Koningin sprak met leden van de
Olympische ploeg
ENGELSE ZAKENLIEDEN ZAGEN
SINTERKLAAS GVER HET HOOFD
ARTON GEESINK BOOD
GOUDEN MEDAILLE AAN
GLASFABRIEK MOET
175 WERKNEMERS ONTSLAAN
K.V.P. WIL EERSTE OEFENING
VAN ACHTTIEN MAANDEN
Ook aandacht gevraagd voor
de gezinsbelangen
ROEPING en STRIJD
HET WIT GELE KRUIS
VERGADERDE IN TERNEUZEN
Betere bestrijding
van pijn en griep!
Chefarine ,4"
Aan R.E.M.-uitzendingen moet een
eind komen
Kruisverenigingen aanpassen
aan tijdsomstandigheden
Maar er komt geen derde programma....
Vrijstelling
derde broer
Interne
verhoudingen
Pagina 2
DE VRIJE ZEEUW
Maandag 23 Dinsdag 24 november 1964
HOOFDSCHOTEL? VLEES!
Twee belangrijke, telkens weerkerende onderwerpen van bespre
king vormden de hoofdschotel op de jaarvergadering van de pro-
vincale bond van het Zeeuwse Wit-Gele Kruis, die zaterdag onder
voorzitterschap van de heer J. M. A. C. van Dongen in de beneden
zaal van hotel „Rotterdam" is gehouden.
De punten van uitgang waren
de samenwerking met 't Groene-
en het Oranje-Groene Kruis. Van
de eerste was de voorzitter, de
heer J. C. Hoftijzer te Schoon-
dijke, en van het Oranje-Groene
Kruis waren twee afgevaardig-
digden tegenwoordig die door de
voorzitter speciaal welkom wer
den geheten.
Verder zei de heer Van Don
gen dat het bestuur zich geluk
kig achtte met de aanstelling
van een zuster in algemene
dienst, juffrouw M- Voet, en een
administrateur, de heer E. de
Smit, die reeds voortreffelijk
werk hebben verricht.
De voorzitter constateerde een
gunstige ontwikkeling in de sa
menwerking met het Groene en
het Oranje-Groene Kruis. Hij
bracht daarbij een aantal pun
ten naar voren die voor nader
overleg in aanmerking komen:
le streven naar een gelijke con
tributie;
2e gezamenlijke aanvraag om
gemeentelijke, provinciale en
rijkssubsidies;
3e het vervangen van de wijk
verpleegsters;
4e waar mogelijk het gezamen
lijk exploiteren van een wijk-
gebouw.
Overleg op districtsniveau
moet eveneens mogelijk zijn, al
dus de heer Van Dongen.
OUD EN NIEUW
Recht op de man af was de
inleiding van de heer W. P. A.
Colsen uit Hulst over „het Wit-
Gele Kruis vroeger, nu en in de
toekomst". Velen weten niet
meer welk een erbarmelijke toe -
standen er enkele tientallen ja
ren, in ons gewest heersten. De
heer Colsen had de archieven
van „een Wit-Gelekruisafdeling"
doorgelezen en daaruit een aan
tal aantekeningen gemaakt die
zonder de historische achter
grond een geslaagde conference
op een gezellige avond zouden
kunnen zijn, maar in het licht
van de historie dat drs. Colsen er
omheen schiep, een beeld gaven
van de grauwe ellende van vroe
ger. De pioniers die met minstens
evenveel en zeker ook geldelijke
zorgen te kampen hadden als de
nazaten in 1964, meende drs. Col
sen met recht te kunnen hul
digen in de huidige secretaris
■van de provinciale bond, burge
meester Van Hootegem van
Sluis, die deze harde tijd heeft
meegemaakt. De heer Colsen
merkte nog op dat meer belang
stelling en daadwerkelijke mede
werking van de zijde van de
geestelijke adviseurs en de art
sen hard nodig is.
CHARITAS
Als wij het voorstellen alsof
wij tegen betaling diensten ver
lenen, blijft er van de charitas-
gedachte niet veel over, aldus de
heer Colsen die de taak van de
wijkzuster als degene die het per
soonlijke contact met de zieken
enmet de gezonden onder
houdt, hoog aansloeg. Zij spreekt
ook met de gezonde huisgenoten
en meer dan iemand anders komt
zij op de hoogte van de geeste
lijke noden. De heer Colsen wees
op de contributies, die naar zijn
mening in overleg met de beide
andere kruisverenigingen gelijk
geschakeld dienen te worden en
op de overheidssubsidies die op
een andere wijze en beter moeten
worden gerealiseerd. Het houden
van fancy-fairs, van voetbalwed
strijden, bals en speldjesverkoop
wenste spreker te vergelijken
met „woonwagenpraktijken" die
nu het kruiswerk een zaak
van nationale gezondheidszorg is
geworden niet meer kunnen
worden toegestaan. Er zijn veel
gemeenschappelijke raakvlakken
en hij wilde wel het woord ,,zui'-
len" horen op voorwaarde dat zij
dienen om het gemeenschappe
lijke dak te dragen.
Tenslotte achtte drs. Colsen
de tijd om daadwerkelijk te be
ginnen uitermate geschikt en hij
drukte dit uit in de woorden die
wijlen president Kennedy eens
sprak: „Let us begin now". Deze
inleiding hield een groot aantal
punten in om het forum dat
daarna werd gevormd, een massa
vragen te bezorgen die door de
leden, bestaande uit districts
voorzitters, werden beantwoord.
MEDEWERKING
De voorzitter van het Zeeuwse
Groene Kruis, de heer J. C.
Hoftijzer, uitte zijn waardering
voor hetgeen drs. Colsen had ge
zegd. Hij was er eveneens van
overtuigd dat een grotere samen
werking met behoud van ieders
principes mogelijk is.
NIET ALTIJD HET BETERE
De vertegenwoordiger van het
Wit-Gele Kruis, de heer Pulles,
Zéi'-dat ook het landelijk bestuur
veel waarde aan districtsvor
ming hecht en dat na lange tijd
van „plannen uitkienen" de tijd
was gekomen om handelend op
te treden. Voor de heer Van Don
gen was dit aanleiding op te
merken dat in ons vaderland „het
betere soms de vijand van het
goede is".
VLOTTE AFWERKING
Na de middagpauze werd de
agenda vlot afgewerkt. De jaar
verslagen werden goedgekeurd.
Het ligt in de bedoeling een „Wit-
Gele-Kruiskrant-Zeeland" vier
maal per jaar uit te geven om
aan het werk zoveel mogelijk
bekendheid te geven. De heren
F. E. Francken (St. Jansteen) en
J. P. Springveld (West-Souburg)
werden bij acclamatie herkozen
als bestuurslid.
Mierenplaag in
Amsterdams ziekenhuis
In het Amsterdamse Burger
ziekenhuis heerst op het ogen
blik een mierenplaag. De chef
van de technische dienst, de heer
N. W. Blom, heeft de vorige
week verschillende keren ge
probeerd een specialist in zui-
veringswerken uit het Gooi, die
voor dergelijke gevallen aan het
ziekenhuis is verbonden, naar
de hoofdstad te laten komen,
Deze was echter in Limburg en
kon onmogelijk voor het begin
van deze week aan het verzoek
voldoen.
De mieren hebben in de tun
nels, waardoor onder meer de
verwarmingsbuizen lopen gun-
tige omstandigheden gevonden
voor een snelle voortplanting.
Op zoek naar voedsel lopen zij
in keuken, gangen en ziekenka
mers rond.
V/er middelen in één tablet doen wonderen
zonder de maag van streek te makenI
De vier middelen verenigd in Che-
farine „4", ieder afzonderlijk al
beroemd, werken te zamen nog
beter en helpen ook vaak dan wan»,
neer andere middelen falen. Ook
zij, die een gevoelige maag hebben,
kunnen Chefarine „4" gebruiken,
want één bestanddeel dient om de
maag te beschermen.
(Adv.)
In de memorie van antwoord van de ministers van justitie en
buitenlandse zaken aan de eerste kamer op de wet „Installaties
Noordzee" herhalen zij de toezegging, dat het beleid der regering
erop gericht is zo spoedig mogelijk een wettelijke regeling van
het bestel te verwezenlijken.
De vraag of terstond na het verdwijnen van de R.E.M.-zender
een derde televisieprogramma tot stand kan komen, wordt ont
kennend beantwoord. De technische en financiële middelen zijn
daartoe niet onmiddellijk beschikbaar.
stand zou komen, vinden zij het
op dit moment niet opportuun
het bijeenroepen van een wereld
conferentie over dit onderwerp
te suggereren.
Het verschijnsel van vaste in
stallaties in de volle zee (andere
dan boorinstallaties) is niet zo
zeer verbreid, dat de regeling
van de volkenrechtelijke positie
door alle regeringen als urgent
zal worden beschouwd. Zodra
zich een geschikte gelegenheid
voordoet, zal de minister van
buitenlandse zaken niet nalaten
de aandacht op de wenselijkheid
van een internationale regeling
te vestigen.
VOLKENRECHT
De regering stelt vast dat de
t. v.-uitzendingen van de R.E.M.
niet door de volkenrechtelijk er
kende „vrijheid van de volle
zee" worden gedekt. De Neder
landse overheid is volkenrechte
lijk bevoegd tegen die gedragin
gen op te treden. Het wetsont
werp pretendeert dan ook niet
de regels van volkenrecht te wij
zigen. De volkenrechtelijke in
houd van de vrijheid van de zee
is vóór en na de inwerkingtre
ding van de wet dezelfde. Het
wetsontwerp is erop gericht
eventuele beperkingen, die de
interne Nederlandse wetgeving
aanlegt, te verwijderen.
Tot dusver is door 98 landen
gereageerd op het langs diplo
matieke weg gedane Nederland
se verzoek om bericht of Vero
nica gerechtigd is de vlag van
die landen te voeren. De ontvan
gen berichten luiden negatief.
NIET OPPORTUUN
Hoewel de ministers het zou
den toejuichen, indien een inter
nationale regeling in wezen
een aanvulling op de Geneefse
verdragen van 1958 inzake het
volkenrecht van de zee tot
GEEN
SCHADEVERGOEDING
Bij een eventueel noodzakelijk
optreden van de overheid op
grond van de voorgestelde rege
ling zal de door de R.E.M. te lij
den „schade" geheel voor reke
ning van de R.E.M. zelf blijven.
De omstandigheid dat particulie
re personen hebben gemeend dat
een bepaalde wetgeving niet tot
stand zou komen of genegeerd
zou kunnen worden, kan be
zwaarlijk een aanleiding zijn
deze personen geheel of gedeel
telijk „schadeloos" te stellen.
Onbekendheid met de Neder
landse folklore heeft de Engelse
zakenlieden, die hebben deelge
nomen aan de van 17 tot 19 nov.
in het Amsterdamse R. A. I.
gebouw gehouden handelsten
toonstelling (British Samples
Fair), parten gespeeld.
Hadden zij geweten, dat de
Nederlanders en de Nederlandse
winkeliers het in de weken vóór
Sinterklaas zo geweldig druk
hebben met kopen en verkopen,
dan hadden zij zich wel goed be
dacht alvorens hun goederen
juist in deze tijd ten toon te stel
len. Er zijn slechts 1500 a 2000
kijkers komen opdagen, niet
meer dan ongeveer een kwart
van de belangstelling, die de or
ganisatoren van de tentoonstel
ling hadden verwacht. Het leek
wel of wij melaatsen waren, zei
een van de exposanten, een
schoenfabrikant.
GEEN BOYCOT
De zakenlieden die er niets
van hadden begrepen, hebben
zich bij hun terugkeer in het va
derland bitter beklaagd over de
geringe belangstelling en tegen
over de pers heeft men de ver
onderstelling uitgesproken, dat
Nederland hun produkten boy
cotte als vergeldingsmaatregel
tegen de heffing van 15 die
Engeland onlangs op geïmpor
teerde goederen heeft gelegd. Dit
is ten stelligste ontkend door de
voorzitter van de winkeliers
vereniging KalverstraatHeili-
geweg, de heer G. Siegers. De
winkeliers kunnen in deze druk
ke tijd eenvoudig niet uit hun
zaak weg, zo deelde hij mee. Ver
der verklaarde hij, dat de meeste
van de geëxposeerde produkten
al in de winkels werden ver
kocht. Bovendien had hij de in
druk, dat de grote Britse bedrij
ven niet op de handelsbeurs ver
tegenwoordigd waren.
Deze „monsterbeurs" werd
gehouden ter voorbereiding van
de „Britse handelsweek", die het
volgend jaar van 15 tot 23 mei
in Amsterdam zal worden ge
houden. Een woordvoerder van
het Britse ministerie van econo
mische zaken heeft inmiddels
reeds meegedeeld, dat deze han
delsweek zal doorgaan.
lil!
Koningin Juliana heeft zich zaterdagavond in Eindhoven in hotel
„Cocagne" ongeveer een uur op ongedwongen wijze onderhouden
met ruim 30 leden van de Nederlandse Olympische ploeg die in
Tokio in de finales een van de eerste zes plaatsen veroverden.
De concerndirectie van de N. V.
Verenigde Glasfabrieken heeft
aan de ondernemingsraad van de
tot dit concern behorende Nieuw-
Buiner glasfabrieken, voorheen
Meursing en Co, meegedeeld, dat
in verband mèt sluiting van de
oude oven in de fabriek te
Nieuw-Buinen ongeveer 175
werknemers uit dat bedrijf zullen
moeten afvloeien.
Na het buiten gebruik stellen
in mei 1963 van een der ouder
wetse glasovens is men in april
1964 met de produktie van ver
pakkingsglas uit de nieuwe glas
oven met twee moderne machi
nes begonnen. De concerndirec
tie verklaarde dat in het kader
van de voortgaande modernise-
rino- en mechanisering van de fa
brieken het noodzakelijk is de
nog in bedrijf zijnde oude glas
oven met verouderde halfauto-
matische machine geleidelijk uit
de produktie te nemen. De voort
durende stijging van het loon
niveau heeft er toe geleid dat dit
sterk arbeidsintensieve deel van
de produktie op een vroeger tijd
stip moest worden beëindigd dan
anderhalf jaar geleden kon wor
den voorzien. Met deze produk-
tiemiddelen is een rendabele pro
duktie in concurrentie met be
drijven die uitsluitend met vol
automatische machines produ
ceren, niet meer mogelijk.
Een deel van de artikelen die
in de fabriek te Nieuw-Buinen
worden geproduceerd, zal in de
toekomst binnen het concern en
in het kader van de samenwer
king met SouchonNeuvesei in
Frankrijk worden gemaakt.
Een gevolg van de sluiting van
De ontmoeting van de lands
vrouwe met de deelnemers en
deelneemsters aan de Olympische
Spelen had min of meer een
besloten karakter en er was te
voren geen enkele publiicteit
aan gegeven op uitdrukkelijke
wens van Hare Masjesteit zelf.
De „club van 144" had een bij
eenkomst belegd, waarop de
Nederlandse deelnemers en
-neemsters waren uitgenodigd.
Deze „club van 144", die drie
jaar geleden werd opgericht en
onder voorzitterschap staat van
generaal Pahud de Mortagnes,
bestaat uit prominente figuren
die veel presteren voor de sport
beoefening. Het aantal leden is
beperkt tot 144. Ook prins Bern-
hard is lid van deze club.
Orchideeën van Ada Kok
„Waarschijnlijk heeft hij ko
ningin Juliana geattendeerd op
deze bijeenkomst in Eindhoven,
die als het ware een uitgezochte
gelegenheid was om haar wens
te verwezenlijken enige tijd op
ongedwongen wijze te vertoeven
in de kring der Olympische
sportlui, met hen kennis te ma
ken en met hen te praten, zoals
eerder prins Bernhard en prinses
Beatrix dat in Tokio konden
doen", zo vertelde ir. P. F. Ot-
ten uit Valkenswaard (president
commissaris van de N. V. Phi
lips), een van de bestuursleden
van de club.
De koningin arriveerde tegen
vijf uur per auto voor hotel Co
cagne, waar zij werd begroet
door burgemeester ir. H. B. Wit
te en het bestuur van de club
van 144. De zwemster Ada Kok
bood de koningin een boeket or
chideeën aan. In de wintertuin
werd koningin Juliana met luid
applaus begroet door leden van
de club zij waren per extra-
trein uit Utrecht naar Eindho
ven gekomen die zich daar
in een erehaag hadden opge
steld.
waar zich 34 leden van de
Olympische ploeg hadden ver
zameld. Zij nam plaats aan een
ronde tafel, waar telkens met
tussenpauze van ongeveer tien
minuten een groepje sportlui aan
haar werd voorgesteld en ver
volgens bij haar aan tafel ging
zitten.
De eersten waren Anton
Geesink en de wielrenner Ger-
ben Karstens en Eevert Dol
man, winnaars van gouden
meadilles. Hare Majesteit be
wonderde de medaille die Ger-
ben Karstens had meege
bracht. Geboeid luisterde zij
naar de verhalen die haar over
Tokio werden verteld en zij
lachte spontaan om leuke voor
vallen die de jongelui vertel
den.
Groepsfoto
Tot besluit werd cl» _hten-
de fotografen gelegenheid gebo
den een groepsfoto te maken
met de koningin tussen de sport
mensen. Anton Geesink bood
namens de gehele Nederlandse
ploeg een gouden herinnerings
medaille van de Olympische
Spelen aan, waarvoor de konin
gin met een „dit is heel mooi"
allervriendelijkst dankte.
Uitgeleide gedaan door het be
stuur van de club, begaf de ko
ningin zich vervolgens onder
luide toejuichingen naar haar
auto. Slechts enkele toevallig
passerende Eindhovenaren wa
ren van haar vertrek getuige.
De leden van de club van 144
verenigden zich daarna aan een
diner, waarna zij tegen tien uur
weer met een extra-trein, zover
ze niet met de auto waren geko
men, Eindhoven verlieten.
(Adv.)
Geboeid
De vorstin begaf zich meteen
naar de Pieter Breughelzaal
de oude oven is dat ongeveer 175
werknemers moeten afvloeien.
Evenals in 1963 toen ongeveer
150 werknemers moesten af
vloeien, is er werkgelegenheid in
een der andere fabrieken van het
concern te Schiedam, Leerdam
en Maastricht.
dé surprise...
gezond, lekker!
De katholieke volkspartij wil de duur van de eerste oefening van
dienstplichtigen op 18 maanden gesteld zien. Ze acht het onge
wenst, mede gezien de ontwikkelingen op dit gebied in de omrin
gende landen, dat momenteel nog 40 procent van de Nederl^idse
dienstplichtigen langer dan 18 maanden dient.
De partij wil verder dat aan
dienstplichtigen een vergoeding
wordt toegekend, welke in ver
houding staat tot het gemiddeld
verdiende jeugdloon. Verder acht
de partij de tijd gekomen voor
een regeling van de rechtspositie
van dienstplichtigen beneden de
rang van tweede luitenant.
Deze drie zijn de voornaamste
zaken uit een rapport dat een
door
ERNST MPSTEB
37)
Sevard condoleerde de wedu
we met het verliës. „Het plot
seling overlijden van uw echt
genoot was voor ons werkelijk
een donderslag uit heldere
hemel. Wij hadden dat heus niet
voorzien. Ik heb 's middags nog
gezellig met hem zitten praten,
hij vertelde iets uit zijn zaken
leven en hij scheen mij juist
energieker toe dan de dagen
daarvoor."
„Ik begrijp het niet," mom
pelde mevrouw Etoja, „ik wil
het ook niet begrijpen. Ik weet
alleen dat mijn man zich dood-
gewerkt heeft. Hij had vroeger
op moeten houden." Ze zweeg
even en vervolgde toen: „Er
komt een auto om hem te halen.
Ik denk vanavond. Zo lang zal
ik graag bij hem blijven."
Dr. Brioni bracht de dappere
vrouw naar de sterfkamer. Toen
trok hij zich terug.
„Laat thuisgekomen gisteren?"
vroeg dr. Fontana lachend toen
ze Sevard in de loop van de
morgen ontmoette.
„Ik was naar de kerk."
„Ja, dat kan ik me zo inden
ken," zei ze spottend. „Je be
doelt zeker in de kerk „Het Lam
Gods", het dorpscafé?"
„Ja, daar ben ik ook geweest.
Maar daarvóór ben ik wérkelijk
in de kerk geweest, Gabriëlle."
„Oh ja, ben je zo vroom? Hé,
dat heb ik eigenlijk nooit ver
moed. Natuurlijk had ik het
kunnen weten."
„Waarom?"
„Omdat je zo'n aardige goeie
jongen bent, Klaus."
„Ik heb orgel gespeeld," zei
hij wat verlegen.
„Orgel? Speel je orgel? Oh,
dan moet je me de volgende keer
vast eens meenemen."
„Oh, met genoegen."
„Ik zou het vreselijk leuk vin
den jou eens te horen spelen."
Zij namen vlug afscheid, want
zij hoorde iemand aankomen en
er werd in een sanatorium als
dit vlug geroddeld.
Het sterfgeval was natuurlijk
in het sanatorium het praatje
van de dag. Ieder wilde weten
waaraan Stoja eigenlijk over
leden was. En iedereen scheen
de vraag te kwellen wie de vol
gende zou zijn.
De dood van Stoja wierp een
zware schaduw op het sanato
rium waar het gewoonlijk nog
al vrolijk toeging. Men vreesde
nu dat de dood nog geen af
scheid had genomen, maar hier
nog rondwaarde, om in een van
de volgende dagen een nieuw
slachtoffer te treffen. Menige
patiënt beluisterde angstig het
kloppen van zijn hart.
Alleen Sternbach scheen zich
van de algemene misère niets
aan te trekken. Maar na afloop
van het partijtje kegelen bracht
hij het gesprek onverwacht op
Stoja.
„Ik heb er wel eens over ge
dacht hoe ik de dood kan ont
lopen, dokter, en dan herinner
ik me de tijd aan het front. Zie
je, wij hebben het daar wel eens
meegemaakt dat er een granaat
viel, die kwam dan vlak bij je
neer ien maakte een trechter.
Dan sprongen wij daar als de
weerlicht in, want dan kon je
er vrij zeker van zijn dat je van
de volgende granaat geen last
had."
„Nou, dat is geen gek systeem"
lachte Sevard. „Wie honderd
jaar kan springen, wordt oud."
„Ja, maar je begrijpt niet wat
ik bedoel, dokter. Met die gra
naattrechter bedoel ik dan nu
de kamer waarin Stoja ligt. Het
liefst zou ik naast hem gaan zit
ten en als hij er uit is, in die
kamer gaan wonen."
„Nou, dat vind ik maar een
merkwaardige opvatting."
„Ja, misschien wel, want in
ons geval moet je dan van de
ene sterfkamer naar de andere
springen om je in veiligheid te
stellen. Maar een ander praatje,
dokter, ik geloof dat die sport
me echt goed doet."
„Nou, daarom kegelen wij dan
ook."
„Het is in ieder geval geen
kostbare therapie".
„Dat klopt. Het medicament
dat u wordt toegediend, kost op
pervlakkig beschouwd niets.
Maar helemaal juist is dat toch
niet, U moet niet vergeten dat
achter dat onnozele partijtje
kegelen de hele organisatie van
dit ziekenhuis staat, de dokto
ren met hun studiejaren, de ver
pleegsters, het materiaal, de
laboratoriumkosten, het arbeids
loon. Of we nu regenwater of
alcohol steriel verpakken, de
moeite is gelijk. Zo moet u
rekenen en daarop zijn ook de
verpleegkosten gebaseerd. U be
taalt niet te veel voor uw par
tijtje kegelen."
„Ik begrijp het, net als bij de
film. Een meter blank celluloid
kost een paar gulden, maar als
de idioterie er eenmaal op staat
is die paar gulden een bedrag
van een paar duizend geworden.
Maar over de film mag ik niet
praten, hè?"
„Nee, beter van niet," knikte
Sevard.
„Mankeerde Stoja eigenlijk
hetzelfde als ik?"
„O nee", trachtte Sevard hem
gerust te stellen, „die had heel
iets anders."
„Beslist?"
„Zonder twijfel, meneer Stern
bach."
„Goed, fijn. Zullen we van-
midag ons partijtje weer spelen?
„Graag."
Beneden ontmoette Sevard
dokter Pehr. Die zag er bedrukt
uit en wiste zich het zweet van
het voorhoofd. „Het heTe huis
is stapel," bromde hij. „Allemaal
omdat Stoja dood is. Ze menen
allemaal dat ze nu ook direct
maar het hoekje omgaan, ze
denken dat de dood een loterij
voor de dienst 'is en ze willen
allemaal een hoog nummer trek
ken."
„Nu ja, in hun omstandig
heden," vergoelijkte Sevard.
„Wij hebben er alleen maar
last mee."
„De patiënten nog meer" glim
lachte Sevard en hij klopte zijn
collega vriendschappelijk op de
schouder.
(Wordt vervolgd.)
commissie van de K. V. P. aan
het dagelijks bestuur heeft uit
gebracht. Dit bestuur heeft zich
met de opvattingen van de com
missie kunnen verenigen en het
heeft de Tweede-Kamerfractie
van de partij van de inzichten
van de commissie in kennis ge
steld.
In het rapport wordt ook ge
sproken over andere zaken. Nu
in verband met het „doorwer
ken" van de geboortegolf in de
nabije toekomst het vrijsteUings-
beleid wellicht wat ruimer ge
hanteerd kan worden, wil de
commissie een eerste prioriteit
verleend zien aan de vrijstelling'
van de derde broeder, een zaak
waarvoor al jarenlang door de
K. V. P. is gepleit.
Verder wordt een lans gebro
ken voor het zoeken van een
juist evenwicht tussen de ge
zinsbelangen van de militair en
de belangen van de militaire
dienst, in het bijzonder bij het
overplaatsingsbeleid. De commis
sie meent dat de minister vari
defensie jaarlijks moet kunnen
beschikken over een eigen wo
ningcontingent. Om daadwerke
lijk op redelijke termijn een op
lossing te bewerkstelligen vooï
de huidige woningnood van het
militaire personeel, acht de com
missie het nodig een stringent
overplaatsingsbeleid te voeren.
De rapporteurs hebben ook de
aandacht gevestigd op de nood
zakelijkheid van goede interne
verhoudingen binnen de krijgs
macht van hoog tot laag en van
goede verhoudingen naar buiten.
Ze stellen dat in de gehele sa
menleving de opvattingen over
de intermenselijke verhoudingen
gedurende de laatste decennia
sterk zijn veranderd. Ook in de
krijgsmacht dienen deze veran
derde opvattingen gestalte te
krijgen, uiteraard met hand
having van de noodzakelijke
tucht en erkenning van de nodige
hiër^chie.