1 Donderdag 19 mei 1969 DlYKHEZEIVP Pagina 3 zense bedrijfsleven van een zeer gevarieerde structuur. Hetzelfde kan in politiek en godsdienstig opzicht van de be volking worden gezegd. Politieke en godsdienstige richtingen zijn in verschillende schakeringen vertegenwoordigd. Van het eerste vindt U een afspiegeling in deze raad. Terneuzen is ook een centrum van onderwijs. Naast een open baar Lyceum en een middelbare meisjesschool heeft men hier o.m. streekscholen van diverse richtingen voor Ulo, op het ge bied van het technisch onderwijs een lagere- en een uitgebreid technische school, een schippers- school, een landbouwhuishoud- school. een handelsavondschool en cursussen op verschillend ge bied. Voorts is er een zeer goed flo rerende muziekschool, die echter dringend een betere huisvesting behoeft. Een regionale werkplaats voor vakopleiding van volwassenen zal morgen officiëel worden ge opend. De primaire, op het ge bied van het onderwijs aan een ontwikkelingskern te stellen eisen, kunnen dus zeker geacht worden aanwezig te zijn. Dit is helaas niet het geval op het gebied van de cultuur, de sportbeoefening, de jeugdzorg enz. Ik denk hierbij aan het ont breken van een openbare lees zaal, een cultureel centrum, een behoorlijk zwembad, een sport hal, jeugdlokaliteiten enz. Deze zaken zijn echter geens zins aan de aandacht ontsnapt. In verschillende gevallen zijn de noodzakelijke besluiten reeds door de gemeenteraad genomen en in enkele gevallen verkeren de plannen in een zodanig sta dium, dat tot directe uitvoering zou kunnen worden overgegaan. Het zal mede uw taalj zijn de laatste hindernissen, hoofdzake lijk liggende op financieel gebied, te overwinnen. Dat ook de snelle stadsuitbrei ding vele problemen met zich brengt zal U zonder meer duide lijk zijn. Laat ik U echter niet reeds thans confronteren met alle pro blemen welke te Terneuzen om een oplossing vragen. Deze zul len zich wel vanzelf aandienen. Nog één probleem, maar dan ook een van grote importantie moge ik echter onder uw aan dacht brengen. Het zal U bekend zijn, dat bin nenkort zal worden begonnen met een werk van grote interna tionale betekenis, de verbreding van het kanaal naar Gent. Deze verbreding grijpt diep in in het leven van een aantal inwoners van deze gemeente. Langs de westelijke kanaaloever en meer in het bijzonder in het tot Ter neuzen behorende dorp Sluiskil, zal een groot aantal woningen en bedrijfspanden aan de kanaal verbreding ten offer vallen. Dooi de hetbouw van deze woningen op een andere plaats zal het dorp Sluiskil, waarvoor een uitbrei dingsplan in wording is, een ge heel ander gezicht krijgen. Ver schillende belangrijke werken zullen hiervoor moeten worden uitgevoerd. De eigenaren van de in de ka naalverbreding vallende panden, waarvan een aantal vanwege de erfpachtsvoorwaarden formeel geen enkel recht op enige ver goeding kan doen gelden, verke ren nog in het onzekere over de schadevergoeding welke zij zul len ontvangen. Bij de betrokken rijksinstanties bestaat zeker begrip voor de moeilijke positie van deze men sen, maar toch zullen de proble men rond de kanaalverbreding en alles wat daarmee samen hangt, nog veel aandacht van het gemeentebestuur vragen. Laat ik thans ook iets mogen zeggen over de meer zonnige kanten welke het besturen van de gemeente Terneuzen en het wonen in deze gemeente heeft. De steeds voortgaande snelle bevolkingsgroei, bewijst wel, dat Terneuzen als een aantrekkelijke woonstad wordt gezien. Wij wonen hier dan al geen ruisende bossen hebben, zoals, naar ik bij uw afscheid te Smilde van verschillende sprekers mocht beluisteren, aldaar het geval schijnt tc zijn, wij hebben onze onvergelijkbare Schelde, met zijn drukke scheepvaart, welke voor al van elders komenden bij voortduring fascineert. In het nieuwe uitbreidings plan is voorzien in de aanleg van een breed Scheldefront. waar door nog meer dan thans het ge val is van de unieke ligging aan deze brede zeearm kan worden geprofiteerd. Door de aanleg van aantrekke lijke woonwijken is voorts ge tracht het wonen in deze stad te veraangenamen. Overigens zijn er ook nog verschillende wijken welke dringend om sanering vra gen. De bevolking van onze stad is, krachtens haar Zeeuws-Vlaamse aard, gemoedelijk en gastvrij. Zij neemt gemakkelijk van elders komenden in zich op. Indien deze laatsten niet zichzelf daarvoor afsluiten levert de aanpassing in het algemeen dan ook geen moei lijkheden op. Geachte heer Rijpstra. Van de gemeente, welke ik U in het kort heb proberen te schetsen bent U tot burgemees ter benoemd. Ik geloof dat U daarmee niet alleen te feliciteren maar er ook om te benijden bent. Terneuzen is namelijk een le vende gemeente. Bij het afscheid van uw voorganger mocht ik een kort overzicht geven van het vele, dat tijdens diens ambts periode tot stand is gekomen. Ik kon er echter direct aan toevoe Installatie van burgemeester rnr. H. Rijpstra ten stadhuize gen dat zijn opvolger niet bang behoefde te zijn. dat er voor hem niets meer te doen zou overblij ven. Gezien zijn gunstige ligging in Benelux en Euromarktverband geloof ik (én meerderen met mijl dat Terneuzen nog aan het begin van een ontwikkeling staat, wel ke een grote toekomst kan in luiden. Uiteraard zal deze ont wikkeling zich niet uit zichzelf voltrekken doch geleid en ge stuwd moeten worden. Voor een bekwaam, jong en energiek burgemeester liggen hier dan ook kansen om zijn ga ven te ontplooien welke in vele andere gemeenten niet worden aangetroffen. Aangezien daar voor de ge meente en deszelfs inwoners zo veel van af hangt zult U dan ook begrijpen, dat in deze gemeente met spanning de benoeming van een nieuwe burgemeester tege moet \yerd gezien. Toen uw benoeming bekend werd wisten wij echter nog niet meer dan uw naam, uw opleiding en uw loopbaan tot dusver, zoals deze in de pers gepubliceerd werden, alsmede de politieke richting welke U is toegedaan. Het verheugt mij daarom het voorrecht te hebben gehad uw afscheid te Smilde te hebben mo gen meemaken, waardoor althans voor mij een tipje van de sluier over Uw persoonlijkheid is op gelicht. Met voldoening heb ik U in uw afscheidsrede tot de raad der gemeente Smilde horen zeggen, dat U als burgemeester steeds hebt getracht boven de partijen te staan. De waarderende woor den van alle zijden tot U gericht hebben mij de overtuiging gege ven, dat U daarin ook bent ge slaagd. Voorts heeft het mij getroffen, dat in alle redevoeringen, zowel in die der raadsleden als in die der verschillende autoriteiten waarmee U ambtshalve in aan raking kwam, oprechte spijt doorklonk over uw vertrek. U moet er dus wel in geslaagd zijn in de gemeente Smilde, waar U bij uw komst toch ook een vreemde was, U een vaste plaats onder de bevolking te verwerven. Verschilende sprekers hebben U afgeschilderd als een recht schapen mens en U geroemd om uw besluitvaardigheid, voortva rendheid en daadkracht en allen hebben de gemeente Terneuzen met uw benoeming gefeliciteerd. Indien men ginds algemeen zo over U denkt dan geloof ik dat de gemeente Terneuzen met ver trouwen uw optreden als burge meester tegemoet mag zien. Mogen de zoeven genoemde kwaliteiten wellicht voldoende worden geacht om een goed bur gemeester te zijn, een burge meester zal slechts dan een bur gervader worden genoemd indien hij ook de menselijke verhoudin gen niet uit het oog verliest. Het heeft mij daarom goed ge daan in uw vorige standplaats te mogen beluisteren, dat U voor al ook aan de kleine dingen uw aandacht schonk en voor ieder een te benaderen was. De waarderende woorden bij het afscheid in uw vorige stand plaats gericht tot mevrouw uw echtgenote, die U bij uw moei lijke, doch vooral ook zo mooie taak, steeds trouw terzijde heeft gestaan, hebben mij eveneens aangenaam getroffen. Ook in deze gemeente zal zij spoedig de plaats innemen, die de echtgeno te van de eerste burger toekomt. Wanneer ik haar vriendelijke, innemende verschijning voor mij zie, twijfel ik er niet aan dat zij er spoedig in zal slagen de har ten der inwoners van Terneuzen te veroveren. Mijnheer de burgemeester. U staat thans op het punt uw werkzaamheden voor de ge meente Terneuzen aan te van gen. Uw eerste ambtsdaad zal bestaan uit het officieel verwel komen van Hare Majesteit de Koningin, die over twee uur te Terneuzen arriveert. Het zal nog wel niet vaak zijn voorgekomen, dat een burgemeester zo kort na zijn installatie een zo eervolle opdracht kreeg te vervullen. En morgen moogt U de Regio nale Werkplaats voor Vakoplei ding van Volwassenen, welke bij die gelegenheid door Zijne Excel lentie, de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid offi cieel zal worden geopend, aan het rijk overdragen. Doch daarna zullen de gewo ne werkzaamheden een aanvang nemen en zullen de verschillende problemen zich geleidelijk bij U aandienen. Wellicht zullen de problemen waarmee U geconfronteerd wordt, vanwege de volstrekt an dere structuur der gemeente, van geheel andere aard zijn dan in uw vorige standplaats. In het bijzonder brengt ook de aanwij zing als ontwikkelingskern een aparte problematiek met zich mee. Nog kort geleden hoorde ik een inleider op een belangrijk congres de stelling verkondigen, dat een burgemeester van een ontwikkelingskern aan zeer hoge eisen moet voldoen, ja als het ware universele kwaliteiten moet bezitten. Hij moet overal verstand van hebben en alles kunnen. Hij moet zijn de moderne manager. De betreffende inleider was er zich echter van bewust, dat nie mand ten volle aan deze eisen kan voldoen. Men kan slechts trachten deze zo dicht mogelijk te benaderen. Hoe dit ook zij, vast staat, dat wil de aanwijzing als ontwikke lingskern volledig tot zijn recht komen, van het gemeentebestuur, maar in het bijzonder van de bur gemeester veel wordt gevergd. Deze aanwijzing immers heeft toch in de eerste plaats tot doel: uitbreiding van de werkgelegen heid. De werkloosheid is in Zeeuws- Vlaanderen belangrijk groter dan het landsgemiddelde. In sommige delen van dit gewest is deze bijna even hoog en soms zelfs hoger dan in de noordelijke provincies van ons land. Vele Zeeuws-Vlamingen, en in het bijzonder zijn dat jongeren, zijn genoodzaakt buiten dit ge west werk te zoeken. Meer dan honderd arbeiders pendelen nu al naar Rotterdam, waar zij in de havens werken. Deze mensen zitten dagelijks meer dan 5 uur in de bus. Het valt in hen te prijzen, dat zij dit liever doen dan werkloos rond lopen, maar sociaal gezien kan dit niet meer verantwoord worden genoemd. Zeeuws-Vlaanderen is een ex. pulsiegebied, terwijl, gezien de geringe bevolkingsdichtheid (er wonen hier nauwelijks 120 inwo ners per km2 met een landsge middelde van meer dan 3401 juist het tegenovergestelde het geval zou moeten zijn. Uitbreiding van de werkgele genheid is dan ook gebiedende eis en dit kan m.i. het best in de kanaalzone geschieden. Mits voor behoorlijk vervoer wordt gezorgd, en daar zullen de werkgevers wat meer aandacht aan moeten schenken, dan zij tot dusver doen, is de kanaalzone van iedere plaats in Zeeuws- Vlaanderen te bereiken zonder dat van niet-verantwoorde pen del kan worden gesproken. Voor hen die dichter bij hun werk willen wonen zullen in de kanaalzone belangrijk meer wo ningen gebouwd moeten kunnen worden. U ziet, ook hier nog moeilijk heden genoeg. Bij de oplossing van de ver schillende moeilijkheden kunt U rekenen op de medewerking van de raad, die hoe gevarieerd van politieke samenstelling ook, één is in het streven om voor Ter neuzen het beste te bereiken dat te bereiken is. Ook mijn collega De Meijer en ik zeggen U gaarne onze mede werking toe. Ik hoop dat U en uw gezin zich spoedig in deze gemeente zullen thuis voelen en een geluk kige tijd tegemoet gaat. Bij het afscheid van uw voor ganger kon ik naar waarheid ge tuigen, dat deze spoedig na zijn komst een echte Zeeuws-Vlaming en een echte Terneuzenaar was geworden. Ik hoop dat van U spoedig hetzelfde kan worden gezegd. Met het uitspreken van de wens, dat U uw gaven van hoofd en hart vele jaren in dienst der gemeente Terneuzen zult mogen stellen en uw arbeid voor onze goede stad rijke vruchten zal mogen afwerpen, verklaar ik U als burgemeester der gemeente Terneuzen geïnstalleerd. Het zij mij thans vergund U de ambtsketen om te hangen. Hierop hing de heer De Vos de nieuwe burgemeester de ambts keten om. REDE BURGEMEESTER MR. H. RIJPSTRA Mijnheer de loco-burgemeester, mevrouw, mijne heren leden van de raad. Gij zult het, naar ik aanneem, kunnen billijken, dat op dit ogen blik, nu ik het voorzitterschap van uw college officiëel mag aanvaarden, mijn gedachten te ruggaan naar de le oktober 1952, toen ik, komende van het mini sterie van Buitenlandse Zaken, het ambt van burgemeester der gemeente Smilde mocht aanvaar den. waarmede een lang gekoes terde wens in vervulling ging. Na afloop van de officiële raadsvergadering werd het woord gevoerd door de toenma lige secretaris-generaal van het departement van Buitenlandse Zaken dr. Boon, die ik als spe- ciaal-assistent ruim een jaar ter zijde mocht staan. In deze toe spraak merkte de heer Boon o.a. op. dat het ambt van burgemees ter door mij beschouwd werd als de roeping van mijn leven. Het geen zijns inziens treffend gede monstreerd werd in de overgang van „het schone buitenland1' naar „het diepste binnenland van Drenthe". Een typering van het schone gewest in het noord-oos ten van ons land. welke niet ge heel recht doet aan de stormach tige na-oorlogse ontwikkeling dezer Drovineie. Ik acht het een voorrecht, na de ruim 7-jarige ambtsperiode in de gemeente Smilde, waarbij ik onder zulk prettige omstandig, heden mocht werken en waarbij veel persoonlijke vriendschap werd ondervonden, te mogen ge tuigen dat ik ook nu nog geloof in de roeping tot dit mooie, zij het dikwijls moeilijke ambt en ik wil graag mijn diepe erkentelijk heid uitspreken jegens Hare Ma jesteit de Koningin en Hare ad viseurs, die mij waardig achtte dit ambt in uw gemeente met haar vele vraagstukken van het hedendaagse Nederland, te mo gen bekleden. Mij afhankelijk wetende van God. Die naar ik vast geloof, des mensen leven richt en leidt, hoop ik van Hem de kracht en de wijs heid te ontvangen het in mij ge. stelde vertrouwen niet te be schamen. U, wethouder De Vos, die tij dens de vacature het burgemees tersambt hebt waargenomen, dank ik voor de hartelijke woor den waarmede U mij zojuist hebt geïnstalleerd. Het zal U wel niet verbazen, mevrouw en mijne heren leden van de raad, dat ik in de afgelopen maanden met in tense belangstelling de berichten heb gevolgd welke in de lande lijke pers omtrent Terneuzen zijn verschenen. Ja zelfs wil ik U wel mededelen, dat ik mij zo nu en dan in het bezit heb ge steld van de Zeeuwse dagbladen en periodieken teneinde enigszins op de hoogte te geraken van de vele problemen uwer gemeente. Dwaasheid zou het zijn thans over de verschillende vraagstuk ken, waarvan slechts enkele mij oppervlakkig bekend zijn een oordeel uit te spreken. Dit zal eerst kunnen na een periode van grondig inwerken, waarbij stellig veel inspanning nodig zal zijn. Wanneer ik in mijn werk nog zou kunnen profiteren van de ervaringen, destijds ten departe- mente van Buitenlandse Zaken opgedaan en van mijn werk zaamheden in de zich sterk indu strialiserende provincie Drenthe, dan zou dit een gelukkige bij komende omstandigheden kun nen zijn. Van veel meer betekenis zal echter zijn, dat U, leden van de raad, mij in de moeilijke taak, welke mij wacht, met uw onmis bare steun omringt en met klem beveel ik mij in uw hulp aan. Uit ervaring weet ik, dat alleen een innige samenwerking tussen de raad, als hoogste gezagsorgaan der gemeente, en zijn voorzitter het belang der gemeente kan die nen. En op dit belang moet toch ons aller streven gericht zijn. Waarbij persoonlijke interessen en ambities naar de achtergrond geschoven moeten worden. Mijn oprecht verlangen is het, dat U in deze steun zich niet beperkt tot de officiële bijeenkomsten van uw college, doch dat gij ook individueel gelegenheid en lust zult gevoelen voor een meer per soonlijk contact dat in vele ge vallen van vruchtbare betekenis zal kunnen zijn. Bij het afscheid in Smilde op 12 mei jl. heb ik er op gewezen, dat de vergaderingen van het college van B. en W. voor mij steeds een feest geweest zijn. Wij hadden daar een bijzonder goede onderlinge verstandhouding, zo dat het mogelijk was de gemeen tezaken in een goede sfeer te be handelen. Ik zou graag willen, dat dit ook zo mag zijn in de nieuwe gemeente en zeg U mij nerzijds alle medewerking toe. Ik zal er nog wel aan moeten wennen, heren wethouders, dat U geheel zelfstandig de eigen portefeuilles beheert en roep bij voorbaat uw clementie in, wan neer ik mij eens in het begin zou vergissen. Wij zullen stellig veel met elkaar hebben te bespreken en dikwijls met elkander moeten optrekken. Ik hoop, dat wij spoe. dig een harmonisch geheel mo gen vormen en met respectering van ieders standpunt de gemeen te goed mogen dienen. U hebt ons bij de eerste kennismaking op een verrassende wijze ontvan gen en alle zorgen, waarmee U ons direct hebt omringd zullen wij niet vergeten. Ik zeg U daar voor ook thans nog gaarne dank. In de gemeente Smilde mocht ik een burgemeester opvolgen, wiens beleid moeilijk te evena ren viel. Ook thans is dit weer het geval. Zowel in zakelijk als in persoonlijk opzicht. Het spijt mij, dat de Tellegen om begrijpe lijke redenen niet aanwezig kan zijn. Graag wil ik echter vanaf deze plaats verklaren dat ik er bij voortduring naar zal streven mij bewust te zijn welk een bij zondere positie hij in de gemeen te heeft ingenomen en nog steeds zal innemen. Als jongere collega zal ik het immers waarderen van zijn kennis van zaken te mo gen profiteren. Een bijzonder woord richt ik tot U. mijnheer de secretaris. In de korte tijd dat ik contact met U had, heb ik begrepen hoeveel bijstand ik van U nodig zal heb ben. Ik hoop, dat wij samen een goede en gezegende tijd zullen hebben. Over uw hoofd heen doe ik graag een beroep op alle medewerkers der gemeente, in de meest ruime zin des woords. Ik zou graag met hen allen zó willen samenwerken, dat tussen ohs een sfeer van onderling ver trouwen en respect ontstaat. Tot dusverre heb ik op het ter rein van de politie slechts ik bedoel dit niet denigrerend mogen samenwerken met de rijkspolitie. Ik prijs mij gelukkig daarnaast of is het voor een bur gemeester juister te zeggen daarenboven met de eigen poli tie de politionele verantwoorde lijkheden te mogen aanvaarden. Ik hoop spoedig aan deze voor mij nieuwe figuur te gewennen en ik wil op dit ogenblik uitdruk king geven aan mijn verlangen naar een prettige en efficiënte samenwerking. In dit verband wil ik tevens gewagen van mijn bijzondere belangstelling voor het werk van de brandweer. Een gewichtige tak van dienst van iedere gemeente, waarmede een goede betrekking door mij be geerd wordt. Mevrouw, mijne heren. Enkele jaren geleden is van bepaalde kerkelijke zijde een boodschap gericht tot het Nederlandse volk, waarin op indringende wijze de mens er op gewezen wordt steeds te beseffen, dat hij niet alleen en op zichzelf staat in de gemeen schap, waarin hij leeft, maar zich bij voortduring bewust moet zijn van de nauwe relaties met de medemens. De solidariteit met de naaste en met de wereld rondom is het begrip, dat in deze bood schap gestalte krijgt en waar voor bij de vele verdeeldheid, die er is en somtijds ook wel zijn moet, begrip gevraagd wordt. Vele gedachten van deze bood schap wel ik graag, en ik zeg dit in grote bescheidenheid en in het bewustzijn mijner tekort komingen, tot de mijne maken. En wanneer ik dit hier zo zeg, dan doe ik dit met de blik over uw hoofden heen gericht tot alle inzetenen dezer gemeente, waar van enkele tot mijn vreugde al hier aanwezig zijn. Het is de op recht gemeende wens van mijn vrouw en mij dat zij ons gezin als een der hunnen zullen be schouwen. Wij komen hierheen in het verlangen onze beste krachten in zo breed mogelijk verband in het belang der ge meente en dat wil primair toch zeggen in het belang harer in woners, te geven. De bede leeft in ons in de verschillende pro blemen. welke wij gezamenlijk zullen ontmoeten indien ver langd voor velen tot steun te mogen zijn. Tegelijk hopen wij, dat de bevolking van Terneuzen ook ons in het werk en daarbui ten zal willen steunen en daarbij blijvend zal willen bedenken, dat ook wij doodgewone mensen zijn. Een oud-Commissaris dei' Ko ningin in dé provincie Friesland heeft gezegd: „Iemand op een verantwoordelijke post moet in de eerste plaats karakter hebben. In de tweede plaats karakter en in de derde plaats karakter." In deze uitspraak zit een kern van waarheid, mits wij steeds beden ken, dat het karakter behoort bij de mens en deze heeft van nature vele gebreken. In 1841 werd door mr. A. Koel man, een bekende figuur in de gemeentelijke bestuurskring een inleiding gehouden, waarin hij o.m. opmerkte, dat de vorige eeuw op bestuursgebied geken merkt werd door het organise ren, bevestigen en uitwerken der territoriale decentralisatie. Een soort juridische belijdenis werd gevonden in de drie sferentheo- rie: rijk, provincie en gemeente en vanuit deze belijdenis werd het overheidsbeleid bepaald en kleur gegeven. In de 20ste eeuw breken ande re inzichten zich baan. Men ont dekt, dat verschillende openbare belangen niet de juiste verzor ging ontvangen in het vanouds overgeleverde bestuurssysteem. Het maatschappelijk belang krijgt meer aandacht en het sociale doelwit gaat menigmaal de formele bestuursvorm ecar teren of zelfs elimineren. Een gemeentebestuur van van daag ervaart deze verandering schier ieder moment. De ge meentelijke bestuurder van de nieuwe tijd laat zich gelijk dr. Kortman ergens stelt door staatkundig stelsel of traditie nauwelijks binden. Zijn werk richt zich op de concrete moge lijkheid van alle dag en hij ver diept zich en spreekt mede in allerlei problemen in en zelfs buiten de wettelijke mogelijkheid van het gemeentelijk huishouden. Deze typering van de moderne gemeentelijke bestuurder is mij in vele opzichten sympathiek, al weet ik wel, dat daaraan ook ge vaarlijke aspecten verbonden zijn en het steeds geboden is, ook voor de gemeentebestuurder van vandaag de grenzen van het kun nen en van de bevoegdheid scherp in acht te nemen. En mede ook daarom is het naar mijn gevoelen zo bijzonder geluk kig, dat het hoogste gemeentelij ke gezag in ons land niet berust bij één enkel mens, maar veran kerd ligt in een zo veelzijdig samengesteld en naar democra tische begrippen en regelen ge kozen orgaan als uw college. En met een zodanige college vrucht baar en prettig te mogen samen werken is mijn oprecht begeren. Moge God de Heer ons daartoe samen bekwamen en in staat stellen en moge Hij dan ook Zijn onmisbare zegen schenken aan ons werk. REDE S. W. HENRY Zeer geachte heer en mevrouw Rijpstra, Het is mij een voorrecht, en een genoegen tevens, U namens de Raad van deze gemeente harte lijk welkom te mogen heten in onze stad. In het bijzonder wens ik U, mijnheer Rijpstra, van har te geluk met uw benoeming tot burgemeester van Terneuzen en met de installatie die zo juist heeft plaatsgevonden. Het was ook voor ons als ge meenteraad verblijdend te mo gen vernemen, dat het burge- meesterloze tijdperk voor onze stad slechts korte tijd zou duren en dat reeds spoedig een nieuwe eerste burger zijn ambt zou aan vaarden. Wij brengen gaarne de heer De Vos hulde voor de uitste kende wijze waarop hij als loco burgemeester werkzaam is ge weest. Voor een vlotte gang van zaken is het echter noodzakelijk, dat het college van burgemeester en wethouders voltallig is en er geen achterstand komt, doordat belangrijke zaken niet zouden kunnen worden afgewerkt. Dit klemt temeer in een gemeente als Terneuzen, de grootste stad van Zeeuws-Vlaanderen, kern gemeente, havenstad en voort durend worstelend met proble men die een krachtig bestuur, een vooruitziende blik en doel bewust handelen noodzakelijk maken. Het ligt zeer zeker niet in onze bedoeling U reeds thans te vermoeien met problemen waarvoor U in de nabije toe komst zult worden gesteld. Vraagstukken, verband houden de met het zijn van kerngemeen te, dan wel betreffende industria lisatie, woningbouw, kanaalver breding, havenplannen, uitbrei dingsplannen en wat dies meer zij zullen uw aandacht vragen en er zal in de toekomst volop ge legenheid zijn in de commissies en raad hierover met U van ge dachten te wisselen. Wanneer wij U welkom heten als burgemeester van onze stad dan betreft dit welkom niet al leen de functionaris als zodanig, doch dan verwelkomen wij 'U ook als mens zoals U geestelijk en politiek leeft en handelt. U is lidmaat van de Nederlands Her vormde kerk en politiek georga niseerd in de Christelijk Histori sche Unie. Wij stellen het op prijs precies te weten wat wij in dezen aan U hebben. Namens de raad mag ik de verwachting uitspre ken dat U, met behoud van uw overtuiging, in staat zult zijn tot een houding in bestuurszaken en besluitvorming welke uitgaat boven de partijen en groeperin gen zoals deze zich, overigens in goede en vruchtbare samenwer. king, in onze stad voordoen. Ik meen dat het hierbij raak aan een weliswaar soms moeilij ke, maar niettemin zeer aantrek kelijke kant van het burgemees tersambt. Verder hopen wij, dat U de werkzaamheden, verbonden aan het ambt van burgemeester en aan dé functie die wij gemeen lijk met het begrip burgervader omschrijven, op zodanige wijze zal weten te combineren, dat het zo subtiele evenwicht tussen bei de functies, op het gewenste niveau en toch op soepele wijze zal worden gehandhaafd. En ten slotte spreken wij in het bijzonder de wens uit, dat U zich op vruchtbare wijze zal kun nen inwerken in de specifiek Zeeuws-Vlaamse problemen en dat U zich bewust zult willen zijn van de wel zeer bijzondere positie van dit gewest door de ligging in de uiterste zuid-west hoek van ons vaderland en ge scheiden door een brede Schelde- barrière van overig Nederland en tevens van de rest van deze provincie. Onzerzijds verklaren wij ons tot een goede samenwerking gaarne bereid. Wij hebben volle dig begrip voor het feit dat een aanloopperiode nodig zal zijn op dat U zich in allerhande zaken zult kunnen inwerken. Het is inderdaad van groot belang dat U reeds geruime tijd als burge meester werkzaam bent geweest, doch wij zijn wel van mening dat hot verschil tussen het Drentse Smiloe en het Zeeuws-Vlaamse Terneuzen wellicht groter zal zijn dan men. zo oppervlakkig gezien, zou menen. Ons welkom tot U als burge meester sluit in zich het welkom als voorzitter van onze raad. Gaarne zullen wij onder uw lei ding medewerken aan het nemen van die beslissingen, welke nood zakelijk zijn in het belang van onze stad en het welzijn van haar inwoners, een welzijn, dat ons zeer ter harte gaat. Zo staat U dan gereed om het mooie en verantwoordelijke ambt van burgemeester van Terneuzen te aanvaarde». Wij wensen U alle succes toe bij het werk dat U wacht. Ook voor U, mevrouw Rijpstra, hopen wij dat U in Ter neuzen een goede tijd tegemoet gaat in die wel zeer speciale po sitie die de vrouw van de eerste burger in een dorps- of stadsge meenschap nu eenmaal heeft. Moge de verantwoordelijke plaats die U beiden inneemt wellioht soms ontegenzeggelijk leiden tot een bepaalde vorm van eenzaam heid, anderzijds kan juist de werkkring waarin en de plaats waarop U bent gesteld, een grote bevrediging schenken door de mogelijkheden die U juist hier door worden geboden. Voor uw kinderen zal de verandering, die in het leven van uw gezin is ge komen, erpioedelijk het minst ingrijpend zijn. Zij zullen zich, naar wij vertrouwen, hier spoe dig thuisvoelen en met het ge mak, de jeugd eigen, hun plaats innemen onder de nieuwe Ter- neuzense vriendinnen. Gezien uw sollicitatie naar het ambt van burgemeester van Ter neuzen, begrijpen wij, dat U met vreugde uw nieuwe werkkring zult beginnen. De gemeenteraad heeft op uw benoeming geen in vloed. Wij hebben slechts te aan vaarden diegene, die in deze stad ais burgemeester wordt benoemd. Nu U echter hebt beluisterd, de woorden die vandaag tot U zijn gesproken, zal het U duidelijk zijn geworden, dat er onzerzijds niets is dat een goede en vrucht bare samenwerking in de weg zal staan. Moge God uw arbeid .zegenen opdat uw burgemeesterschap van Terneuzen onder Zijn leiding waarlijk zegenrijk zal mogen zijn. REDE GEMEENTE SECRETARIS DEES Burgemeester, Het is mij een voorrecht op een vergadering van uw gemeen teraad een woord te mogen spre ken. De oijzondere gelegenheid van uw installatie geeft hiervoor zeker voldoende aanleiding. Mede namens het personeel der gemeente roep ik U. alsmede mevrouw Rijpstra en de kinde ren het welkom in deze gemeen te toe. Toen onze oud-burgemeester zijn pensioengerechtigde leeftijd naderde hebben wij, ik wil graag onderstrepen speciaal ikzelf, meerdere zuchten geslaakt. De heer Tellegen wilde zo graag vertrouwen geven om sa men in het belang van de ge meente te werken. Zo kon er een goede sfeer groeien. Hoe zou dit worden bij de nieuwe burge meester? Ik ben blij uw afscheid in Smilde te hebben mogen meema ken. Ik weet thans, niet alleen uit officieel gesproken woorden, maar ook uit onderlinge gesprek ken dat uw grondtoon dezelfde is. Burgemeester, dit geeft ons goedé moed. Wij. het personeel der gemeen te. bieden U spontaan onze on gedwongen medewerking aan als burgemeester om uw prachttaak te vervullen, in deze zich ontwik kelende gemeente. Deze werkkracht is hier zo hard nodig, omdat zovele pro blemen oprijzen. Aan de oplos sing hiervan te mogen medewer ken is voor ons steeds een vol doening. Van harte hopen wij dat God U de kracht en wijsheid' moge geven, zo nodig voor het bestu ren van deze gemeente. Moge U en uw gezin, evenals in Smilde, ook hier goede jaren tegemoet gaan. De burgemeester beantwoord de in een kort dankwoord deze sprekers, nogmaals zijn wil tot samenwerking hierbij onderstre pend. Namens de Vereniging van Burgemeesters en Secretarissen voerde burgemeester R. A. J. den Boer uit Sas van Gent het woord. De vergaderingen in deze vereniging schetste hij als steeds zeer vriendschappelijk te zijn en hij hoopte dan ook zeer spoedig burgemeester Rijpstra er als lid te mogen ontmoeten. De burgemeester van West- dorpe wilde zijn gelukwensen aanbieden namens de buurtge- meenten en stelde hierbij dat de „couleur locale" wel enigszins zal afwijken van die der gemeen te Smilde. Zeer vele problemen, die er geschapen zullen worden door de kanaalverbredingsplan nen zullen zich ook in Terneuzen afspelen. Hij wenste de heer Rijpstra bij de uitoefening van zijn burgemeestersfunctie goede resultaten. Als vriend van de nieuwe ambtsdrager sprak vervolgens de oud-burgemeester van Rolde, thans burgemeester te Hengelo, de heer Mackay. Namens de geestelijkheid spra ken ds. Van dér Vlugt en pastoor Van Campen. Burgemeester Rijpstra beant woordde aJ deze sprekers, waar na hij deze eerste openbare door hem gepresideerde raadsvergade ring sloot, doch vóórdat hij dit deed, deelde hij nog mede. dat een gedeelte van de op deze dag geschonken bloemen aan de beide ziekenhuizen zouden wor den bezorgd. De „Harmonie Terneuzen" brengt de familie Kijpstra- Knook een serenade. Nadat op de ponton H. M. de Koningin ->n de Commissaris der Koningin afscheid hadden geno men van burgemeester Rijpstra werd door de Harmonie Terneu zen de heer en mevr. Rijpstra Knook vóór het hotel Rotterdam 'n serenade gebracht; na afloop waarvan door het gemeentebe stuur aan de burgemeester en zijn familie een diner werd aan geboden. DE RECEPTIE Gisteravond was er in hotel „Des Pays-Bas" gelegenheid voor de burgerij om kennis te maken met de nieuwe burge. meester en zijn echtgenote. Deze receptie werd zeer druk bezocht zowel door kerkelijke in stanties, hoofden van rijks- en gemeentelijke instellingen, ver tegenwoordigingen uit het ver enigingsleven, handel en indu strie en particulieren.

Krantenbank Zeeland

de Vrije Zeeuw | 1960 | | pagina 5