Gemeenteraad
van Terneuzen
GRUWELIJKE
OUDERSMOORD
IN TEXAS
Pagina 10
DE VRIJE ZEEUW
Zaterdag 26 juni 1965
Onderzoek naar
de kwaliteit van
eieren
NOTULEN van de openbare vergadering' van
de raad der gemeente Terneuzen, gehou
den op vrijdag 28 mei 1965, te 19.30 uur,
ten gemeentehuize alhier.
Aanwezig:
Voorzitter: Mr. H. Rijpstra.
Wethouders: M. de Vos en H. A. M. A. de Meijer.
Raadsleden: M. van Langevelde, A. Ramondt, P.
Fijn van Draal. R. Hol, P. J. Huijbrecht, J.
M. Hamelink, H. A. Brakman, M. J. M. van
Nispen, C. J. Compiet, W. J. Weterings, J.
A. de Feijter, mevr. E. DoomsOrtelee, D.
M. Ollebek en F. Dieleman.
Secretaris: A. J. van Pagee.
Afwezig met kennisgeving: de heer D. Waverijn.
De Voorzitter: Mevrouw, mijne heren, ik heet
U allen hartelijk welkom. Bericht van verhindering
is binnengekomen van de heer Waverijn, die in
het ziekenhuis verblijft.
Een eventuele mondelinge stemming vangt aan
bij nr. 14, de heer Dieleman.
1. Vaststelling- van de notulen van de vergade
ring van 29 april 1965.
Zonder bespreking en hoofdelijke stemming
wordt conform het voorstel besloten.
2. Ingekomen stukken.
a. het door Gedeputeerde Staten van Zeeland
goedgekeurde raadsbesluit van 24 maart
1965 tot wijziging van het garantiebesluit
t.b.v. de bouw van het bejaardentehuis
door de Stichting Protestantse Bejaarden
zorg in Oost Zeeuwsch-Vlaanderen
b. brieven van Gedeputeerde Staten van Zee
land, inhoudende de mededeling dat tegen
de raadsbesluiten van 27 november 1964
en 26 februari 1965 tot wijziging van de
bezoldigingsverordening werkclassificatie
geen bedenkingen bestaan:
c. controle-rapporten van het Centraal Bu
reau voor Verificatie en Financiële Advie
zen der Vereniging van Nederlandse
Gemeenten.
d. verslagen van de bijeenkomsten van de
commissies voor openbare werken en voor
de gemeente-financiën op 10 en 17 mei
1965.
Zonder bespreking en hoofdelijke stemming
worden deze ingekomen stukken conform het voor
stel voor kennisgeving aangenomen.
3. Voorstel van burgemeester en wethouders tot
herbenoemen van een tweetal leden van het
bestuur van de Stichting Beschuttende Werk
plaatsen „Midden Zeeuwsch-Vlaanderen".
De voordrachten luiden:
le vacature: de heer W. J. Weterings, Gera
niumstraat 10 te Terneuzen;
2e vacature: de heer H. de Jonge, Nieuw-
Neuzenpolder A 9 a te Hoek.
De Voorzitter verzoekt de heren Fijn van Draat
en Hol samen met hem het stembureau te willen
vormen.
Voor de eerste vacature worden uitgebracht 16
stemmen, waarvan 15 op de heer Weterings en
1 stem op de heer C. J. Compiet.
De Voorzitter: De heer Weterings is herbe
noemd; wil de heer Weterings zijn benoeming
aanvaarden?
De heer Weterings: Ja, mijnheer de voorzitter.
De Voorzitter: Dan feliciteer ik U hiermede
en ik mag de wens uitspreken dat U in deze over
weldigende meerderheid een nieuwe impuls zult
vinden tot het trouw bezoeken van de vergade
ringen.
Voor de tweede vakature worden uitgebracht
16 stemmen, alle op de heer H. de Jonge.
De heer De Jonge is benoemd.
4- Idem tot voorziening in de vakature in de
Commissie van Advies ingevolge de Algeme
ne Bijstandswet, ontstaan door het overlij
den van de heer J. C. Bleijenberg.
De heer Weterings: Mijnheer de voorzitter. Ik
zou willen voorstellen de heer Van Nispen in de
plaats van wijlen de heer Bleijenberg te benoemen.
Uitgebracht worden 16 stemmen, waarvan 15
op de heer M. J. M. van Nispen en 1 op de heer
C. J. Compiet.
Desgevraagd door de voorzitter verklaart de heer
Van Nispen deze benoeming te aanvaarden.
5. Idem tot verkoop van een perceel bouwgrond,
gelegen in het exploitatieplan ..Zuidpolder",
aan mevr. M. A. E. DijkgraafGheeraert te
Terneuzen.
Zonder bespreking en hoofdelijke stemming
wordt coriform het voorstel besloten.
6. Idem tot vaststelling van het exploitatieplan
„Oudelandse Hoeve".
De heer Van Langevelde: Mijnheer de voor-
ziter, ik wil opmerken dat voor de eensgezinswo
ningen de grond ƒ4.000,per perceel zal gaan
kosten. Ik vind dat op het ogenblik zeer veel voor
Terneuzen.
Voorts vraag ik mij af of er ook gelegenheid is
in de nieuwe wijken voor de bouw van een wijk-
gebouw of een vergaderlokaliteit?
De heer De Vos: In het uitbreidingsplan „Zuid
polder" is daarvoor plaats, namelijk tussen de
plaats waar de Pronto-woningen gebouwd worden
en dit plan, waar een strook is gepland voor open
bare gebouwen en waar ook een wijkgebouw zou
gebouwd kunnen worden.
De heer Van Langevelde: Er is daarover een
opmerking gemaakt in een commissie-vergadering.
Er moet daarvoor een gelegenheid zijn.
De heer De Vos: In de totaliteit van de uitbrei
dingsplannen is plaats voor openbare gebouwen.
Overigens wordt er natuurlijk nooit afzonderlijk
bepaald dat het een plaats is voor een wijkgebouw.
Of er voldoende plaats is, valt moeilijk te zeggen
Men komt vaak plotseling voor aanvragen te staan
voor openbare gebouwen, die eigenlijk nauwelijks
te voorzien waren en waarvoor dan weer een
plaats moet worden gezocht.
De heer Weterings: Ook in dit exploitatieplan
zijn openbare gebouwen geprojecteerd.
De heer De Vos: Inderdaad, er zijn openbare
gebouwen in dit plan geprojecteerd. Naar ik meen
is ruim één hectare in dit plan bestemd voor open
bare gebouwen.
De heer Fijn van Draat: In aansluiting op wat
de heer Van Langevelde vroeg wil ik vragen of er
ook rekening gehouden wordt met de bouw van
een postkantoor. Hebt U daarover al nadere inlich
tingen gekregen van de P.T.T.?
De Voorzitter: Wij kunnen natuurlijk moeilijk
een perceel grond reserveren voor een postkantoor
omdat de P. T. T. primair moet laten weten of zij
daar een kantoor wil laten bouwen. Maar op de
terreinen, aangewezen voor openbare gebouwen,
kunnen allerlei gebouwen verrijzen. Of er een
nieuw postkantoor komt weet ik niet, omdat een
en ander op het ogenblik nog in studie is bij de
P. T. T.
De heer Weterings: Houdt men bij deze studie
ook rekening met al deze uitbreidingen?
De Voorzitter: Volledig.
De heer Weterings: Dus ook met dit uitbrei
dingsplan
De Voorzitter: De P. T. T. heeft onlangs een
bespreking met het gemeentebestuur gehad en
men heeft daarbij een volledig inzicht gekregen
van de plannen van nu en de komende jaren en
men zal aan de hand daarvan bepalen of er een
centraal of een gedecentraliseerd postkantoor moet
verrijzen.
De heer Dieleman: In dit plan is o.m. 2900 m2
voor bedrijfsbebouwing opgenomen. Is het moge
lijk aldaar b.v. een garage te bouwen?
De Voorzitter: Dat is inderdaad de bedoeling.
Zonder hoofdelijke stemming wordt conform het
voorstel besloten.
7. Idem tot onderhandse aanbesteding van de
aanleg van bestratings- en rioleringswerken
met bijkomende werken in het exploitatie
plan „Oudelandse Hoeve" (le gedeelte).
Zonder bespreking en hoofdelijke stemming
wordt conform het voorstel besloten.
8. Idem tot het verlenen van het recht van
optie tot koop van een perceel bouwterrein,
gelegen in het exploitatieplan „Zuidpolder",
voor de bouw van een winkelcentrum aan
Van Vliet en Van Dulst's Bouwbedrijf N. V.
te Rotterdam.
De Voorzitter: Een schets van een gedachte
opzet ziet U hier rechts van ons staan.
De heer Huijbrecht: Mijnheer de voorzitter, het
besluit, dat wij nu gaan nemen, is eigenlijk maar
een eerste stap naar de realisering van het win
kelcentrum, maar wij vinden dit toch belangrijk,
omdat het vinden van bouwers en ook de finan
ciering essentiële voorwaarden zijn voor het reali
seren van dit winkelcentrum, behorend bij de
structurele opbouw van onze gemeente.
Wij menen dat de plaats van dit centrum plano
logisch wel goed gesitueerd is. Hoewel over de to
tale kosten en de rentabiliteit nog niets te zeggen
valt, zien wij toch de realisering met vertrouwen
tegemoet, omdat bij de voorbereiding bepaalde
studies zijn gemaakt met gefundeerde prognoses.
Direct zichtbare voordelen, b.v. de ligging aan de
hoofdweg, voldoende parkeergelegenheden, enz.
wijzen ook in die richting. Onze fractie is dan
ook een groot voorstander van medewerking aan
dit voorstel. Dat neemt niet weg, dat ik hierover
enkele vragen heb.
Uw college ziet, naar ik meen, het winkelcen
trum als een wijkcentrum, en als dat zo is, houdt
dit dan ook in, dat er geen verkoopvoorzieningen
in andere nieuwe wijken zullen komen?
Verder wil ik U nog vragen of U reeds beschikt
over bepaalde inlichtingen omtrent de opzet, na
melijk welke branches gewenst zijn in zo'n wijk
en hoeveel?
Tenslotte vind ik. mijnheer de voorzitter, dat
er een facet onvoldoende belicht is en dat is het
winkelcentrum in de oude stad binnen de kanaal-
armen.
De investeringen, die in dit gedeelte van de
stad zijn gedaan, zijn bepaald hoog te noemen en
er zuilen bepaalde voorwaarden aanwezig moeten
zijn om dit kapitaal rendabel te maken. Het is
naar mijn mening noodzakelijk dat gelijktijdig, of
nagenoeg gelijktijdig, met het gereedkomen van
dit nieuwe winkelcentrum het winkelcentrum
Zuidpolder de oude stad beter wordt ontsloten.
Daarvoor is nodig, dat er een ruimere par
keergelegenheid in de directe omgeving van de
oude stad komt. Daarbij denk ik beslist niet aan
demping van de oostelijke kanaalarm, dat wil ik
wel even duidelijk stellen.
Verder zijn daarvoor nodig betere aan- en
afvoerwegen voor de oude binnenstad en een
goede stedebouwkundige aansluiting via het Oos
telijk Bolwerk, met de daaraan grenzende woon
wijken. zodanig dat dit één geheel vormt.
U kunt daarbij b.v. de Noordstraat nog wat
aantrekkelijker maken door er een straat van te
maken, die alleen voor voetgangers bestemd is.
Dit laatste is overigens van secundair belang.
Zijn deze vraagstukken al bekeken in uw col
lege?
De heer Van Langevelde: Mijnheer de voorzit
ter, ik kar. in grote lijnen met dit voorstel in
stemmen en ik hen dankbaar dat de middenstand
in Terneuzen ook ingeschakeld is bü de besprekin
gen. die over dit plan zijn gevoerd, en ook later
daaraan zullen deelnemen.
Ik hoop dat de plaatselijke middenstand hier
volledig in mee zal spelen en dat niet alleen, maar
ook actief tot daden zal kunnen komen en zijn
plannen ook zal kunnen verwezenlijken. Ik meen.
dat dit beslist noodzakelijk is.
De heer Weterings: Mijnheer de voorzitter, ik
kan mij met hetgeen de heer Huijbrecht heeft ge
zegd volledig verenigen. Ik had eigenlijk dezelfde
vragen.
Ik zou vooral dei nadruk willen leggen op het
geen de heer Huijbrecht zei omtrent de oude bin
nenstad. waar behoorlijk gemoderniseerde winkels
zijn, waarvoor in de allernaaste toekomst en in
de verdere toekomst, deze ontsluiting van grote
betekenis is. Ik geloof wel dat dit wijkcentrum
een gelukkig idee is, want de afstand wordt op
den duur te groot.
Maar het oude gedeelte met goede aan- en af
voerwegen en ruime parkeergelegenheid moet toch
wel 'de kern van onze gemeente blijven. Dit zal
ook betekenen dat wij op de kortst mogelijke ter
mijn moeten bezien wat er in de komende jaren
aan de sanering zal moeten gebeuren. Of dit ge
lijktijdig zal kunnen gaan met de opbouw van dit
winkelcentrum is mij niet bekend.
Ik wil het college in overweging geven te be
studeren of al gedeelten kunnen gesaneerd wor
den, zodat er ruimte komt om de binnenstad een
ander aanzicht te kunnen geven en om degelijke,
goed geoutilleerde middenstandszaken te kunnen
presenteren aan de bevolking.
De heer De Feijter: Mijnheer de voorzitter, in
de toelichting op het voorstel staat dat hij het
overleg ook ingeschakeld werd het Centraal Or
gaan tot bevordering van de bouw van Midden
standsbedrijfspanden te 's-Gravenhage en dat over
leg werd gepleegd met de Stichting Handelscen
trum te Terneuzen.
Hebben deze óók instemming met het plan be
tuigd?
Ik meen ook, dat de gemeente dit nieuwe win
kelcentrum op gang zal moeten helpen en dit is
misschien dan ook de beste wijze waarop dit kan
gebeuren.
Anderzijds ben ik het eens met de vorige
sprekers, dat de binnenstad en de naaste omgeving
toch altijd het winkelcentrum van Terneuzen zal
moeten blijven.
De heer Huijbrecht pleitte voor meerdere par
keergelegenheid. Dat heb ik al jarenlang gedaan
en ik ben blij, dat de heer Huijbrecht dit ook doet.
In tegenstelling met de heer Huijbrecht denk ik
juist wél aan de oostelijke kanaalarm. Ik zou het
dwaas vinden wanneer men in de binnenstad aller
lei panden zou moeten gaan afbreken om parkeer
ruimte te scheppen, terwijl er daar een stuk water
blijft liggen, dat niet nodig is.
De heer Fijn van Draat: Mijnheer de voorzitter,
is het niet mogelijk dat van de zijde van burge
meester en wethouders eens een rapport wordt
gemaakt van hetgeen op dit gebied te doen valt?
De Voorzitter: Op welk gebied, mijnheer Fijn
van Draat?
De heer Fijn van Draat: Op het gebied van de
ontsluiting van de binnenstad.
De Voorzitter: Graag wil ik in eerste instantie
antwoorden op de gestelde vragen.
Ik kan U zeggen, dat gisteren nog overleg heeft
plaatsgevonden met de N. V. Van Vliet en Van
Duist en het Ministerie van Economische Zaken
over een mogelijke realisatie van dit plan. Er is
een groot aantal van dergelijke projecten in ons
land, zodat het geruime tijd zal duren vóórdat een
en ander van de grond kan komen.
Wij hopen, dat het mogelijk zal zijn tot een
oplossing te komen, doordat er een relatie is tus
sen de winkelpanden en de huizen, die daar komen.
Dat zou een procedure kunnen zijn die de bouw
van het winkelcentrum wat zal kunnen versnel
len, hoewel U moet bedenken, dat de hele voorbe
reiding nog geëntameerd moet worden.
Hiermede hangt samen de kwestie van de finan
ciering van deze zaak. Hierover heeft men al in
tern bij de N. V. Van Vliet en Van Duist overleg
gepleegd, terwijl verder contact is gezocht met
de Nederlandse Middenstands Financierings Mij
voor bedrijfsobjecten, waarmede de financierings-
mogelvjkheden in het vlak van de Middenstand
bekeken zullen worden, hetgeen, naar wij hopen,
tot een oplossing zal leiden, waarbij met de be
langen van de plaatselijke Middenstand wel dege
lijk rekening zal worden gehouden, zoals ook in
het voorstel gesteld wordt. Het gaat hier om een
wijkcentrum. Voor een verdere planning en in
deling naar branches, zal overleg worden gepleegd
met het Centraal Orgaan ter bevordering van de
bouw van Middenstandsbedrijfspanden, welk or
gaan ook in het preadvies vermeld is.
Hetzelfde geldt voor het Handelscentrum Ter
neuzen.
Ik kan U zeggen dat de sanering van de situatie
in de oude binnenstad de volledige aandacht heeft
van ons college.
Wanneer wij nog gewacht hebben met primaire
maatregelen, hangt dit samen met het feit dat
binnenkort van kracht wordt de nieuwe wet op de
ruimtelijke ordening.
Wij menen te mogen aannemen, dat wij alle
medewerking kunnen verwachten van Rijkszvjde
voor de sanering van de binnenstad en ik meen
wel te mogen zeggen, dat er een reële basis is
om ook in de financiering van dit belangrijke sa
neringsproject een tegemoetkoming te krijgen, het
geen kan betekenen dat de sanering versneld zal
kunnen worden.
Met deze sanering hangt natuurlijk samen de
juiste situering van de aan- en afvoerwegen, zoals
de heer Huijbrecht heeft gezegd, alsmede een juis
te stedebouwkundige aansluiting met het nieuwe
gedeelte van onze stad.
Wat betreft de kwestie van de oostelijke kanaal
arm, meen ik te kunnen volstaan met de opmer
king, dat ik niet nog eens op deze, zaak inga.
Tenslotte ben ik blij te hebben kunnen beluiste
ren dat uw waardering voor de plaatselijke mid-
denstad zo ruim is en ik hoop dat wij rond St.
Nikolaas en Kerstmis ook een brede activiteit zul
len bemerken.
De heer De Vos: Wij hebben inderdaad overleg
gepleegd met het Handelscentrum Terneuzen en
ik geloof wel te mogen zeggen dat men begrip
heeft voor de totstandkoming van een winkelcen
trum op deze plaats. Ik meen ook te mogen zeg
gen, dat dit ook het geval is met het Centraal
Orgaan ter bevordering van de bouw van Midden
standsbedrijfspanden.
De heer Huijbrecht heeft nog gezegd dat hij
graag een soort planning zou hebben over de ver
schillende branches, die in het winkelcentrum zul
len moeten worden ondergebracht.
Men staat echter op het standpunt dat het beter
is dit nog niet direct te doen omdat het nog ge
ruime tijd kan duren vóór dit centrum gereali
seerd zal zijn, terwijl ook bij de handeldrijvende
middenstand de zaken aan verandering onderhevig
zijn. Dit kan beter later bekeken worden wanneer
het plan vastere vormen heeft aangenomen.
Helaas zal het nog wel geruime tijd duren vóór
het winkelcentrum gerealiseerd is, maar ik meen
persoonlijk dat dit niet zo erg is, alhoewel er wel
binnen afzienbare tijd aan zou moeten worden be
gonnen. Wanneer men er echter direkt aan zou
kunnen beginnen en het centrum zou er binnen
twee jaar staan, dan zijn er nog onvoldoende wo
ningen in de huurt. Wél ben ik het er mee eens,
dat de plannen van te voren moeten worden opge
steld, doch de realisering kan naar mijn mening
het beste étappegewijze geschieden.
Naar ik aanneem zijn wij het er allemaal over
eens, dat de ontsluiting van de binnenstad ontzet
tend veel moeilijker ligt dan wanneer men ergens
op een maagdelijk stuk grond iets nieuws projec
teert, want in het laatste geval kan men dit, zo
als men het zelf wil, projecteren.
Maar saneren van een bestaand gebied betekent,
dat men soms op een bijzonder regoureuze wijze
moet gaan afbreken en dat is zeer kostbaar.
Het spreekt vanzelf dat hier aandacht aan moet
worden besteed en in Terneuzen verkeren wij, dacht
ik, toch wel in de gunstige omstandigheid dat er
tengevolge van de kanaalwerken ruimere moge
lijkheden komen, ook wat de toegangswegen be
treft. Wanneer de Axelsebrug vervangen wordt
door een bredere dam en indien ook aan het eind
van de kolk de dam gereed is met de aldaar ge
projecteerde weg, dan hebben wij belangrijker mo
gelijkheden om de binnenstad te bereiken dan op
het ogenblik het geval is.
Dan zal in ieder geval op de voornaamste toe
gangsweg niet meer het obstakel van een herhaal
delijk openstaande brug aanwezig zijn. Dat is een
voordeel waar wij lang van zullen kunnen profi
teren.
Daarnaast zullen wij moeten zorgen, dat er nog
ruimere parkeergelegenheden komen.
Op welke wijze is nog niet te zeggen.
De heer De Feijter komt ook nu weer terug
op demping van de oostelijke kanaalarm. De ge
meenteraad heeft nu eenmaal besloten dat dit
water blijft bestaan. Ik meen dat het niet veel
zin heeft elke vergadering daar weer op terug te
komen.
De heer De Meijer: Op één punt wou ik nog
ingaan, wat ik eigenlijk als het voornaamste zie
in de relatie tussen het bestaande centrum in de
binnenstad tegenover het toekomstige centrum.
Ik meen te kunnen stellen dat de betere ontslui
ting van de binnenstad door het aanleggen van
een dam op de plaats waar nu de Axelsebrug is,
op zijn laatst eind 1968 gerealiseerd zal kunnen
zijn.
Zo optimistisch kunnen wii niet. zijn t.a.v. dit
winkelcentrum. Ik meen te moeten betwijfelen
of het op dat moment ook zelfs maar voor een ge
deelte zal zijn gerealiseerd. Ik geloof dat de be
staande middenstandszaken op dat tijdstip eigen
lijk geen concurrentie of buitensporige concurren
tie van dit winkelcentrum zullen ondervinden.
De heer Huiibrecbt: Miinheer de voorzitter, wat
ik niet heb kunnen beluisteren in het antwoord
van uw college, is of het college naar gelijktijdige
of nagenoeg gelijktijdige ontsluiting zal streven.
Wanneer dit nieuwe winkelcentrum gerealiseerd
is, wat ik overigens niet zie als een concurrent
van het oude centrum, hoop ik dat er zoveel in
woners van Terneuzen zullen zijn, dat al deze be
drijven er van kunnen bestaan.
De Voorzitter: Namens ons college meen ik te
kunnen zeggen, dat wij op zo kort mogelijke ter
mijn de kwestie van de sanering verder zullen
afhandelen. Plannen zijn al in concept gereed ge
maakt. Wij wachten echter op de inwerkingtreding
van de nieuwe wet.
De heer De Vos: De heer Huijbrecht heeft ook
nog gevraagd of daar in de buurt nog andere
winkels komen. In die buurt ligt dat niet in de
bedoeling.
De heer Huijbrecht: Er is gezegd, dat het een
wijkcentrum wordt en dan is het toch vrijwel
De heer De Vos: De stedebouwkundige denkt
nog wel aan een paar winkels verderop, maar dat
uitgesloten,
staat nog niet vast.
Dë heer De Feijter: De zaak van het al of niet
dempen van de oostelijke kanaalarm kwam alleen
maar naar voren omdat de heer Huijbrecht er
niet aan wilde denken en ik dacht er wèl aan.
Dan wil ik verder nog vragen of de gemeente
raad op de hoogte kan worden gehouden van deze
ontwikkelingen.
De Voorzitter: Dat wil ik U graag toezeggen
en ik heb verder begrepen dat uw reactie volgde
op een actie.
Zonder hoofdelijke stemming wordt conform het
voorstel besloten.
9. Idem tot wijziging van de verordening, rege
lende de uren waarop het bureau van de bur
gerlijke stand voor het publiek geopend zal
zijn.
Zonder bespreking en hoofdelijke stemming
wordt conform het voorstel besloten.
10. Idem tot het verlenen van medewerking ex
artikel 50 van de Kleuteronderwijswet aan
het bestuur van de Chr. Kleuterschool,
Sehoolweg 19. alhier.
Zonder bespreking en hoofdelijke stemming
wordt conform het voorstel besloten.
11. Idem tot het verlenen van medewerking ex
artikel 72 van de Lager-onderwijswet 1920,
aan:
A. Het bestuur van de Chr. Lagere School
te Driewegen;
B. het bestuur van de Sint Willibrordschool
(voor aanschaffing van leermiddelen)
C. het bestuur van de Sint Willibrordschool
(voor aanschaffing van leermiddelen t.b.v.
nuttige handwerken)
D. het bestuur van de Chr. Lagere School,
Leeuwenlaan 19.
De heer Weterings: Ik wou eigenlijk in het al
gemeen hier even iets over zeggen.
Bestaat er nu voldoende contact met de school
besturen omtrent de uitbreidingen, die men voor
nemens is uit te voeren. Ik bedoel hiermede te
voorkomen, dat wij iedere keer geconfronteerd
worden met aanvragen om medewerking, en dat
men eens op langere termijn met een prognose
komt van wat men denkt in b.v. een jaar nodig
te hebben.
Ik ben niet altijd even gelukkig met al deze
aanvragen.
De heer Huijbrecht: Dezelfde vraag is ook bij
mij gerezen. Het üjkt wel of het bijzonder onder
wijs helemaal niet aan een planning toekomt en
men te hooi en te gras maar vraagt 'wanneer men
iets nodig heeft.
Men weet toch we] wat men in een jaar nodig
heeft en om dan toch 5 a 6 keer met een aanvraag
te komen, getuigt toch niet van een goed beleid.
De heer De Feijter: Ik heb indertijd wel eens
gevraagd naar een rapport in het algemeen over
het onderwijs.
Dat is blijkbaar nog niet verschenen. Maar ook
al was er een rapport, dan geloof ik toch nog
niet dat men het euvel, als hier naar voren komt,
daarmee zou opvangen, want als er een aantal
leerlingen bijkomt, moet men toch telkens een
aanvraag doen voor leermiddelen e.d.
De heer Huijbrecht: Die leerlingen komen er
toch geen zeven keer per jaar bij?
De heer De Feijter: Zeven keer is nogal veel
gezegd.
De Voorzitter: Formeel gesproken is de zaak
geheel in orde, maar ik kan U zeggen dat deze
zaak al enige malen in ons college besproken is,
en wij hebben ook al een brief aan de schoolbe
sturen doen uitgaan, dat het bijzonder interessant
zou zijn, wanneer van de zijde van de besturen
een bepaalde gedragslijn zou worden gevolgd, dat
men de aanvragen b.v. zou verzamelen om deze
bij de behandeling van de begroting in te dienen.
Ik kan U wel zeggen, dat een behandeling van
al deze aanvragen intern van de zijde van de ad
ministratie bijzonder veel tijd vraagt en dat het
bovendien voor ons vaak moeilijk is om door al
deze incidentele aanvragen ook nog de juiste lijn
te blijven volgen.
Deze kleine incidentele aanvragen vergen een
onderzoek ter plaatse en b.v. een nagaan van de
jurisprudentie.
Wij zouden het ook bijvoorbeeld gecomprimeerd
tweemaal per jaar kunnen behandelen. Dat zou
voor ons administratieve apparaat een bijzondere
verlichting zijn.
Zoals gezegd, wij hebben het al eens gevraagd
en het zou, naar ik meen, uit een oogpunt van
beleid niet juist zijn dit nog eens te vragen, om
dat de schoolbesturen nu eenmaal vrij zijn in deze
zaak.
Het is overigens goed dit hier nog eens in het
openbaar te stellen, dat het, ook in het belang
van het onderwijs, in breder verband beter zou
zijn. Dan kunnen wij met ons apparaat ook meer
aandacht schenken aan de problemen op langere
termijn. Een zekere ordening van aanvragen van
de schoolbesturen zou door ons college in zijn
totaliteit bijzonder worden toegejuicht.
Zonder hoofdelijke stemming wordt conform de
voorstellen besloten.
12. Idem tot het voor het geineentepersoneel van
overeenkomstige toepassing verklaren Aan
nadere salarismaatregelen 1965 voor het
Rijkspersoneel.
Zonder bespreking en hoofdelijke stemming
wordt conform het voorstel besloten.
13. Idem tot wijziging van:
A. de begroting van het GrondBedrijf 1965;
B. de begroting 1965 van de Dienst voor
Maatschappelijke Zorg;
C. de Gemeente-begroting 1964;
D. de Gemeente-begroting 1965.
Zonder bespreking en hoofdelijke stemming
wordt conform de voorsteilen besloten.
14. Rondvraag.
Van de rondvraag wordt geen gebruik gemaakt.
De Voorzitter sluit de vergadering.
De politie van Houston in de
Amerikaanse staat Texas is op
zoek naar een „rustige man" van
43 jaar, die zijn vader en moeder
van respectievelijk 81 en 79 jaar
in het afgelopen weekeinde met
hamerslagen om het leven heeft
gebracht.
Na - deze dubbelmooi'd ont
hoofdde hij zijn slachtoffers. De
hoofden stak hij in papieren
zakken, die hij in de koelkast
deponeerde. Hetzelfde deed hij
met de ledematen van de ver
moorden, nadat hij hun lijken in
de badkamer met een zaag, een
schaar en een mes had ontleed.
De zoon, Charles Frederick
Rogers, is verdwenen. Buren
verklaarden dat hij elke dag zeer
vroeg uit het huis, dat hij met
zijn ouders deelde, vertrok, om
daar eerst 's avonds laat in te
rug te keren. Hij verzorgde zijn
eigen maaltijden. De buren zei
den nog dat hij nooit met iemand
ook maar een woord wisselde.
Uit het door de politie inge
stelde onderzoek is gebleken dat
Charles Rogers is afgestudeerd
aan de universiteit van Houston.
Hij trad daarop in dienst van
een oliemaatschappij in Texas,
waarbij hij tot 1957 bleef. Daar
na schijnt hij niet meer te heb
ben gewerkt.
Het Nederlandse eiercontrole-
bureau zal op verzoek van de
publiekrechtelijke bedrijfsorgani
saties op het gebied van de
pluimveehouderij een onderzoek
instellen naar de kwaliteit van
de eieren die bij de handel wor
den aangevoerd.
De kwaliteit van de eieren kan
ongunstig worden beïnvloed door
een onjuiste bewaring van de
eieren bij de producent of door
de wijze van vervoer. Men wil
met het oog daarop beginnen
met waar nodig een inten
sieve voorlichting door de rijks
voorlichtingsdienst voor de
pluimveeteelt op de grote leg-
bedrijven.
De controleurs van het N.E.B.
zullen om na te gaan welke be
drijven hierdoor in aanmerking
komen, de kwaliteit van de
eieren die bij de handel binnen
komen, aan een onderzoek on
derwerpen en eventueel.na over
leg met de handelaar „verder
doorwerken naar de verzame
laar of de producent van wie
de minder goede eieren afkom
stig zijn. De handelaren kunnen
ook zelf rechtstreeks het N.E.B.
vragen sommige van hun leve
ranciers in het kader van deze
voorlichtingsactie te bezoeken.
Rechtbankpresident maakt
uitzondering voor N.V.S.H.
De vico president van de Am
sterdamse rechtbank, i»r B. van
der Waerden, heeft een uitzonde
ring gemaakt voor de Nederland
se vereniging voor sexuele her
vorming, zo blijkt uit „Verstan
dig Ouderschap", het maandblad
van deze vereniging. In het gis
teren verschenen nummer is hot
eerste van twee verslagen gepu
bliceerd over zedenzaken die al
tijd met gesloten deuren worden
bshancteld. Mr Van der Waerden
blijkt ae medewerker van hel
N.V.S.H.blad Dick P. J. van
Reeuwijk speciale toestemming
te hebben gegeven enkele zeden
zaken bij te wonen ten behoeve
van „Verstandig Ouderschap".
Het is een uitzondering als in
ons land zedenzaken uit pre
ventieve overwegingen met
open deuren worden behandeld.
Uniek is het feit dat een rechter
een uitzondering maakt voor een
bepaald blad.
Hotel goedkoper
dan ziekenhuis
De verpleegprijs stijgt zó hoog
dat de administratie van het zie
kenhuis te Jönköping in Zweden
patiënten, wier behandeling dat
toelaat, in een hotel onderbrengt.
Als voorbeeld noemt men patiën
ten die buiten de stad woonach
tig zijn en voor observatie wor
den opgenomen.
Dit schrijft dr J. .1. van Log-
hem sr in het Ned. tijdschrift
voor geneeskunde.
Europese spoorwegen
hebben 4 min automatische
koppelingen noclig
In ons land is de eerste goede
rentrein gearriveerd met auto
matische koppelingen. Deze
trein, een proeftrein, was samen
gesteld uit wagens van verschil
lende nationaliteit waaraan ver
schillende typen automatische
koppelingen zijn aangebracht. Zij
werden ontwikkeld onder auspi
ciën van de O.R.E., het onder
zoek en beproevingsbureau van
de internationale spoorwegunie.
Het is de bedoeling dat dit jaar
een definitieve keus wordt ge
maakt. Alle Europese spoorwe
gen zullen hetzelfde type gaan
gebruiken. Dit betekent dat er
niet minder dan vier miljoen kop
pelingen vervaardigd zullen moe
ten worden, aldus meldt „De
Koppeling", personeelsorgaan
van de Nederlandse spoorwegen.