JAARREDE RadioTAZELAAR TERNEUZEN KORT VERSLAS GEMEENTERAAD VAN TERNEÜZEN Waarom DIMPLEX uitgesproken in de vergadering der Kamer van Koophandel en Fabrieken voor Zeeuws-Vlaanderen op donderdag 21 januari 1965 door de heer ir. R. H. van Krevelen, voorzitter der Kamer Planning Kanaalzone één gemeente Arbeidskrachten Equal pay Woningbouw De veerdiensten Aardgas en water De binnenvaart" sluis Besluit ELEKTRISCHE, OLIEGEVULDE RADIATOREN MET THERMOSTAAT REGELING ZELFS BETER ZIJN DAN CENTRALE VERWARMING De heer Ramondt tegen het voorstel voor gemeentelijke herindeling VERZET TEGEN VERJARING VAN OORLOGSMISDADEN IN RAAD VAN EUROPA Pagina 4 DE VRIJE ZEEUW Vrijdag 22 januari 1965 Mijne Heren, In het afgelopen jaar heeft ons land een loonexplosie te verteren gekregen zoals nog nooit tevoren. Het was redelijk dat vele terzake deskundige economen zich ern stig zorgen maakten over de gevolgen hiervan, met name de infla toire tendenzen, de risico's voor de omvang van de export en die voor de noodzakelijke voortgang van de investeringen. Maar mede door een bijtijds ingrijpen van de overheid, waardoor het investeringsniveau van deze grootste werkgever en de krediet verlening werden beperkt, heeft onze economie zich als geheel be kwaam getoond deze schok op te vangen. Het is een prestatie dat de Ne derlandse werkgever erin ge slaagd is de produktiviteit nog op te voeren, de export te doen toenemen en de bedrijvigheid als gezond te houden bij een nog steeds krappe arbeidsmarkt. Aan deze prestatie is m.i. in de vele artikelen, die met de jaarwisse ling in de diverse bladen plegen te verschijnen, wel wal weinig aandacht besteed. N'en déplaise de aanvalletjes van de angiy young man in de diverse actuali teitenrubrieken van onze tele visie, meen ik dat sen woord van lof hier zeker op zijn plaats is en dat Nederland trots mag zijn op zijn ondernemers en hun staf personeel. In de kanaalzone van ons ge bied is de nieuwe ontwikkeling thans spectaculair geworden. Ook voor de leek is de grote vooruitgang in de kanaalwerlten zichtbaar; nieuwe grote bedrij ven zijn met de oroduktie begon nen en vele reeds langer geves tigde bedrijven hebben hun capa citeit weten uit te breiden en hebben in het afgelopen jaar een rekordproduktie kunnen behalen. Het valt mij op dat hier en daar stemmen opgaan in de trant van: „Waar moet dat naar toe? Wordt het hier straks niet even onbewoonbaar als in be paalde gebieden van de randstad Holland?" Ik ben echter van me ning dat er nauwelijks een ge bied in Nederland te vinden zal zijn, waar zich nog veel bedrij vigheid zal kunnen vestigen en ontwikkelen zonder in de einde loze huizenzeeën en bestrate doolhoven te vervallen van el ders, als hier. Zelfs al zouden er in en om de kanaalzone straks 60 a 70.000 mensen wonen en hun werk vin den, dan nog zal deze, een 13 km lange en aan weerszijden van het kanaal enige km brede zone, mits goed georganiseerd, een aange naam en aantrekkelijk werk- en woongebied blijven. Ik zei zoëven; „mits goed ge organiseerd" en daarmee bedoel ik dat men tot een centrale plan ning over geheel Zeeuws-Vlaan deren moet komen zodat indus triële vestigingen dan ook plaats hebben in de kanaalzone en niet dat iedere gemeente, tot de klein ste toe, luidkeels via pers en pro paganda probeert industrieën naar de periferie te trekken. Een centrale planning betekent ook dat aan weerszijden van de kanaalzone recreatie- en ont- spanninggebieden tot ontwikke ling moeten komen, voorzien van goed geoutilleerde verzorgings kernen, dat de kanaalzone zelf doorschoten moet zijn met stro ken groen en water en dat de werkers hun vrije tijd in de na tuur kunnen doorbrengen. Te vens kan dan de belangrijke land- en tuinbouwkundige waar de van de grond ten oosten en ten westen van de kanaalzone niet alleen behouden blijven, maar zich met het oog op de ko mende Euromarkt nog verder ontwikkelen. De totstandkoming van de polderconcentraties biedt in die richting mogelijkheden, waarbij evenwel in het oog moet worden gehouden dat de lasten tussen gebouwd en ongebouwd in redelijke verhouding zullen blijven en dat de representatie van het gebouwd bij procentuele toereming daaraan zal worden aangepast. De laatst gepubliceerde ge meentelijke herindelingsplannen bieden voor een goede opzet grotere mogelijkheden. Met be trekking tot deze plannen be treur ik het dat men niet tot nog grotere eenheden is gekomen, al biedt het tweede plan betere perspectieven dan het eerste. Dat er echter in de kanaalzone nog twee gemeenten overblijven, zal de centrale ontwikkeling niet ten goede komen en zal zonder twij fel belemmerend werken op de zo zeer gewenste eenheid als kerngebied van de gehele ka naalzone. Het havenschap dat mogelij ke 'ijs deze beide gemeenten zou kunnen omvatten, is in haar taakstelling te beperkt om hier tot een volkomen efficiënte werkwijze te kunnen komen. Het is overigens te hopen dat de gemeentelijke her-indeling spoedig tot stand zal komen en dat de dan groter geworden ge meenten in geheel Zeeuws-Vlaan deren bereid zullen zijn in bre der verband samen te werken, zodat met name de ongelukkige ontwikkelingen die het afgelopen ia ar in oostelijk Oost Zeeuws- Vlaanderen hebben plaats ge had, vermeden zullen kunnen worden. West Zeeuws-Vlaanderen heeft kunnen profiteren van het aan gename zomerweer. Enkele bloei ende nieuwigheden on recreatie gebied met name te Cadzand en ■^reskens zijn tot stand gekomen. Maar het is wel gebleken dat men hier nog veel meer zou kun nen bereiken, als er een centra le planning zou zijn. Uiteraard stelt men de vraag of men o"er voldoende arbeids krachten zal kunnen beschikken voor al die nog te verwachten nieuwe bedrijvigheden in ons gewest. In de eerste plaats wil ik hierop antwoorden dat geble ken is dat men tot nu toe od redelijke wiize in de vraag heeft kunnen voorzien, mede door het opvangen van arbeidskrachten uit de landbouwsector en door het omkeren van de emigratie uit Zeeuws-Vlaanderen. Ten aanzien van het aantal arbeidskrachten in de landbouw in West Zeeuws-Vlaanderen ben ik met anderen van mening dat daar het minimum dicht is be naderd. Er zullen nog wel krach ten uit de Oost Zeeuws-Vlaamse landbouw komen en uit de groep der kleine zelfstandigen uit het gehele gebied. Ook zullen meer en meer mensen uit overig Ne derland, nu Zeeuws-Vlaanderen bekend is geworden, hier hun werk vinden, gezien het aan trekkelijke leefklimaat, al zal men voor de culturele ontwik keling nog een grote achterstand moeten inhalen. Ook ben ik van mening dat er nog een behoorlijk potentieel ligt in Belgisch-Vlaanderen en ik ben het niet eens met hetgeen wel eens wordt beweerd, name lijk dat de Belgische werknemer hier zal verdwijnen. Integendee.l nu de lonen zijn zoals thans, ben ik van oordeel dat in deze Bel gische gebieden, ook in de land bouw en in de groep van de kleine zelfstandigen nog een be hoorlijk arbeidspotentieel aan wezig is dat gaarne hier komt werken. Wel zullen de bedrijven zich moeten realiseren dat het ongeschoolde werkkrachten zijn, zodat ze de nodige maatregelen zullen moeten nemen om hen tot bruikbare krachten om te vormen. Maar de ontwikkeling in de Benelux is dusdanig dat het overschrijden van de grens als zodanig niet meer mag wor den gevoeld en dat men, kennis nemend van de mogelijkheden van technisch onderwijs, cursus sen e.d. over en weer meer tot een eenheid zal komen ten voor dele van de gezamenlijke Vlaan- derens. Mijne Heren, ik betreur het dat nog zo weinig vrouwelijke werkkrachten in Nêderland kun nen worden ingeschakeld. Het is alleszins begrijpelijk dat men streeft naar equal pay for equal work, maar dan zal de onge huwde vrouw dezelfde werk zaamheden onder dezelfde om standigheden moeten kunnen verrichten. Het is uit de tijd dat er nog zoveel beperking aan de vrou wenarbeid wordt opgelegd. Het is een bewijs dat de werkgever hier nog allerminst geëmanci peerd is en het heeft er de schijn van of de vrouw van vandaag nog tegen zichzelf beschermd moet worden, terwijl ze, gehuwd zijnde, alle handelingsbevoegd heden heeft verkregen. Dat hier spoedig verandering in komt, is zeer gewenst, want het is ge bleken dat zij voor vele arbeids- functies, ook in de technische sector, een ware partner kan zijn, ja zelfs soms een betere. Bovendien zou het vrijkomende arbeidspotentieel onze produk tiviteit doen toenemen en daar mede de welvaart. Ten aanzien van de woning bouw valt als grote vooruitgang te corstateren dat met name in Oost Zeeuws-Vlaanderen diverse gemeentebesturen hebben be grepen dat concentratie niet al leen een hogere produktiviteit geeft maar ook een lagere kost prijs. Het is te hopen dat het aanbe steden van grotere aantallen een heden voor meerdere jaren over al in Zeeuws-Vlaanderen ingang mag vinden, zodat de thans nog ten dele niet benutte bouwcapa citeit door de dan evidente sa menbundeling mag leiden tot een extra toewijzing voor woning wet- en premiebouw aan Zeeuws- Vlaanderen als geheel. Met na- mie de toewijzing voor woning bouw in de kanaalzone zullen nog aanzienlijk groter moeten worden wil gebrek aan behui zing de verheugende ontwikke ling niet afremmen. Mijne heren, dat ik weer moet spreken over de veerdiensten, zal U niet vreemd voorkomen. In onze vorige algemene verga dering heb ik uitvoerig mijn mening hierover uiteengezet, waarbij ik tevens heb moeten constateren dat het in de vaart komen van een vergrote pont in de maand juni van weinig of geen invloed is geweest op het aantal auto's dat moest achter blijven. Verwacht moet worden dat de statistiek straks zal uitwijzen dat in 1964 zeker 30 procent van de auto's, die van het veer Perkool- derKruiningen gebruik wilden maken, minstens één boot heb ben moeten wachten. Men reali- sere zich wat dit betekent voor de vervoersmogeliikheden en de vervoerskosten van bedrijven die op deze verbinding zijn aange wezen. Bovendien ontstaan door de zich aan het veer voordoende wachttijden vele moeilijkheden zoals te late aflevering van goe deren, het mislopen van retour- vrachteh e.d. U weet allen dat onze Kamer in juni 1964 zich met een uitvoe rig schrijven tot de minister heeft gewend, waarin zij haar bezorgdheid heeft uitgesproken over het uitbliiven van maat regelen, die op korte termijn tot verbetering van de toestand op dit veer zouden kunnen leiden. De minister heeft onlangs G. S. toestemming gegeven een stu die te maken van de mogelijk heid om op het veer Perkpol- derKruiningen over te gaan tot het invoeren van dubbeldeksche pen. Het stemt tot voldoening dat er thans gewerkt wordt aan reële plannen, die kunnen leiden tot een oplossing op lange ter mijn. Ik vraag me echter wel af hoe in de nabije toekomst het vervoer via dit veer zal moeten worden verwerkt. De wachttij den zullen nog meer toenemen eh de toestand zal onhoudbaar worden. Dat de minister zich thans in meer positieve zin heeft uitge sproken over een studie over de mogelijkheden van een vaste verbinding onder of boven de Westerschelde dan bij vorige ge legenheden, kan tot tevreden heid stemmen. Dat deze studie met voortvarendheid zal worden uitgevoerd en niet nog vele kost bare jaren zal vergen mag nu toch wel verwacht worden. Het is verheugend te consta teren dat de beide Kamers van Koophandel in Zeeland en G. S. in deze niet alleen onderling voortdurend op de hoogte zijn van de wederzijdse standpunten, maar dat deze volkomen gelijk zijn. Een eensgezind Zeeuws standpunt inzake de verbindin gen met Zeeuws-Vlaanderen moet leiden tot positieve resultaten. Mijne heren, het is groot nieuws dat in het voorjaar van 1966 de distributie van aardgas in Zeeuws-Vlaanderen een aan vang kan nemen. Verschillende industrieën hebben hierover reeds contact opgenomen met de Gas-Unie. Een concentratie van de verschillende bestaande gas bedrijven is, zij het hier en daar na enig tegenstribbelen, tot stand gekomen. Het ligt nu slechts aan de activiteiten van de diverse gemeentebesturen om deze energiebron ook aan de be volking ter beschikking te kun nen stellen. Wanneer men zich realiseert dat de meeste openbare water leidingbedrijven in Nederland in de periode van 18801930 tot stand gekomen zijn doch dat het tot 1936 heeft geduurd voordat in Zeeuws-Vlaanderen sprake was van een waterleidingbedrijf en men thans reeds enige jaren na de aardgasvondst van dit produkt hier gebruik kan gaan maken, dan is dit wel een dui delijke illustratie van het feit dat Zeeuws-Vlaanderen geen achtergebleven gebied is. Het is verheugend dat de HZ.E.M., volgens een medede ling van een lid van G. S. in de laatst gehouden vergadering van de provinciale staten, niet voor nemens is de tarieven te ver hogen en dat de gedachte, die wij reeds enkele jaren geleden opperden om een volgende uit breiding van de opwekkings capaciteit te doen plaats heb ben in Zeeuws-Vlaanderen, een reële mogelijkheid is geworden. Dat de werken aan het kanaal GentTerneuzen op Nederlands gebied met vertraging gereed zullen komen acht ik teleur stellend, evenals het feit dat het nog allerminst zeker is of een eenmaal gereedgekomen mid- densluis ook direct in gebruik kan worden genomen. Men diene te bedenken dat veel bedrijvig heid nu reeds jaar en maand zou moeten kennen waarop de eer ste schepen door de nieuwe bin- nenvaartsluis resp. door de nieu we zeescheepvaartsluis zullen kunnen binnenkomen. Dit is im mers noodzakelijk om nieuwe activiteiten voor te bereiden en om investeringen tegen die tijd gereed te hebben, die veel tijd van voorbereiding, aanbesteding en vergunning tot uitvoering eisen. Volgens een persinter view hoopt men in 1969 of 1970 de beide nieuwe sluizen in ge bruik te kunnen stellen. Tot zolang zal dus ook niet gere kend mogen worden, op verbe tering van de verkeerssituatie bij de Axelse brug te Terneuzen, die naast veel oponthoud het bedrijfsleven ook financieel na deel berokkent als alles blijft zoals het nu is. Het ware daar om te wensen dat hiervoor een tijdelijke oplossing zou worden gevonden. Even ingaande op het begrip voorlichting, moet het mij van het hart, dat vele openbare in stanties, de overheid inbegrepen, en de goede niet te na gespro ken, soms zoveel geheimzinnig heid betrachten of zo weinig doen aan voorlichting en public relation. Speelt ons hier de be ruchte Nederlandse regenten mentaliteit parten? De basis van de democratie is, dat diene men toch te beseffen, openbaarheid van zaken, het contact onder houden met betrokkenen en het durven incasseren van gerecht vaardigde kritiek. Dat wij soms niet uitblinken in voorlichting, wil ik illustreren met het volgende. Wanneer bij onze zuiderburen de minister raad of een comité uit deze raad vergadert, wordt hiervan aan de nieuwsdiensten mededeling gedaan, waarbij wordt vermeld welke onderwerpen ter sprake ziin gekomen. Ik vraag me af of 5 procent van de Nederlandse bevolking weet dat onze minis ters op vrijdag plegen te verga deren. (Adv.) Het stemt tot vreugde dat de goedkeuring tot uitbreiding van de haven te Walsoorden werd verleend. Wat al of niet zal ge beuren met een derde haven te Breskens is nog in alle nevelen gehuld. Tal van verbeteringen aan de rijks- en provinciale wegen in ons gebied zijn tot stand geko men of in aanbouw. Het provin ciaal bestuur heeft het voor nemen het wegennet in ons ge bied sterk uit te breiden met voornamelijk het accent op de oostwestverbindingen. Het is de bedoeling dit plan binnen vijf jaar te verwezenlijken. Er is echter één verbinding, waarop ik reeds jaren geleden de aandacht meende te moeten vestigen, welke dringend nood. zakelijk wordt voor een vlotte afwikkeling van het verkeer tussen de kanaalzone in België en het gebied ten zuiden van de middenweg door de Braakman, met name uit Sas van Gent en Philippine en Perkpolder. Ik be doel de provinciale weg van Westdorpe over de Liniedük naar de rondweg om Hulst. Het ontbrekende stuk zou in 1965 aanbesteed moeten worden. Zoals nu het verkeer zich moet wringen door Sluiskil, Axel en dan via de smalle weg Zaam- slag bereiken, is niet langer verantwoord. Dat de rijksweg no. 58 voor geheel Zeeland van grote be tekenis is, ook dus voor Zeeuws Vlaanderen, heeft mijn collega in Middelburg reeds gezegd. Ik wil gaarne de grote urgentie van een algehele verbetering van de verbinding VlissingenBer gen op Zoom nog eens krachtig onderstrepen. Een jaar van samenwerking onder de werking van de nieu we wet op de Kamers van Koop handel en Fabrieken ligt achter ons. Ik zeg u allen dank voor de prettige wijze waarop u het werk der Kamer hebt willen helpen verrichten. Dit geldt in bijzondere mate hen die krach tens de wetswijziging voor het eerst hun intrede in de Kamer deden en die zich reeds zo goed hebben weten in te werken. Verder een woord van dank aan de leden van het dagelijks bestuur, die vaak veel tijd heb ben moeten vrijmaken om zich te verdiepen in de problemen die ons bezig hielden. De medewerkers aan het secretariaat ben ik erkentelijk voor de wijze waarop zij hun taak hebben vervuld. In het afgelopen jaar hebben wij weer mogen constateren dat wij steun bij onze arbeid moch ten ondervinden van de pers. Ik dank de afgevaardigden van de pers voor hun voortdurende belangstelling waardoor zij in brede kring aandacht hebben gevraagd voor de problemen die zich hier voordoen. Ik wil besluiten met U allen een gelukkig 1965 toe te wen sen, niet alleen voor u persoon lijk, maar ook voor de onder nemingen waarbij u betrokken bent en voor het gemeenschap pelijk werk dat ons het komen de jaar wacht. 1. Bij- en hoofdverwarming In grote vertrekken; in kin- der- en slaapkamers, keukens etc. Tijdelijke verwarming van studeer- en wachtkamers. 2. Groei-installatie U kunt uw verwarming per kamer kopen, en zo een ge hele centrale verwarming op bouwen. Installatiekosten zijn zeer laag. 3. Makkelijk verplaatsbaar Overal behaaglijke, comfor- - table warmte. Grote kamers tot in alle hoeken „bewoon baar". En gaat u verhuizen? Dan verhuizen de Dimplex radiatoren mee. 4. Zorgenvrij stoken Geen bevriezen, totaal geen onderhoud. Storingsvrij. De garantie is langer dan de totale levensduur van een centrale verwarmingsketel. 5. Zuinig Door uitgekiende thermosta- tische regeling en olievulling wordt een constante van tevo ren door u gekozen tempera tuur gehandhaafd. 6. Modern gemak Geen zorgen voor het inslaan van kolen of olie. Geen hvin- terzorgen in de zomer 7. Enorme keuze Moderne strakke wafelmodel len en stijlvolle kolommodel len in verschillende maten en capaciteit. 8. Rijke kleuren Van stemmig brons tot hyper moderne kleuren. Grijs en wit en bruin en turkooize- blauw en goud en zwart en rose en rood en geel. Wendt U voor inlichtingen en uitgebreide gratis brochure tot NOORDSTRAAT 21 TEL. (01150) 2361 Nadat burgemeester mr. H. Rijpstra gisteravond zijn nieuw jaarsrede had uitgesproken heeft de heer Compiet op dat ogen blik het oudste aanwezige raads lid woorden van dank en waardering doen horen aan het adres van de burgemeester en de beide wethouders. Mede na mens alle andere raadsleden, zei de heer Compiet, het met de grote beleidslijnen van de voor zitter eens te zijn. Hij zei ver der dat het de raad een groot genoegen zal zijn ook in het komende jaar aan de verdere expansie van de gemeente te kunnen meewerken. Hij dankte voorts alle medewerkers van de gemeente en wenste de heer Van Langevelde die wegens ziekte afwezig waè een spoe dig herstel toe. Op zijn voorstel dat de goed keuring van alle leden had werd een telegram gezonden aan de Commissaris der Koningin jhr. mr. A. F. C. de Casembroot. De heer Hol zei, bij de behan deling van de ingekomen stuk ken, zeer veel waardering te hebben voor het E.T.I.-rapport betreffende de woningnood in Terneuzen. De Voorzitter antwoordde hier op dat ee nsamenwerking met diverse instanties tot een duide lijke beleidslijn in de expansie van de gemeente zal voeren. In verband met het voorstel tot vaststelling van het uitbrei dingsplan in onderdelen „Zuid- oolder" merkte de heer Huij- brecht op dat hij met genoegen had geconstateerd dat er voor iedere woning parkeerruimte is, hetzij op straat of in een box. Hij zou voor de toekomst in an dere uitbreidingsplannen graag nog meer ruimte zien. Betref fende het winkelcentrum dat nu nog een witte vlek op de kaart is vroeg hij zich af hoe men een oplossing zal vinden voor de parkeermoeilijkheden als dit centrum omsloten zal zijn door straten. In principe was wethouder De Vos het wel met de heer Huij- brecht eens, maar, zo merkte hy op, voor de verre toekomst kunnen wij nu moeilijk zorgen omdat de grondprijs toch betaal baar moet blijven. De heer De Vos was van mening dat deze opzet al zeer geavanceerd kan worden genoemd. Het voorstel inzake het plan van Gedeputeerde Staten van Zeeland tot herindeling van de gemeenten veroorzaakte uitvoe rige beschouwingen van de heren Weterings (die veel lof had voor dit tweede voorstel) en De Feijter, die bepaalde gedach tegangen van Ged. Staten niet kon volgen, maar uiteindelijk er toch wel mee akkoord kon gaan. Het was voor alle andere raadsleden een verrassing de heer Ramondt te horen tegen stemmen. Deze merkte hierbij op dat hij gerekend had op één kanaalgemeente. De Voorzitter zei deze gedach- tengang niet goed te kunnen be grijpen. De heer Ramondt stem de in 1963 vóór het eerste plan dat „minder wijds" was dan het huidige. Nu er aan zijn wensen gedeeltelijk is tegemoet geko men, stemt hij tegen. Later gaf de heer Ramondt de verklaring dat hij vóór het eers te herindelingsplan had gestemd omdat hij toen (nog) niet het standpunt van de omliggende gemeenten kende. Nu dit wèl het geval is (de kernen van de gemeenten Hoek en Biervliet zouden bij Terneuzen moeten komen) was dit aanleiding om nu tegen te stemmen. De heer Huijbrecht, die hierop inging, zei deze houding ten zeerste te betreuren. Het voorstel tot toetreding tot de N.V. Zeeuwse Gasmaatschap pij „Zegam" werd goedgekeurd, al was de heer Weterings van mening dat bij het samenstellen van de statuten wel eenzijdig te werk was gegaan. In de bijge voegde uiteenzetting werd op gemerkt dat een gemeente per volle 500 inwoners aandelen van 1000,zal kunnen kopen. De heer Fijn van Draat infor meerde of dit statisch was. In principe wèl, antwoordde de Voorzitter, maar hij was van mening dat hierin wel verande ring zal komen. Binnen de Raad van Europa is verzet gerezen tegen de mogelijk heid dat in West-Duitsland de oorlogsmisdaden spoedig zullen verjaren en de oorlogsmisdadi gers die nog niet bestraft zijn, vrijuit zullen gaan. De raadgevende vergadering van de Raad van Europa, waarin parlementsleden uit zeventien Europese landen zitting hebben, zal zich volgende week in Straatsburg met deze zaak bezig von'den. houden. Op Frans initiatief heeft ■De zaak de Belgische socialist Pierson als rapporteur van de juridische commissie van de assemblee een studie van deze kwestie gemaakt. Hij komt tot de conclusie, dat de oorlogsmisdaden als internatio nale misdaden tegen de mensheid niet als gevolg van geschillen in nationale voorschriften plaatse lijk zonder meer mogen verjaren. EUROPESE CONVENTIE De landen van de Raad van Europa zouden hun binnenlandse wetgeving waar die in bestraf fing van oorlogsmisdaden voor ziet, zodanig moeten wijzigen dat ze niet ongestraft kunnen blijven, aldus Pierson. Dit zou men kun nen bereiken door officieel te er kennen bij de wet, dat oorlogs misdaden door hun speciale ka rakter niet kunnen veriaren In Frankrijk heeft men deze oplos sing reeds voor dit waagstuk ge- is in de Raad van Europa aanhangig gemaakt, om dat in deze organisatie een Europese conventie inzake de rechten van de mens tot stand is gekomen, die voorziet Sn Euro pese gerechtelijke bescherming van deze rechten. Een conventie gaat aanzienhik verder dan de algemene verklaring inzake de rechten van de mens, die de V.N. hebben afgekondigd doch die ln geen internationale contraüe voorziet

Krantenbank Zeeland

de Vrije Zeeuw | 1965 | | pagina 4