Drs. Th. Coppes
over loonontwikkeling in 1965
tone van het jongste verleden van Terneuzen
Ondernemingsraden
functioneren bevredigend
Nieuw proces tegen S.S.-misdadigers
QO
Pagina 4
DE VRIJE ZEEUW
Zaterdag 19 september 1964
VOORLOPIGE
OOGSTRAMING
MOORD OP 700.000 JODEN
HET JEUGDCONGRES
IN MOSKOU
ZEEPOST
De heer D. W. Ormel, secreta
ris van de commissie onderne
mingsraden van de S.KR., heeft
de indruk dat de ondernemings
raden over het algemeen bevre
digend functioneren. Hij zei dit
In Zeist op een studieconferentie
van de katholieke bond van werk
nemers in bank- en verzekerings
bedrijf en administratieve kan
toren.
Volgens de heer Ormel hebben
zo goed als alle ondernemingen
met meer dan honderd perso
neelsleden een ondernemings
raad, terwijl dit in de kleinere
bedrijven lang niet altijd het ge
val is. In dit verband merkte hij
op dat hij de grens van 25 man
personeel die in de wet op de
ondernemingsraden van 1950
wordt genoemd aan de lage kant
vindt.
ONBESPROKEN
HUWELIJK
Een aanwijzing voor het bevre
digend functioneren van de on
dernemingsraad ziet hij in het
feit dat de ondernemingsraad
weinig publiciteit krijgt: een on
besproken huwelijk is doorgaans
ook goed.
Een andere aanwijzing is dat
tienduizenden werknemers be
reid blijken zonder enige bezoldi
ging jaar na jaar hun beste
krachten aan de ondernemings
raad te geven. De heer Ormel
voegde hieraan toe, dat het nu
tijd wordt dat men zich gaat af
vragen hoe aan de medezeggen
schap van de werknemers in de
ondernemingen meer inhoud kan
worden gegeven.
ARBEIDER-COMMISSARIS
In dit verband ging hij nader
in op de wenselijkheid arbeiders
commissarissen te benoemen.
Hij is het niet eens met de ge
dachte die in verschillende krin
gen leeft dat de werknemers
commissaris niet een personeels
lid van de onderneming mag
zijn, omdat dit hiërarchieke moei
lijkheden zou opleveren.
De heer Ormel staat op het
standpunt dat er van de mede-
zeggenschao van de werknemers
geen sprake meer is, als men
een buitenstaander commissaris
maakt. Het bezwaar dat de werk-
nemers-cothmissaris niet dezelfde
taal spreekt, acht hij niet belang
rijk: ook de andere commissa
rissen zijn niet allemaal ge
nieën. Overigens zal het perso
neel er over moeten beslissen
wie het wil afvaardigen als zijn
vertegenwoordiger in de raad
van commisarissen. Het perso
neel kan zelf de keuze maken als
men dezelfde methode volgt, d;e
nu wordt toegepast bij de kandi
daatstelling voor de onderne
mingsraad.
MEDEZEGGENSCHAP
De heer Ormel stelde dat de
ondernemingsraad altijd, ook als
men een werknemerscommissaris
heeft, het meest geschikte 01-
gaan blijft voor de uitoefening
van de medezeggenschap door -ie
werknemers. Hij acht het daar
om wenselijk de taak en de be
voegdheden van de onderne
mingsraad en de uitbreiding
daarvan nader te concretiseren
Het centraal bureau voor de
statistiek heeft de uitkomsten
gepubliceerd van de voorlopige
oogstraming, welke op 10 sep
tember j.l. is gehouden.
Van tarwe wordt de produktie
voorlopig geraamd op 718.000
ton, hetgeen ruim 187.00 ton of
35 meer is dan verleden jaar.
Deze toeneming is zowel het ge
volg van de areaaluitbreiding,
als van een te verwachten gun
stige opbrengst per ha, welke
13 hoger ligt dan 1963 en
17 hoger dan het tienjaar
lijkse gemiddelde. Van de win
tertarwe wordt het gemiddeld
rendement geschat op 5070 kg/ha
en van de zomertarwe op 4350
kg/ha.
Van haver en mengsels van
granen worden kleinere oogsten
verwacht dan verleden jaar resp.
410.000 ton (—3 en 119.000
ton 18 De vermindering
kan geheel worden toegeschre
ven aan de sterke inkrimping
van de arealen van deze gewas
sen.
De 200 ha, welke in 1964 be
plant zijn met kanariezaad, zul
len waarschijnlijk nog een totale
oogst kunnen leveren van 480
ton.
De produktie van fabrieks
aardappelen wordt voorlopig ge
raamd op 1.430.000 ton tegen
1.299.000 ton in 1963 10
Van de reeds grotere oppervlakte
wordt namelijk bovendien een
gemiddeld rendement verwacht
van 32.900 kg/ha, hetgeen 8
hoger is dan verleden jaar en
17 hoger dan het tienjaar
lijkse gemiddelde.
dan in 1950 in de vrij elastische
wet op de ondernemingsraden is
geschied. Het opnemen van sanc
ties in de wet lijkt hem niet no
dig. Wel zal er een mogelijkheid
tot beroep moeten zijn. De heer
Ormel denkt daarbij aan het
recht van enquête zoals de aan
deelhouders dat al hebben. Van
dit recht zal uiteraard alleen ge
bruik moeten worden gemaakt
wanneer er goede grond is om
aan te nemen dat de onderne
ming slecht wordt geleid en dat
de belangen van de werknemers
geschaad worden. Er zou tevens
een recht van beroep bij het col
lege van beroep voor het be
drijfsleven kunnen worden over
wogen tegen beslissingen van de
leiding van de onderneming die
in strijd zouden kunnen zijn met
de belangen van het personeel.
De heer Ormel zei tenslotte
dat van de weg naar de mede
zeggenschap nog maar een klein
deel is te overzien en dat de ver
dere ontwikkeling vooral af
hangt van de bereidheid van de
vakbeweging en haar leden om
zich daarvoor in te zetten.
(Adv.)
POLAROID LAND CAMERA'S
ZWART/WIT FOTO'S
IN 10 SECONDEN
KLEUR IN 60
Vraag een demonslratle bij:
FOTO-KINO BUT
Noordstraat 6 Terneuzen
Telefoon 01150—2485
Op 12 oktober zal in Düssel-
dorf een begin worden gemaakt
met de berechting van elf voor
malige S.S.-ers. Zij zullen zich
moeten verantwoorden voor hun
aandeel in de uitroeiing van
700.000 Joodse mannen, vrouwen
en kinderen in het beruchte ver
nietigingskamp Treblinka nabij
Warschau.
Het grootste deel der joodse
bewoners van het getto in da
Poolse hoofdstad kwam tussen
juli 1952 en oktober 1943 in de
gaskamers van Treblinka om.
Op 2 augustus 1943 ondernam
een groep geïnterneerden een
wanhoopspoging om aan de
slachting een einde te maken. Zij
doodden kampbewakers, staken
gebouwen in brand en vluchtten
vervolgens naar nabij gelegen
bossen. De poging mislukte en de
gaskamers bleven nog twee
maanden lang op volle toeren
doordraaien, totdat het getto in
Warschau met de grond gelijk
was gemaakt en vrijwel alle in
woners het leven had gelaten.
BOERDERIJ CADEAU
Treblinka had zijn taak ver
vuld. De gaskamers werden af
gebroken en met het puin ervan
werd een boerderij gebouwd, die
aan een Oekrainische bewaker
ten geschenke werd geheven.
85 overlevenden, voor het me
rendeel buiten West-Duitsland
woonachtig, zullen in dit proces
dat minstens vier maanden zal
duren, als getuige worden ge
hoord.
Tien der beklaagden waren
destijds onderofficier. De enige
officier was de 50-jarige ex-lui
tenant Kurt Hubert Franz, thans
kok van beroep, die aanvankelijk
waarnemend commandant van
Treblinka was en later tot com
mandant werd bevorderd. Hij
had de bijnaam „de pop". Andere
beklaagden werden Frankenstein
en „de engel des doods" ge
noemd.
Ook vrijdagmorgen is het weer
rumoerig geweest op het wereld
forum van de jeugd, dat te Mos
kou wordt gehouden. Procedure
kwesties gaven opnieuw aanlei
ding tot beschuldigingen over en
weer. De zitting begon een uur
te laat. Direct na de opening be
klom een Noordkoreaan het
spreekgestoelte en schreeuwde
in het Frans: „Het forum ver
loopt maar weinig democratisch".
Een vertegenwoordiger van
Noord-Vietnam meende, dat de
Russisch-gezinde leiding voor
waarden schept, die het de af
gevaardigden onmogelijk maken
hun mening uiteen te zetten.
Het forum waaraan vertegen
woordigers van 100 landen deel
nemen, is bijeengeroepen om het
imperialisme en het kolonialis
me te bespreken.
Donderdag toen er een begin
werd gemaakt met de werkver
gaderingen, brak er een heksen
ketel los toen de Chinezen ver
klaarden dat zij op onbehoorlijke
wijze waren aangevallen door de
Russisch-gezinde organisatoren
van het forum.
Vrijdagmorgen nodigde de
voorzitter de Zuidvietnamese de
legatie uit het woord te voeren.
Hun vertegenwoordiger kreeg
echter de kans niet, want een
Noordkoreaan beklom snel het
spreekgestoelte en eiste het
woord over een punt van orde.
Daarna nam een Noordvietna-
mees het woord.
Ook in het komende overleg over de ruimte voor de lonen in
1965 zal het gewenst zjjn dat de vakcentralen goed samenwerken.
Men kan de zorgen van de regering delen over de economische toe
stand, maar het is duidelijk, dat men voor 1965 onder de omstan
digheden van vandaag niet een loonbeleid kan voeren dat uitslui
tend is gebaseerd op berekeningen omtrent produktiviteit en wat
dies meer zij.
De loonstijging kan men niet
zonder meer bepalen en ten kos
te van alles dient vermeden, dat
er een loonontwikkeling komt
die geen verband vertoont met
hetgeen op papier werd afge
sproken.
Aldus drs. Th. Coppes, alge
meen secretaris van het Neder
lands katholiek vakverbond, die
in Zeist op het studiecongres van
de katholieke bond van werkne
mers in bank- en verzekerings
bedrijf een inleiding hield over
de vakbeweging.
De vakcentralen menen dat
ook in 1965 een loonsverhoging
zal moeten worden doorgevoerd.
De grenzen voor het loonbeleid
kunnen pas worden aangegeven
na het S.E.R.-onderzoek en de
daarop volgende onderhandelin
gen in de stichting van de ar
beid.
GEVOLG VAN INFLATIE
Aan het begin van zijn betoog
had de heer Coppes geconsta
teerd, dat er veel tegengestelde
opvattingen bestaan over de vak
beweging.
Volgens sommigen moet die
strijdbaarder worden om van Ne
derland een sociaal paradijs te
kunnen maken; anderen menen
dat de vakbeweging slechts een
betrekkelijke taak heeft en dat de
zelfstandige ondernemer alleen
verantwoording schuldig is aan
zichzelf en God, terwijl een derde
groep de vakbeweging alleen
maar schadelijk vindt voor het
land omdat ze de oorzaak zou
zijn van inflatie.
Over dit laatste zei de heer
Coppes, dat de Europese inflatie
voor Nederland een gegeven is,
dat de vakbeweging niet kan
tegenhouden. De loonexplosie
van dit jaar was veel meer het
gevolg dan de oorzaak van de
inflatie en de spanningen op de
arbeidsmarkt
In ieder geval lijkt het hem
onder de huidige omstandigheden
het beste, dat de vakbeweging
op haar eigen manier verder
gaat en probeert om met vermij
ding van de juist voor haar leden
zo kwalijke gevolgen als werk
loosheid en prijsstijging een zo
groot mogelijk deel van de wei
vaart voor de werknemers te
krijgen.
VERMOGENSAANWAS
Voor een goede belangenbehar
tiging van de werknemers is een
eensgezind optreden van de vak
centralen nodig. Drs. Coppes
stelde vast, dat op dit punt de
laatste jaren grote vooruitgang
is geboekt. Een van de meest
recente voorbeelden is het ge
zamenlijke rapport over de ver-
mogensaanwasdeling. Over dit
rapport zei de heer Coppes, dat
het een oplossing biedt die ge
heel binnen de huidige maat-
schappijstruktuur met onderne
mingsgewijze produktie blijft.
Over het feit, dat de werknemers
hun aandeel niet direkt kunnen
spenderen, wordt veel te nega
tief gedacht: men moet het juist
positief waarderen dat tallozen
die daar tot nu toe geen kans
voor zagen, via dit systeem een
reserve kunnen vormen, die in
noodgevallen altijd voortijdig
kan worden gedeblokkeerd.
Met de volgende schepen kan
zeepost worden verzonden. De
data, waarop de correspondentie
ter post moet zijn bezorgd, staan
achter de naam van het schip
vermeld.
Argentinië:
m.s. „Alnitak" 20-9
m.s. „Laënnec" 22-9
m.s. „Argentina Star 26-9
Australië:
m.s. „Talisman" 24-9
Brazilië:
m.s. „Alnitak" 20-9
m.s. „Rhöne" 23-9
m.s. „Argentina Star" 26-9
Canada:
s.s. „Nieuw Amsterdam" 20-9
m.s. „Havketjell" 24-9
Chili:
m.s. „Weimar" 20-9
m.s. „Ares" 22-9
Kenya, Oeganda
en Tanganyika:
m.s. „Fred. de Lesseps" 20-9
Ned. Antillen:
m.s. „Maron" 22-9
Nieuw-Zeeland:
m.s. „Karimata" 20-9
m.s. „Persic" 24-9
Suriname:
m.s. „Willemstad" 22-9
Verenigde Staten
van Amerika:
s.s. „Nieuw Amsterdam" 20-9
m.s. „Kerkedijk" 23-9,
Zuid-Afrika (Rep.)
en Z. W.-Afrika:
m.s. „Edinburgh Castle" 20-9
m.s. „Oranjefontein" 22-9
Inlichtingen betreffende de
verzendingsdata van postpakket
ten geven de postkantoren.
door JOH. DE VRIES.
XXIIL
Kaijser vertelt, dat hij aan deze keet heeft helpen bouwen.
Aanvankelijk werd ze geplaatst onder de bomen aan de oostbeer,
later afgebroken en overgebracht naar de „leeuwerkeput" (bij
de oesterputten) om tenslotte te worden geplaatst tegenover de
Leeuwtjes.
Om dan het verhaal van Kaijser te besluiten nog de namen
van enkele (een paar heb ik er al genoemd) Joodse gezinnen.
Kunstenaar, wonende in de Tholensstraat, die er altijd op uit
trok met de kruiwagen, waar hij een vaste man voor had om te
kruien. Vervolgens de oude Van Leeuwarden, oproeper bij de
notaris, de vader van de latere Joseph van Leeuwarden, even
eens oproeper, die de oudere Terneuzenaars zich nog wel zullen
herinneren. Deze laatste was, voor zover me bekend, nooit ge
trouwd en woonde met zijn zuster „lesje" samen in de „Schotse-
hoek". De familie Van Leeuwarden genoot de achting van de
Neuzense burgerij. Wat wel is gebleken bij het 25-jarig jubileum
als oproeper van Van Leeuwarden sr.
Na de waardevolle inlichtingen van Kaijser voer ik u mee
naar de gezellige kamer op de Blokken, waar het echtpaar
Wielandde Nering in gezelschap van zoon Piet mij met genoe
gen verwacht. (De oudjes verblijven thans in „Scheldeoord".)
Het is wat stout te beweren dat vader Wieland deze middag
zijn kracht moet putten uit een ei (trouwens, 't is een lege dop!)
maar vóór hem op tafel ligt dan een groot, leeg struisvogelei,
dat hoe breekbaar ook dateert van omstreeks 1900.
Behalve de curiositeit op zichzelf is daaraan voor Wieland een
geschiedenis verbonden, die u en mij kan interesseren.
Omstreeks 1900 dan, het kan ook 1899 zijn geweest, ligt de
driemastbark „Alexander" in „de put" om te worden gelicht
van 23 voet tot 18 voet en daarna door te varen naar Gent.
De losse lading bestaat uit vogelmest, waartussen zich vele
kadavers en karkassen van vogels en andere dierlijke bestand
delen bevinden, o.a. ook het u al bekende struisvogelei.
Geweldig is de stank, die bij de overlading oorzaak is, dat
enkele arbeiders onwel worden en tijdelijk het werk moeten
staken.
Wieland vervult aan boord tijdelijk de functie van scheepskok,
want het was destijds nogal eens gebruikelijk, dat bij een lang
durige ligtijd de gewone bemanning voor het grootste deel werd
afgemonsterd. De kapitein en het hogere personeel bleven dan
aan boord.
Men went tenslotte aan alles. Laten we hopen dat het scheeps-
luchtje zich niet al te zeer heeft vermengd met de producten uit
de kombuis van Wieland!
Maar goed, na het lichten moet via de middensluis (toen dus
westsluis) de bark het kanaal worden opgebracht.
Volgens de oude stuurman is het schip te breed om de sluis
te kunnen passeren. De jonge 23-jarige kapitein, nog wat onge
routineerd in dergelijke zaken, bovendien beïnvloed door Gentse
heren die aan boord komen, deelt die bezwaren niet.
Daar komt dan, net op het keren van het tij de bark op de
sluis aanlopen, getrokken door een klein sleepbootje, de ouwe
„Klamper". Het kleine ding heeft al moeite genoeg met de bark
en net als de „Klamper" de kolk inloopt, gebeurt wat de oude
stuurman heeft voorzien: het schip met zijn brede voorstuk
raakt klem in de sluis!
Sluismeester Loekemeijer in zak en as! Het water is al aan
het vallen en er is geen beweging in het schip te krijgen! Noch
vooruit, noch achteruit! Tot dan met veel moeite en met behulp
van kabels, vastgemaakt aan de palen op de wal voor het post
kantoor het gevaar net op tijd wordt bezworen!
Het is duidelijk, dat de „Klamper" de bark weer terug naar
de put brengt, waar de lading nu geheel wordt gelost. Dit ge
beurt dan eerst tot 500 ton, waarna de laatste 500 ton geleidelijk
bij de uitlading wordt vervangen door 500 ton ballast (afval
ijzererts).
Alles bij elkaar ligt het schip daarna nog acht weken in „de
put" om dan „op de run" naar York (Engeland) te worden ge
bracht, zodat er een einde komt aan het koksbaantje van Wie
land!
Kijk, ik geef deze gebeurtenis weer, omdat ze, naar ik meen,
typerend is voor de haven- en kanaalmoeilijkheden in dat tijds
gewricht en duidelijk aantoont, hoe nodig het werd een nieuwe
zeesluis te graven.
Ingang van de oude boerderij „De Leeuwtjes
Na deze aanloop komt vader Wieland eerst goed op dreef!
Op zijn praatstoel wordt hij soms flink bijgestaan door moe
der Wieland die hem af en toe corrigeert en inspireert!
Zo zullen we dan uit Wielands prille jeugd zijn loopbaan vol
gend vanzelf op oude Terneuzense toestanden stuiten, waar het
toch eigenlijk om begonnen is.
Als timmermansknechtje, 11 jaar oud bij Dirk van den Ouden,
wiens werkplaats door een poort halverwege de Lange Kerk
straat is te bereiken (dat was een eindje voorbij de Pelmolen)
kunnen we Wieland aantreffen, die bezig is zich te bekwamen in
de edele timmerkunst tegen een beloning van 5 cent per uur!
Over maximum-werktijden breekt men zich vooralsnog het
hoofd niet; 10 of 12 uur, al naar het uitkomt!
Het loon is niet hoog, maar alle beetjes helpen in die dagen
en al zal misschien het weekloontje nauwelijks drie gulden heb
ben bedragen, dan betekende dat in die tijd toch een welkome
steun voor vader en moeder. Dirk van den Ouden, de overgroot
vader van de heer Van den Ouden, sigarenhandel Noordstraat, is
een nogal strenge baas, die er niettemin terdege voor zorgt, dat
Wieland niet vroegtijdig in de verleiding wordt gebracht het
ook eens met sterke drank te proberen! Want dat euvel, zo mag
ik het toch wel noemen, deed zich ook voor tijdens de werk
zaamheden van welk ambacht dan ook.
Laten we niet te hard zijn in ons oordeel hierover. Er was
meestal zo weinig afleiding buiten het werk; er viel zo weinig
te genieten en zo lang te werken!, dat naar het genotmiddel
„drank" gemakkelijk werd gegrepen. Maar tientallen jaren Heeft
dit zeker als een volkskanker gegolden!
Hoe dan ook, als Wieland voor de oudere knechts, twee Mid
delburgers, een Jan de Lange en een zekere Hendrik Ceulemans,
zoon van een dominee Ceulemans, naar café Maandag werd ge
stuurd om een „Heemskerkje" (dat was de benaming voor een
of andere borrel!) dan was daar het uitdrukkelijk verbod van
baas Van den Ouden bij; geen druppel voor Wieland!
Wieland wilde wel meer van het vak weten en zo kreeg hij al
gauw enig onderricht van „Dirkje Scheele", vader van de latere
architect Scheele, die na 1900 in de Lange Kerkstraat woonde.
Wieland heeft verscheidene jaren in het timmervak doorge
bracht. Hij herinnert zich o.a. de bouw van de openbare school
te Hoek. Hij was toen 16 jaar.
Balkenstein (uit Schotse hoek) was aannemer. Wieland ver
telt, hoe hij uit Terneuzen met een handkar vol planken en zo
meer, die eerst bij Balkenstein moesten worden opgeladen, samen
met G. Verlinde de kar naar Hoek moest duwen om daar de
spullen af te leveren bij Kaijser, de vader van onze tegenwoor
dige oudste inwoner H. Kaijser.
Hij weet nog goed, dat moeder Kaijser zo gul vroeg: „Jonges
'èn judder geen 'onger?", waarop ze natuurlijk als 16-jarige kna
pen geen „nee" konden zeggen en zich „het boerenbrood m«e
'amme" goed lieten smaken!
(Wordt vervolgd.)