Gemeenteraad van Terneuzen
Pagina
Op 9 juni:
Stichting van de
Arbeid bijeen
gehouden op donderdag 29 april 1965, te 19.30 uur
Zaterdag 22 mei 1965
DE VRIJE ZEEUW
In overleg tussen de beide
voorzitters van de stichting van
de arbeid is overeengekomen dat
op woensdag 9 juni a.s. om 14.30
uur een vergadering van het be
stuur van de stichting van de
arbeid zal worden gehouden.
Daarbij zal aan de orde komen
het probleem van een bijzondere
uitkering over het jaar 1965 op
basis van hetgeen hieromtrent is
vermeld in het loonakkoord van
IS december 1964.
Bovendien zal aandacht wor
den geschonken aan het vraag
stuk georganiseerden-ongeorga-
niseerden teneinde na te gaan, of
er mogelijkheden zijn te dien
aanzien tot overeenstemming te
komen.
„WIJ WILLEN WETEN"
De heer Geertsema meent, dat
t.v.-kijkend Nederland een zeer
interessante verklaring is ont
houden van staatssecretaris Bar-
tels door het niet-doorgaan van
de door dr. Trimbos voorbereide
K.R.O.-uitzending van j.l. dins
dagavond. In deze uitzending
zou de heer Bartels een toelich
ting geven op het regerings
standpunt over de geboorterege
ling. In schriftelijke vragen aan
de bewindsman informeert de
heer Geertsema naar de inhoud
van de niet-afgelegde verklaring,
opdat dan tenminste de Kamer
een beter inzicht krijgt in het
regeringsbeleid op dit terrein.
Pensioengerechtigde
leeftijd voor vrouwen
De minister van sociale zaken
dr. G. J. M. Veldkamp heeft aan
de sociaal-economische raad ad
vies gevraagd omtrent de wen
selijkheid van een verlaging van
de pensioengerechtigde leeftijd
voor ongehuwde vrouwen in de
algemene ouderdomswet.
In de adviesaanvrage heeft de
minister een aantal aspecten be
licht, welke aan een verlaging
van de pensioenleeftijd voor on
gehuwde vrouwen zijn verbon
den. De adviesaanvrage is het
gevolg van een door de Tweede
Kamer aanvaarde motie-Rool-
vink. Hierin werd de regering
uitgenodigd zich omtrent dit
vraagstuk met de S.E.R. te ver
staan.
Boerderij uitgebrand
In Staphorst is donderdagnacht
een door de textielarbeider R.
Brand en de landarbeider J.
Compagnpr en hun gezinnen be
woonde boerderij in vlammen
opgegaan. Vrijwel de hele in
boedel ging verloren. Zeven var
kens kwamen in de vlammen om.
Het vuur sloeg over naar de
door de landbouwer K. Smit be
woonde boerderij, die gedeelte
lijk werd verwoest. Een deel van
de inboedel werd een prooi van
de vlammen en een kalf kwam
om.
De oorzaak van de brand is
niet bekend.
Internationale bende
in Italië opgerold
De Italiaanse politie heeft
donderdagavond bekendgemaakt
dat zij een internationale bende
heeft opgerold, die naar schat
ting honderdduizend pond ster
ling heeft geïnd op vervalste rei-
zigerschèques en paspoorten. Op
een persconferentie werd be
kendgemaakt dat de bende werk
te in Duitsland, Zwitserland,
Nederland, Denemarken en an
dere Europese'landen en zelfs in
Afrika en Japan. Zeven personen
zijn gearresteerd, onder wie de
leider een Argentijn. Recher
cheurs die zich vermomd hadden
als straatvegers, namen deel aan
de overval op de werkplaats van
de bende in Bologna, waar de
chèques en paspoorten werden
gedrukt. De jacht werd vorige
maand geopend nadat een vrouw
was gearresteerd die vijftien pas
poorten in haar bezit had.
Tien jaar voor Vlaardinger
die echtgenote neerstak
Conform de eis van de officier
van justitie heeft de rechtbank
in Rotterdam donderdagmorgen
de 43-jarige Vlaardinger W. V.
D. S. veoordeeld tot een gevan
genisstraf van 10 jaar met af
trek en ter beschikkingstelling
van de regering wegens moord
op zijn 8 jaar jongere'vrouw.
V. D. S. stak zijn vrouw in
haar woning in Vlaardingen op
27 oktober van het vorige jaar
met een mes neer. De pijpfitter
pleegde zij-rt daad, nadat hij voor
lopig ontslagen was uit een psy-
chaitrische inrichting in Loos
duinen, waar hij enige tijd was
verpleegd.
Bij de motivering van het von
nis bleek, dat de rechtbank zich
kon verenigen met het oordeel
van prof. dr. J. Kloek, genees
heer directeur van de psychiatri
sche observatiekliniek in Utrecht,
die v. d. S. na de moord
nog eens had onderzocht. In het
rapport dat prof. Kloek over de
geestvermogens opstelde, wordt
de dader in verminderde mate
iwrekenftigswfta&r geacbt, A
Aanwezig:
Voorzitter: Mr. H. Rijpstra.
Wethouders: M. de Vos en H. A. M. A. de Meijer.
Raadsleden: M. van Langevelde, A. Ramondt, P.
Fijn van Draat, R. Hol, P. J. Huijbrecht,
J. M. Hamelink, H. A. Brakman, C. J.
Compiet, W. J. Weterings, J. A. de Feijter,
D, Waverijn, mevr. E. DoomsOrtelee, D.
M. Ollebek, F. Dieleman en M. J. M. van
Nispen.
Secretaris: A. J. van Pagee.
De Voorzitter: Mevrouw, mijne heren, ik open
de raadsvergadering en ik heet U allen hartelijk
welkom. Tot mijn vreugde mag ik constateren
dat wij voor het eerst sinds lange tijd weer com
pleet zijn en ik ben blij dat de heer Van Lange
velde weer in ons midden is, die ik in het bijzon
der hartelijk welkom heet.
Mevrouw, mijne heren, een eventuele stemming
vangt aan bij no. 5, dat is mevrouw DoornsOrte
lee.
1. Vaststelling van de notulen van de vergade
ring van 34 maart 1965.
Zonder bespreking of hoofdelijke stemming
wordt conform het voorstel besloten.
3. Ingekomen stukken.
a. het door Gedeputeerde Staten van Zeeland
goedgekeurde raadsbesluit van 26 februari
1965 tot aankoop van het pand Coegorsstraat
i;
b. idem van 26 februari 1965 tot aankoop van
percelen grond c. a., gelegen in het uitbrei
dingsplan „Sluiskil";
c. idem van 26 februari 1965 tot aankoop van
woningen in het uitbreidingsplan „Industrie
terrein DriewegenMr. F. J. Haarman weg";
d. idem van 26 februari 1965 tot verkoop van
grond aan Oliehandel M. J. de Pooter;
e. idem van 24 maart 1965 tot verkoop van
grond aan de N. V. Handelmij. „Terneuzen";
f. idem van 24 maart 1965 tot verkoop van
grond aan de Woningbouwvereniging „Werk-
mansbelang";
g. notulen van de vergadering van de commissie
voor de gemeente-financiën van 15 maart
1965;
h. brief van Gedeputeerde Staten van Zeeland
inzake bezoldiging van de wethouders per
1 januari 1965;
i. besluit van burgemeester en wethouders d.d.
25 maart 1965 tot het aangaan van een kas
geldlening ad ƒ.6.000.000;
j. brief van de directeur openbare werken al
hier inhoudende dankbetuiging voor de atten
tie bjj de start van de nieuwe dienst;
k. controle-rapporten van het Centraal Bureau
voor Verificatie en Financiële Adviezen der
Vereniging van Ned. Gemeenten;
1. verslag over het boekjaar 15 november 1963
t/m 14 november 1964 van de Woningbouw
vereniging „Werkmansbelang";
m. verslag over 1964 van de Schoolartsendienst
Zeeuws-Vlaanderen
n. brief van burgemeester en wethouders van
Goes, waarbij toegezonden worden de begro
ting 1965 en de rekening 1963 van de keu
ringsdienst van Waren.
De heer Hol: Mijnheer de voorzitter, bij de in
gekomen stukken hebben wij niet aangetroffen
de notulen van de openbare vergadering van 2
april j.l. van de raad van bestuur van de Afval
waterleiding Kanaalzone Zeeuwseh-Vlaanderen. Ik
moge U verzoeken deze voortaan wel ter inzage
te leggen.
De Voorzitter: Daarvoor zal worden gezorgd,
mits deze tenminste zijn ontvangen.
Zonder hoofdelijke stemming wordt conform de
voorstellen besloten.
3. Voorstel van burgemeester en wethouders tot
voorziening in de Vacatures in de commissies
voor openbare werken en voor de bouw van
een nieuw stadhuis, ontstaan door het over
lijden van de heer J. C. Bleijenberg.
De Voorzitter: Ik stel voor de eerste stemming
te doen plaatsvinden over de vacature in de com
missie voor openbare werken en ik verzoek de
heren Fijn van Draat en Hol samen met mij het
stembureau te willen vormen.
De heer Compiet: Onze fractie stelt voor de heer
Weterings te benoemen als lid -van de commissie
voor openbare werken.
Uitgebracht zijn 17 stemmen, waarvan 15 op de
heer Weterings, 1 op de heer De Feijter en 1 op
de heer Compiet,
De heer Weterings is benoemd.
Desgevraagd verklaart de heer Weterings deze
benoeming te aanvaarden.
De Voorzitter: Dan komen wij tot stemming
voor een lid in de commissie voor de bouw van
een nieuw stadhuis.
De heer Weterings: Onze fractie zou willen
voorstellen daarvoor de heer Van Nispen te be
noemen.
Uitgebracht zijn 17 stemmen, waarvan 16 op de
heer Van Nispen en 1 op de heer Weterings.
De heer Van Nispen is gekozen, die desgevraagd
verklaart deze benoeming te aanvaarden.
4. Idem tot benoeming van de heer M. de Vos,
wethouder, tot vertegenwoordiger van de
gemeente Terneuzen in de vergadering van
aandeelhouders van de N. V. Zeeuwse Gasmij.
„Zegam".
Uitgebracht zijn 17 stemmen, waarvan 16 op
de heer De Vos en 1 blanco.
De heer M. de Vos is benoemd.
Desgevraagd deelt de heer De Vos mede deze
benoeming te aanvaarden.
5. Idem tot verkoop van percelen grond in het
exploitatieplan „Sluiskil" aan Nationaal
Grondbezit N.V. te 's-Gravenhage.
De heer Van Langevelde: Volgens het ontwerp
besluit heeft koopster twee jaar tijd om de koop
akte te doen opmaken, terwijl zij eveneens binnen
twee jaar daar gebouwd moet hebben. Is het niet
een beetje wonderlijk, dat er al gebouwd kan
worden als men de grond nog niet heeft gekocht?
De Voorzitter: De koopprijs zal betaald worden
vóór 1 aepterobe&jÈ&BB üsS Bftgsmn van de koop
akte hangt samen met het doorverkopen van de
huizen.
De heer Ramondt: Mijnheer de voorzitter, ik
wil graag mijn blijdschap erover uitspreken, dat
wij in de laatste drie of vier raadsvergaderingen
een behoorlijk aantal woningen in Sluiskil onder
gebracht hebben.
Enkele jaren geleden is het uitbreidingsplan
vastgesteld. Het was toen zaak dit plan te reali
seren. Nu is het plan goed aangeslagen, ook mede
door de woningen van de Woningbouwvereniging.
Ik wil gaarne mijn erkentelijkheid uitspreken voor
de voortvarendheid bij de realisering van het uit
breidingsplan Sluiskil.
De Voorzitter: Ik dank U, mijnheer Ramondt.
Ook wij zijn hierover verheugd. Dit alles betekent
immers dat dit jaar aldaar 76 huizen in aanbouw
zijn.
Zonder hoofdelijke stemming wordt conform
het voorstel besloten.
6. Idem tot verhoop van een pereeel grond in
het exploitatieplan „Sluisldl" aan de heer K.
L. de Graaf te Hoek.
Zonder bespreking en hoofdelijke stemming
wordt conform het voorstel besloten.
7. Idem tot verkoop van een perceel grond aan
de Vineent van Goghstraat aan de Gerefor
meerde Gemeente te Terneuzen.
Zonder bespreking en hoofdelijke stemming
wordt conform het voorstel besloten.
8. Idem tot wijziging van het raadsbesluit ter
zake van overdracht van bepaalde bevoegd
heden.
De heer Hol: In de notulen van de vergadering
van de commissie van bijstand voor de gemeente-
financiën van 15 maart 1965, wordt o.m. opge
merkt:
„De Commissie acht het van betekenis met het
dollege van gedachten te kunnen wisselen over
voorgenomen transacties. Bij delegatie bestaat
hierover nog slechts achteraf de mogelijkheid".
Ik vraag mij dan ook af of het gestelde in de
aanhef van de toelichting van burgemeester en
wethouders, behorende bij punt 8, wel juist is.
Daar staat immers: „Tijdens de laatstgehouden
vergadering van de commissie van bijstand voor
de gemeentefinanciën werd de suggestie gedaan
om het raadsbesluit tot delegatie van de bevoegd
heid tot het doen van aan- en verkopen etc. tot
bedragen van maximaal ƒ5.000,te wijzigen in
dien zin, dat deze bevoegdheid in het vervolg geldt
tot bedragen van maximaal 10.000,per geval."
Mijnheer de voorzitter, nog slechts in de raads
vergadering van 17 december 1963 is deze zaak
aanhangig geweest en is het bedrag gesteld op
maximaal 5.000,Een hoger bedrag achtte het
college toen niet opportuun. Het bevreemdt mij,
dat dit thans wèl het geval is.
Persoonlijk kan ik de noodzaak van de nieuw
voorgestelde wijziging niet inzien, temeer niet nu
de raad onzer gemeente vrijwel maandelijks in
openbare vergadering bijeen komt, zodat een vlotte
gang van zaken verzekerd is.
Delegatie van bevoegdheden kan in hepaalde
gevallen, uit utiliteitsoverwegingen, wenselijk zijn
en ik meen dat de raad in het verleden daar
een open oog voor heeft gehad doch mijns in
ziens dient er voor gewaakt te worden dat hier
al te rpyaal mee wordt omgesprongen.
Voor transacties, als de onderwerpelijke, zie ik
het nut er niet van in.
Ik zal miin stem aan dit voorstel dan ook ont
houden.
De heer Weterings: Mijnheer de voorzitter, ik
zou niet zover willen gaan als de heer Hoi. Ik kan
mij met deze wijziging wel verenigen, maar ik
zou het op prijs stellen dat wij op regelmatige
op de hoogte gebracht worden van de transacties
die plaats hebben gehad.
De heer Van Langevelde: Ik kan mij aansluiten
bij wat de heer Hol heeft gezegd. Ik geloof dat wij
overdracht van bevoegdheden zoveel mogelijk moe
ten beperken en ik kan daarom ook volledig in
stemmen met wat de heer Hol heeft gezegd. Ik
voel er persoonlijk niets voor.
De heer De Feijter: Mijnheer de voorzitter, ik
heb mij afgevraagd of er sinds de vorige keer, toen
dit bedrag werd verhoogd tot 5.000,zich moei
lijkheden hebben voorgedaan.
De heer Ramondt: Gezien de ontwikkeling van
onze gemeente zie ik hierin toch wel aanleiding
akkoord te gaan met het voorstel. De raad kan
voldoende ingelicht zijn met een controle achteraf,
bij een doelmatige inlichting. Ik kan mijn stem
geven aan dit voorstel.
De heer Fijn van Draat: Ik sluit mij aan bij de
woorden van de heer Ramondt
De Voorzitter: Gaarne wil ik hierop namens het
college van burgemeester en wethouders antwoor
den. Ik meen dat ik het er wel eens mee kan zijn
als de heer Hol zegt dat de redactie van het voor
stel niet helemaal gelukkig is. Graag zou ik duide
lijk eraan willen toevoegen, dat het zeer bepaald
niet in de bedoeling van ons college heeft gelegen
een voorstel tot delegatie te doen. De achtergrond
van dit voorstel is echter, dat er in de raad een
dergelijke suggestie is gedaan.
Daarover is later in een vergadering van de com
missie van financiën gesproken, in de notulen
waarvan staat, dat de commissie verhoging van
de machtigingsgrens tot 10.000,wel redelijk
acht en adviseert in deze zin eerf voorstel te doen
aan de gemeenteraad.
Dat is dus de achtergrond van ons voorstel en
ik kan mij voorstellen dat hier, laat ik zeggen,
bestuurlijk gesproken meningsverschil over zou
kunnen bestaan. Ik vind dat heel begrijpelijk en
ik kan U namens het college zeggen dat het voor
ons bepaald geen halszaak is als uw college de
grens wil houden op 5.000,Overigens het prin
cipe ligt er natuurlijk en de raad heeft destijds
daartoe besloten.
Noemenswaardige moeilijkheden hebben zich ter
zake niet voorgedaan. Wij hebben alleen gemeend
een suggestie, voortgekomen uit uw college, te
moeten overnemen. Wanneer deze niet volledig
juist' is geïnterpreteerd, dan kunt U overtuigd
zijn van onze onschuld dienaangaande. Wij willen
het aan uw eigen inzicht overlaten of U de grens
wilt verhogen of niet. Ik verwacht persoonlijk
wel dat bij een verdere evolutie van de gemeente
men in de toekomst deze grens nog meer zal gaan
optrekken. Maar U- dient te beoordelen of U het
opportuun acht of niet.
De heer Hol: Mijnheer de voorzitter, voor mij
speelt juist ook de factor op de achtergrond een
rol, namelijk wat staat er te gebeuren in onze
gemeente? De bevoegdheden van de raad zullen
dan aanzienlijk worden beperkt. Met het oog daar
op' vind ik dit inderdaad niet noodzakelijk.
De Voorzitter: Ik wil uw mening niet bestrij
den, mijnheer Hol. Ik zou U echter wel willen
vragen wat duidelijker te zijn met wat U bedoelt
met: „wat staat te gebeuren".
De heer Hol: Ik bedoel o.m. de industrialisatie,
de havens enz. Dan zullen er bepaalde zaken, die
de raad thans regadeert, worden overgedragen.
De Voorzitter: Het is mij niet bekend, dat er
dienaangaande donkere wolken aan de hemel zijn.
De heer Hol: Ik zeg niet dat het door zal gaan,
maar de mogelijkheid is er.
De heer Ramondt: Ik kan direct achter de heer
Hol staan als het over grote zaken zou gaan,
want dan is het buitengewoon belangrijk, dat de
raad erin blijft meespreken, maar in dit geval
meen ik dat het niet op gaat.
De heer Weterings: Zó denk ik er ook over.
Ik vind het niet opportuun. Dit is een normale
gang van zaken, betrekking hebbend op transac
ties tot ƒ10.000,
De Voorzitter: Dus U acht hpt wèl opportuun.
De heer Hol: U hebt het al gecorrigeerd. Maar
ik hoop te onthouden wat hier gezegd wordt. Ik
meen dat dit de discussies in het verleden aan
merkelijk zou hebben kunnen bekorten.
De Voorzitter:
Ik geloof dat deze gewichtige zaak voldoende
besproken is.
Ik wil graag de zaak in stemming brengen.
Het voorstel wordt aangenomen met 10 tegen
5 stemmen. Vóór stemmen de heren Huijbrecht,
Brakman, Van Nispen, Compiet, Weterings, Wave
rijn, Ollebek, Dieleman, Ramondt en Fjjn van
Draat.
Tegen stemmen mevr. DoornsOrtelee en de
heren Hamelink, De Feijter, Van Langevelde en
Hol.
De beide wethouders hebben zich van stemming
onthouden.
9. Idem tot vaststelling van de derde partiële
herziening „Zuid" van het uitbreidingsplan
in hoofdzaak.
De heer Huijbrecht: Over de herziening zelf
wil ik niet spreken, mijnheer de voorzitter, maar
ik wil toch een opmerking maken. Ik heb gezien
in een brief van het Landbouwschap van 10 maart
j.l. dat ons mede-raadslid, de heer De Feijter,
voorzitter is geworden van de commissie van ver
trouwensmannen, wat men in feite dus een be
langengemeenschap zou kunnen noemen.
Ik vind het moeilijk dat een raadslid voorzitter
wordt van een orgaan, dat in feite straks de
tegenpartij is of wordt van ons college. Ik zou
het voor mijzelf moeilijk vinden en dat zal het
misschien in de toekomst voor de heer De Feijter
ook zijn om deze beide functies bij de behandeling
van dit punt gescheiden te houden. Het is niet
m}jn bedoeling dat U, mijnheer de voorzitter, hier
over nog iets zegt, maar toch wilde ik deze op
merking op dit punt plaatsen.
De heer Weterings: Ik zou mij willen aansluiten
bij wat de heer Huijbrecht heeft gezegd, want ik
betwijfel of de heer De Feijter in deze niet in een
moeilijke positie zal komen te verkeren. Ik hoop
voor hem van niet, maar ik ben daarvan niet
zeker.
De heer Ramondt: Ik wil niet in discussie treden
over de zaak vein de heer De Feijter. Ik wil ech
ter graag mijn medewerking aan dit besluit even
motiveren. Ik stel duidelijk voorop, dat ik begrip
heb voor de geuite bezwaren van de betrokkenen
en dat het voor deze mensen, die een bestaan
hebben opgebouwd, een harct gelag is dat zij
moeten verdwijnen. Maar ik wil ook wijzen op de
inhoud van het schrijven van het Landbouwschap,
waarin betrokkenen zich toch bereid verklaren om
mede te werken, afgezien van hun bezwaren tegen
het feit, dat zij moeten verdwijnen.
Ik wil graag benadrukken dat zij toch bereid
zijn om positief mede te werken, waarvoor ik mijn
erkentelijkheid uitspreek.
Zonder hoofdelijke stemming wordt conform
het voorstel besloten.
10. Idem tot onderhandse aanbesteding van de
aanleg van riolerings- en bestratingswerken
met bijkomende werken in het exploitatie
plan „Katspolder".
De heer Ramondt: Ik wil graag in verband met
dit punt en ook de beide aansluitende punten een
opmerking plaatsen.
Ten eerste feliciteer ik onze dienst van gemeen
tewerken. Als ik zie wat in korte tijd reeds door
de medewerkers is gepresteerd, vraag ik mij af,
in welk tempo zij met voorstellen zullen komen,
wanneer zij zijn ingewerkt. Daarnaast wil ik op
merken, dat dit punt toch wel mede adstrueert
het belang van het voorgaande agenda-punt.
De heer De Vos: Ik kan alleen maar de woor
den van de heer Ramondt onderschrijven. Zoals
U weet heb ik bij de begrotingsvergadering enkele
tijdstippen genoemd waarop wij met het. bouwrijp
maken van de plannen meenden te kunnen be
ginnen. Wij zijn bezig dit tempo aan te houden.
Het zal niet zo lang duren of U zult nog een ande
re aanbesteding te behandelen krijgen.
Zonder hoofdelijke stemming wordt conform
het voorste] besloten.
11. Idem tot onderhandse aanbesteding van de
aanleg van een achterterrein met een toe-
gangspad en bijkomende werken nabij het
winkelcentrum te Sluiskil.
De heer Van Nispen: Ik heb de tekening be
keken, die bij de stukken was gevoegd en nu blijkt
dat bij het eind van het huidige gebouw een schrik-
hek geplaatst zal worden aan het eind bij de Rot
terdamse, Bank. Het lijkt mij dat het centrum op
die manier geïsoleerd zal komen te liggen. De
mensen, uit de buurt van de Bosjesweg komend,
zijn verplicht langs het pand van v. d. Broek naar
het winkelcentrum te gaan. Misschien is 'er een
oplossing te vinden dat er, hetzij een tegelpaadje,
hetzij iets anders gelegd wordt, zodat het publiek
gemakkelijker "ook van die kant de winkels kan
bereiken. Dan kan het een gezellig wandelingtje
worden. Is daar iets aan te doen?
De heer De Vos: Het is de bedoeling om de win
kels toegankelijk te maken voor het publiek en
wij zullen vanzelfsprekend trachten dit te doen op
de meest doelmatige wijze.
Wij zullen zeker met de opmerking van de heer
Van Nispen rekening proberen te houden en de
zaak ter plaatse nog eens bekijken.
De bedoeling is, zoals U weet, er is in een vorige
raadsvergadering naar gevraagd, een overgang te
maken over de spoorlijn. Wij hebben ons inmiddels
met de Ned, Spoorwegen in verbinding gesteld en
bericht gekregen, dat er in principe geen bezwaar
tegen bestaat. Daarop is aan de Ned. Spoorwegen
verzocht daarvoor een ontwerp te maken. In dat
geval worden ook de winkels van de andere kant
toegankelijk. Het blijft natuurlijk een noodoplos
sing zolang de verdere plannen niet tot uitvoering
kunnen worden gebracht.
Zonder hoofdelijke stemming wordt conform
het voorstel besloten.
13. Idem tot ondershandse aanbesteding van de
aanleg van riolerings- en bestratingswerken
met bijkomende werken in het exploitatie
plan „Sluiskil".
De heer Van Langevelde: Ik zou iets willen
vragen over de ondershandse aanbesteding. Op het
ogenblik wordt telkens de ondershandse aanbeste
ding gekozen. Is het ook in andere gemeenten
gebleken dat de ondershandse aanbesteding in de
tegenwoordige tijd betere resultaten oplevert dan
voorheen? Of is daar niets van bekend?
De heer De Vos: Daar is mij niets van bekend,
maar ik wil er onmiddellijk aan toevoegen, dat
er weinig openbare aanbestedingen meer zijn. Dat
geldt ook voor andere sectoren. Daar worden ook
weinig openbare aanbestedingen gehouden.
Ervaringen daarmee van de laatste tijd zijn
mij dan ook niet bekend.
De heer Van Langevelde: De motieven waarom
wij ondershands aanbesteden zijn bekend. Is het
niet beter dat eens onderzocht wordt of openhaar
aanbesteden beter is?
De heer De Vos: Men moet bedenken, dat er
ook hier, zoals aan elk systeem, vóór- en nadelen
zijn. De ondershandse aanbesteding is in dit geval
een belangrijk voordeel, want wij krijgen daar
door te maken met een bekende aannemer, die al
voor ons gewerkt heeft. Bovendien is dit eigenlijk
als een voortzetting van een bepaald werk te be
schouwen. Dat levert een bepaald voordeel op
boven een openbare aanbesteding, waarvoor overi
gens zo goed als zeker geen lagere prijs uit de
bus zou komen. Wij hebben immers ook onze
eigen kostenramingen.
Men heeft bij een openbare aanbesteding ook
de kans, dat een onbekende of iemand die niet
voor de gemeente gewerkt heeft een iets lagere
prijs biedt. Als men een werk openbaar aanbe
steedt, moet men het m.i. aan de laagste inschrij
ver gunnen, terwijl er wellicht toch bezwaren kun
nen zijn.
De heer Van Langevelde: Ik dank U voor deze
uiteenzetting.
De heer Huijbrecht: De motieven, die indertijd
hebben geleid tot ondershandse aanbestedingen,
gelden toch evenzo op dit moment? De concur
rentie is toch niet zo groot, dat die motieven niet
meer bestaan en ik kan er volledig mee instem
men dat de aanbesteding ondershands wordt ge
daan.
Zonder hoofdelijke stemming wordt conform
het voorstel besloten,
13. Idem tot ondershandse aanbesteding van de
aanleg van een vuilnisstortplaats met bij
komende werken.
Zonder bespreking en hoofdelijke stemming
wordt conform het voorstel besloten.
14. Idem tot het onttrekken van het Donker
straatje aan het openbaar verkeer.
Zonder bespreking en hoofdelijke stemming
wordt conform het voorstel besloten.
15. Idem tot ondershandse aanbesteding van de
bouw van een opvang-kleuterschool in het
uitbreidingsplan „Zuid-West".
De heer Fijn van Draat: Mijnheer de voorzitter,
ik heb bij de stukken het bestek van de school
gezien en ik heb gezien dat een aannemer uit Har-
dinxveld deze school bouwt. Is de mogelijkheid
aanwezig om onderaannemers aan te trekken voor
de centrale verwarming, vloerbedekking enz.? Kan
er van de zijde van burgemeester en wethouders
aandrang worden uitgeoefend dat alsdan door
plaatselijke bedrijven, die daarvoor geschikt zijn,
kan worden ingeschreven?
De Voorzitter: Ik moet U in dit geval het con
creet antwoord daarop schuldig blijven. In prin
cipe ben ik het helemaal met U eens en wanneer
plaatselijke bedrijven ingeschakeld kunnen wor
den, zullen wij dit gaarne doen, daar kunt U van-
overtuigd zijn. Wij zullen nog eens bezien hoe het
in dit geval is.
De heer Fijn van Draat: Ik wil nog even wijzen
op de brandverzekering, want dit is een houten
gebouw.
De Voorzitter: Wij verzekeren altijd eerst, al»
het gebouw er staat.
De heer De Vos: Tijdens de bouw draagt de
aannemer het risico.
De heer Fijn van Draat: Over de scholen nog
een waag. Ik ben verheugd over dit voorstel om
dat dit nu op een behoorlijke manier kan worden
opgelost. Enige tijd geleden is in de pers iets ge-
signaleerd over het Montessori-onderwijs.
Is uw college ook benaderd over de beschikbaar
stelling van een eventueel gebouw of lokaal dat
daarvoor gebruikt kan worden?
De Voorzitter: Ik heb hieromtrent zelf, en ik
denk velen met mij, een artikel gelezen in een
krant en nadien heb ik nog bezoek gehad van
iemand, die als promotor van dit Montessori-on
derwijs kan worden beschouwd. Als ik mij niet
vergis is er nog een brief binnengekomen over
deze zaak. Belangrijk is of er behoefte is op dit
terrein, maar wij houden deze zaak in het oog.
De heer Huijbrecht: Als men Montessori-onderwijs
gaat geven moet men het hele gamma hebben,
zoals kleuteronderwijs, lager onderwijs, enz.
De heer Fijn van Draat: Men zat wellicht al
blij zijn wanneer met een kleuterklas zou kunnen
worden begonnen.
Zonder hoofdelijke stemming wordt conform
het voorstel besloten.
16. Idem tot het verlenen van medewerking ex
artikel 50 van de kleuteronderwijswet aan
het bestuur van de Jozefkleuterschool aan
de Anna Rijnstraat.
De heer Van Langevelde: Mijnheer de voorzit
ter, wij hebben zojuist punt 15 behandeld, waarin
ook een R. K. kleuterschool een beroep doet op
een lokaal en hier krijgen zü weer een lokaal toe
gewezen. Ik zou willen vragen of dit iets extra's
is. Is dat rechtstreeks van het Ministerie gekomen
of hoe zït de zaak eigenlijk in elkaar? Want het
is eigenaardig dat anderen geen bouwvolume kun
nen krijgen en waarschijnlijk zij wel.
De Voorzitter: Ik geloof dat uw conclusie niet
juist is. Het is een aanvrage ex artikel 50 van de
Kleuter-onderwijswet om medewerking, te verge
lijken met een aanvrage ex artikel 72 van de
Lager-onderwijswet. De raad, heeft de aanvraag,
te beoordelen.
De beschikbaarstelling van rijkswege van een
urgentieverklaring is een andere zaak, en die is
er nog niet. U heeft dus uitsluitend de mede
werking te beoordelen. Of zij een urgentieverkla
ring zullen krijgen, kan ik U nog niets van zeggen.
Zonder hoofdelijke stemming wordt conform
het voorstel besloten.
17. De Voorzitter: Zoals U weet is agendapunt
17 vervallen.
18. Idem tot wijziging van:
A. de begroting 1965 van het grondbedrijf;
B. de gemeentebegroting 1965.
De heer De Feijter: Bij post 766g onder vuilver
werking worden vermeld de kosten van advies
door de stichting „Compost" inzake vuilverwer
king ad ƒ1.500,Nu is het zo, dat de raad be
sloten heeft om in de Kleine Huissenspolder de
vuilnisstortplaats in gereedheid te brengen, waar
mede men naar schatting een jaar of acht vooruit
kan. Zou het niet verstandig rijn met het vragen
van advies te wachten tot deze stortplaats onge
veer vol is en dan verder te gaan, want over 6 7
jaar heersen er wellicht weer ander® inzichten