JAARREDE
RadioTAZELAAR
TERNEUZEN
KORT VERSLAS GEMEENTERAAD
VAN TERNEÜZEN
Waarom DIMPLEX
uitgesproken in de vergadering der Kamer van Koophandel en
Fabrieken voor Zeeuws-Vlaanderen op donderdag 21 januari 1965
door de heer ir. R. H. van Krevelen, voorzitter der Kamer
Planning
Kanaalzone
één gemeente
Arbeidskrachten
Equal pay
Woningbouw
De veerdiensten
Aardgas en water
De binnenvaart"
sluis
Besluit
ELEKTRISCHE, OLIEGEVULDE
RADIATOREN MET
THERMOSTAAT REGELING
ZELFS BETER ZIJN DAN
CENTRALE VERWARMING
De heer Ramondt tegen het voorstel
voor gemeentelijke herindeling
VERZET TEGEN VERJARING VAN
OORLOGSMISDADEN IN
RAAD VAN EUROPA
Pagina 4
DE VRIJE ZEEUW
Vrijdag 22 januari 1965
Mijne Heren,
In het afgelopen jaar heeft ons land een loonexplosie te verteren
gekregen zoals nog nooit tevoren.
Het was redelijk dat vele terzake deskundige economen zich ern
stig zorgen maakten over de gevolgen hiervan, met name de infla
toire tendenzen, de risico's voor de omvang van de export en die
voor de noodzakelijke voortgang van de investeringen.
Maar mede door een bijtijds ingrijpen van de overheid, waardoor
het investeringsniveau van deze grootste werkgever en de krediet
verlening werden beperkt, heeft onze economie zich als geheel be
kwaam getoond deze schok op te vangen.
Het is een prestatie dat de Ne
derlandse werkgever erin ge
slaagd is de produktiviteit nog
op te voeren, de export te doen
toenemen en de bedrijvigheid als
gezond te houden bij een nog
steeds krappe arbeidsmarkt. Aan
deze prestatie is m.i. in de vele
artikelen, die met de jaarwisse
ling in de diverse bladen plegen
te verschijnen, wel wal weinig
aandacht besteed. N'en déplaise
de aanvalletjes van de angiy
young man in de diverse actuali
teitenrubrieken van onze tele
visie, meen ik dat sen woord van
lof hier zeker op zijn plaats is en
dat Nederland trots mag zijn op
zijn ondernemers en hun staf
personeel.
In de kanaalzone van ons ge
bied is de nieuwe ontwikkeling
thans spectaculair geworden.
Ook voor de leek is de grote
vooruitgang in de kanaalwerlten
zichtbaar; nieuwe grote bedrij
ven zijn met de oroduktie begon
nen en vele reeds langer geves
tigde bedrijven hebben hun capa
citeit weten uit te breiden en
hebben in het afgelopen jaar een
rekordproduktie kunnen behalen.
Het valt mij op dat hier en
daar stemmen opgaan in de
trant van: „Waar moet dat naar
toe? Wordt het hier straks niet
even onbewoonbaar als in be
paalde gebieden van de randstad
Holland?" Ik ben echter van me
ning dat er nauwelijks een ge
bied in Nederland te vinden zal
zijn, waar zich nog veel bedrij
vigheid zal kunnen vestigen en
ontwikkelen zonder in de einde
loze huizenzeeën en bestrate
doolhoven te vervallen van el
ders, als hier.
Zelfs al zouden er in en om de
kanaalzone straks 60 a 70.000
mensen wonen en hun werk vin
den, dan nog zal deze, een 13 km
lange en aan weerszijden van het
kanaal enige km brede zone, mits
goed georganiseerd, een aange
naam en aantrekkelijk werk- en
woongebied blijven.
Ik zei zoëven; „mits goed ge
organiseerd" en daarmee bedoel
ik dat men tot een centrale plan
ning over geheel Zeeuws-Vlaan
deren moet komen zodat indus
triële vestigingen dan ook plaats
hebben in de kanaalzone en niet
dat iedere gemeente, tot de klein
ste toe, luidkeels via pers en pro
paganda probeert industrieën
naar de periferie te trekken.
Een centrale planning betekent
ook dat aan weerszijden van de
kanaalzone recreatie- en ont-
spanninggebieden tot ontwikke
ling moeten komen, voorzien van
goed geoutilleerde verzorgings
kernen, dat de kanaalzone zelf
doorschoten moet zijn met stro
ken groen en water en dat de
werkers hun vrije tijd in de na
tuur kunnen doorbrengen. Te
vens kan dan de belangrijke
land- en tuinbouwkundige waar
de van de grond ten oosten en
ten westen van de kanaalzone
niet alleen behouden blijven,
maar zich met het oog op de ko
mende Euromarkt nog verder
ontwikkelen. De totstandkoming
van de polderconcentraties biedt
in die richting mogelijkheden,
waarbij evenwel in het oog moet
worden gehouden dat de lasten
tussen gebouwd en ongebouwd
in redelijke verhouding zullen
blijven en dat de representatie
van het gebouwd bij procentuele
toereming daaraan zal worden
aangepast.
De laatst gepubliceerde ge
meentelijke herindelingsplannen
bieden voor een goede opzet
grotere mogelijkheden. Met be
trekking tot deze plannen be
treur ik het dat men niet tot nog
grotere eenheden is gekomen, al
biedt het tweede plan betere
perspectieven dan het eerste. Dat
er echter in de kanaalzone nog
twee gemeenten overblijven, zal
de centrale ontwikkeling niet ten
goede komen en zal zonder twij
fel belemmerend werken op de
zo zeer gewenste eenheid als
kerngebied van de gehele ka
naalzone.
Het havenschap dat mogelij
ke 'ijs deze beide gemeenten
zou kunnen omvatten, is in haar
taakstelling te beperkt om hier
tot een volkomen efficiënte
werkwijze te kunnen komen.
Het is overigens te hopen dat
de gemeentelijke her-indeling
spoedig tot stand zal komen en
dat de dan groter geworden ge
meenten in geheel Zeeuws-Vlaan
deren bereid zullen zijn in bre
der verband samen te werken,
zodat met name de ongelukkige
ontwikkelingen die het afgelopen
ia ar in oostelijk Oost Zeeuws-
Vlaanderen hebben plaats ge
had, vermeden zullen kunnen
worden.
West Zeeuws-Vlaanderen heeft
kunnen profiteren van het aan
gename zomerweer. Enkele bloei
ende nieuwigheden on recreatie
gebied met name te Cadzand en
■^reskens zijn tot stand gekomen.
Maar het is wel gebleken dat
men hier nog veel meer zou kun
nen bereiken, als er een centra
le planning zou zijn.
Uiteraard stelt men de vraag
of men o"er voldoende arbeids
krachten zal kunnen beschikken
voor al die nog te verwachten
nieuwe bedrijvigheden in ons
gewest. In de eerste plaats wil
ik hierop antwoorden dat geble
ken is dat men tot nu toe od
redelijke wiize in de vraag heeft
kunnen voorzien, mede door het
opvangen van arbeidskrachten
uit de landbouwsector en door
het omkeren van de emigratie
uit Zeeuws-Vlaanderen.
Ten aanzien van het aantal
arbeidskrachten in de landbouw
in West Zeeuws-Vlaanderen ben
ik met anderen van mening dat
daar het minimum dicht is be
naderd. Er zullen nog wel krach
ten uit de Oost Zeeuws-Vlaamse
landbouw komen en uit de groep
der kleine zelfstandigen uit het
gehele gebied. Ook zullen meer
en meer mensen uit overig Ne
derland, nu Zeeuws-Vlaanderen
bekend is geworden, hier hun
werk vinden, gezien het aan
trekkelijke leefklimaat, al zal
men voor de culturele ontwik
keling nog een grote achterstand
moeten inhalen.
Ook ben ik van mening dat er
nog een behoorlijk potentieel
ligt in Belgisch-Vlaanderen en
ik ben het niet eens met hetgeen
wel eens wordt beweerd, name
lijk dat de Belgische werknemer
hier zal verdwijnen. Integendee.l
nu de lonen zijn zoals thans, ben
ik van oordeel dat in deze Bel
gische gebieden, ook in de land
bouw en in de groep van de
kleine zelfstandigen nog een be
hoorlijk arbeidspotentieel aan
wezig is dat gaarne hier komt
werken. Wel zullen de bedrijven
zich moeten realiseren dat het
ongeschoolde werkkrachten zijn,
zodat ze de nodige maatregelen
zullen moeten nemen om hen
tot bruikbare krachten om te
vormen. Maar de ontwikkeling
in de Benelux is dusdanig dat
het overschrijden van de grens
als zodanig niet meer mag wor
den gevoeld en dat men, kennis
nemend van de mogelijkheden
van technisch onderwijs, cursus
sen e.d. over en weer meer tot
een eenheid zal komen ten voor
dele van de gezamenlijke Vlaan-
derens.
Mijne Heren, ik betreur het
dat nog zo weinig vrouwelijke
werkkrachten in Nêderland kun
nen worden ingeschakeld. Het
is alleszins begrijpelijk dat men
streeft naar equal pay for equal
work, maar dan zal de onge
huwde vrouw dezelfde werk
zaamheden onder dezelfde om
standigheden moeten kunnen
verrichten.
Het is uit de tijd dat er nog
zoveel beperking aan de vrou
wenarbeid wordt opgelegd. Het
is een bewijs dat de werkgever
hier nog allerminst geëmanci
peerd is en het heeft er de schijn
van of de vrouw van vandaag
nog tegen zichzelf beschermd
moet worden, terwijl ze, gehuwd
zijnde, alle handelingsbevoegd
heden heeft verkregen. Dat hier
spoedig verandering in komt, is
zeer gewenst, want het is ge
bleken dat zij voor vele arbeids-
functies, ook in de technische
sector, een ware partner kan
zijn, ja zelfs soms een betere.
Bovendien zou het vrijkomende
arbeidspotentieel onze produk
tiviteit doen toenemen en daar
mede de welvaart.
Ten aanzien van de woning
bouw valt als grote vooruitgang
te corstateren dat met name in
Oost Zeeuws-Vlaanderen diverse
gemeentebesturen hebben be
grepen dat concentratie niet al
leen een hogere produktiviteit
geeft maar ook een lagere kost
prijs.
Het is te hopen dat het aanbe
steden van grotere aantallen een
heden voor meerdere jaren over
al in Zeeuws-Vlaanderen ingang
mag vinden, zodat de thans nog
ten dele niet benutte bouwcapa
citeit door de dan evidente sa
menbundeling mag leiden tot een
extra toewijzing voor woning
wet- en premiebouw aan Zeeuws-
Vlaanderen als geheel. Met na-
mie de toewijzing voor woning
bouw in de kanaalzone zullen
nog aanzienlijk groter moeten
worden wil gebrek aan behui
zing de verheugende ontwikke
ling niet afremmen.
Mijne heren, dat ik weer moet
spreken over de veerdiensten,
zal U niet vreemd voorkomen.
In onze vorige algemene verga
dering heb ik uitvoerig mijn
mening hierover uiteengezet,
waarbij ik tevens heb moeten
constateren dat het in de vaart
komen van een vergrote pont in
de maand juni van weinig of
geen invloed is geweest op het
aantal auto's dat moest achter
blijven.
Verwacht moet worden dat de
statistiek straks zal uitwijzen dat
in 1964 zeker 30 procent van de
auto's, die van het veer Perkool-
derKruiningen gebruik wilden
maken, minstens één boot heb
ben moeten wachten. Men reali-
sere zich wat dit betekent voor
de vervoersmogeliikheden en de
vervoerskosten van bedrijven die
op deze verbinding zijn aange
wezen. Bovendien ontstaan door
de zich aan het veer voordoende
wachttijden vele moeilijkheden
zoals te late aflevering van goe
deren, het mislopen van retour-
vrachteh e.d.
U weet allen dat onze Kamer
in juni 1964 zich met een uitvoe
rig schrijven tot de minister
heeft gewend, waarin zij haar
bezorgdheid heeft uitgesproken
over het uitbliiven van maat
regelen, die op korte termijn tot
verbetering van de toestand op
dit veer zouden kunnen leiden.
De minister heeft onlangs G.
S. toestemming gegeven een stu
die te maken van de mogelijk
heid om op het veer Perkpol-
derKruiningen over te gaan tot
het invoeren van dubbeldeksche
pen.
Het stemt tot voldoening dat
er thans gewerkt wordt aan
reële plannen, die kunnen leiden
tot een oplossing op lange ter
mijn. Ik vraag me echter wel af
hoe in de nabije toekomst het
vervoer via dit veer zal moeten
worden verwerkt. De wachttij
den zullen nog meer toenemen
eh de toestand zal onhoudbaar
worden.
Dat de minister zich thans in
meer positieve zin heeft uitge
sproken over een studie over de
mogelijkheden van een vaste
verbinding onder of boven de
Westerschelde dan bij vorige ge
legenheden, kan tot tevreden
heid stemmen. Dat deze studie
met voortvarendheid zal worden
uitgevoerd en niet nog vele kost
bare jaren zal vergen mag nu
toch wel verwacht worden.
Het is verheugend te consta
teren dat de beide Kamers van
Koophandel in Zeeland en G. S.
in deze niet alleen onderling
voortdurend op de hoogte zijn
van de wederzijdse standpunten,
maar dat deze volkomen gelijk
zijn. Een eensgezind Zeeuws
standpunt inzake de verbindin
gen met Zeeuws-Vlaanderen moet
leiden tot positieve resultaten.
Mijne heren, het is groot
nieuws dat in het voorjaar van
1966 de distributie van aardgas
in Zeeuws-Vlaanderen een aan
vang kan nemen. Verschillende
industrieën hebben hierover
reeds contact opgenomen met de
Gas-Unie. Een concentratie van
de verschillende bestaande gas
bedrijven is, zij het hier en daar
na enig tegenstribbelen, tot
stand gekomen. Het ligt nu
slechts aan de activiteiten van
de diverse gemeentebesturen om
deze energiebron ook aan de be
volking ter beschikking te kun
nen stellen.
Wanneer men zich realiseert
dat de meeste openbare water
leidingbedrijven in Nederland
in de periode van 18801930 tot
stand gekomen zijn doch dat het
tot 1936 heeft geduurd voordat
in Zeeuws-Vlaanderen sprake
was van een waterleidingbedrijf
en men thans reeds enige jaren
na de aardgasvondst van dit
produkt hier gebruik kan gaan
maken, dan is dit wel een dui
delijke illustratie van het feit
dat Zeeuws-Vlaanderen geen
achtergebleven gebied is.
Het is verheugend dat de
HZ.E.M., volgens een medede
ling van een lid van G. S. in de
laatst gehouden vergadering van
de provinciale staten, niet voor
nemens is de tarieven te ver
hogen en dat de gedachte, die
wij reeds enkele jaren geleden
opperden om een volgende uit
breiding van de opwekkings
capaciteit te doen plaats heb
ben in Zeeuws-Vlaanderen, een
reële mogelijkheid is geworden.
Dat de werken aan het kanaal
GentTerneuzen op Nederlands
gebied met vertraging gereed
zullen komen acht ik teleur
stellend, evenals het feit dat het
nog allerminst zeker is of een
eenmaal gereedgekomen mid-
densluis ook direct in gebruik
kan worden genomen. Men diene
te bedenken dat veel bedrijvig
heid nu reeds jaar en maand zou
moeten kennen waarop de eer
ste schepen door de nieuwe bin-
nenvaartsluis resp. door de nieu
we zeescheepvaartsluis zullen
kunnen binnenkomen. Dit is im
mers noodzakelijk om nieuwe
activiteiten voor te bereiden en
om investeringen tegen die tijd
gereed te hebben, die veel tijd
van voorbereiding, aanbesteding
en vergunning tot uitvoering
eisen. Volgens een persinter
view hoopt men in 1969 of 1970
de beide nieuwe sluizen in ge
bruik te kunnen stellen. Tot
zolang zal dus ook niet gere
kend mogen worden, op verbe
tering van de verkeerssituatie
bij de Axelse brug te Terneuzen,
die naast veel oponthoud het
bedrijfsleven ook financieel na
deel berokkent als alles blijft
zoals het nu is. Het ware daar
om te wensen dat hiervoor een
tijdelijke oplossing zou worden
gevonden.
Even ingaande op het begrip
voorlichting, moet het mij van
het hart, dat vele openbare in
stanties, de overheid inbegrepen,
en de goede niet te na gespro
ken, soms zoveel geheimzinnig
heid betrachten of zo weinig
doen aan voorlichting en public
relation. Speelt ons hier de be
ruchte Nederlandse regenten
mentaliteit parten? De basis van
de democratie is, dat diene men
toch te beseffen, openbaarheid
van zaken, het contact onder
houden met betrokkenen en het
durven incasseren van gerecht
vaardigde kritiek.
Dat wij soms niet uitblinken
in voorlichting, wil ik illustreren
met het volgende. Wanneer bij
onze zuiderburen de minister
raad of een comité uit deze raad
vergadert, wordt hiervan aan
de nieuwsdiensten mededeling
gedaan, waarbij wordt vermeld
welke onderwerpen ter sprake
ziin gekomen. Ik vraag me af
of 5 procent van de Nederlandse
bevolking weet dat onze minis
ters op vrijdag plegen te verga
deren.
(Adv.)
Het stemt tot vreugde dat de
goedkeuring tot uitbreiding van
de haven te Walsoorden werd
verleend. Wat al of niet zal ge
beuren met een derde haven te
Breskens is nog in alle nevelen
gehuld.
Tal van verbeteringen aan de
rijks- en provinciale wegen in
ons gebied zijn tot stand geko
men of in aanbouw. Het provin
ciaal bestuur heeft het voor
nemen het wegennet in ons ge
bied sterk uit te breiden met
voornamelijk het accent op de
oostwestverbindingen. Het is
de bedoeling dit plan binnen
vijf jaar te verwezenlijken.
Er is echter één verbinding,
waarop ik reeds jaren geleden
de aandacht meende te moeten
vestigen, welke dringend nood.
zakelijk wordt voor een vlotte
afwikkeling van het verkeer
tussen de kanaalzone in België
en het gebied ten zuiden van de
middenweg door de Braakman,
met name uit Sas van Gent en
Philippine en Perkpolder. Ik be
doel de provinciale weg van
Westdorpe over de Liniedük
naar de rondweg om Hulst. Het
ontbrekende stuk zou in 1965
aanbesteed moeten worden.
Zoals nu het verkeer zich moet
wringen door Sluiskil, Axel en
dan via de smalle weg Zaam-
slag bereiken, is niet langer
verantwoord.
Dat de rijksweg no. 58 voor
geheel Zeeland van grote be
tekenis is, ook dus voor Zeeuws
Vlaanderen, heeft mijn collega
in Middelburg reeds gezegd. Ik
wil gaarne de grote urgentie
van een algehele verbetering van
de verbinding VlissingenBer
gen op Zoom nog eens krachtig
onderstrepen.
Een jaar van samenwerking
onder de werking van de nieu
we wet op de Kamers van Koop
handel en Fabrieken ligt achter
ons. Ik zeg u allen dank voor
de prettige wijze waarop u het
werk der Kamer hebt willen
helpen verrichten. Dit geldt in
bijzondere mate hen die krach
tens de wetswijziging voor het
eerst hun intrede in de Kamer
deden en die zich reeds zo goed
hebben weten in te werken.
Verder een woord van dank
aan de leden van het dagelijks
bestuur, die vaak veel tijd heb
ben moeten vrijmaken om zich
te verdiepen in de problemen
die ons bezig hielden.
De medewerkers aan het
secretariaat ben ik erkentelijk
voor de wijze waarop zij hun
taak hebben vervuld.
In het afgelopen jaar hebben
wij weer mogen constateren dat
wij steun bij onze arbeid moch
ten ondervinden van de pers.
Ik dank de afgevaardigden van
de pers voor hun voortdurende
belangstelling waardoor zij in
brede kring aandacht hebben
gevraagd voor de problemen die
zich hier voordoen.
Ik wil besluiten met U allen
een gelukkig 1965 toe te wen
sen, niet alleen voor u persoon
lijk, maar ook voor de onder
nemingen waarbij u betrokken
bent en voor het gemeenschap
pelijk werk dat ons het komen
de jaar wacht.
1. Bij- en hoofdverwarming
In grote vertrekken; in kin-
der- en slaapkamers, keukens
etc. Tijdelijke verwarming
van studeer- en wachtkamers.
2. Groei-installatie
U kunt uw verwarming per
kamer kopen, en zo een ge
hele centrale verwarming op
bouwen. Installatiekosten zijn
zeer laag.
3. Makkelijk verplaatsbaar
Overal behaaglijke, comfor-
- table warmte. Grote kamers
tot in alle hoeken „bewoon
baar". En gaat u verhuizen?
Dan verhuizen de Dimplex
radiatoren mee.
4. Zorgenvrij stoken
Geen bevriezen, totaal geen
onderhoud. Storingsvrij. De
garantie is langer dan de
totale levensduur van een
centrale verwarmingsketel.
5. Zuinig
Door uitgekiende thermosta-
tische regeling en olievulling
wordt een constante van tevo
ren door u gekozen tempera
tuur gehandhaafd.
6. Modern gemak
Geen zorgen voor het inslaan
van kolen of olie. Geen hvin-
terzorgen in de zomer
7. Enorme keuze
Moderne strakke wafelmodel
len en stijlvolle kolommodel
len in verschillende maten en
capaciteit.
8. Rijke kleuren
Van stemmig brons tot hyper
moderne kleuren. Grijs en
wit en bruin en turkooize-
blauw en goud en zwart en
rose en rood en geel.
Wendt U voor inlichtingen en
uitgebreide gratis brochure
tot
NOORDSTRAAT 21
TEL. (01150) 2361
Nadat burgemeester mr. H.
Rijpstra gisteravond zijn nieuw
jaarsrede had uitgesproken heeft
de heer Compiet op dat ogen
blik het oudste aanwezige raads
lid woorden van dank en
waardering doen horen aan het
adres van de burgemeester en
de beide wethouders. Mede na
mens alle andere raadsleden, zei
de heer Compiet, het met de
grote beleidslijnen van de voor
zitter eens te zijn. Hij zei ver
der dat het de raad een groot
genoegen zal zijn ook in het
komende jaar aan de verdere
expansie van de gemeente te
kunnen meewerken. Hij dankte
voorts alle medewerkers van de
gemeente en wenste de heer
Van Langevelde die wegens
ziekte afwezig waè een spoe
dig herstel toe.
Op zijn voorstel dat de goed
keuring van alle leden had
werd een telegram gezonden aan
de Commissaris der Koningin
jhr. mr. A. F. C. de Casembroot.
De heer Hol zei, bij de behan
deling van de ingekomen stuk
ken, zeer veel waardering te
hebben voor het E.T.I.-rapport
betreffende de woningnood in
Terneuzen.
De Voorzitter antwoordde hier
op dat ee nsamenwerking met
diverse instanties tot een duide
lijke beleidslijn in de expansie
van de gemeente zal voeren.
In verband met het voorstel
tot vaststelling van het uitbrei
dingsplan in onderdelen „Zuid-
oolder" merkte de heer Huij-
brecht op dat hij met genoegen
had geconstateerd dat er voor
iedere woning parkeerruimte is,
hetzij op straat of in een box.
Hij zou voor de toekomst in an
dere uitbreidingsplannen graag
nog meer ruimte zien. Betref
fende het winkelcentrum dat
nu nog een witte vlek op de
kaart is vroeg hij zich af hoe
men een oplossing zal vinden
voor de parkeermoeilijkheden als
dit centrum omsloten zal zijn
door straten.
In principe was wethouder De
Vos het wel met de heer Huij-
brecht eens, maar, zo merkte
hy op, voor de verre toekomst
kunnen wij nu moeilijk zorgen
omdat de grondprijs toch betaal
baar moet blijven. De heer De
Vos was van mening dat deze
opzet al zeer geavanceerd kan
worden genoemd.
Het voorstel inzake het plan
van Gedeputeerde Staten van
Zeeland tot herindeling van de
gemeenten veroorzaakte uitvoe
rige beschouwingen van de
heren Weterings (die veel lof
had voor dit tweede voorstel) en
De Feijter, die bepaalde gedach
tegangen van Ged. Staten niet
kon volgen, maar uiteindelijk er
toch wel mee akkoord kon gaan.
Het was voor alle andere
raadsleden een verrassing de
heer Ramondt te horen tegen
stemmen. Deze merkte hierbij
op dat hij gerekend had op één
kanaalgemeente.
De Voorzitter zei deze gedach-
tengang niet goed te kunnen be
grijpen. De heer Ramondt stem
de in 1963 vóór het eerste plan
dat „minder wijds" was dan het
huidige. Nu er aan zijn wensen
gedeeltelijk is tegemoet geko
men, stemt hij tegen.
Later gaf de heer Ramondt de
verklaring dat hij vóór het eers
te herindelingsplan had gestemd
omdat hij toen (nog) niet het
standpunt van de omliggende
gemeenten kende. Nu dit wèl
het geval is (de kernen van de
gemeenten Hoek en Biervliet
zouden bij Terneuzen moeten
komen) was dit aanleiding om
nu tegen te stemmen.
De heer Huijbrecht, die hierop
inging, zei deze houding ten
zeerste te betreuren.
Het voorstel tot toetreding tot
de N.V. Zeeuwse Gasmaatschap
pij „Zegam" werd goedgekeurd,
al was de heer Weterings van
mening dat bij het samenstellen
van de statuten wel eenzijdig te
werk was gegaan. In de bijge
voegde uiteenzetting werd op
gemerkt dat een gemeente per
volle 500 inwoners aandelen van
1000,zal kunnen kopen.
De heer Fijn van Draat infor
meerde of dit statisch was.
In principe wèl, antwoordde
de Voorzitter, maar hij was van
mening dat hierin wel verande
ring zal komen.
Binnen de Raad van Europa is
verzet gerezen tegen de mogelijk
heid dat in West-Duitsland de
oorlogsmisdaden spoedig zullen
verjaren en de oorlogsmisdadi
gers die nog niet bestraft zijn,
vrijuit zullen gaan.
De raadgevende vergadering
van de Raad van Europa, waarin
parlementsleden uit zeventien
Europese landen zitting hebben,
zal zich volgende week in
Straatsburg met deze zaak bezig von'den.
houden. Op Frans initiatief heeft ■De zaak
de Belgische socialist Pierson als
rapporteur van de juridische
commissie van de assemblee een
studie van deze kwestie gemaakt.
Hij komt tot de conclusie, dat de
oorlogsmisdaden als internatio
nale misdaden tegen de mensheid
niet als gevolg van geschillen in
nationale voorschriften plaatse
lijk zonder meer mogen verjaren.
EUROPESE CONVENTIE
De landen van de Raad van
Europa zouden hun binnenlandse
wetgeving waar die in bestraf
fing van oorlogsmisdaden voor
ziet, zodanig moeten wijzigen dat
ze niet ongestraft kunnen blijven,
aldus Pierson. Dit zou men kun
nen bereiken door officieel te er
kennen bij de wet, dat oorlogs
misdaden door hun speciale ka
rakter niet kunnen veriaren In
Frankrijk heeft men deze oplos
sing reeds voor dit waagstuk ge-
is in de Raad van
Europa aanhangig gemaakt, om
dat in deze organisatie een
Europese conventie inzake de
rechten van de mens tot stand
is gekomen, die voorziet Sn Euro
pese gerechtelijke bescherming
van deze rechten. Een conventie
gaat aanzienhik verder dan de
algemene verklaring inzake de
rechten van de mens, die de V.N.
hebben afgekondigd doch die ln
geen internationale contraüe
voorziet