Gemeenteraad van Sas van Gent
Met aardgas
stoken is
goedkoper
Onderzoek naar
slachtpartij
onder Poolse
militairen
Nieuwe
spoorwegstaking
in Italië
Gemeente Terneuzen
Oorlogszuchtige
toespraak van
Nasser
REKLAME OP
ZWITSERSE T.V.
Zaterdag 25 april 1964
DF. VRTTF ZEEUW
Historie van het jongste verleden van Terneuzen
Pagina 3
Nr 2217, 14-8-1886 26e jg.
1852.
Ingezonden stuk. Ter herinnering van een vorstelijk bezoek aan
Terneuzen.
FRUITSEIZOEN
Het einde van het fruitseizoen
19631964 is voor Zeeland in
zieht. Slechts in de komende
week zal er op de Zuidbeveland-
se fruitveilingen nog spralke zfjn
van een aanbod van appels van
enige betekenis. Vorig jaar
werd tot eind mei fruit uit de
koelhuizen op de Zeeuwse vei
lingen aangeboden. Er is dit
voorjaar steeds een grote vraag
geweest naar bewaarfruit en dat
heeft ertoe geleid dat de telers
vlugger dan anders hebben ge
ruimd.
Op het ogenblik is het ras
„golden delicious" het belang
rijkste appelras dat wordt aan
gevoerd. De vraag naar deze
appel is groot, zowel voor de bin.
nenlandse markt als voor ex
port (West-Duitsland, Frankrijk
en België).
Op de veiling in Kapelle-Bieze-
linge worden reeds drie keer per
week aardbeien geveild, afkom
stig uit kassen waarin is ge
stookt en de planten zijn belicht.
De vraag naar deze aardbeien
is groot, zowel uit binnen- als
buitenland. De prijs van de bes
te kwaliteiten lag deze week
dicht tegen ƒ2,per doos van
200 gram. Ondertussen zijn ook
de eerste aardbeien aangevoerd
uit de kassen waarin alleen is
gestookt. Op een geleidelijke uit
breiding van de aanvoer van dit
produkt mag worden gerekend.
„De tarieven van het
aardgas zijn zodanig ge
steld dat stoken met aard
gas goedkoper is dan met
haardolie, anthraeiet of
cokes en concurreert met
huisbrandolie voor centrale
verwarming" Dit zei ir. D.
J. Adriaanse, directeur van
het gemeentelijk gasbedrijf
te Groningen, op een re
gionale vergadering van
het Nederlands instituut
voor ruimtelijke ordening
en volkshuisvesting, ge
wijd aan de verwarming
van de woning.
Speciaal in Groningen
klemt de vraag, aldus ir.
Adriaanse, of wij op twaalf
kilometer afstand van de
tweede aardgasbron ter
wereld de woningen zo
danig moeten inrichten
dat hiervoor zwavelhou
dende olie uit het Midden-
Oosten wordt aangevoerd.
Hij meende dat men in de
hoogste mate proiijt zal
moeten trekken van de
specifieke eigenschappen
van het aardgas.
Volgens het blad „Trybuna
Ludu", het orgaan van de Pool
se communistische partij, stelt
de Poolse commissie van onder
zoek naar Duitse oorlogsmisda
den een onderzoek in naar de
massale moord op 600 a 800 on
gewapende Poolse soldaten, die
in september 1939 door Duitse
troepen werden doodgeschoten.
Het blad meldt, dat een voorma
lige tweede luitenant, Jan Zajac,
die van de moordpartij getuige
was geweest, nieuwe bijzonder
heden heeft medegedeeld. Vol
gens Zajac werden de Poolse
militairen neergeschoten na de
overgave van een Poolse vesting
bij Modlin, ruim dertig kilome
ter ten noordwesten van War
schau. Zajac verklaarde, dat
hier sprake was van een wraak
zuchtige behandeling wegens .de
heftige tegenstand, die de Polen
hadden geboden.
Kortgeleden heeft Polen de
periode waarbinnen oorlogsmis
dadigers kunnen worden opge
spoord en berecht, voor onbe
paalde tijd verlengd.
Zes gewonden bij
autobotsing
In Woubrugge is gisteren een
ernstige botsing gebeurd tussen
een treiler en een stationcar. De
eerste kwam uit Woubrugge en
verleende geen voorrang aan de
auto waarin zeven mensen zaten
die uit Kapelle aan de IJssel
kwamen.
De auto werd bestuurd door
de heer H. Verhoef, die met nog
een inzittende zeer zwaar ge
wond naar het academisch zie
kenhuis te Leiden werd ge
bracht.
Vier anderen werden min of
meer ernstig gewond en ook
naar het ziekenhuis in Leiden
gebracht.
De chauffeur van de vracht
wagen kwam met de schrik vrij.
Beide wagens liepen zeer zware
schade op. Ook sneuvelde er nog
een lichtmast.
Het Italiaanse spoorwegperso-
neel zal op 5 mei, te beginnen
's avonds acht uur, voor 24 uur
in staking gaan ter onderstre
ping van hun eisen om hogere
lonen.
Op 2 april j.l. werd reeds een
staking; van twee dagen afge
kondigd. waaraan volgens rege-
ringscijfers door veertig procent
van het personeel werd deelge
nomen.
De Engelsche Koningin Victoria, terugkeerende van een be
zoek bij de vorstelijke familie in België, en door het stormach
tige weder verhinderd in zee te steken, kwam, vergezeld van
haren gemaal, Prins Albert en 4 kinderen, op den 15 den Augus
tus 1852, met een gedeelte eener aanzienlijke vloot vóór Ter
Neuzen voor anker. In den namiddag in 2 sloepen aldaar aan wal
gebracht, gaven deze Vorstelijke bezoekers al aanstonds het be
wijs, hoe hoog de landbouw, ook bij de aanzienlijkste standen
in Engeland geschat wordt. Zonder zich in te laten met de ves
ting- en waterstaatswerken van Ter Neuzen, namen zij plaats
in een gewoon rijtuig en stapten af aan de eerst in het oog val
lende landbouwerij, bewoond door de weduwe van Willem de
Feijter, om die te bezichtigen.
Hoezeer op de ontvangst van een zulk een Vorstelijk Gezel
schap, en dat zoo onverwachts, geenszins afgericht, beijverden
zich evenwel de bewoners dier hofstede, in hunne landelijke
eenvoudigheid, om aan de verlangens der Koninklijke bezoekers
te voldoen, door alles wat de landbouwerij betreft te laten be
zichtigen. Met de grootste belangstelling werden woning, schuur
en stallen, eene in werking gebrachte karnmolen, voorts de
bouw- en weilanden, benevens het vee in oogenschouw genomen.
De kleederdracht der Zeeuwsche landlieden trok inzonderheid
de aandacht. Ook werd de gewone en keurige melkdrank met
smaak genuttigd. En nu nog met bloemen rijkelijk begiftigd,
namen de dubbel gekroonden hoogst voldaan afscheid en reden
nu nog den fraaien weg op naar Axel, tot aan de herberg de
Zwaan, waar zij niet weinig verrast werden met het Engelsche
volkslied, door een zanggezelschap uit Ter Neuzen aangeheven,
hetwelk zij met ongedekten hoofde en zichtbaar welgevallen aan
hoorden.
Naar Ter Neuzen wedergekeerd, scheepte het Koninklijk ge
zelschap door de ingezetenen op de hartelijkste wijze begroet,
zich in en stoomde den volgenden morgen op naar Vlissingen,
om met het overige aldaar ter reede liggende gedeelte der vloot
naar Engeland te stevenen.
Weldra bleek het hoe Hare Majesteit gezind was dit onver
wachte bezoek in vereerend aandenken te houden, toen de Ant-
werpsche kunstschilder Louis van Kuyk den 23 sten September
in Ter Neuzen aankwam, met den Koninklijken last om eene af-
teekening te maken zoowel van de bezochte hofstede met een
vijftal portretten der bewoners, als van het eenvoudige rijtuig
waarvan de Vorstelijke stoet gebruik gemaakt had. En nog tref
fender bleek zulks, toen de weduwe den 2den October van wege
H.M. eene gouden vaas ontving, met eenen brief, waarin haar
verzocht werd deze gift te willen aannemen als een blijk van
erkentelijkheid voor hare vriendelijke en gastvrije ontvangst.
Deze vaas, met het deksel eene hoogte van 2,5 decimeter heb
bende, waarop aan de eene zijde „Widow Feijter" August 1852"
en aan de andere de letters V. R. keurig zijn ingesneden en welke
op eene hooge waarde geschat wordt is gewis een aandenken der
Engelsche Koningin alleszins waardig".
w.g. J. VAN DER BAAN, Wolfaartsdijk.
Het is met de koninklijke bezoeken te Terneuzen maar zo niet
afgelopen. Bijna twee jaar later, en nu in de winter, want „op
Vrijdag 29 Dec. 1854 zijn de Afrikaanse prinsen Lamina Caremo,
troonopvolger en Joseph Carimo van de door tegenwind ter reede
van Neuzen liggende Belgische oorlogsbrik „Duc du Brabant",
kommandant Petit, met de sloep te Neuzen aan wal gekomen
en aldaar gezamentlijk met de kommandant van genoemd schip
en den Belgischen vice-consul J. T. de Smidt eene wandeling ge
maakt, bij 'welke men o.a. ook den gouden vaas, destijds door de
Koningin van Engeland tot aandenken van haar bezoek op de
hofstede aan de wed. De Feijter geschonken, alsmede de mee-
krapfabrijk heeft bezichtigd."
Hofstede „De Leeuwtjes"
We mogen uit dit bericht niet de gevolgtrekking maken, dat
het Congolese Prinsen zijn geweest; immers de Belgische invloed
in Congo dateert eerst vanaf 1878/79.
Maar goed, er zal bekijks genoeg zijn geweest en stof tot pra
ten te over!
We maken hier ook kennis met een oude Terneuzenaar, J. T.
de Smidt, die in de Nieuwstraat heeft gewoond en wiens beide
dochters na 1900 de zaken hebben voortgezet.
De „Meekrapfabrijk", waarvan sprake is, zal wel de „meestoof"
„de Hoop" zijn geweest, die nabij Driewegen (toen Naaikussen)
was gelegen, en die naar ik veel later las, op 2 mei 1884 door
brand is vernield.
De verbouw van meekrap nam in de provincie Zeeland rond
1850 een grote plaats in en ook in O. Z.-Vlaanderen werden de
z.g. „meestoven" aangetroffen. Zo blijkt uit een bericht van
6 mei 1884, n.a.v. de door brand vernielde meestoof „de Hoop",
waarover ik zoeven sprak, dat dit de laatste was van de vier,
die eenmaal sprekende bewijzen waren van een uitgebreide
handel in meekrap in het Land van Axel.
Oojc in het Land van Hulst beginnen de meestoven in 1884
langzamerhand te verdwijnen. Vroeger trof men daar zeven
meestoven aan; in 1884 vond men ze enkel nog te Luntershoek
in de Dullaertpolder, te Walsoorden en te Lettenburg (Kuit
aart). Voor wie niet precies mocht weten wat meekrap is, wil
ik dat, zonder al te veel in bijzonderheden te treden, nog wel
even verduidelijken. Meekrap is een overblijvend gewas, dat
Tweede partiële wijziging „Zuid"
van het uitbreidingsplan
in hoofdzaak.
Het hoofd van het Gemeente
bestuur van Terneuzen brengt
ter openbare kennis, dat vanaf
27 april 1964 gedurende veertien
dagen ter gemeentesecretarie
voor een ieder ter inzage ligt het
raadsbesluit van 23 april 1964,
no. 13, tot vaststelling van de
tweede partiële wijziging „Zuid"
van het uitbreidingsplan in
hoofdzaak, met bijbehorend ren
vooi, zoals dit plan )s vastge
steld bij raadsbesluit van 18
april 1946, goedgekeurd door
Gedeputeerde Staten van Zee
land d.d. 31 oktober 1946, onder
no. 2558/234, 3e afdeling en laat
stelijk gewijzigd bij raadsbesluit
van 30 mei 1963, no. 11, goedge
keurd door Gedeputeerde Staten
van Zeeland d.d. 10 januari 1964,
onder no. 2404/274, 3e afdeling.
Binnen zes weken na afloop
van bovenvermelde termijn kun
nen belanghebbenden, die zich
met bezwaren tot de Raad heb
ben gewend, tegen dit plan be
zwaren bij Gedeputeerde Staten
indienen.
Terneuzen, 25 april 1964.
Het hoofd van het Gemeente-
''bestuur voornoemd,
H. RIJPSTRA.
President Nasser is donderdag
zoals gemeld onverwacht in
Jemen aangekomen. In een toe
spraak op het „plein van de be
vrijding" in Sanaa zei hij; „Wij
zweren bij God dat wij de Engel
sen uit alle delen van de Arabi
sche wereld zullen verjagen."
„Wij hebben bloed vergoten
en mensen opgeofferd maar wij
overwonnen," aldus Nasser. „Wij
zullen opnieuw bloed vergieten
en mensen opofferen en we zul
len opnieuw overwinnen zoals
in Egypte en in Jemen," zo ver
volgde hij.
Een rumoerige menigte richt
te zich tot de Egyptische be
windsman met kreten als „be
vrijdt Aden, oh Jamal" (Nassers
voornaam).
De Jemenitisohe president
allal, die Nasser „de grootste
lan ter wereld" noemde, be
dankte de Arabische republiek
voor de verleende steun aan de
JemeniüKto molutta.
Woensdagavond kwam de ge
meenteraad van Sas van Gent in
openbare vergadering bijeen.
Een voorstel tot onderhandse
aanbesteding van de bestratingen
en rioleringswerken in het ex
ploitatieplan „Noord-West" werd
aangenomen. Aannemer is de
firma De Ruysscher uit Biervliet
voor 1.238.000.
Een schrijven van de minister
van binnenlandse zaken over de
herindeling in Zeeuws-Vlaande-
ren en het rapport afvalwater
leiding werden voor kennisge
ving aangenomen.
Voorts was men met bevoeg
de instanties tot de slotsom ge
komen dat een woonwagenkamp
gezien in het regionale vlak niet
meer uitgesteld kon worden.
Men zou deze kwestie ook op
hoger niveau bekijken.
De heer De Groff verzocht het
college in deze kwestie actief op
te treden.
Hierna vroeg de heer De Rijk
als voorzitter van de commissie
van onderzoek in de kwestie van
de interne moeilijkheden tussen
wethouder He Maayer en het ge-
meentepersoneel de vergadering
even te schorsen. De schorsing
duurde bijna anderhalf uur. In
die tussentijd werd in besloten
zitting behandeld wat algemeen
bekend geacht wordt in de ge
meente.
In de openbare zitting volgde
de mededeling dat de kwestie in
een volgende vergadering weer
aan de orde zou komen.
De heer L. de Meyer, die kri
tiek had op het beleid van de
waterleiding, verzocht het col
lege uitvoeriger gegevens over
het wel en wee van de water
leidingmaatschappij. Hij vond
dat een en ander teveel in de
doofpot wordt gestopt.
Oo(k de heer De Groff vond
dat men alles te veel geheim
hield en dat de maatschappij
niet handelde in overeenstem
ming met wat men van een over
heidslichaam zou mogen ver
wachten.
Bij enige verzoeken van scho
len om gemeentegelden voor
aanschaffing van instrumenta
rium, vergoeding vakonderwijs,
natuurkunde-instrumentarium en
inrichting van lokalen vroeg de
heer De Groff of het niet moge
lijk was dergelijke verzoeken te
bundelen zodat niet in alle raads
vergaderingen zulke verzoeken
worden aangeboden. Men be
sloot een schrijven te richten
aan de diverse schoolbesturen
om deze gevallen per drie maan
den aan te bieden.
Bij deze bespreking kwam
naar voren dat de openbare
school op dit ogenblik achter
staat wat betreft de boeken, Er
bevinden zich nog boekjes die
meer dan twintig jaar oud zijn
en waarin nog oude spelling
voorkomt. Een en ander kan
verholpen worden, als de school
de nodige stappen doet.
Een verzoek om vergoeding in
de extra-funderingskosten van
de heer J. J. van Moorten werd
afgewezen. Mevr. Vervaet—Die-
rickx wilde een uitzondering
voor dit geval evenals de heer
Van Assche. Er werd echter
geen stemming gevraagd.
Bij de rondvraag drong de
heer De Rijk aan op de aanleg
van een trottoir bij de nieuwe
huizen in de Zandstraat.
De heer Van Assche vroeg
plaatsing van een bank in de om
geving van de Maleteaustraat.
De Zwitserse regering heeft
besloten reclame op de televisie
toe te staan, doch slechts twaalf
minuten per avond, uitgezonderd
op zondagen en nationale feest
dagen.
Reclame voor alcohol, tabak en
geneesmiddelen is verboden,
evenals politieke en religieuze
propaganda,
wortelstokken vormt. Wanneer deze wortelstokken 2 a 3 jaar
oud waren, werden ze gedolven, gedroogd en naar de meestoven
vervoerd, waar ze nog verder werden gedroogd onder een be
paalde temperatuur van 50 a 60 graden C. De wortelstokken wer
den daarna gebroken, soms ook wel eerst van de schors ontdaan
(betere kwaliteit) en hèt' eindproduct was een rode verfstof. Al
spoedig, rond 1870, werd dit product verdrongen door de uitvin
ding van een chemisch product (Alizarine, een product uit kool-
teer). Hoe dan ook, er is aan de meekrap in O. Z.-Vlaanderen
flink verdiend, maar later ook verloren.
Inmiddels blijkt uit een advertentie van 14-7-1858 dat de mee
stoof „de Hoop" (bij Naaikussen-Driewegen) nog in bedrijf is.
De directie maakt bekend dat in de laatste vergadering der aan
deelhouders besloten is, vergoeding van kosten te geven aan
hen, die bij scheepsgelegenheid hunnen „Mee" naar gemelde
meestoof vervoeren, welk bericht namens de directie is onder
tekend door de boekhouder „J. J. Steinbruch", naar alle waar
schijnlijkheid een zoon van de toenmalige postdirecteur Stein
bruch.
Nog tot in 1868 vindt de verbouw van meekrap plaats, wat is
af te leiden uit het volgende berichtje: „Hoek, 28-10-1868. Als
een zeldzaamheid kan hier worden gemeld, dat bij de landbou
wer M. Riemens in de Koudepolder een arbeider D. van Taten-
hoven' genaamd, oud 77 jaar, werkzaam is, die nog heden bezig
is met delven van Meede. Hij heeft 56 teelten helpen uitsteken!"
Laten we na dit agrarisch uitstapje terugkeren naar Terneu
zen, dat heel kort na dat koninklijk bezoek van 29-12-1854, al
thans in de Westerhaven een feestelijke aanblik biedt.
Het is n.l. duchtig aan het winteren, want een twintigtal zee
schepen, door de vorst overvallen, zijn de haven binnengelopen.
U mag geloven dat de meeste daarvan wel zeilschepen zijn
geweest en vast geen al te grote.
Het zijn er van verschillende natiën en de vlaggen wapperen
in de koude vrieslucht als hulde aan de vice-consul van België,
de heer J. T. de Smidt, waar we zoëven al kennis mee hebben
gemaakt. Het krantenberichtje van 7-2-55 schrijft hierover nader:
„Het welverdiende bewijs van achting en belangstelling, dien
heer door zoovele bevelhebbers eenparig betoond, werd door
vele ingezetenen gedeeld, die volgaarne daardoor een bewijs
hebben geleverd van hunne erkentelijkheid jegens gemelden
heer, voor de bewijzen van genegenheid, waardoor velen in hun
nering en bedrijf begunstigd en ten alle tijd betoond, hoezeer
hem het welzijn ter harte gaat."
Wat de strenge winter betreft, die was bepaald niet mis! Zo
lees ik dat op 21 februari 1855 ijsgang op de Schelde oorzaak
is, dat sedert 11 dagen de verbindingen NeuzenEllewoutsdijk
en NeuzenVlissingen zijn onderbroken. O.a. werd jarenlang een
veer-postverbinding NeuzenEllewoutsdijk onderhouden door
Joachim Verlinde, wiens naam later nog wel zal opduiken.
Reeds op 31 januari 1855 wordt bericht, dat de ijsgang op de
Westerschelde verhindert, de reis NeuzenHoedekenskerke te
volbrengen, maar de gewone vaart op VlissingenBreskens en
op Terneuzen nog op de aangekondigde uren plaats vindt. Dat er
bij die berichten over strenge winters nogal eens wat wordt aan
gedikt blijkt wel uit het volgende:
Walsoorden, 28-2-1855.
„Als een zeer zeldzaam iets verdient melding te worden ge
maakt, dat men zich in de afgelopen week van het veer te
Walsoorden over de Westerschelde naar den Goesschen wal be
geven heeft."
Wat dan op 7-3-1855 als volgt wordt weerlegd:
„Men verzoekt ons te melden, dat het bericht van de vorige
week, volgens welke de Westerschelde bij Walsoorden op schaat
sen geheel gepasseerd zou zijn, met de waarheid in strijd is. Uit
een ingesteld onderzoek is toch gebleken, dat het ijs over niet
meer dan 200 ellen breedte uit de wal van Walsoorden af tot
het z.g. „Plaatje" heeft vastgelegen. Dat daarvan slechts 30 a 40
el breedte een vrij effen baan vormde, dat zich eenige personen
tot eerstgenoemde afstand op het ijs gewaagd hebben, doch dat
de oppervlakte te ruw is bevonden om op schaatsen bereden te
kunnen worden. Aangezien de Schelde op genoemd punt meer
dan 5000 el breed is, valt de onnauwkeurigheid der ons vroeger
meegedeelde berichten genoegzaam in het oog."
Wat niet wegneemt, dat er toch wel wat bijzonders met deze
winter aan de hand is, wat wel blijkt uit een bericht van 7-3-1855
in ons plaatselijk blad.
„Gelijk reeds vroeger gemeld werd, geschiedde sedert ver
scheidene dagen aan het Sloe de overtocht geregeld te voet en
zijn er ettelijke stukken vee en sleden met lasten van 600 tot
800 Ned. ponden beladen overgevoerd. Op 24 Febr. met den mid
dag werden door den veerschipper C. Baas heen en terug overge
bracht 4 paarden, begeleid wordende door den eigenaar J. Elle-
mont, landbouwer te St. Joosland en nog 10 andere personen
Terwijl nog later op diezelfde dag met arreslede en paard de
overtocht over en weer gedaan werd door den landman Anthonie
Timmerman van Nieuwland, met een bij zich hebbend gezel
schap. Het mag voorzeker wel als een bijzondere zeldzaamheid
worden aangemerkt, als zijnde het naar menschenheugenis nooit
gebeurd, dat dit zoo breede vaarwater op onderscheidene plaat
sen ter diepte van ruim 12 ellen en met een snellen stroom van
ebbe en vloed een ijsbaan ter dikte van meer dan 30 duim aan
biedt, die als een weg door zoovele personen en met een zoo
danige last gelijktijdig veilig te begaan is."
.(Wordt vervolgd.)