegant vind dat een voortijdige
mededeling in de pers is verschenen, maar ik zou
niet zovèr willen gaan om Gedeputeerde Staten
hierover te gaan rappelleren, want dan wórden wij
„so wie so" op onze vingers getikt, want de wet is
hierover zeer duidelijk.
De Voorzitter: Ik meen, mevrouw, mijne heren,
en U hebt dit ook al ln het antwoord van ons col
lege kunnen beluisteren, dat het college van Ge
deputeerde Staten in deze. formeel gesproken
volkomen juist heeft gehandeld.
Ik ben blij te mogen horen dat dit nog onder
streept is. Ik moet U aan de andere kant zeggen
dat het naar mijn mening mogelijk zou zijn, dat
wij aan Gedeputeerde Staten vragen ons, indien
mogelijk, kenbaar te maken wat hun standpunt Is
mede gezien de belangstelling die uw raad heeft
voor deze zaak.
Dat is dus geen beoordeling of veroordeling,
maar uitsluitend een verzoek om inlichtingen.
Ik weet niet of men een bevredigende reactie
geeft.
Ik heb er echter persoonlijk geen bezwaar
tegen om dit te vragen in een goed gesteld ver
zoek.
De hoer De Feijter: Ik zou het er volkomen
mee eens zijn als het college van burgemeester
en wethouders dat doet. Als wij nog langer af
wachten en de Minister van Binnenlandse Zaken
al zijn standpunt gaat bepalen, dan kunnen wij
met ons standpunt wel eens te laat komen.
De heer Weterings: Met de opmerking van de
heer De Feijter ben ik het niet eens. WU kun
nen geen mening meer vormen op het moment
Gedeputeerde Staten hebben onze mening ge
vraagd, die hebben wU gevormd en die is bekend
en daaruit hebben Gedeputeerde.Staten hun con
clusies getrokken en hun advies uitgebracht aan
de Minister. Verder kunnen wij momenteel niet
gaan.
De heer De Vos: Ik kan het met de heer Wete
rings toch niet eens zyn. De heer Weterings zegt:
Gedeputeerde Staten hebben onze mening ge
vraagd. Dat is juist, maar n-ie.t over dit plan.
Gedeputeerde Staten hebben onze mening ge
vraagd over een heel ander voorstel dan datgene
dat zU blijkbaar nu aan de Minister hebben ge
daan. WU hebben eerst voorstellen ontvangen
waarbü aan de gemeente Terneuzen een gedeelte
van Zaamslag zou worden toegevoegd en wat gron--
den langs het kanaal. WU hebben ons daarmede
akkoord verklaard.
Toen is in tweede fase Hoek en ook een gedeelte
van Biervliet nog aan Terneuzen toegevoegd en
ook daarmede hebben wU ons akkoord verklaard,
hoofdzakelijk omdat wij niet te veel in de plannen
van Gedeputeerde Staten gewijzigd wilden zien,
teneinde deze zo snel mogelijk gerealiseerd te krU-
gen.
Nu komen Gedeputeerde Staten blükbaar bU
de Minister met een voorstel dat volkomen afwUkt
van dat waarover onze mening is gevraagd.
EigenlUk is dit „horen" van onze gemeenteraad
althans „een wassen neus" geweest.
Er is ons nooit gevraagd wat wij erover zouden
denken wanneer een gemeente zou worden ge
vormd in de orde van grootte, zoals thans, volgens
de persberichten, laat ik niet persgeruchten zeg
gen, aan de Minister is voorgesteld.
Dat horen van de gemeenteraad van Ter
neuzen althans heeft geen enkele zin gehad.
Wij hebben ons bewust onthouden van het be
oordelen van grotere plannen, omdat deze niet
aan de orde waren en ik meen, dat de gemeen- Uitgebracht worden 14 stemmen, alle op de heer
teraad van Terneuzen volkomen het recht heefl|A. A. Hoste.
De heer Hoste is benoemd.
5. Idem tot vaststelling van het uitbreidingsplan
ln onderdelen „Catspolder".
Zonder bespreking en hoofdelUke stemming
6.
A.
B.
O.
D.
E.
F.
G.
Idem tot verkoop van een perceel grond ge
legen in het sub 5 bedoelde uitbreidingsplan,
aan:
A. C. S. van Breda Vriesman;
H. A. F. Doppegieter;
B. van Dam;
K. C. van Fraeijenhove;
H. M. J. Soemers;
A. A. van der Peijl;
F. >1. de BruUne.
Zonder bespreking en hoofdelUke stemming
wordt conform de voorstellen besloten.
Idem tot verkoop van een perceel grond ge
legen in het exploitatieplan „Zuidpolder" aan
de heer P. Fieurhaaij.
Zonder bespreking en hoofdelUke stemming
8.
nu te vragen hoe de inhoud van dit advies luidt.
Wanneer men verder wil gaan, dan willen wij
daar toch ook nog eens over denken en daarbij
bekijken of wji er akkoord mee kunnen gaan en
of ons advies misschien anders moet iuiden dan
tot nu toe het geval is geweest.
Ik weet niet op welke wyze de pers aan deze|wordt conform het voorstel besloten,
berichten is gekomen, doch het is formeel juist,
dat Gedeputeerde Staten niet verplicht zun onsj
de inhoud van hun advies aan de Minister mede
te delen.
Maar aan de andere kant, als dan toch vift|
de pers bekend wordt hoe ongeveer het advies
luidt, dan meen ik dat er geen enkel bezwaar
tegen is aan Gedeputeerde Staten te vragen of:
ln deze persberichten waarheid schuilt.
Dan kan men vanzelfsprekend zeggen: het is
zo, of wU Wensen geen inlichtingen te geven en
bU dit laatste zullen wU ons neer moeten leggen.
Ik ben het met de heren De Feijter en Hol
eens, dat wp ons oordeel zullen moeten bepalen
aan de hand van het advies dat aan de Minister is;
gedaan en niet van een voorstel dat er absoluut]
niet op lUkt, In andere gemeenten heeft men zich
deslUds al uitgesproken over andere plannen. WU
hebben ons tot nu toe strikt gehouden aan voor-]
stellen die door Gedeputeerde Staten werden ge
daan en ik meen dat wp er recht op hebben nu
eens te weten op welke gronden men daarvan isi
afgeweken. Het lUkt mij zaak voor de gemeente-I wordt conform het voorstel besloten,
raad van Terneuzen hier op zpn hoede te z(jn. Ik[
kan persoonlijk op het eerste gezicht niet Inzien
dat het in het belang van Terneuzen en de streek
is om zulk een samenvoeging van gemeenten voor]
te staan.
Om dit echter goed te kunnen beoordelen zul
len wU over de motieven daartoe moeten kunnen!
beschikken. Het lijkt overigens wel of men ln}wordt conform het voorstel besloten,
Zeeland alleen maar gemeenten samen wil voegen
ter wille van de samenvoeging zelf. Dit doet zich
verder ln geen enkele provincie voor. In Zeeland]
schijnt het zo te zpn, dat het aantal gemeen
ten verminderd moet worden en welke gemeenten
men samenvoegt schijnt niet meer zo'n grote rol]
te spelen. In het eerste voorstel van Gedeputeerde
Staten werd samenvoeging van Terneuzen en Sas]
van Gent gemotiveerd afgewezen en nu schijnen,
er weer motieven te zUn om het toch te doen.
Ik meen dan ook dat wij het recht hebben te
traohten te weten te ko-men op welke gronden]
deze wijzigingen in het plan zUn aangebracht. Ik
ben het er niet mee ee"s niets te doen. Wanneer
bovendien zou blijken, dat wij met de voorstellenjgeven(^ graag eerst gelegenheid geven tot het
niet akkoord kunnen gaan, dan geloof ik datommaken van algemene opmerkingen, óm daarna,
rustig een adres kan gestuurd worden aan dé Mi-jzo jjat uw instemming heeft, de verschillende Oh-
nister vóórdat deze een wetsontwerp indient. |derdelen successievelijk aan de orde te stellen.
In ieder geval doe ik dat liever vóórdat het wets-j
ontwerp aan de Staten-Generaal wordt aangebo- De heer Huübrecht: Zoals ook nog eens uit de
den dah er nd. In het eerste geval zal het meer stukken blUkt is Terneuzen financieel ln een moei-
effect sorteren. In het andere geval is het „mos-|iijke positie komen te verkeren. Het tekort is der-
terd na de maaltijd". |mate gestegen, dat wU de keuze hebben tussen
verhoging van inkomsten met alle middelen welke
De heer Weterings: Naar aanleiding van dat-|ons ten dienste staan of drastisch bezuinigen, wat
gene wat de heer De Vos zegt zou ik willen vra-|impliceert het afremmen of wellicht tot stll-
gen of ik hieruit concluderen moet, dat er eenjstand brengen van de ontwikkeling van de ge-
minderheid in het college van burgmeester en|meente, het verminderen van de dienstverlening
wethouders was t.a.v. het antwoord, want in de|aan de inwoners, enz.
laaste alinea staat zeer duidelijk „zolang het wets.( Gezien deze alternatieven, maar ook gelet op
omtwerp inzake de herindeling van de gemeenten(de beslissing van de kroon d.d. 15 mei j.l. ten aan-
in Zeeuwsch-Vlaanderen niet is aangeboden aan [zien van de begroting van de gemeente Lemster-
de Staten-Generaal of ons officieel om ons oordeeiliand, zal de fractie van de Partij van de Arbeid
Idem tot intrekking van de „Instructie voor
de door burgemeester en wethouders benoem
de wegers, meters en tellers In de gemeente
Terneuzen".
Zonder bespreking en hoofdelijke stemming
Nota betreffende de financiële positie van
de gemeente Terneuzen en voorstel van bur
gemeester en wethouders tot verhoging van
diverse gemeentelijke belastingen, t.w.:
Keurlonen ingevolge de Vleeskeuringswet;
Hondenbelasting
Precariorechten
Opcenten op de personele belasting;
Wegenbelasting
Reinigingsrechten.
De Voorzitter: Ik zou, dit punt in behandeling
A.
B.
C.
D.
E.
F.